Vroeger een dag van strijd, een dag van feest. Vandaag een dag van filosofie. Misschien de beste optie voor het moment ? Een mei is in de eerste plaats de dag van de Internationalisten. In veel andere landen betogen ze voor een beter leven, zitten ze dik in de miserie, zonder een vast inkomen , zonder fatsoenlijk werk. We moeten dus iets doen, in gang schieten en niet op ons gemakkelijke luie gat blijven zitten. Want zoals Vic Thorpe zegt: we moeten dit niet doen uit uit medelijden, uit liefdadigheid. We moeten dit gewoon doen uit zelfbehoud. Ons landje zal immers niet de storm van de globalisering kunnen overleven als het enige land ter wereld waar de automatische loonindexering stand houdt, als het enige land met een goed vangnet van sociale zekerheid, als een uniek land waar het goed om leven is. Onze eerste opdracht is dus te zorgen dat er aan onze sociale verworvenheden niet geraakt wordt. Alleen dan krijgen de werknemers uit andere landen een kans om hun lot te verbeteren en de mogelijkheid om samen met hun vakbonden op te komen voor hogere lonen, betere arbeidsomstandigheden, meer sociale bescherming. 1 mei is ook het feest van de arbeid. Alsof arbeid een feest zou kunnen zijn, in een wereld waarbij we niet samen kunnen werken maar elkaar voortdurend beconcurreren. Wij moeten er voor zorgen dat de competitie tussen de lonen en tussen de werknemers uit de race naar winst genomen wordt. We moeten ons dus niet laten opzetten tegen arbeiders uit andere landen, maar juist samen strijden voor een rechtvaardiger verdeling van de winsten. Een beetje nostalgisch, een beetje oubollig dit alles ? Nee, gewoon de kern van de zaak, de reden waarom de vakbond ooit uitgevonden werd en iedere dag opnieuw moet uitgevonden worden...
Vorige week zat ik verbijsterd te luisteren op een avondje over de toekomst van de Europese Unie te Brugge. Ene meneer van het VBO verklaarde daar zonder blikken of blozen dat de nieuwe landen best mogen wachten tot 2040 voor zij de levenstandaard van de oude Europese landen zullen bereikt hebben. Een mooi perspectief ? In de zaal en in het gesprekspannel reageert niemand, natuurlijk wij zijn allen lid van de "oude landen" Maar wat vertelt die meneer eigenlijk. Dat de levenduurte en de prijzen voor de mensen die in Roemenie en Bulgarije wonen vandaag aangepast worden op het nivo van onze prijzen, maar dat de lonen nog even (dwz 35 jaar) moeten wachten om dezelfde aanpassing te kunnen krijgen. Onmogelijk, onbegrijpelijk De patroons staan dagelijks op de rem als het over sociale vooruitgang gaat, om intussen enorme winsten te kunnen realiseren.Dus zijn zij voor een vrije markt zonder sociale correcties. Voor iedereen moet het duidelijk zijn dat onze sociale zekerheid en onze lonen steeds meer onder druk zullen staan indien de toestand in de andere landen niet verbeterd. Wij kunnen op geen eiland van welstand en zekerheid blijven overleven. In de andere landen en zeker in de nieuwe Europese landen moet de situatie snel beter worden. Anders zullen ze aan onze verworvenheden zitten. Wij moeten ook die mannen die dertig, veertig jaar koffiedik kijken van het VBO eens lik op stuk geven: zij zijn geen haar beter dan die duistere madammen die op de kermis tegen een flinke stuiver in een glazen bol de toekomst voorspellen. Het blijft een kermisatractie...
De Tor-groep van prof Elchardus is een bende leuke en inspiratievolle sociologen.Zij onderzochten onlangs het gevoel van geluk. Je kan op een website testen, hoe gelukkig je wel bent in vergelijking met andere inwoners van dit landje.( Http://www.knack.be/hetgrootstegeluk) Maar eerst de vraag : "wat maakt ons gelukkig ?"
Geld ? Ja natuurlijk, mensen zonder financiele problemen en een hoge opleiding hebben meer het geluksgevoel dan de mensen die het met veel minder moeten doen en iedere maal aan het einde van de maand moeite hebben om de eindjes aan elkaar te knopen.
Gezondheid ? De voorzitter van de socialistische mutualiteit mag dan al eens reclame maken voor zijn eigen winkel. Meteen is de mutualiteit ook een geluksbrenger: want eenzaamheid blijkt wel echt slecht voor het geluksgevoel. Je moet er niet alleen ziektebriefjes binnenbrengen: het is ook een ontmoetingsplaats van vele verenigingen.
Optimisme ? Het blijkt eveneens uit onderzoek dat optimistische mensen meer kan op geluk hebben, dan zwartkijkers.Leuk is de uitval naar de neoliberalen die beweren dat onzekerheid mensen aanzet tot engagement en creativiteit. Nonsens zegt Elchardus: de hypocryte bewering wordt duidelijk ontmaskerd. Het is juist de zekerheid die zorgt voor optimisme. Meteen een sneer naar die politieke partijen die teren op het pessimisme en de onzekerheid van de bevolking: ze zorgen alleen maar voor ontevreden en ongelukkige mensen. Wil je gelukkig zijn: geen stem voor die partijen !
Waardering ? Inderdaad, er is een verband tussen geluk en waardering. Mijn vader zei dit altijd heel wijs: "iedereen kan een woordje lof verdragen". Blijkt een van de pijnpunten in ons landje: we krijgen niet voldoende promotiekansen en waardering in het bedrijf. In het rapport staat er de aanbeveling dat er werk is voor de HRM-diensten.Maar ik vermoedt dat het niet meer zo eenvoudig is met die supersalarissen en afscheidsvergoedingen van de CEO's.
Wijsheid ? Blijkt dat er een verband bestaat tussen leeftijd,wijsheid en geluk.Eenmaal ouder dan 55 jaar lacht het geluk je toe.
Maar laten we vooral de raad van een oude wijze in acht nemen : "drink iedere dag een groot glas water, slaap genoeg, beweeg en hebt respect voor de rust van je buren"
BTC, de Belgische Technische cooperatie, organiseert zoiets als een algemene informatiecyclus. Vier weekends of twee weken waarbij je een opleidingsprogramma krijgt over verschillende aspecten van ontwikkelingssamenwerking.Men vraagt 50 euro inschrijvingsgeld, niet eens 10% van de werkelijke kost per deelnemer. Ik schreef me in en kwam als senior terecht in een groep jongeren, meestal pas afgestudeerd met twee of drie diploma's en veel engagement op zak. De meesten hoopten naar het buitenland te vertrekken om aan ontwikkelingssamenwerking te doen. De realiteit is dat de cooperanten in het zuiden voor 65% ouderen zijn en dat jongeren weinig of geen kansen krijgen. Bij de opleiding moest ik soms nogal eens het verstand op zero zetten: sommige sprekers kwamen vooral om reclame te maken vooor hun winkel, de stortvloed aan informatie was niet te stuiten van economie tot de wereldbank, van gender tot anthropologie, van informatief spelmateriaal tot getuigenissen. Er was weinig plaats voor ervaringsuitwisselingen, vragen en discussie. De context van een jeugdherberg, examenverplichtingen en regiede regels bevorderen mijn leerproces niet.. De opleiding is af. Houd ik er iets aan over buiten de vele nota's, de cursus met CD-Rom en een paper ( zie: http://www.bloggen.be/lieven) ? Wellicht dat sommige ontwikkelingsamenwerkingsprojecten beter als solidariteitsprojecten zouden betiteld worden en in de eerste plaats een visie nodig hebben...
Frans Buelens schreef een interessant boek over de winsten die de grote Belgische bedrijven wegsleepten uit onze voormalige colonie Congo. Frans Buelens is een specialist in het onderzoeken hoe de beurs en de Belgische holdings en multi's winst maken. Hij maakt dan ook nauwkeurige berekeningen op basis van boekhoudingen en beursnoteringen. Zo zie je dat tijdens de Koreaanse oorlog de winsten stegen van 22 naar 26%. De hoogste winsten werden geboekt in de mijnsector (tussen 49 en 63,4%). Congo was figuurlijk en letterlijk een goudmijn voor de Belgische bedrijven en holdings,waardoor wij ook tijdens WOI en WOII geen geldgebrek kenden. Vanuit de mijnsector konden multi's in ons land nieuwe belangrijke sectoren uitbouwen in de non-ferro, de diamantindustrie en de kernenergie. Het zal dus geen toeval zijn dat Albert Frere nog steeds meest binnenharkt. Het doet me ook denken aan het verhaal van Eddy Laurijssen, directeur van het Bureau van de Internationale Arbeidsorganisatie te Brussel. Bij een inspectietocht in Katanga botste hij op een afgesloten mijnkamp waar niet minder dan 20.000 Chinese arbeiders tewerkgesteld werden. Wat bleek ? De Chinese regering had een handelsakkoord afgesloten met de Katangese regering over de kobalt en koperwinning. Niet minder dan 20.000 Chinese arbeiders werden overgebracht om alles uit de grond te halen en werden gehuisvesd in afgesloten" kampen". De strijd om via uitbuiting en grondstoffen een machtige positie is de wereld te bekomen; gaat blijkbaar onverminderd verder....