In Johannesburg regent het reeds weken en men voorspelt nog meer. De gevolgen zijn dramatisch: de shaks in de Townships overstromen. Het weinige dat de mensen hebben dobbert door de vervuilde straten. De inwoners wachten gelaten op een brandweerwagen die het water wegpompt of op de zon om hun matrassen te laten drogen. Maar het probleem is groter: zo werd de metro gesloten omdat er onvoldoende pompen waren om de duizenden lieters water weg te pompen. En dan de mijnen; het is alle hens aan dek om het water uit de goud en platinamijnen weg te pompen. Eens een mijn onder water loopt betekent dit meestal het einde van de mijn en verlies van jobs voor de mijnwerkers.Er wordt dus alles op alles gezet om de mijnen leeg te pompen en het nieuwe water op te pompen. Dit water is sterk vervuild door de mijnactiviteiten. Opnieuw een probleem. Maar in de kranten schrijft men over rampscenario's waarbij de grondvesten van de grote wolkenkrabbers door ondergrondse waterstromen zouden begeven en de wolkenkrabbers in Johannesburg zouden instorten. Dergelijk rampscenario's blijven uit,maar toch zijn er reeds meer dan veertig doden. Het is duidelijk dat het wereldkampioen Voetbal nog niet voorbij is. Het gonst van voetbal op de TV-schermen en in de voetbalstadia. De regering smeekt de voetbalclubs de stadia intensief te gebruiken om de onderhoudskosten op zijn minst te kunnen recuperen.Want dit is wel duidelijk: de grote kosten en investeringen die een wereldkampioenschap voetbal nodig hadden blijven oplopen door accomodatie die niet of onvoldoende gebruikt worden. De prijzen van levensmiddelen zoals brood waren reeds hoog en blijven hoog. Het wereldkampioenschap voetbal heeft ook de stijgende kosten voor het overleven de hoogte ingejaagd. Na het wereldkampioenschap voetbal bleven veel Zuid-Afrikanen werkloos achter. De werkloosheid bedraagt hier tussen de 20 en de 25%, omdat je met de informele sector niet alles in kaart hebt. Werk is dus dringend noodzakelijk. Gisteren kondigde Gwede Mantashe een tienjarenplan aan dat 5 miljoen nieuwe jobs zou moeten creeeren door economische groei. De krantencommentaren zijn sceptisch: als de ANC nu ook eens zou doen wat ze beloven. Het gaat ook hier over de geloofwaardigheid van de politiek.
In het kader van een project "Dromen van Rozen"-verhalen van Armoede en Strijd interviewde ik een viert-tal tachtigers-plus. Zo kwam ik terecht bij Antonia Roudouk, afkomstig uit Myakoti in Oekraine. Haar verhaal greep me sterk aan: je vraagt je af wat een mens in zijn leven allemaal aankan. Antonia moet ongeveer vier jaar geweest zijn toen ze de nationalisering na de Russische revolutie van de ouderlijke herenhoeve meemaakte. Bij relletjes na de revolutie, werd haar vader,een voormalige politieman, doodgeschoten. Haar moeder moest de vier kinderen alleen verder opvoeden. Antonia liep geen school, ze was een beetje slechtziend en moest haar moeder helpen. Maar ze leerde lezen en schrijven aan haar zussen. De Duitse bezetting was verschrikkelijk: joden werden neergemaaid en met kalk in massagraven door te executeren soortgenoten met aarde overdekt,paarden lagen in de maisvelden te rotten,onontplofte handgranaten vormden een permanent gevaar voor de nieuwsgierige kinderen. De Duitsers ontvoerden ook alle kinderen en mannen die in de wapenfabrieken konden tewerkgesteld worden.De Nazi's vonden de Oekrainers een minderwaardig volk. Omdat er nog geen kinderen uit Antonia's familie naar Duitsland hadden moeten vertrekken, werd zij op transport gesteld. Zo werkte Antonia als OST-arbeidster tot aan het eind van de oorlog in de wapenindustrie bij de Paul Muller fabriek in Thruringen,waar zij haar toekomstige man, Albert uit Waregem leerde kennen. Zij werden goed bewaakt door de Duitse politie,kregen hongersoep en moesten dag en nacht werken om te kunnen overleven. Bij de bevrijding werd Antonia op Amerikaanse vrachtwagens snel nog naar België gebracht,dit deel van Duitsland zou door de verdeling van Duitsland onder USSR-voogdij vallen. Antonia heeft nochtans geaarzeld. Albert was niet enige die zijn oog op Antonia laten vallen had en zij wilde terug naar haar dorp in Oekraine,naar haar familie,naar haar moeder. Zij wou haar moeder geen verdriet aandoen,als de andere meisjes uit het dorp terugkwamen en zij niet. Maar Albert drong aan en zij gaf toe, vooral onder druk van haar Russische vriendin Tanja, die ook met een lief naar Belgie vertrok. In Waregem werden ze door de bevolking aangestaard en begaapt als een curiosum. Albert trok met Antonia naar zijn vader en zei:" als je mijn toekomstige vrouw niet aanvaardt, vertrek ik" De vader van Albert nam Antonia bij de hand en leidde haar binnen in het ouderlijk huis. Antonia denkt dikwijls met heimwee en tranen terug aan Myakoti, nu minder dan vroeger, maar toch !
Soms is het woord rebel en poweet synoniem. Deze Franstalige Brusselaar met Vlaamse roots is naast de pralines en de chokolade een van de best bekende Belgische produkten. Hij werd wereldwijd gecoverd en zijn teksten leven vandaag nog steeds verder in het collectieve geheugen. Gisteren werd het beroemde interview Brel-Brassens -Ferré uit 1969 opnieuw uitgezonden. Het was zeer informatief om de houding van Jacques Brel te begrijpen. Vooreerst was Brel van mening dat België beter verdiende dan zijn tijd te verprutsen met de eeuwige taalstrijd. Dit maakte hem woedend,maar hij kon er niets aan veranderen. Nochtans was Brel niet a-politiek. Hij had er nog aan gedacht een nieuwe politieke partij op te richten die zou deelnemen aan de gemeenteraadsverkiezingen in Luik. Want de bestaande politieke partijen boden geen antwoord op zijn algemene maatschappijkritiek. Hij was te veel individualist om zich in een politieke partij te engageren. Bij zijn afscheidstourneé trad hij toch op in de verkiezingscampagne van Pierre Mendez France: zijn anti-facisme, zijn anti-kolonialisme en zijn links -socialisme kon hij delen. Maar toen men hem vroeg of hij nu toch links was, antwoordde Brel ontwijkend: het was de enige kandidaat die over de toekomst sprak... Zijn ervaringen met de liedjes over Vlaanderen en de Belgische problematiek hadden hem voorzichtig gemaakt. Zo lang hij over Vlaanderen zong als een "platte land" of de meisjes lieftallig als"Marieken"minnekoosde werd hij op de handen gedragen. Van zodra Brel zijn cynische blik op het al te katholieke en brave Vlaanderen gebruikte in "Les Flamandes" steeg de kritiek luidkeels op. Rechts Vlaanderen kondigde de culturele boycott aan van Brel, want hij had hen in het diepst van hun ziel beledigd. Brel ging natuurlijk een een stapje verder. In La La La heeft hij het over zijn oude dag, waarbij hij in Belgie zou wonen en veel kritiek zal krijgen als hij voor een republiek pleit en de "flaminganten" verwenst. Het begrip "flaminganten" verwijst voor Brel naar de vooroorlogse Vlaamse politieke VNV-partij. In zijn lied over de "flaminganten" verwijt hij hen ondubbelzinnig de taalstrijd, waardoor er enkel Nederlands over de taalgrens mag gepraat worden. Voor Brel een gebrek aan cultuur... Over Brel schrijven zonder het te hebben over de poweet, de verleider zou onvolledig zijn. Brel zal verder leven door zijn prachtige verzen in " Ne me quitte pas", " Quand on a que l'amaour". Met veel pathos zette hij zich op zijn knieen voor de vrouwen, de hand op het hart. Met succes, zegt men...