Bij mijn aankomst op de luchthaven "El Dorado" in Bogota vallen de mondmaskertjes bij politie en douane onmiddelijk op. Je krijgt ook een vragenlijst in de hand gestopt om in te vullen waarbij alle mogelijke symptomen van de Mexicaanse griep netjes op een rijtje worden gezet: tranende ogen, een prikkelllende hoest, hoofdpijn, een druppende neus, spierpijjn, gewrichtspijn. Eigenlijk allemaal dingen die je ook in het dagelijkse leven kunt voorhebben, maar die ook een indicatie kunnen zijn van een komende jetlag. Het weerzien met Pacho en Patricia is hartelijk: hij heeft al een volledig avondprogramma klaar met een energieseminarie aan de universiteit,een bezoek aan het huis van de Corparacion Aury Sara en een tentje bij hem thuis.We schrappen meteen het energiebeleid en vervangen dit door een twee uur durende discussie over de boekhouding van het project. Een confrontatie over de cijfers waarbij de aankoop van een rouwkrans geschrapt wordt want de Belgische regering subsidieert geen kadootjes. Het hoofdkwartier van het project is prachtig gelen in de unversiteitsbuurt. Een fraai burgershuis met een kleine tuin, maar stampvol met mahoniehouten kasten en burelen.In dezelfde straat is ook het vormingscentrum van de CGT-Ines (bij ons noemt dit het ACV). In het huis zijn er vele buro's, vergaderzalen en een bibliotheek en van de garage wil Pacho een auditorium maken. Voor 100 man zegt hij, hij stapt met grote passen door de ruimte en stelt vast dat 40 toehoorders het maximum zullen zijn. Pacho is de coordinator, de directeur van het project. Wij zijn bij hem thuis voor het avondeten uitgernodigd. Naar Zuid-Amerikaanse gewoonte begint de avond met een rondleiding in zijn ruim appartement. Wij zouden dat een beetje een schending van onze privacy vinden, zijn zijn er fier op en het is een gewoonte.Pacho's vrouw en zijn twee dochters zijn duidelijk al een volledige dag in de weer om een degelijk avondmaal op tafel te toveren. Een kippebil,een slaatje en twee gebakken yucas en een heerlijke saus.Een glas wijn en hibisusfruitsap. De jetlag sloopt mij langzaam maar zeker. Het is naar onze tijd in Belgie 4 uur s'nachts, in Bogota pas 21 uur. De nacht begint pas, voor mij wacht een lekker bed.
Het denken mag zich nooit onderwerpen,
noch aan een dogma,
noch aan een partij,
noch aan een hartstocht,
noch aan een belang,
noch aan een vooroordeel,
noch aan om het even wat,
maar uitsluitend aan de feiten zelf,
want zich onderwerpen betekent het einde van alle denken.
(Poincaré) Discussie over EN/EN niet OF/OF
De vrije vogelvrienden hebben een open geest. Discussies en analyses tot in de late uurtjes. OF/OF
Maar misschien moeten we het denkkader verruimen ( met dank aan De Bono) EN/EN. De verhouding tussen individu en groep is een filosofietje waard. In een collectief milieu als de vakbond wordt ik snel bestempeld als een individualist. In het "normale "leven ziet men mij als snel als een groepsbeest en een collectivist. De perceptie is natuurlijk maar een deel, een stuk schone schijn. In Wallonie is een progressief eerder collectivist, in Vlaanderen een gegroepeerde individualist. Veel hangt af van je mensbeeld. Is de mens in-goed of in-slecht ? Ik neig eerder over naar het goede. Hoe verander je iemand: met de wortel of de zweep. Als pedagoog weet ik dat de wortel gewoon beter werkt.De Pavlov reflex is niet aan mij besteed. En hoe ga je dan om met verantwoordelijkheid en leiderschap ? Als grote mensen onder elkaar. Je komt tot een efficiente taakverdeling en de leider is eerder coach en manager dan de inhoudelijke dictator, zodat iedereen in de groep zijn deel van het werk verricht...
Op het zoekertje stond een vraag om een vergrotingsscherm voor een slechtziende te kopen. Wij hadden er nog zo eentje nutteloos te staan, dus even gebeld. De heer bleek geinteresseerd, een afspraak werd gepland. Het werd een verrassende ontmoeting. Gerard Coutuer was vroeger meester kleermaker, nu op pensioen.Sinds 1979 schildert hij landschappen.Zijn geboortestreek: de Kwaremont de Vlaamse Ardennen. De landschapsschilderijen varieren vooral door het ritme van de seizoene: de winter, de lente, de zomer en de herfst.Hij kiest voor grote doeken om het weidse landschap weer te geven. Brueghel achterna. Onbewust copieert iedere schilder sinds de middeleeuwen de stijl van Brueghel, de perspectieven, de diepte in een schilderij via de ronde weilanden in het midden. We spreken over het feit dat kunstenaars zich dikwijls via ruilhandel een leefbaar bestaan moesten inkopen. Ja , zelfs Permeke wisselde met zijn kleermaker schilderijen tegen een kostum, net zoals Roger Debacker.Maar ook dat veel kleermakers begonnen te schilderen. Fingerspitzengefuhl. Toch gaat het momenteel blijkbaar niet goed met de verkoop van kunstwerken. De crisis heeft potentiele kopers veel geld gekost, waardoor de vinger meteen op de knip gaat. Gerard heeft nog een huis vol van mogelijke koopjes,maar dit blijkt niet echt het moment. Het werk van Gerard brengt me bij de parabel van de blinden van Bruegel.In die tijd waren blinden en slechtzienden binnen de gemeenschap verstoten, als kregen zij een straf van God omdat zij leiders gevolgd waren die hen van de kerk afgeleid hadden.Het schilderij van Brueghel toont ook haarscherp aan dat zij alleen op zichzelf en hun lotgenoten konden rekenen om te overleven.In het schilderij van Brueghel zit ook een boodschap: als je een onbekwame gids blindelings volgt komt iedereen ten val. De Dedekkers en de populisten waren reeds in de middeleeuwen actief...
Op een dag kocht ik op de Vossenmarkt een schilderij. Voor 50 cent. Zo kun je wel meer juweeltjes kopen.Thuis vertelde ik vrolijk aan mijn madam dat ik een schilderij gekocht had voor 125 en wat ze ervan vond. Zij reageerde niet echt enthousiast maar vond het toch een mooi schilderij. En ik bleef maar iedereen verbazen die binnenkwam met mijn uitzonderlijk koopje. De enige die echt zijn mening durfde zeggen was zoon Rien. Hij zei letterlijk dat het nog geen Euro waard was en dat ge wel zot moest zijn om zo iets te kopen, laat staan er iets voor te betalen. Het schilderij werd meteen symbool om bezoekers een eerlijkheidstest te doen ondergaan, zonder een gesofistikeerde leugendetector.Ik herhaalde de proef nog eens op mijn werk. Maar daar was het schilderij echt te lelijk om iemand te laten geloven dat ik er wat voor betaald had. Blijkbaar is mijn imago op mijn werk ook niet echt betrouwbaar. Maar ja ik ben dan ook bezig met communicatie... . Het schilderij op mijn bureau hield niet lang stand en hangt nu in de garage. Dank aan de chauffeur die het kunstwerk van de vuilbak redde. Thuis werkt de truc met het schilderij nog steeds bij nieuwe bezoekers. Of hoe "kunst" en "duurzaam ondernemen" hand in hand kunnen gaan. Zoon Rien nam ondertussen het huisschilderij mee naar Gent. Ondertussen ontdekte ik dat mijn "grapje" wel degelijk diepe wortels had in de Belgische kunst. Marcel Broodthaers hield er een beetje dezelfde filosofie op na. Hij had als journalist nooit zijn boterham kunnen verdienen, daarom begon hij met schilderen. in zijn werk behield het woord zijn belangrijkheid . Maar hij bleef de grens tussen commercie en kunst permanent aftasten. Zo kocht hij een bijna waardeloos kunstwerk in Parijs zonder handtekening en was hij duidelijk gefrustreerd dat hij een te hoge prijs er voor betaalde. Hij schatte en verkocht ook zijn handtekening als kunst. Cijfers werden symbolen, letters klanken. In zijn huis richtte hij een museum in, volgestouwd met replica's om de waarde van de kunst te relativeren. Hij maakte eveneens verschillende kunstwerken waaronder hij een bordje hing met de waarschuwing: " Dit is geen kunst", een allusie op Magritte's " dit is geen appel" Dit is geen pijp". Uiteindelijk werd hij door zijn manier van werken éen van de meest beroemde Belgische beeldende kunstenaars...