Vandaag bezocht ik het "museum van de Arbeid" in Joburg.Het is een gerestaureerde slaapplaats voor migranten die in de mijnen kwamen werken. Alles is nog intakt: de betonnen britsen, de douches, de toiletten. Het waren de gemeentes of de werkgevers die dergelijke slaapplaatsen inrichtten om de migranten beter te kunnen controleren. De migrantenarbeiders kwamen in de eerste plaats uit de naburige landen. Ze werden met vliegtuigjes uit de dorpen aangevoerd en kregen een contract voor 12 of 18 maanden én een hongerloon. In hun verblijf mochten ze niks: niet vergaderen, zich niet ontspannen, geen bier brouwen of drinken: ze mochten alleen 's zondags naar de kerk. In 1896 werd in Zuid-Afrika een belasting op de hutten ingevoerd: zo werden boeren uit rurale gebieden verplicht in de mijnen te gaan werken. In 1896 werden de pasjeswetten ingericht om de migranten in de mijnen te kunnen houden, ze wilden immers vertrekken omdat ze zo weinig betaald werden. In 1902 werden 65.000 chinese arbeiders ingevoerd, amper aangekomen organiseerden ze in 1905 een grote staking tegen hun leef en arbeidsomstandigheden In 1910 werden ze gewoon naar China teruggestuurd. In die slaapplaatsen was er een blanke chef die oppermachtig was en moest controleren of er geen bier gedronken werd of geen vrouwen werden binnengesmokkeld. Veel chefs hadden een drankprobleem, waardoor de sleutels en de stok een weinig indrukwekkend symbool van hun macht waren. In 1917 staakten de gemeentelijk "bucketboys". Zij moesten overal de toiletemmers ledigen voor 5 rand in een Zevendagenweek. De staking werd gebroken door de politie en ze moesten drie maand werken zonder loon. Twee opmerkelijke sterke vrouwen krijgen een speciale vermelding in het museum voor hun militante bijdrage aan de vakbondstrijd voor betere arbeidsomstandigheden: Mary Fitzgerald en Hilda Watts. Mary was een ingeweken Ierse en werkte als dactylo op de mijnwerkersvakbond. Door haar werk kende ze de problemen van de mijnwerkers. Ze bleef niet achter haar typmachine zitten en organiseerde solidariteitsacties voor de mijnwerkers in staking. Zo kon ze de trambestuurders laten meestaken, zodat het effect van de mijnwerkersstaking nog groter werd. Ze kreeg de bijnaam Mary pikhouweel, omdat ze ooit een groep vrouwen gewapend met pikhouwelen de warenhuizen liet bestormen om eten voor de mijnwerkers op te halen. Ze was de eerste verkozen vrouw in de stadsraad van Johannesburg en streed mee in de beweging voor het vrouwenstemrecht. Hilda Watts werd als eerte communistische afgevaardigde in de stadsraad van Johannesburg gekozen ( 1944) en deed vlijmscherpe tussenkomsten om het lot van de migranten in de slaapplaatsen van de stad te verbeteren.Ze streed tegen het fascisme en het racisme en voor wereldvrede.Haar publieke optreden waren zo succesvol dat ze verbod kreeg om nog in het openbaar te spreken of te publiceren.Toen de politie haar thuis wilde arresteren ( ze stond onder huisarrest), vluchtte ze te voet naar Botswana. van daaruit trok ze naar London om de internationale solidariteitscampagne tegen Apartheid in Europa te voeren.
De laatste dag van het seminarie volgt een verslag van de werkgroepen en een discussie over de slotverklaring. ik bekijk het met verwondeeing: de verslaggevers maken er een erezaak van de discussies in de werkgroepen zo correct mogelijk weer te geven,over de verklaring wordt soms gekommaneukt. Plots zitten we in een minicongres, waar ook minutenlang over de procedure kan gediscussieerd worden. Maar bij technische problemen wordt niet gezaagd: de vrouwen beinnen strijdliederen te zingen en de beamer kan niks anders dan na een half uurtje weer zijn opdracht vervullen. Alle deelnemers zijn het eens dat de peer-educaters strategie niet moet afgeschreven worden en noodzakelijk is om de Hiv problematiek efficient te bestrijden. De oorzaken van HIV zijn multipel: armoede, maar ook culturele en godsdienstige verschillen. De rol van de peereducators is in de eerste plaats informeren en vormen, de slachtoffers beschermen en bijstaan en zorgen voor toegang tot medicamenten en condooms.Daarom moeten peer-educators niet alleen een voorbeeld zijn, maar moeten ze het vertrouwen van de werknemers verwerven.Ze moeten extra tijd investeren,maar ook de nodige tijd krijgen om hun opdracht te vervullen. Een bedrijf moet een Hiv-beleid hebben. Binnen dit kader kunnen peer-educators een belangrijke rol spelen om de noodzakelijke gedragsverandering bij de werknemers te bewerken. Vooral het middenkader heeft problemen om een Hiv-beleid een plaats te geven in een bedrijf dat winst en productie prioritair plaatst.Werkgevers moeten overtuigd worden dat het absenteisme zal verminderen, de productiviteit stijgen en er minder Hiv+ werknemers en Aidsdoden zullen vallen.Dit moet in CAO's verankerd worden.
Een slotverklaring om iets mee te doen, niet om te verdwijnen tussen de vele paperassen die aan de grond van het probleem niks veranderen. Het seminarie was innovatief.Grenzen tussen landen in Afrika,tussen Projecten;tussen uitvoerders en beslissers, tussen denkers en doeners werden doorbroken. Een noodzaak, want de tijd dringt,: ieder Aids-slachtoffer is er een te veel.
In het seminarie over de bestrijding van Hic-Aids begint een zoektocht naar de functie en de kwaliteiten die een Peer-educator moet hebben. Maar kort eerst de definitie van een peereducator: het is een "gelijke" die informatie over Hiv/aids geeft aan de werknemers in een bedrijf. Meteen blijken er vele soorten peereducators te bestaan: werkgeverspeereducators, vakbondspeereducators, onafhankelijke professionele peer-educators. In de praktijk vervullen die veel verschillende rollen; van voorlichter tot vertrouwenspersoon tot "sangoma" geneesheer, adviseur over gezond eten tot de rol van een delegee die de belangen van zieke werknemers verdedigd tegen ontslag, absenteisme en afwezigheid of het verkrijgen van vervangende tewerkstelling. Een groot probleem is het stigma of de negatieve bijklank die een HIV+ werknemer krijgt. Werknemers zijn op dat vlak weinig solidair of begrijpend. iedereen met een HIV+status wordt genadeloos geisoleerd en op zichzelf terug geworpen. Werkgever willen uiteraard de status van hun werknemers kennen, zogezegd om preventief te kunnen optreden, om de werknemers de juiste verzorging en medicatie te kunnen bieden. in de praktijk worden Hiv+ werknemers ontslagen of in het beste geval gedemoteerd.
Geheimhouding van de gegevens door de peereducaors is een belangrijke garantie om het vertrouwen van de werknemers te behouden.Maar dokters geven het dossier gewoon door aan verplegers of andere dokters, tja de eed van Hippocrates lijkt weinig vertrouwen in de Zuid-Afrikaanse context op te wekken.
En daar is dan nog de arbeidswetgeving die het verbod op discriminatie op de arbeidsplaats voorschrijft, een gevolg van de historische anti-apartheidsstrijd.Allemaal kleine hulpmiddelen om te komen tot een efficiente hiv-aids politiek in de bedrijven via peereducators. Toch wordt het begrip peereducators donmiddelijk gelinkt aan Hiv/aids. Daarom regent het voorstellen om een andere naam te vinden zoals Welnessofficers, na een tijdje zal ook die naam wel door het virus van de discriminatie en de vooroordelen aangetast zijn.
De peereducators zijn op zoek naar een gemeenschappelijke noemer, naar hun identiteit. Normaal want zij komen uit verschillende sectoren, verschillende vakbondsorganisaties en verschillende bedrijven. Ieder deelnemer aan het seminarie heeft een andere rol: sommigen zijn vakbondsafgevaardigde, of vakbondssecretaris. Zij komen uit verschillende regio's zelfs uit verschillende landen: Kenia, Malawi, Ruanda, Belgie en Zuid-Afrika.
Ruanda heeft een regeringsprogramma om Hiv-Aids te bestrijden, maar het probleem is relatief klein: 3% van de bevolking of 150.000 Hiv+ inwoners.In 2009 hadden 30 bedrijven van de 5000 bedrijven een HIV programma, vandaag zijn er 103 bedrijven. De vakbond van de vrachtwagenchauffeurs heeft een klein project over HIV, omdat een infectie als HIV zich niet door grenzen laat afschrikken.
In Malawi heeft de Voedingsvakbond een 30-tal peereducators die door de werkgeversfederatie betaald worden. Zij krijgen opleiding, delen condooms uit en spreken op bedrijfsvergaderingen. Iemand die uit de kast komt krijgt extra voeding en een kleine premie.Maar vakbonden hebben geen toegang tot internationale Aids fondsen. Dit is bestemd voor NGO's die vooral culturele uitwassen op het platteland bestrijden.Zo worden 10jarige meisjes reeds vooraf uitgehuwelijkt of moet een man wiens vrouw overleden is een andere vrouw uit de gemeenschap kiezen.
In Kenia is 65% van de bevolking arm, zzer arm . Zij moeten overleven met minder dan 1 dollar per dag.Dit is een oorzaak van Hiv+. De vakbond zal dan ook de komende drie jaar een peer-educators programma opzetten.
De Textielvakbond heeft een vakbonds-Ngo opgezt die een groot programma van Aidsverzorging heeft georganiseerd met thuiszorg, verzorging in eigen ziekenhuizen, ambulante bussen die op de bedrijven testen en verzorging uitvoeren, een toneelgroep die de scholieren bewust maakt van het probleem, concrete hulp heeft aan familie, een volledig programma dat diensten verleend, behandelingsprogramma's organiseeert en delegees vorminscursussen geeft.
Er is dus veel vooruitgang geboekt in de Hiv/Aids bestrijding: Hiv+ bevonden worden is geen doodvonnis meer op voorwaarde dat je tijdig met de behandeling start.
Dit staat mijlenver af van wat grote organisaties als Unaids en de Internationale arbeidsorganisatie aan aanbevelingen en grote rapporten en verklaringen produceren. Peer-educators staan met de twee voeten in de arbeidsrealiteit,veel hebben ze niet meteen aan ronkende verklaringen en principes. Ze moeten de wetgeving en de CAO's gebruiken om de belangen van alle werknemers,maar vooral de zwakke en zieke werknemers te kunnen verdedigen.
Na een flinke nachtvlucht duiken we het seminaire van Peereducators bij de vakbond binnen. Iets te laat, Brian Brink( Anglo-American) is reeds zijn tussenkomst gestart.Ze hebben het programma overhoop moeten gooien door onze laattijdige aankomst.Geen erg, een spreker of twee later volgt de voorstelling van de aanwezigen en worden we vlotjes in de groep opgenomen.Peer-educators en verantwoordelijken uit de mijnsector, de bouw, de banken, het onderwijs en de textiel. project coordinatoren en vakbondsverantwoordelijken uit Ruanda, Kenia en Malawi. Brian Brink legt namens de werkgevers uit dat de grootste kost voor het bedrijf het absenteisme is.Je kan dus de effectiviteit van de HIV-Aids bestrijding in een bedrijf onmiddeliijk meten aan de groei of de daling van het absenteisme. Hij roept de peer-educaors en de vakbond op om ambitieus te zijn: de beste medicijnen moeten verstrekt worden, geen goedkope maar slechte medicamenten,peereducaors moeten geloven in zichzelf en hebben een voorbeeldfunctie bij testen. Zij hebben een zeer belangrijke rol; meestal is de reacitie van de arbeiders erg positief::" het is de eerste maal dat er zich iemand om ons bekommerd". Een tweede sprker komt de pas opgerichtte vereniging voor peer-educators voorstellen SABCOHA. Zij organiseerden vorige week een congres met 600 aanwezige peer-educators.Zij hebben deze vereniging opgericht omdat een van de grootste problemen van peer-educators het gebrek aan erkenning en ondersteuning is in het bedrijf. Zij willen een lobbygroep zijn die de inhoudelijke opleiding en ondersteuning van de peereducaors aanpakt en de werkgevers dwingt de peer-educators te erkennen door te zorgen voor meer zichtbaarheid ( T-shirts) én een budget.
Een uitsmijter van hen: om Hiv-Aids werknemers aan het werk te houden is er een algemene gezonde werkomgeving nodig. Zij zijn immers nog kwetsbaarder dan andere werknemers voor de schadelijke gevolgen van stog, lawaai, schadelijke stoffen.
De derde spreekster Stella Ntimbame werkt voor Aglo Fields, een wereldwijd bedrijf met 70.000 werknemers en 1000 peereducators in Canada, Peru,Australie en Zuid-Afrika. Het bedrijfsbeleid inzake Hiv/Aids schrijft zich volledig in in het regeringsbeleid en de CAO's die in de mijnsector hierover werden afgesloten.. Stella schets de hoofdooraak van het probleem: de unisexhostels waar mannen alleen verblijven en op zoek gaan naar een prostitue. Een vluggertje kost amper 2 euro. De geloven zijn zwaar en hebben hun wortels in het feit dat er over Hiv/aids gezwegen wordt. Want het stigma en de discriminatie in veel bedrijven zijn nog steeds enorm en vooral: hoe vertel ik dit nua aan mijn vrouw,aan mijn kinderen ? Het bespreekbaar maken, zich regelmatig laten testen en indien nodig behandelen; daarvoor zijn vertrouwen en peer-educators een noodzaak.
Op een persvoorstelling van de Kathe Kollwitz vredesloop in Ieper getuigden Habiba ( Tunesie) en Asra (Egypte) over de situatie in hun land.Het is de 15° editie van de Kathe Kollwitz vredesloop onder de titel Arabische lente. Deze organisatie kiest steeds een inhoudelijk thema en heeft een duidelijk manifest voor vrede, vriendschap en solidariteit opgesteld. Kathe Kollwitz was de moeder van Peter Kollwitz die als jonge Duitse soldaat in de eerste wereldoorlog sneuvelde. Zijn moeder was kunstenares en maakte een standbeeld als herinnering aan haar zoon: het treurende ouderpaar. Dit als aanklacht tegen de waanzin van de oorlog. Terug naar de Arabische lente en de getuigenissen. Habiba schetste een weinig fraai beeld van de huidige situatie in Tunesie. De redenen voor de opstand waren duidelijk. Toen een wanhopige man zichzelf in brand stak tegen de corruptie en de armoede, de misbruiken van het dictatoriale regime van Ben Ali brak er een lange reeks van protesten los. De toestand was voor het Tunesische volk stilaan ondraaglijk geworden: hoog gediplomeerde jongeren vonden geen werk, men mocht niet naar Al Jazeerah kijken,communicatie met internet en gsm's werd streng gecontroleerd. Plots was het allemaal genoeg en is iedereen 'ontploft'. Toen ontdekte de bevolking de miljarden Euro's en de schaamteloze rijkdom van de leiders van het regime. Vandaag is de toestand zorgwekkend: de bevolking heeft een verkeerde interpretatie van het begrip vrijheid. Politie en leger kijken toe terwijl de wetgeving volledig genegeerd wordt.Er wordt geroofd en geplunderd, ook bij gewone burgers, en men rijdt vrolijk door het rode licht. Want het is toch revolutie ? Habiba hoopt dat de komende verkiezingen op 22 oktober toch enige duidelijkheid en orde in het land kunnen brengen. Maar er zijn 114 politieke partijen, dikwijls gewoon bestaande uit familieclans.Dit geeft dus toch zowat bedenkingen over de goed afloop van de revolutie. Asra uit Egypte heeft een soortgelijk verhaal,alleen meer ingekleurd door de tegenstelling tussen christenen en Islamieten.Hij vreest dat het moslimbroederschap heimelijk aan de touwtjes trekt en reeds zoete broodjes bakt met het Westen. Onder het regime van het Moslimbroederschap zal het moderne Egypte verdwijnen: vrouwen met een hoofddoek mogen niet meer gaan werken of studeren, toerisme kan niet meer door de bikini's van de vrouwelijke toeristen,alles zal duurder worden en de armoede zal toenemen. Op het agenda staat een confrontatie met Israel en daar kan alleen maar een oorlog in het Midden-Oosten van komen. Veel Egyptenaren hebben nu reeds een uitgewerkt plan om bij een politieke overwinning van het Moslimbroederschap te emigreren en te vluchten. Het lijkt er dan ook sterk op dat de Arabische lente omslaat in een harde en medogenloze winter.