Een gekend woord in Kenia is pole pole: rustig aan. Bij het bedrijfsbezoek aan Kaluworks zien we echter zeer hard werkende arbeiders. Kaluworks maakt kookpotten,pannen en waterketels. Vooral hand en ploiwerk van aluminium ronde platen. Een italiaanse firma werd overgenomen of gedelokaliseerd waardoor nu 1250 arbeiders in de groep tewerkgesteld zijn.Veel van hun producten worden verkocht voor Unicef, het Rode Kruis en de Uno-vluchtelingenkampen.Er wordt in twee ploegen gewerkt; de dag en de nacht.s Nachts wordt er 14 uur gewerkt, de laatste 6 uur worden als overuren betaald.Iedere week roteren de ploegen. In het bedrijf was er nog nooit een staking: de bedrijfsleider is voorzitter van de werkgeversvereniging en pocht er mee dat zijn bedrijf een voorbeeld van sociaal overleg is.Zo mogen de productieeenheden zelf hun tempo bepalen en krijgen de arbeiders iedere maand een stuk zeep om hun werkledij te onderhouden. Iedereen in het bedrijf draagt de veiligheidsbescherming bij ons bezoek, de vloer ziet er alvast pas gepoetst uit en alle materiaal ligt natjes geordend. Als we even doorduwen komen we bij het pijnpunt van het bedrijf; slechts 52procent van de asrbeiders heeft een vast contract, de anderen zijn tijdelijk. Daarna bezoeken we MRM.een multi die stalen dakbedekkingen maakt. Hier werken 380 arbeiders,je waant je in de USA of Europa, zo hoogtechnologisch is dit bedrijf.Volledig machinegestuurd,een labo dat stalen van de producten test,veel afval door de machinestops en de aanpassingen van de bestellingen aan de klant.Afval wordt verkocht of gebruikt voor kleinere dakonderdelen. Opleiding van de werknemers, kwaliteitscontrole van de producten een strikt voorraadbeheer. In het bedrijf is het HIV-beleid vervangen door een welnessbeleid om tegemoet te komen aan nieuwe problemen zoals obsitas en stress.Maar alles buiten de productielijn zit in onderaanneming van nevenbedrijven. Kenia; twee werelden in de bedrijven.