De eerste golfoorlog maakte de USA supersterk op het internationale vlak, de USSR werden tot knecht van de buitenlandse politieke strategie gereduceerd. Toen Israël een waarborg voor nieuwe lening van 10 biljoen dollar vroeg aan de USA en daarmee onder het mom van humanitaire wederkeer voor Joden uit andere landen een nieuwe nederzettingenpolitiek wou financieren rook Bush zijn kans om Israël te verplichten om aan de onderhandelingstafel te verschijnen. Op 30 oktober 1191 werd onder het toezicht van de USA en de USSR, en zonder de Verenigde Naties, de eerste vredesconferentie met Egypte, Syrië, Jordanië,Libanon en Israël georganiseerd. De Palestijnen hadden geen recht op een eigen delegatie,maar waren een onderdeel van de Jordaanse delegatie.
Atef werd als journalist in de Jordaanse groep van journalisten ondergebracht voor de krant Al Atiliah en de Westelijke Jordaanoever. De avond voor het vertrek werden pasfoto's genomen in het Plaza hotel in Amman en s'morgens werden de nieuwe paspoorten en de visa overhandigd op een kleine militaire luchthaven. Koning Houssein kwam de delegatie persoonlijk uitwuiven. Veel concreets bracht de Madrid conferentie voor de Palestijnen niet op: het was de voorbode voor de Oslo-agenda waar de PLO wel als onderhandelingspartner aan deelnam. Alhoewel de Palestijnen zelfs geen symbolische uiterlijkheden mochten tonen ( Palestijnse vlag, Keffiyes) stelden zijn zich “onredelijk redelijk” op. Wat de weg naar Washington en het Witte huis voor hen opende. Maar de Palestijnen verkeerden niet in de krachtsverhouding om eisen te stellen en zij moesten een overgangsperiode naar een einde van de bezetting en het stichten van een eigen staat als feit aanvaarden. Dit zou de basis leggen voor jarenlange frustraties en politieke verdeeldheid bij de Palestijnse bevolking.
Atef begon aan de bouw van een nieuw huis naast het Askarvuchtelingenkamp.
Bouwen aan de Palestijnse staat, dat was wat er moest gebeuren !
|