In Bepart loopt van 23 februari tot 20 april een tentoonstelling van de beloftevolle schilder Helmut Stallaerts, een piepjonge kunstenaar met zeer veel maturiteit. Hij kijkt naar de mens. Prachtig zijn de kijkdozen, waar je letterlijk kijkt. Zes scenes, zes inkijkjes in een cirkel. Een vrouw hangt in Kamasutra-standje aan een boom van een vent Een werksituatie in een administratie waarbij een chef snoepjes uitdeelt Een familie die een gezelschapspel speelt, een nostalgisch tafereel Een vergaderende groep managers,die geen contact hebben met elkaar maar naar de toeschouwer kijken Een inkijkdoos met drie vensters,waardoor men opnieuw kan binnenkijken Een vrouw een man en een kind vormen een driehoeksverhouding... Wellicht allemaal eigen interpretaties, maar een aanrader. In de monumentale hall hangt een groot werk met allemaal mensen met open mond. Het werk noemt K-Sing mit. Zijn de figuren aan het zingen of staan ze vol verwondering in massa naar de wereld te kijken. In de "kelder" kan je ook een kortfilm zien. Van een vrouw die naar zichzelf kijkt. Kijkt of ze er wel ok uit ziet,of ze nog toonbaar is,of ze niet te snel verouderd. Ze lijkt sterk vertwijfeld.Ze kijkt in ieder geval niet naar mij, maar wellicht ben ik met andere dingen bezig...
Jos Geysels neemt wat afstand van de dagelijkse politieke gebeurtenissen en stelt intrigrerende vragen en zoekt antwoorden. Eerste vaststelling : we leven in een wereld van toenemende paradoxen. " Alles moet kunnen,maar blijkbaar zijn er toch grenzen. De roep naar meer snelheid leidt naar traagheid. Voor alles is er een verzekering, maar we hebben alles onder controle. Alles moet veilig zijn, dus is er meer en meer controle.. We chatten met de wereld, maar s'avonds na 7 uur durven we ons eigen straat niet meer in en gaan de rolluiken neer." Hoe reageert de samenleving op deze paradoxen ? Angstig,op zichzelf teruggeplooit,wantrouwen alle symptomen van een collectieve depressie zijn aanwezig. De zoektocht naar antwoorden verloopt moeilijk met tendenzen van restauratie van oude waarden en normen. Hoe reageert de politiek ? Door het verdwijnen van de natiestaat, het territorium komt netwerken op korte termijn in de plaats.De politicus wordt dus belangrijk door de perceptie, het media-evenenement en de persoonlijkheid op het scherm.Geen politieke boodschap, wel persoonlijke emoproblemen. Enkel extreem-rechts houdt halstarrig vast aan zijn gekende dreuntjes over steeds hetzelfde thema criminaliteit. De oplossing ? De staat moet zijn rol in de economie heroveren. Wij moeten een nieuwe taal gebruiken en de onderstroom naar verandering en een kwaliteitsvol leven herkennen. We moeten opnieuw het woord "solidariteit" durven gebruiken... En vooral durven nadenken...
Een avondje met Staf Nimmegeers op zoek naar de raakpunten tussen vrijzinnige humanisten en katholieke humanisten. De kerkelijke macht was volgens Staf te groot. Want een klein beetje macht geeft een klein beetje corruptie, een beetje meer macht een beetje meer corruptie en veel macht wel ja dan veel corruptie. De vrijzinnigen hadden ook zo hun instituten en daar viel dan de beruchte loge onder.Zij waren zo begaan om iedere dag een pastoor tussen hun boterham te leggen, dat zij zelf geen tijd hadden om een visie over de fundamentele levensvragen te stellen. Want gelovigen zijn niet alleen, zij hebben iemand. Vrijzinnigen zijn wellicht zelfstandiger, volwassener maar zij zijn alleen. Nu er volgens Staf niet veel meer over blijft van de Kerk, iedereen materialitisch en individualistisch denkt en nieuwe secten en godsdiensten als kapers op de kust de onzekerheid van de mensen poogt te claimen, is de tijd voor samenwerking tussen de humanisten aangebroken. We moeten samen dingen organiseren, nadenken en doen. Het uitganspunt en het doel tussen katholieken en vrijzinnigen zijn verschillend, maar we kunnen samen een groot deel van de weg afleggen. Voor alle duidelijkheid: de bovenstaande tekst is een samenvatting van Staf Nimmergeers uiteenzetting, ik ben het natuurlijk helemaal niet eens met wat er allemaal geponeerd werd.Maar om ideeen te begrijpen moet je in de eerste plaats luisteren, open staan. Maar ik werd helemaal niet verliefd op Staf Nimmegeers valentijnsfilosofie. Een mooie verpakte boodschap van geloof, maar waar niet-gelovigen nog steeds in de kou gezet worden.Eerst moet je geloven volgens die theorie, anders hoor je er niet echt bij....het is dan wel moeilijk om meer dan een paar zeer algemene maatschappelijke raakpunten te vinden tussen katholieken en vrijzinnigen.
Europa heeft er een nieuw duur woordje bij gevonden: Flexicurity. Het woord suggereert dat er een combinatie is tussen flexibiliteit en security die iedereen goed zal uitkomen. Een win win situatie voor werkgevers (meer flexibiliteit van de werknemers) en de werknemers ( meer zekerheid). Ze zijn voor de inspiratie naar het Deense model gaan kijken. In Denemarken zou het allemaal zo veel beter zijn dan hier. De voordelen op een rijtje: veel kinderopvang, jobhoppen, levenslang leren,hoge werkloosheidsuitkeringen (maar wel beperkt in de tijd), verplichtte opleiding voor werklozen met als resultaat een hogere activiteitsgraad van de werkende bevolking. Maar wat is de realiteit ? Dat de wetgeving om af te danken in Denemarken bijna onbestaand is en dat er weinig bescherming is voor de werknemers. Een baas kan dus gemakkelijker ontslaan als er weinig werk is en gemakkelijker aanwerven als er veel werk is. Het doet me denken aan de situatie waarin de jongeren nu zitten: werk vinden zonder een uitzendkantoor is bijna onmogelijk. Dus iedereen levenlang gaan werken via een interimbaan ? En dan die beroemde hoge Deense werkloosheidsuitkering geldt enkel voor vier jaar en is 90% van het laatst verdiende loon. Maar ook die werkloosheidsuitkering is beperkt tot een plafond, dat wel zeer laag is. Het is duidelijk dat we met het flexicurity model alleen maar voor de afbouw van de sociale bescherming staan van de werknemers. De laatste tijd horen we van Europa steeds minder signalen in de richting van een sociaal Europa, steeds meer wordt een rechts verhaal modieus verpakt om de werknemers steeds meer te pluimen.
Vandaag kwam een Fosgroep op bezoek om de structuur van de vakbonden en het ABVV te kennen. Er zit natuurlijk meer achter. Traditionneel zijn vakbonden op internationaal vlak oudbollig, NGo's progressief, maar jammer genoeg niet representatief.Vakbonden zien internationaal werk als het bijwonen van seminaries en congressen van Internationale federaties en organisaties. Lobbyen dus.Zij verloren het opzetten van projecten uit het oog. Alhoewel NGO's zich de naad uit het lijf werken om de centen te verzamelen, krijgen ze in het Zuiden dikwijls te horen dat ze niet veel moeten piepen want dat ze uiteindelijk vooral zichzelf vertegenwoordigen. Ik vind dit een valse tegenstelling, waarin nogal wat Ngo's, maar ook vakbonden vastlopen. Wij zijn allemaal wel organisaties die graag vertellen dat we de beste, de mooiste en de sympatiekste zijn. Maar dit is helemaal niet erg, sensibilisering moet een beetje emo zijn. TV-stations doen het voor niks minder.Wat is realitiet en wat is perceptie ? Wie is er dan uiteindelijk Pietje- de -Leugenaar ? De zogenaamde tegenstelling tussen vakbonden en NGos is fictief: Ngo's en vakbonden die kiezen voor de werknemers uit het Zuiden moeten samenwerken. Hier noemen tijdelijke werknemers Interims, in het Zuiden is dat Informele arbeid of Maquila's. What's in a name ? Daar waar NGO's actief zijn op het terrein van de vakbonden is het omdat vakbonden hun rol als vakbond onvoldoende waar maken. Vakbonden moeten alle werknemers verdedigen;ongeacht hun statuut. Omdat statuten door werkgevers gebruikt worden om de werknemers te verdelen in kaders, bedienden en arbeiders. Daar heeft alleen de werkgever voordeel bij...