Quicky toonde in het pensioendebat over de zware en belastende beroepen zijn ware aard: hij heeft gewoon minachting voor de arbeiders die hun brood moeten verdienen met hard werken. Zijn voorbeeld over de rattenvangers was meteen hilarisch: in Vlaanderen zijn er in totaal 94 rattenvangers en vier chefs die dit beroep uitoefenen. Ik veronderstel dat we het hier hebben over vijf of zes personeelsleden die langer aan de slag moeten ? Hij dacht de "slimme" uit te hangen met zijn voorbeeldje,maar hij noemt wel een categorie die meer dan zijn geld opbrengt door de dijken te beschermen. De factuur om de dijken te herstellen zal hoger zijn dan de besparing. En misschien omdat dit kadert in een Europees project waarbij 25% van de kosten door Europa betaald wordt en dat nu net in maart 2012 afloopt. Het had dus niks te maken met besparingen maar met de ideologische benadering dat iedereen twee jaar langer moet werken. Uitgezonderd die groepen die de voorbije weken hun tanden konden tonen: de Nmbs, de journalisten, de politie, het leger, de bouwvakkers, de metaalarbeiders,..... maar niet de rattenvangers ! Ook tante Monica had een uitschuiver met de uitspraak dat niemand langer wou werken en een uitzondering wilde op het langer werken. Ze zou beter eens nadenken voor ze iets zegt. Als socialiste zou ze moeten weten dat arbeiders minder lang leven dan bedienden en dat dit komt door de noeste arbeid. Arbeiders genieten dus minder lang van hun lage pensioentje... Terug naar de discussie: iedereen moet langer werken voor hij op vervroegd pensioen kan gaan. Voor arbeiders met een zwaar en belastend beroep is de vraag niet langer werken , maar dikwijls vroeger in de ziekteverzekering omdat ze gewoon niet langer kunnen werken. In de ons omringende landen( ja als we dan toch moeten vergelijken voor de concurrentiekracht, dan kunnen we ook andere dingen eens vergelijken) is men reeds langer met deze discussie bezig. Zowel in Nederland als in Frankrijk is men het erover eens dat werknemers met een zwaar beroep of werknemers die in aanraking kwamen met toxische produkten vervroegd kunnen uittreden. Er bestaan wetenschappelijke studies, lijsten van beroepen die erkend zijn... waarom maakt onze "slimme" minister daar geen gebruik van ? Omdat de rattenvanger van Hamelen met zijn neo-liberale deuntje hoopt de werknemers te bedriegen.... en denkt dat ze naief zijn als kinderen.Wij geloven echter niet langer in liberale sprookjes.
Een deel van deze blog verscheen in herwerkte versie in de vorm van een boek. Verkrijgbaar in de boekhandel !
Kleine verhalen over solidariteit Lieven Vanhoutte (tekst) - René Van Cauwenberghe (foto's) Vakbondswerking is meer dan alleen maar vergaderingen en congressen. Dat bewijst dit boek, dat een inspirerende wandeling biedt doorheen dertig jaar syndicaal engagement en internationaal activisme. Vanuit de ontwapenende beschrijving van persoonlijke contacten en belevenissen geeft de auteur een unieke inkijk op een brede waaier van internationale samenlevingsproblemen. Lieven Vanhoutte bouwt zijn visie op vanuit de mens, eerder dan vanuit grenzen of structuren. Internationale solidariteit krijgt daardoor een gezicht. Ook letterlijk, door de samenwerking met fotograaf René Van Cauwenberge. De concrete verhalen schetsen het onrecht waar vakbonden wereldwijd tegen vechten. Waardig werk en een waardig leven zijn niet enkel een holle slogan. Het is ook het verhaal van Ekki, Bongi en Atef, het is het verhaal van hun strijd. Met de steun van de Algemene Centrale van het ABVV Auteur Lieven Vanhoutte is sociaal pedagoog, journalist en coördinator Europese en internationale actie van de Algemene Centrale van het ABVV. Zijn reisblogs vormden de basis voor dit boek. René Van Cauwenberge is gewestelijk voorzitter van de Algemene Centrale van het ABVV Vlaams-Brabant. Hij organiseert al jaren internationale solidariteitsprojecten. Zijn eenvoudige foto's geven vaak beter dan paginalange teksten de realiteit weer. Technische gegevens
Titel: Kleine verhalen over solidariteit Auteur: Lieven Vanhoutte Uitgeverij EPO, Berchem-Antwerpen, 2012 isbn: 9789491297229 paperback (17 x 21 cm) 184 p. prijs: 15.00
Momenteel loopt een film over Magareth Thatcher, de ijzeren dame, in de bioscoop. Het geeft een speciale couleur aan de voorbije vakbondsstaking en de vele jongerenreacties tegen die actie.Zo een dertig jaar geleden werd de solidariteit met de mijnwerkersstaking georganiseerd met inzameling van kleren en voedsel. We waren fier twee camions naar Engeland te kunnen sturen en luisterden met Rode oortjes naar Ivan die toen de missie volbracht.Wat we toen niet beseften was dat Thatcher de ondergang van de machtige Britse vakbonden organiseerde.Voor haar bestond de samenleving en het woord solidariteit niet: vanuit haar neoliberale visie was zij ervan overtuigd dat iedereen zelf zijn plan moest trekken en dat die kracht de crisis in Groot-Brittanie zou oplossen. De jongeren die gisteren op de vakbondsacties reageerden denken net zo: zij, welgeschapen IT-ers of zelfverklaarde bedrijfsleiders zullen door hard werken de crisis in eigen land aanpakken en oplossen. Arbeiders uit bedrijven zijn overbodig, die kunnen door migranten losjes vervangen worden om de nodige basis-industrieen in leven te houden. Iedereen voelt zich Zuckerberg, iedereen voelt zich Iron lady. Dat deze visie een aantal consequenties heeft is niet zo gemakkelijk te vatten: minder staat en minder belastingen, maar ook minder openbare voorzieningen. Minder sociale zekerheid en meer privéverzekeringen. Oeps zouden we nu toch alles zelf moeten oplossen in deze crisistijden ? Het verhaal met Thatcher zou ons toch wel iets moeten geleerd hebben: haar desatreus beleid was een uitverkoop van het Britse economisch imperium aan de multi's, de arbeiders verloren alles zelfs hun eenvoudige huisjes waarvoor ze levenlang gewerkt hadden, enkel de bankwereld- the city- mag ongecontroleerd speculeren en de vakbonden verliezen zich in het optreden in verspreidde slagorde om de geframenteerde werknmers te vezrdedigen. De media zijn de slaafjes van de regerende coalitie; die kritiekloos de USA achterna loopt. Enkel het heroptreden van Monty Pyton geeft hoop; zo kunnen we nog eens goed lachen..
Ludo Abicht was te gast op de eerste filo-avond in Waregem naar aanleiding van zijn boek De Haan van Asklepios Dit boek is het vervolg op het boek over emotionele intelligentie, een pleidooi voor meer emotie in je moraal.
Eerst iets over zijn boek. De titel verwijst naar de laatste woorden van Socrates voor hij de giftbeker dronk aan zijn leerlingen: Vergeet niet een haan te offeren aan Asklepios. In het toenmalige Griekenland was het immers de gewoonte een haan te offeren aan de God van de gezondheid Asklepios wanneer men genezen was van een erge ziekte. Hoe moeten we die boodschap nu interpreteren ? Socrates had getwijfeld of hij die giftbeker wel zou drinken. Zijn leerlingen hadden hard op hem ingepraat om te vragen dat Socrates de stad zou uitvluchten en zijn werk in een andere stad zou verder zetten. Bijna was Socrates verleid om hieraan toe te geven, dit zou echter een verraad zijn aan zijn rebelse zelf, aan zijn publieke getuigenis als filosoof,die onkreukbaar de waarheid opzocht en hierover publiek sprak. Het zou verraad zijn aan zijn boodschap. Socrates dronk dus de giftbeker en was niet bezweken aan de ziekte van de verleiding. Vandaar: de haan voor Asklepios. Voor Ludo Abicht de uitleg over zijn eigen opdracht en taak als filosoof: steeds opnieuw op zoek gaan naar de waarheid en die waarheid luidop zeggen.
Bestaat God ?
Ludo Abicht is een volgeling van Leo Apostel. Zijn antwoord: hoogst waarschijnlijk is er geen god. Een verstandig mens komt bijna automatisch tot de conclusie dat God niet bestaat en dat het toeval dus een enorme rol speelt. Door de eeuwen heen zijn atheïsten zeer lang in een defensieve rol gedwongen: de ganse samenleving , iedereen geloofde in de religieuze dogmas. Atheïsten moesten zich dan wel verdedigen tegen de heersnede macht, die op die vooronderstellingen gebouwd was. We mogen echter niet blijven hangen in een ouderwets antiklerkalisme,waarbij we bij wijze van spreken ons atheïsme enkel maar voeden door religie en katholicisme dagelijks door de hekel te halen. Dit volstaat niet langer. Ook de opdeling in zuilen,een gevolg van de schoolstrijd, die ervoor zorgt dat we zeker geen confrontatie krijgen met andere godsdiensten is voor Abicht voorbij. We hebben nood aan een actief pluralisme waarbij we samenwerken met anders denkenden. Wij hebben nood aan een militant atheïsme dat een antwoord geeft op de fundamentele levensvragen.
Fundamentele levensvragen
De godsdiensten stellen levensvragen,waar wij ook als Atheisten een antwoord moeten op hebben. Waar komen wij vandaan, wat doen we hier, wat na ons bestaan ? Godsdiensten zijn een antwoord op de fundamentele angst voor de dood. Zo lang er vragen zijn is er hoop, hoop op verandering. Een gelovige heeft als allereerste deugd, zoals dat heet, de eigenschap, het geloof. Dat heb ik dus niet, dat hebben wij dus niet. Dus zeg ik: de hoop. De hoop betekent dat je niet tevreden bent met hetgeen je nu hebt, maar hard werkt om daar iets aan te doen. Je kunt niet zitten hopen in je luie stoel en wachten tot het verbetert. Het zal niet verbeteren. Je moet wat doen. En hoop is iets heel actiefs.
Maar er is ook kwaad in de wereld. Het kwaad bestaat. Zoals de concentratiekampen, de folteraar als trouwe vader. De folterende huisvader, hé! Dat heb je ook bij boeken zoals die van Frantz Fanon over die Franse officieren, correct, sincère, de gaullistische figuren, heel katholiek, en dan gaan ze van negen tot vijf, letterlijk, from nine to five, folteren, en zulke dingen meer. Hoe kan dat? Dat vind je overal terug, dus het kwaad. Het kwaad, daarmee hangt natuurlijk ook samen: wat is dan dat zondebesef? Komt dat alleen maar uit de catechismus of is er inderdaad iets waarvoor wij ons soms schuldig voelen? Is het schuldverzuim, wat is het? Schuldig verzuim, of is het iets anders? Iets goeds nalaten, wat dan toch in die filosofie komt. En zo overloopt Ludo Abicht de verschillende domeinen zoals economie,politiek en liefde. Hij stelt vragen aan het publiek en weet dat volgens de Socratische methode de vraag dikwijls veel belangrijker is dan het antwoord.
In de publieke opinie staat het goed stilaan het begrip bruggepensioneerden en gepensioneerden gelijk te schakelen met "profiteurs", "mensen die niet langer willen werken en onze welvaart bedreigen" " een hangmat voor ouderen die niks doen en in hun luie zetel onderuit zakken" enz... . Jongeren willen niet langer " opdraaien" voor de kosten die dit met zich zou meebrengen. De propagandamachine draait op volle toeren en ook Humo laat volop jongeren hun aggresssiviteit spuien tegen de ouderen. Jongeren kijken niet ver achteruit, computers zoeken recente berichten op, historiek is veel moeilijker te vinden. Daarom misschien even terug naar de oorsprong van dergelijke stelsels. Brugpensioen werd ingevoerd om jongeren kansen te geven op de arbeidsmarkt.Daarom was er ook vervangingsplicht: bij een brugpensioen werd de bruggepensioneerde ontslagen maar moest hij vervangen worden door een uitkeringsgerechtigde jongere. Alleen een advies van het subregionaal tewerkstellingscomité kon een uitzondering op deze regel maken, zoniet kreeg de werkgever een fikse boete. Dit principe werd in de praktijk volledig uitgehold,enkel bij het deeltijds brugpensioen werd de vervangingsplicht nog toegepast. Het lijkt ook alsof iedere bruggepensioneerde de lotto gewonnen had en bijna hetzelfde inkomen bleef behouden alsof hij bleef werken. Ook dit vooroordeel beanwoordt slechts gedeeltelijk aan de realiteit. Sinds enkele jaren wordt het brugpensioen aardig belast en is de bijpassing van de werkgever niet zo riant als men wel denkt. Voeg daarbij de tendens om steeds minder direct loon uit te betalen maar te vervangen door allerlei voordelen die steeds meer aan de effectieve prestaties gebonden zijn en dan weet je dat bruggepensioneerden er de voorbije periode veel op achteruit gegaan zijn. Zij krijgen geen voordelen in natura, of bedrijfswagens of maaltijdcheques en ook geen ecocheques. Neem de bruggepensioneerden weg en je zal merken dat een groot deel van het vrijwilligerswerk of de sociale dienstverlening als sneeuw voor de zon verdwijnt. Of wie wandelt er met de zieken, de bejaarden. Wie babysit er ? Bruggepensioneerden werken dikwijls meer dan tijdens hun actieve loopbaan. We moeten ophouden vrijwilligerswerk of niet-betaalde arbeid als minderwaardig voor te stellen. Het geeft juist meer (onbetaalbare) mogelijkheden in de samenleving. Werknemers die langer willen werken moeten dit kunnen,ook na hun 65 jaar. Maar nu bewezen is dat de verstandelijke capaciteiten na 45 jaar afnemen,moeten er niet al te veel oude knarren langer werken in de bedrijven. Jongeren moeten kansen krijgen en goed betaald worden voor hun werk. Geef ouderen hun blog en hun fles wijn.
Traditioneel zijn de mensen met de jaarwende van goede wil. Ze wensen elkander het beste voor het komende jaar: een goede gezondheid, geluk; warmte - en alles wat men zich kan dromen. Ik wil dit jaar niet achterblijven. Maar ik zal pogen het iets scherper te formuleren om het alvast wat concreter te maken. Ik hoop dat de financiële markten en al die pipo's die speculeren met ons geld het volgend jaar minder goed doen en minder surfen op de angst waarmee zij winsten maken. De banken moeten terug bank worden: zij moeten niet speculeren met onze spaarcenten,maar zorgen dat onze centen beschermd worden tegen de inflatie.Zij moeten helemaal niet risicovol beleggen,laat ze gewoon zorgen dat ons geld stilaan meer waard wordt, zonder grote machinaties.Laten we hen gewoon controleren op hun core-business. Onze politici wens ik eindelijk rust en gewoon werk. Minder gespin,meer degelijk beleidswerk. In 2012 zijn het gemeenteraadsverkiezingen. Da's dicht bij de bevolking, dicht bij de mensen. Misschien kunnen ze eens aan de deur van de kiezers bellen en luisteren. Die oefening moet niet alleen dienen om stemmen te ronselen, maar om een degelijk beleid uit te zetten. Zonder dure consultants, maar met een echte visie.Stop met de politieke spelletjes die rechts rijk maken. De vakbonden hebben in 2012 sociale verkiezingen.Een goed moment voor de recrutering van strijdbare en nieuwe militanten. De concurrentie tussen de bonden is een slecht neveneffect dat maximaal moet beperkt worden in de campagne. De democratisering ien de verjonging n de structuren moet zijn positief resultaat krijgen. Meteen krijgen alle individualistische kritikasters van de voorbije vakbondsacties lik op stuk. Mijn vrienden en geestesgenoten wens ik veel kritische momenten. Om niet te blijven hangen in de voorgekauwde denkbeelden en analyses die alleen zichzelf bevestigen. Ik hoop dat het Vrijzinnig centrum Poincaré in Waregem eindelijk het open huis wordt waar wij allen van dromen. Een huis waar de warme mantel van de liefde de kille eigengereidheidheid van de goegemeenschap verjaagd. Mijn lieve en grote familie wens ik veel mooie momenten, maar vooral geduld met mijn onrustige en rebelse geest. Ik wil hen niet meer ambeteren dan in het verleden, maar wakker houden uit de verdovende slaap waarin onze samenleving ieder probeert te wiegen. Soms ontbreekt daarin een beetje tact, ik zal er in 2012 proberen aan te denken.
Half wakend, half slapend is de toestand waarin je meestal droomt. Tussen realiteit en irrealiteit. Het geeft rust, het is een verwerkingsproces van de dagelijkse gebeurtenissen. Een teken dat je hersenen nog (ver)werken. Realiteit kan hard aankomen en tijd nodig hebben om te verwerken, irrealiteit kan je vooruitstuwen, recht de afgrond in. Iedereen droomt, gelukkig maar. Je kan dromen voor en over jezelf. Succes als zanger, politicus, gigolo of vedette. Je krijgt appalus, je mag handtekeningen zetten, televisieoptredens doen, interviews geven in de blaadjes, duizenden vriendjes op facebook die je leuk vinden. Je kan ook dromen over die andere, betere samenleving. Met een samenleving die hoopvoller, rechtvaardiger, minder ongelijk is. Meer solidariteit, geen honger en ondervoeding. Kinderen kunnen gratis studeren en kunnen bij een dokter terecht als ze ziek zijn. Kortom ze hebben het iets beter dan hun ouders en ze schoppen het in hun leven veel verder dan hun ouders. Vannacht droomde ik over mijn kleinkind Iris, andere nachten komen andere thema's aan bod. Vier maand en Iris lacht me toe, kirt en speelt. Ze moet nog alles leren: lopen, babbelen, zingen, spelen en lezen, schrijven en rekenen. Maar een ding kan ze al: dromen ! Wij zijn een paar maanden verder en Iris kwijt. Het liep niet zo goed met haar behandeling: kanker is geen griepje maar een verschrikkelijke ziekte. Ik kan de naam nog altijd niet uitspreken: rhybo en zoiets. Eerst leek het goed te lopen en konden wij dromen, daarna kwam het verdriet, het verlies.Maar daar kunnen we niet blijven bij stil staan. Veel verdriet en veel tranen. Maar daar maak je geen andere en nieuwe wereld mee. Dus geen optie.We blijven samen met Iris verder dromen.
Senior had hard gewerkt om doctor in de sociologie te worden. Eindelijk was het zo ver. In een statige zaal van de Ku Leuven was er in de rode pluche plaats voor het publiek om te komen luisteren naar de doctoraatsverdediging van een doctorandus in de sociologie. Vijf professoren, verkleedt als strenge maar rechtvaardige rechters namen plaats vooraan. In de zaal wat vrienden, collega's, studenten en trotse familieleden. Senior kreeg 20 minuten om uit te leggen wat hij zo allemaal onderzocht had, voor het vragenvuur en de commentaar zou starten. Tot mijn grote verwondering blijkt zelfs academische taal soms verstaanbaar en gaat dit over zaken, die we zelf ook allemaal wel eens bedachten. De vraag waarover Senior zich het hoofd gebroken had was " Wat heb je nu feitelijk nodig om een goed leven te hebben in een goede maatschappij ?" God ? Geld ? Vaderland ? Vlaanderen? Blijkbaar niet. Hij onderzocht hoe netwerken kunnen bijdragen tot een goed leven en welke structurele maatregelen er moeten zijn in een samenleving om te komen tot een goede maatschappij. Ik bespaar jullie het methodologisch begrippenkader, de definities en de methodologische kronkelingen van dit doctoraat; dit lijkt me eerder bestemd voor die specialisten, die ook wel willen onderzoeken. Interessanter zijn de conclusies. Iemand die een groot en goed sociaal netwerk heeft, is 20% gelukkiger dan iemand die dat niet heeft.Je moet dus nauwe en goede relaties hebben met een partner, familieleden en vrienden. Senior bedoelt hier niet mee dat je veel facebookvriendjes moet hebben, nee je moet investeren in je relatie, je familie en je vrienden. En die goede maatschappij dan ? Sociale isolatie maakt dat een klimaat geschapen wordt waarbij suicide meer voorkomt en uitsluiting is een belangrijk element voor een onveilige en bange maatschappij. Het feit dat we in Vlaanderen een van de hoogste zelfmoordcijfers hebben ter wereld zou voor iedereen, en sommige politici in het bijzonder, een alarmbelletje moeten doen rinkelen. Het ergste maatschappelijke probleem blijft de hoge werkloosheid, daar moet dringend aan "gewerkt"worden. Tijd voor de loftrompet. De professoren waren het, na kritische vragen en persoonlijke dada's, wel eens: helemaal niet slecht, goed. Senior was welkom in de academische kringen.
Er loopt momenteel een interessante tentoonstelling in Bepart van Charif Benhalima. Het is een grote muur van 135 polaroid en overbelichtte foto's van de kunstenaar, zijn familie en sefardische joden. Het is de zoektocht van de Belgisch-Marokaanse kunstenaar naar zijn roots.Hij stamt af van die gemeenschap van joden die in Marokko en het Iberische schiereiland woonde. Deze sefardische joden beriepen zich alsof zij de ware nakomelingen van de volkeren die in judea woonden en werden door de Katholieke kerk erg vervolgd. Zij staan een beetje in tegenstelling met de Ashenismisme joden, die vooral uit Hoog-Duitsland kwamen. Deze joden vinden uiteraard dat zij de echte joden zijn die recht hebben op het "beloofde" land. Feitelijk een racistische discriminatie, die vandaag nog bestaat in Israel. De kunstenaarheeft met opzet die foto's gekozen om aan te tonen dat de afstand tussen Joden en Arabieren veel minder groot is dan we het zouden denken. In zijn roots zit de jood, de jood zit als het ware in hemzelf, hij de Marokkaan, de jood zit in zijn naam. Zijn visie is het tegenovergesteld van Sartres slogan " L'enfer, c'est les autres", maar die ander zit in ons en juist vanuit dit idee kan men de muur afbreken. Charif Benhalima vergeet een paar realiteiten die vandaag jammer genoeg een realiteit zijn in Palestijns gebied.Palestijnen en Israelisch komen bijna niet meer in contact met elkaar en kennen elkaars leefwereld niet. De eerste stap naar overleg en verzoening is dat je de ander kent, ontmoet en begrijpt. Voor Israel zijn de Palestijnen een bezet volk, tweederangsburgers en in sommige hun hoofd zels geen menselijke wezens. Vage polaraoids zijn vage herinneringen aan vroeger, gevuld met nostalgie en weinig realitietszin. Dit is onvoldoende om te komen tot het vredersproces dat het Midden-Oosten zo hard nodig heeft.
Op een seminarie voor leden van de Europese ondernemingsraad kwam FNV bouw getuigen over de situatie aan de Eemshaven in Groningen. De Eemshaven is een megagroot project in Noord-Nederland waar 2500 arbeiders een nieuwe electriciteitscentrame bouwen. Alleen, het zijn praktisch allemaal bouwvakkers uit Polen, Roemenie en Turkije. Dit terwijl er nogal wat Nederlandse bouwvakkers werkloos thuis zitten. Ook heeft het FNV er geen poot aan de grond. De woonomstandigheden van deze arbeiders zijn erbarmelijk, veiligheid is een mooie droom en de minimumlonen worden er niet betaald. Meestal werken ze als schijnzelfstandige zonder sociale zekerheid, maar de 2500 euro die ze ontvangen steekt schril af tegen de 600 euro die ze in hun land van herkomst kunnen verdienen. Het is voor het FNV een hele opdracht om het vertrouwen van deze werknemers te winnen, want ze zijn bang hun job te verliezen als ze zouden protesteren. Het vakbondswerk speelt zich dus af in de schemerzone, na de werkuren en thuis bij de werknemers. En na een paar maand zijn ze verdwenen met de noorderzon en kan het werk opnieuw gebeuren. Ik dacht dat dit fenomeen typisch nederlands was, maar nee ook op de Belgische werven is meer dan de helft van de werknemers afkomstig uit het buitenland en werken ze tegen dumpingprijzen als semizelfstandigen. Hier zijn ze echter nog bij de vakbond omdat de dienstverlening er voor zorgt dat ze extra premies ontvangen. Toevallig wordt deze week in de kranten aandacht geschonken aan dit fenomeen. Tja Europa regelt wel het vrij verkeer, maar niet de sociale zekerheid, geen veiligheidsvoorschriften, en geen inspectie en registratie. Blijkbaar spelen deze elementen plots niet meer mee in het concurrentiegeding en moet Europa niet optreden tegen dergelijke valse concurrentie op het terrein. We zitten dus binnenkort met dumping op de arbeidsmarkt en het opzetten van de ene werknemer tegen de andere tot iedereen spotgoedkoop is. De richtlijn Bolkestein in de praktijk, ook al dachten we dat we die strijd gewonnen hadden. We hebben dus minder liberalisme en meer marktregeling nodig. Anders zijn we niet alleen ons geld, maar ook onze job kwijt.
Jose en Vanessa uit Peru zijn in het kader van de klimaatcampagne van 11.11.11 te gast in Waregem. Tussen 4 en 8 november zijn ze te gast bij het lokale 11.11.11 comité in ons dorp.Jose is bij ons thuis voor overnachting en catering. Hij is vegetarier, wat meteen onze tafel ingrijpend veranderd. José en Vanessa werken een beetje voor de Peruaans NGO Mocicc, een jonge organisatie die in Peru werkt rond klimaatverandering.In hun twee-jarig bestaan werden ze ondersteund vanuit Belgie door Broederlijk delken en 11.11.11. In Lima werken ze vooral rond sensibilisering en doen ze een poging meer mensen op de fiets te krijgen. José is industrieel ingenieur en poogt via de NGO een zinvolle job te vinden en zijn engagement voor het leefmilieu concreet te maken.Hij is binnen de organisatie verantwoordelijk met Vanessa voor sensibilisering en campagnes.José voelt zich in ons land een beetje een Messias, die dan toch de juiste analyse maakt en de boodschap wil verkondigen. Vorige week kreeg hij een viertal lijnen in Visie, het blad van de kristelijke arbeidersbeweging en een foto.In Visie heeft hij het over de Noord-Zuid tegenstelling, de klimaattop in Durban, en dat we moeten samenwerken om de wereldproblemen aan te pakken. Jose vindt dat zijn programma wat tegen valt. Het bezoek aan het jeugdhuis, de ontvangst door de milieuraad en de schepen, het bezoek aan de markt zijn activiteiten die hij moeilijk kan kaderen. Hij dacht dat er meer belangstelling zou zijn voor zijn boodschap. Iedereen kan iets doen, zegt hij. Onze overconsumptie heeft negatieve gevolgen voor het Zuiden. Wij moeten minder consumeren en dat zal onmiddelijk positieve gevolgen hebben in Peru.Dat lijkt perfect op de boodschap die 11.11.11 dit jaar als campagne wil uitdragen. Maar dit lijkt zeer individualistisch. Waar is de verantwoordelijkheid van de multi's en de reclame die ons voortdurend aanzetten tot consumeren ? Het eindoordeel van José is na een paar dagel milder geworden: de onmacht en de kloof om in onze taal te communiceren blijkt steeds meer een moeilijkheid. Wanneer er in een duidelijke struktuur vertaald wordt en José zijn boodschap kwijt kan is hij veel positiver. De vraag van een leerling uit het laatste jaar van het Waregemse Atheneum: " Stel dat de rollen omgedraaid worden en dat de Zuiderse landen rijk zijn en het Noorden arm. Zouden jullie dan ook solidair zijn en ons geld geven ?" José zegt met veel overtuiging dat we samen de wereldproblemen moeten aanpakken.
Vandaag bezocht ik het "museum van de Arbeid" in Joburg.Het is een gerestaureerde slaapplaats voor migranten die in de mijnen kwamen werken. Alles is nog intakt: de betonnen britsen, de douches, de toiletten. Het waren de gemeentes of de werkgevers die dergelijke slaapplaatsen inrichtten om de migranten beter te kunnen controleren. De migrantenarbeiders kwamen in de eerste plaats uit de naburige landen. Ze werden met vliegtuigjes uit de dorpen aangevoerd en kregen een contract voor 12 of 18 maanden én een hongerloon. In hun verblijf mochten ze niks: niet vergaderen, zich niet ontspannen, geen bier brouwen of drinken: ze mochten alleen 's zondags naar de kerk. In 1896 werd in Zuid-Afrika een belasting op de hutten ingevoerd: zo werden boeren uit rurale gebieden verplicht in de mijnen te gaan werken. In 1896 werden de pasjeswetten ingericht om de migranten in de mijnen te kunnen houden, ze wilden immers vertrekken omdat ze zo weinig betaald werden. In 1902 werden 65.000 chinese arbeiders ingevoerd, amper aangekomen organiseerden ze in 1905 een grote staking tegen hun leef en arbeidsomstandigheden In 1910 werden ze gewoon naar China teruggestuurd. In die slaapplaatsen was er een blanke chef die oppermachtig was en moest controleren of er geen bier gedronken werd of geen vrouwen werden binnengesmokkeld. Veel chefs hadden een drankprobleem, waardoor de sleutels en de stok een weinig indrukwekkend symbool van hun macht waren. In 1917 staakten de gemeentelijk "bucketboys". Zij moesten overal de toiletemmers ledigen voor 5 rand in een Zevendagenweek. De staking werd gebroken door de politie en ze moesten drie maand werken zonder loon. Twee opmerkelijke sterke vrouwen krijgen een speciale vermelding in het museum voor hun militante bijdrage aan de vakbondstrijd voor betere arbeidsomstandigheden: Mary Fitzgerald en Hilda Watts. Mary was een ingeweken Ierse en werkte als dactylo op de mijnwerkersvakbond. Door haar werk kende ze de problemen van de mijnwerkers. Ze bleef niet achter haar typmachine zitten en organiseerde solidariteitsacties voor de mijnwerkers in staking. Zo kon ze de trambestuurders laten meestaken, zodat het effect van de mijnwerkersstaking nog groter werd. Ze kreeg de bijnaam Mary pikhouweel, omdat ze ooit een groep vrouwen gewapend met pikhouwelen de warenhuizen liet bestormen om eten voor de mijnwerkers op te halen. Ze was de eerste verkozen vrouw in de stadsraad van Johannesburg en streed mee in de beweging voor het vrouwenstemrecht. Hilda Watts werd als eerte communistische afgevaardigde in de stadsraad van Johannesburg gekozen ( 1944) en deed vlijmscherpe tussenkomsten om het lot van de migranten in de slaapplaatsen van de stad te verbeteren.Ze streed tegen het fascisme en het racisme en voor wereldvrede.Haar publieke optreden waren zo succesvol dat ze verbod kreeg om nog in het openbaar te spreken of te publiceren.Toen de politie haar thuis wilde arresteren ( ze stond onder huisarrest), vluchtte ze te voet naar Botswana. van daaruit trok ze naar London om de internationale solidariteitscampagne tegen Apartheid in Europa te voeren.
De laatste dag van het seminarie volgt een verslag van de werkgroepen en een discussie over de slotverklaring. ik bekijk het met verwondeeing: de verslaggevers maken er een erezaak van de discussies in de werkgroepen zo correct mogelijk weer te geven,over de verklaring wordt soms gekommaneukt. Plots zitten we in een minicongres, waar ook minutenlang over de procedure kan gediscussieerd worden. Maar bij technische problemen wordt niet gezaagd: de vrouwen beinnen strijdliederen te zingen en de beamer kan niks anders dan na een half uurtje weer zijn opdracht vervullen. Alle deelnemers zijn het eens dat de peer-educaters strategie niet moet afgeschreven worden en noodzakelijk is om de Hiv problematiek efficient te bestrijden. De oorzaken van HIV zijn multipel: armoede, maar ook culturele en godsdienstige verschillen. De rol van de peereducators is in de eerste plaats informeren en vormen, de slachtoffers beschermen en bijstaan en zorgen voor toegang tot medicamenten en condooms.Daarom moeten peer-educators niet alleen een voorbeeld zijn, maar moeten ze het vertrouwen van de werknemers verwerven.Ze moeten extra tijd investeren,maar ook de nodige tijd krijgen om hun opdracht te vervullen. Een bedrijf moet een Hiv-beleid hebben. Binnen dit kader kunnen peer-educators een belangrijke rol spelen om de noodzakelijke gedragsverandering bij de werknemers te bewerken. Vooral het middenkader heeft problemen om een Hiv-beleid een plaats te geven in een bedrijf dat winst en productie prioritair plaatst.Werkgevers moeten overtuigd worden dat het absenteisme zal verminderen, de productiviteit stijgen en er minder Hiv+ werknemers en Aidsdoden zullen vallen.Dit moet in CAO's verankerd worden.
Een slotverklaring om iets mee te doen, niet om te verdwijnen tussen de vele paperassen die aan de grond van het probleem niks veranderen. Het seminarie was innovatief.Grenzen tussen landen in Afrika,tussen Projecten;tussen uitvoerders en beslissers, tussen denkers en doeners werden doorbroken. Een noodzaak, want de tijd dringt,: ieder Aids-slachtoffer is er een te veel.
In het seminarie over de bestrijding van Hic-Aids begint een zoektocht naar de functie en de kwaliteiten die een Peer-educator moet hebben. Maar kort eerst de definitie van een peereducator: het is een "gelijke" die informatie over Hiv/aids geeft aan de werknemers in een bedrijf. Meteen blijken er vele soorten peereducators te bestaan: werkgeverspeereducators, vakbondspeereducators, onafhankelijke professionele peer-educators. In de praktijk vervullen die veel verschillende rollen; van voorlichter tot vertrouwenspersoon tot "sangoma" geneesheer, adviseur over gezond eten tot de rol van een delegee die de belangen van zieke werknemers verdedigd tegen ontslag, absenteisme en afwezigheid of het verkrijgen van vervangende tewerkstelling. Een groot probleem is het stigma of de negatieve bijklank die een HIV+ werknemer krijgt. Werknemers zijn op dat vlak weinig solidair of begrijpend. iedereen met een HIV+status wordt genadeloos geisoleerd en op zichzelf terug geworpen. Werkgever willen uiteraard de status van hun werknemers kennen, zogezegd om preventief te kunnen optreden, om de werknemers de juiste verzorging en medicatie te kunnen bieden. in de praktijk worden Hiv+ werknemers ontslagen of in het beste geval gedemoteerd.
Geheimhouding van de gegevens door de peereducaors is een belangrijke garantie om het vertrouwen van de werknemers te behouden.Maar dokters geven het dossier gewoon door aan verplegers of andere dokters, tja de eed van Hippocrates lijkt weinig vertrouwen in de Zuid-Afrikaanse context op te wekken.
En daar is dan nog de arbeidswetgeving die het verbod op discriminatie op de arbeidsplaats voorschrijft, een gevolg van de historische anti-apartheidsstrijd.Allemaal kleine hulpmiddelen om te komen tot een efficiente hiv-aids politiek in de bedrijven via peereducators. Toch wordt het begrip peereducators donmiddelijk gelinkt aan Hiv/aids. Daarom regent het voorstellen om een andere naam te vinden zoals Welnessofficers, na een tijdje zal ook die naam wel door het virus van de discriminatie en de vooroordelen aangetast zijn.
De peereducators zijn op zoek naar een gemeenschappelijke noemer, naar hun identiteit. Normaal want zij komen uit verschillende sectoren, verschillende vakbondsorganisaties en verschillende bedrijven. Ieder deelnemer aan het seminarie heeft een andere rol: sommigen zijn vakbondsafgevaardigde, of vakbondssecretaris. Zij komen uit verschillende regio's zelfs uit verschillende landen: Kenia, Malawi, Ruanda, Belgie en Zuid-Afrika.
Ruanda heeft een regeringsprogramma om Hiv-Aids te bestrijden, maar het probleem is relatief klein: 3% van de bevolking of 150.000 Hiv+ inwoners.In 2009 hadden 30 bedrijven van de 5000 bedrijven een HIV programma, vandaag zijn er 103 bedrijven. De vakbond van de vrachtwagenchauffeurs heeft een klein project over HIV, omdat een infectie als HIV zich niet door grenzen laat afschrikken.
In Malawi heeft de Voedingsvakbond een 30-tal peereducators die door de werkgeversfederatie betaald worden. Zij krijgen opleiding, delen condooms uit en spreken op bedrijfsvergaderingen. Iemand die uit de kast komt krijgt extra voeding en een kleine premie.Maar vakbonden hebben geen toegang tot internationale Aids fondsen. Dit is bestemd voor NGO's die vooral culturele uitwassen op het platteland bestrijden.Zo worden 10jarige meisjes reeds vooraf uitgehuwelijkt of moet een man wiens vrouw overleden is een andere vrouw uit de gemeenschap kiezen.
In Kenia is 65% van de bevolking arm, zzer arm . Zij moeten overleven met minder dan 1 dollar per dag.Dit is een oorzaak van Hiv+. De vakbond zal dan ook de komende drie jaar een peer-educators programma opzetten.
De Textielvakbond heeft een vakbonds-Ngo opgezt die een groot programma van Aidsverzorging heeft georganiseerd met thuiszorg, verzorging in eigen ziekenhuizen, ambulante bussen die op de bedrijven testen en verzorging uitvoeren, een toneelgroep die de scholieren bewust maakt van het probleem, concrete hulp heeft aan familie, een volledig programma dat diensten verleend, behandelingsprogramma's organiseeert en delegees vorminscursussen geeft.
Er is dus veel vooruitgang geboekt in de Hiv/Aids bestrijding: Hiv+ bevonden worden is geen doodvonnis meer op voorwaarde dat je tijdig met de behandeling start.
Dit staat mijlenver af van wat grote organisaties als Unaids en de Internationale arbeidsorganisatie aan aanbevelingen en grote rapporten en verklaringen produceren. Peer-educators staan met de twee voeten in de arbeidsrealiteit,veel hebben ze niet meteen aan ronkende verklaringen en principes. Ze moeten de wetgeving en de CAO's gebruiken om de belangen van alle werknemers,maar vooral de zwakke en zieke werknemers te kunnen verdedigen.
Na een flinke nachtvlucht duiken we het seminaire van Peereducators bij de vakbond binnen. Iets te laat, Brian Brink( Anglo-American) is reeds zijn tussenkomst gestart.Ze hebben het programma overhoop moeten gooien door onze laattijdige aankomst.Geen erg, een spreker of twee later volgt de voorstelling van de aanwezigen en worden we vlotjes in de groep opgenomen.Peer-educators en verantwoordelijken uit de mijnsector, de bouw, de banken, het onderwijs en de textiel. project coordinatoren en vakbondsverantwoordelijken uit Ruanda, Kenia en Malawi. Brian Brink legt namens de werkgevers uit dat de grootste kost voor het bedrijf het absenteisme is.Je kan dus de effectiviteit van de HIV-Aids bestrijding in een bedrijf onmiddeliijk meten aan de groei of de daling van het absenteisme. Hij roept de peer-educaors en de vakbond op om ambitieus te zijn: de beste medicijnen moeten verstrekt worden, geen goedkope maar slechte medicamenten,peereducaors moeten geloven in zichzelf en hebben een voorbeeldfunctie bij testen. Zij hebben een zeer belangrijke rol; meestal is de reacitie van de arbeiders erg positief::" het is de eerste maal dat er zich iemand om ons bekommerd". Een tweede sprker komt de pas opgerichtte vereniging voor peer-educators voorstellen SABCOHA. Zij organiseerden vorige week een congres met 600 aanwezige peer-educators.Zij hebben deze vereniging opgericht omdat een van de grootste problemen van peer-educators het gebrek aan erkenning en ondersteuning is in het bedrijf. Zij willen een lobbygroep zijn die de inhoudelijke opleiding en ondersteuning van de peereducaors aanpakt en de werkgevers dwingt de peer-educators te erkennen door te zorgen voor meer zichtbaarheid ( T-shirts) én een budget.
Een uitsmijter van hen: om Hiv-Aids werknemers aan het werk te houden is er een algemene gezonde werkomgeving nodig. Zij zijn immers nog kwetsbaarder dan andere werknemers voor de schadelijke gevolgen van stog, lawaai, schadelijke stoffen.
De derde spreekster Stella Ntimbame werkt voor Aglo Fields, een wereldwijd bedrijf met 70.000 werknemers en 1000 peereducators in Canada, Peru,Australie en Zuid-Afrika. Het bedrijfsbeleid inzake Hiv/Aids schrijft zich volledig in in het regeringsbeleid en de CAO's die in de mijnsector hierover werden afgesloten.. Stella schets de hoofdooraak van het probleem: de unisexhostels waar mannen alleen verblijven en op zoek gaan naar een prostitue. Een vluggertje kost amper 2 euro. De geloven zijn zwaar en hebben hun wortels in het feit dat er over Hiv/aids gezwegen wordt. Want het stigma en de discriminatie in veel bedrijven zijn nog steeds enorm en vooral: hoe vertel ik dit nua aan mijn vrouw,aan mijn kinderen ? Het bespreekbaar maken, zich regelmatig laten testen en indien nodig behandelen; daarvoor zijn vertrouwen en peer-educators een noodzaak.
Op een persvoorstelling van de Kathe Kollwitz vredesloop in Ieper getuigden Habiba ( Tunesie) en Asra (Egypte) over de situatie in hun land.Het is de 15° editie van de Kathe Kollwitz vredesloop onder de titel Arabische lente. Deze organisatie kiest steeds een inhoudelijk thema en heeft een duidelijk manifest voor vrede, vriendschap en solidariteit opgesteld. Kathe Kollwitz was de moeder van Peter Kollwitz die als jonge Duitse soldaat in de eerste wereldoorlog sneuvelde. Zijn moeder was kunstenares en maakte een standbeeld als herinnering aan haar zoon: het treurende ouderpaar. Dit als aanklacht tegen de waanzin van de oorlog. Terug naar de Arabische lente en de getuigenissen. Habiba schetste een weinig fraai beeld van de huidige situatie in Tunesie. De redenen voor de opstand waren duidelijk. Toen een wanhopige man zichzelf in brand stak tegen de corruptie en de armoede, de misbruiken van het dictatoriale regime van Ben Ali brak er een lange reeks van protesten los. De toestand was voor het Tunesische volk stilaan ondraaglijk geworden: hoog gediplomeerde jongeren vonden geen werk, men mocht niet naar Al Jazeerah kijken,communicatie met internet en gsm's werd streng gecontroleerd. Plots was het allemaal genoeg en is iedereen 'ontploft'. Toen ontdekte de bevolking de miljarden Euro's en de schaamteloze rijkdom van de leiders van het regime. Vandaag is de toestand zorgwekkend: de bevolking heeft een verkeerde interpretatie van het begrip vrijheid. Politie en leger kijken toe terwijl de wetgeving volledig genegeerd wordt.Er wordt geroofd en geplunderd, ook bij gewone burgers, en men rijdt vrolijk door het rode licht. Want het is toch revolutie ? Habiba hoopt dat de komende verkiezingen op 22 oktober toch enige duidelijkheid en orde in het land kunnen brengen. Maar er zijn 114 politieke partijen, dikwijls gewoon bestaande uit familieclans.Dit geeft dus toch zowat bedenkingen over de goed afloop van de revolutie. Asra uit Egypte heeft een soortgelijk verhaal,alleen meer ingekleurd door de tegenstelling tussen christenen en Islamieten.Hij vreest dat het moslimbroederschap heimelijk aan de touwtjes trekt en reeds zoete broodjes bakt met het Westen. Onder het regime van het Moslimbroederschap zal het moderne Egypte verdwijnen: vrouwen met een hoofddoek mogen niet meer gaan werken of studeren, toerisme kan niet meer door de bikini's van de vrouwelijke toeristen,alles zal duurder worden en de armoede zal toenemen. Op het agenda staat een confrontatie met Israel en daar kan alleen maar een oorlog in het Midden-Oosten van komen. Veel Egyptenaren hebben nu reeds een uitgewerkt plan om bij een politieke overwinning van het Moslimbroederschap te emigreren en te vluchten. Het lijkt er dan ook sterk op dat de Arabische lente omslaat in een harde en medogenloze winter.
De Algemene Centrale heeft een sterke politieke band met de NUM, de vakbond voor mijnwerkers,energie en de bouwvakkers. Sinds een 10-tal jaar is er een solidariteitsproject met de bouwsector.De bouwsector is geen gemakkelijke sector om de de belangen van de werknemers te verdedigen en de arbeidsomstandigheden en de lonen te verbeteren. In Zuid-Afrika worden de arbeiders aangeworven per werk,eenmaal het werk af is worden ze afgedankt.Er bestaat ook geen centrale overlegstruktuur tussen vakbonden en werkgevers,meestal wordt er per bedrijf onderhandeld,waardoor heel wat kleine bedrijven ontsnappen aan iedere onderhandeling.De situatie is nog ingewikkelder omdat voor overheidsopdrachten de bedrijven verlicht zijn om minimum 45 % lokale werknemers te recruteren. Een tweede groot probleem is de HIV-Aidsproblematiek in de bouw. Naast de transportsector, de mijnindustrie is ook de bouwsector een sector waar de werknemers een hoog risico lopen en waar de regering de werkgever verplicht om een hiv-Aids beleid op poten te zetten.In sommige grote bedrijven lukt dit,in de kleine bedrijven wordt er niet naar omgekeken. Als je weet dat meer dan 50% van de werknemers in het zwart werkt, vooral in de huizenbouw, dan weet je ook dat er nergens gegevens over te vinden zijn. Niet over Hiv-Aids, niet over waar en hoeveel werknemers er werken.Geen CAO's in veel bedrijven,geen delegees, geen controlerende overheid; het wordt geen eenvoudige klus om hierin verandering te brengen. Het solidaritietsproject wil de Num helpen om die twee grote problemen efficient aan te pakken. Een recruteringscampagne heeft de ambitie ieder jaar 15.000 nieuwe leden te werven én deze leden te omkaderen en te organiseren met militanten en delegees. Via de opleiding van peereducators wil het project het tweede probleem- Hiv-aids in de bouwsector aanpakken en het testen van de werknemers bevorderen. De plannen staan in de steigers,nu moeten ze nog uitgetekend worden. Een tweede stap is er de ganse organisatiestruktuur van de vakbond warm voor te maken om zo snel mogelijk aan de uitvoeringsfase te kunnen starten.
D enige buurt in Johannesburg waar je veilig kan rondkuieren is Melville.Het is een buurt met bars en restaurants en B&B's. In Thulanilodge werkt Bongi. Een opgewekte huishoudster, die zowat tot de meubelen van de B&B behoort. Haar baas is een Zwitser, die zijn oude dag hier doorbrengt en ondertussen geld probeert te verdienen. Bongi is de spil van de B&B; zij ontvangt de gasten,verzorgt hen en praat met hen zodat zij zich thuis voelen. Bongi komt uit Swaziland en werkt in Johannesburg.Alhoewel het huishoudpersonneel recht heeft op een minimumloon krijgt Bongi slechts 2500 Rd per maand (250 euro). Met haar 9jarige ancienniteit niet veel. Andere huishoudvrouwen krijgen 4500 RD (450 euro). Bongi probeerde meer te krijgen maar de Zwitserse baas houdt zijn brandkast stevig toe.Bongi haatte vroeger haar baas, maar is milder geworden sinds hij ziek is. Ze droomt onbewust van haar eigen B&B.De voorbije jaren leerde ze veel bij: ze kan nu met internet en e-mail werken. En ja ze kan goed en warm met de klanten omgaan. Want die dingen leer je niet op de universiteit, je hebt het of je hebt het niet. Ze weet perfect hoe het er in de toeristische sector aan toegaat: de wereldkampioenschappen voetbal waren een boerenjaar, maar het jaar daarna zakte de markt naar een dieptepunt,waar ze nu nog niet uit zijn. Haar kinderen zijn ondertussen groot geworden. Mayiboigwe,haar oudste zoon, wil ingenieur worden. Maar moet via een proefcontract een leerovereenkomst bij een bedrijf vast zien te krijgen. Beauylla, dochter van 22 jaar komt binnenkort naar Joburg school lopen. Zij wil HRM worden bij een groot bedrijf. Bongi snapt niet zo goed wat ze dan zal zijn; een soort sociaal assistent ? Khethiwe, haar 19-jarige dochter wil leraar worden en Nomoya operazangeres. Nu zingt ze als sopraan in een koor en doet aan veel wedstrijden mee.De stap naar bekendheid is in haar ogen klein. Bongi gelooft rotsvast dat haar kinderen het allemaal gaan maken in het nieuwe Zuid-Afrika. Haar ogen stralen: dit is de toekomst van Afrika.
HIV blijft een gesel in Zuid-Afrika. Een beetje stilzwijgend door de regering onder tafel geschoven zijn er toch grote inspanningen om het probleem te vatten. Dit start met testen.Vorig jaar werden 12 miljoen mensen getest, 1,2 miljoen werden Hiv positief bevonden. Maar deze mensen zijn niet geregistreerd, men weet gewoon niet waar ze zijn. Men kan dus ook geen behandeling organiseren, tenzij op vrijwillige basis.Databeheer is geen gemakkelijk zaak. De oorzaken van deze manklopende campagnes zijn veelvoudig: het anonimiteitsbeginsel en het recht op privacy, bedrijven die geen gegevens willen vrijgeven en de gegevens misbruiken om sluikse afdankingen bij herstructureringen door te voeren, misbruik van de gegevens voor commerciele doeleinden, het aanleggen van zwarte lijsten om het recht en de toegang op gezondheidszorgen te weigeren.Men weet dit allemaal, maar lessen leren uit het verleden blijkt moeilijk.
Een levensgrote publiciteit op de autosnelweg "HIV+: take a life insurance now". Inderdaad, wanneer iemand verneemt dat hij HIV positief is, stort de wereld voor hem in elkaar. Hoe moet het nu met de afbetaling van zijn huis, zijn gezin, de studies van zijn kinderen ? Hoe zal ik dit alles nog kunnen betalen als ik niet meer kan werken, als ik ziek wordt, als ik aids heb ?
De verzekeringen spelen in op die gevoelens van onzekerheid en bieden tegen een forse premie ( tot de helft van het loon) een verzekering aan om de afbetaling van de schulden voor een beperkte tijd te waarborgen.Schandalig,maar dit bestrijden behoort niet tot de prioriteiten.
Toch blijven de Zuid-Afrikaanse partners positief: het gelaat van HIV is veranderd. Jongeren zien 40 en 45jarigen in hun omgeving sterven. Zij zijn gewaarschuwd en letten meer op. De opvolging en de behandeling is verbeterd, HIV positieve werknemers kunnen langer werken. Het is ook noodzakelijk: economisch kan Zuid Afrika geen welvaart brengen als de meest geschoolde arbeidskrachten permanent verdwijnen. Ook hier spreekt men over langer werken, maar de context is totaal anders.
De tweejaarlijkse kunstbiennale te Zwalm biedt telkens verrassingen. De confrontatie tussen het prachtige landschap en de leuke installaties maken een fietstocht van inspanning naar relax. Een verrassing was " art in the dark". Een grote, pikdonkere container verborg twee kunstwerken van Joahna Creten. Onder begeleiding van twee blinden werd je uitgenodigd twee bronzen beelden te ontdekken. Tonia leidde me met zachte stem de onbekende wereld binnen. Een brons was een neergeknielde zwarte die schreeuwde om gerechtigheid.Het tweede werk was een bronzen tong die in een vloeiende beweging de aanklacht en de schreeuw versterkte.Een mooie inleiding op mijn Zuid-Afrikatrip die morgen start. Art in the blackbox is een ervaring, de donkere ruimte leek me immens, precies het zwarte gat na de melkweg. De doelstelling is aan te tonen dat slechtzienden en blinden ook van kunst kunen genieten. Mijn verbeelding associeerde art in the blackbox met erotiek. The darkroom, naakte vrouwenbeelden en leder.Dat zou pas gensters geven. Maar dit valt wellicht niet te rijmen met de overtuigingen van dit zeer christelijk geinspireerd initiatief " Licht en Liefde".Deze vzw heeft een titel waar de betuttelende benadering van mensen met een beperking zo afdruipt.Want liefde heeft vele namen,ook in de kunst.