Hallo bezoeker,
welkom op het blog van de Mailgroep Huisdieren, een hechte groep Dierenvrienden-SeniorenNetters, die er zijn voor, door en met elkaar.
Op dit blog kunnen jullie kennismaken met onze dieren, tips vinden over de verzorging en de gezondheid van de dieren, dierengedichten en dierenartikels lezen, werkjes in verband met dieren bekijken, enz.
Veel kijk- en leesplezier!
In de praktijk wordt voor haast 90 procent zuiver leidingwater gebruikt voor het vullen van aquaria. Daardoor hangt ook de basiskwaliteit van het aquariumwater rechtstreeks af van de deugdelijkheid van het drinkwater, die echter in toenemende mate gehypothekeerd wordt door milieuvervuiling en intensieve landbouw (overbemesting, pesticidengebruik). Als gevolg daarvan vinden wij in het water ongeveer overal sporen van nitraten, herbiciden, koolwaterstofverbindingen en zware metalen. Daarbij komt dat de samenstelling van het water door bewerking in de waterbed rijven volkomen veranderd wordt. Voor waterplanten belangrijke voedingsstoffen als ijzer, mangaan en koolzuur worden verwijderd omdat ze de leidingbuizen beschadigen, en vruchtbare organische bestanddelen vlokt men uit. Meestal wordt het water bovendien nog op een alkalische pH-waarde ingesteld.
Belangrijk: Een volledige analyse van uw drinkwater kunt u aanvragen bij de watermaatschappij. Om de opgesomde redenen brengt het gebruik van drinkwater voor onze aquaria meestal een aantal problemen met zich mee, bijvoorbeeld:
het ontbreken van voedingsstoffen voor planten
het ontbreken van beschermende organische colloïden voor de vissen
een te hoog nitraat- en fosfaatgehalte Uitsluitend leidingwater gebruiken als basis voor een aquarium is in heel wat streken dan ook niet meer aan te bevelen. Ter verbetering van de kwaliteit kan men mengen met gedistilleerd water, gezuiverd water of met water dat uit een bron komt in een gebied waar geen inspoeling van landbouwgrond plaatsvindt en waarvan u de voornaamste parameters laat bepalen (vraag dat bij een aquariumvereniging in uw buurt).
Wateranalyse
Voor de wetenschappelijk geïnteresseerde aquariaan gaat door de analyse van zijn aquariumwater een volledige wereld open, maar voor een "gewone" hobby-aquarist roept ze meestal vraagtekens en dus ongerustheid op. Aangezien men zijn vissen alleen soortgericht kan houden wanneer men weet in welk water ze zwemmen, moet iedere siervissenhouder vertrouwd zijn met de voornaamste waterparameters. Die kennis is ook van belang om de plantengroei tot een goed einde te brengen. Bovendien zijn de werking en de betekenis van technische middelen en het optreden van algenplagen alleen te begrijpen door ze te koppelen aan de waterchemie. Daarom zal ik in de volgende hoofdstukken de voor aquariumkunde belangrijkste parameters zo begrijpelijk mogelijk beschrijven en op de onderlinge samenhang wijzen.
Duitse wetenschappers zijn erachter gekomen hoe natuurlijke antivries vissen in koude wateren beschermt. Dankzij de natuurlijke antivries blijven de vissen in leven en bevriezen ze niet. Een antivriesproteïne in het bloed van bepaalde vissen beïnvloedt de watermoleculen, waardoor alles vloeibaar blijft en niet gaat klonteren.
Een temperatuur lager dan -1,8 graden Celsius zou voldoende moeten zijn om een vis te bevriezen. -0,9 graden Celsius is namelijk het vriespunt van vissenbloed. Toch kunnen vissen in koude wateren deze lage temperaturen gemakkelijk overleven. Vijftig jaar geleden ontdekten wetenschappers speciale proteïnen met een antivrieswerking. Deze antivriesproteïnen werken beter dan de antivries in uw auto, maar hoe? Dat was tot nu toe een grote vraag.
Een team van Duitse wetenschappers heeft met een speciale techniek, terahertz spectroscopie, het onderliggende mechanisme onderzocht. Normaal dansen watermoleculen continu om elkaar heen, maar door de antivrieseiwitten verandert de discodans in een menuet, aldus professor Martina Havenith.
Het antivrieseffect ontstaat niet door een moleculaire binding tussen eiwitten en het water. Alfa-foetoproteïnen verstoren het water over een lange afstand. De dans wordt aangepast, waardoor water niet kan kristalliseren.
Een grondige studie van het onderwaterleven in Nieuw-Zeeland heeft aangetoond dat er op z'n minst 17.000 soorten van leven onder water zijn, in de Nieuw-Zeelandse wateren alleen. En er is nog maar 30 procent van het water daar onderzocht. Toch zijn er al enkele opmerkelijke exemplaren bij.
De resultaten van de studie, die twintig jaar in beslag genomen heeft, zijn nu bekendgemaakt omdat 2010 het Jaar van de Biodiversiteit van de Verenigde Naties is.
De Europese wateren zijn ongeveer 5,5 keer groter dan de Nieuw-Zeelandse, maar er zouden maar dubbel zo veel soorten leven.
Zeekomkommers (Holothuroidea) vormen een klasse van stekelhuidigen . Ze hebben een lang, leerachtig lijf. Meestal komen ze voor op de zeebodem. De dieren danken hun naam aan hun vorm die aan een komkommer doet denken.
Een stekelrog wordt ongeveer 85 cm lang. Hij heeft stekels op de rug en de staart, en ook de buik is stekelig.
Stekelroggen zijn in veel openbare aquaria te bezichtigen. Soms worden ze zoals in Nausicaä in Boulogne-sur-Mer in open "aaibakken" gehouden, omdat het dier totaal ongevaarlijk is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de giftige pijlstaartrog .
De zwarte eikapsels van de stekelrog kan men langs de Belgische en Nederlandse kust aantreffen.
Onder het wateroppervlak van het Sea Life aquarium van Londen klinken zwoele soulklanken van Barry White en Marvyn Gaye. Het is het laatste middel om Zorro, een zesjarige zebrahaai, te laten paren met zijn tankgenote. Dat meldt het Algemeen Dagblad.
Platonisch Zorro werd op Valentijnsdag verscheept naar Londen om samen met de eenzame vrouwtjeshaai Mazawabee voor nakomelingen te zorgen. De verwachtingen waren hooggespannen, maar tot nu toe is de relatie strikt platonisch.
De haaienexperts van het aquarium proberen nu met Barry White's 'Baby We Better Try To Get It Together' en met Marvin Gaye's 'Let's Get It On' het een en ander in beweging te krijgen.
Ladykiller "Zorro heeft een reputatie een 'ladykiller' te zijn en Mazawabee is al heel enkele jaren vrijgezel, dus we dachten echt dat ze snel zouden paren", zegt Paul Hale van Sea Life Londen. "Het is nu echter al maanden na de eerste ontmoeting. Er zijn wel al enkele toenaderingspogingen geweest van Zorro, maar we hadden al lang enkele 'hardere' acties verwacht".
"Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat vissen niet alleen muziek kunnen horen, maar het ook appreciëren. We hopen nu hartstocht op te wekken met ouderwetse lovesongs." (eb)
LONDEN - Kwallen zijn goed voor de zee, omdat ze met hun bewegingen voedingsstoffen, warmte en chemische stoffen door het water roeren.
Kwal naast de boot in de haven van Breskens. LEZERSFOTO INE DOUNA, VOORSCHOTEN
Wetenschappers bekeken met groene kleurstof de mengkwaliteiten van de kwallen en waren verbaasd, schrijven ze in het wetenschappelijke tijdschrift Nature.
Meer dan vijftig jaar geleden ontdekte Charles Darwin, de kleinzoon van de bekende wetenschapper, dat kwallen in zee roeren. Sindsdien is er altijd discussie geweest over het nut van de bewegingen van de kwallen. Veel onderzoekers stelden dat alleen de wind en het getij invloed hadden op het mengen van de zee, meldde de BBC donderdag.
Het onderzoek met de groene kleurstof bewees dat de kwallen het water niet alleen in beweging brengen, maar zelfs turbulentie veroorzaken. Daardoor komt koud water naar boven waar het warmer is en gaan voedingsstoffen naar de voedingsarme dieptes.
Volgens de wetenschappers zijn kwallen niet de dieren die de meeste beroering in zee teweeg brengen. Dat zijn roeipootkreeften en krill, een soort garnaaltjes. Die zijn klein, maar in grote hoeveelheden aanwezig.
Dolfijn gebruikt flippers net als vleugels van straaljager
Dolfijn gebruikt flippers net als vleugels van straaljager
De snelheid en behendigheid waarmee dolfijnen door het water klieven, is al lang één van de raadsels van de natuur. Maar dat mysterie is nu opgelost, zo schrijft de Sunday Times. De dieren danken die kwaliteiten aan hun flippers, die ze net zo gebruiken als de 'deltavleugels' van een straaljager.
Wendbaar Dolfijnen, zo ontdekten onderzoekers aan de West Chester-universiteit in de Amerikaanse staat Pennsylvania, gebruiken de vorm van die flippers om naar boven te kunnen zwemmen en tegelijkertijd de druk van het water zo klein mogelijk te houden - en dat lijkt sterk op de manier waarop vliegtuigen dankzij hun vleugelkleppen de lucht ingaan. Daarnaast kan de dolfijn door minuscule bewegingen van die flippers van richting veranderen, wat zijn wendbaarheid verklaart.
Watertunnels Volgens onderzoeksleider Frank Fish, die samenwerkte met andere vorsers en met de Amerikaanse marineacademie, is dat de reden waarom sommige dolfijnsoorten snelheden halen van meer dan 30 kilometer per uur. In theorie zou het water bij dergelijke snelheden namelijk voor zoveel wrijving moeten zorgen dat het dier werd afgeremd. Maar Fish ontwierp profielen van de flippers van een zevental dolfijnsoorten, vergeleek die met de gecomputeriseerde tomografie (CT) van echte flippers, waarbij computers en röntgenstralen worden gecombineerd, en op basis daarvan werden modellen gebouwd die vervolgens in watertunnels werden getest.
"We kwamen daarbij tot de conclusie dat de naar achter gerichte flippers precies dezelfde functie vervullen als de deltavormige vleugels van moderne straalvliegtuigen", aldus Fish. (belga/gb)
De reuzenbekhaai is een heel zeldzame haaiensoort. Het lijkt een dier uit de prehistorie en het wordt maar zelden in het wild gezien. Zijn imposante bek zit vol kleine tandjes. In tegenstelling tot de meeste haaiensoorten eet deze haai geen grote prooien, maar beperkt hij zich tot kleine diertjes en plankton.
Met een lengte van ongeveer vijf meter is het haast niet te geloven dat de reuzenbekhaai pas in 1976 voor het eerst werd gezien in de buurt van Hawaï. Waarschijnlijk leeft de haai vooral in gebieden waar weinig wetenschappelijk onderzoek gebeurt. De haai heeft een gigantische bek die hij opent in de jacht op voedsel. Zo haalt hij zijn prooi al zwemmend binnen. (gb)
Inktvissen en octopussen kunnen horen, zo blijkt uit een studie die een einde maakt aan eeuw van discussies hierover.
Weekdieren zoals inktvissen, nautilussen, octopussen en zeekatten kunnen onder water geluiden horen. Een octopus kan geluiden tussen 400Hz en 1000Hz horen. Een inktvis heeft een breder bereik (400Hz tot 1500Hz). Het best horen beide diersoorten geluiden van 600Hz.
Gebruik
In vergelijking met vissen lijken ze over geen al te goed gehoor te beschikken. Maar het feit dát ze kunnen horen, zou kunnen betekenen dat deze slimme dieren geluid gebruiken om prooien te vangen, met elkaar te communiceren of waakzaam te zijn voor roofdieren. Dit zal verder bestudeerd worden.
Jonge moeders laten hun baby niet graag alleen, zelfs niet voor even, en zorgen dan ook voor oppas. Voor potvissen ligt dat moeilijker, want die duiken soms een uur lang op grote diepte om voedsel voor hun kleine te zoeken en moeten die dan wel alleen laten. Of toch niet, zo schrijft de Sunday Telegraph, want ze hebben een oplossing gevonden: een netwerk van 'babysitters'.
Tot die ontdekking kwamen biologen van de Engelse St Andrews universiteit en de Dalhousie universiteit in het Canadese Nova Scotia, die in het noorden van de Atlantische Oceaan potvissen bestudeerden.
Dat die vissen vaak tot 700 meter diepte moesten duiken op zoek naar voedsel was al bekend en is voor de volwassen vissen geen probleem, want zij hebben daarvoor de nodige eigenschappen ontwikkeld. Maar de jonge kalfjes zijn daar nog niet toe in staat. Dat betekent, aldus onderzoeker dr. Luke Rendell van de St. Andrews universiteit, 'dat de kalfjes, terwijl ze boven water op moeder wachten, heel kwetsbaar zijn voor aanvallen van andere vissen zoals haaien. En aangezien potvissen zich erg langzaam voortplanten - een kalfje om de vijf jaar is normaal - betekent dit dat elk jong een belangrijke investering is'. Zeker als je weet dat de moeder ook nog zo'n tien jaar voor haar jong zorgt.
Geen wonder dat die 'investering' goed beschermd moet worden. En daartoe, zo blijkt, organiseren de moeders onderling een soort 'babysitdienst' waarbij andere potvismoeders op een kleine passen terwijl de moeder zich honderden meters diep in het water bevindt.
Zeepaardjes behoren tot de opmerkelijkste en meest bizar uitziende zeedieren die onze planeet rijk zijn. Ze zijn vaak uitgerust met een opvallend kleurenpalet en trotseren in rechtopstaande toestand de woelige baren van de wereldzeeën. Hoe zeepaardjes aan hun karakteristieke uiterlijk zijn gekomen, was tot op heden nog grotendeels een wetenschappelijk raadsel. Het skelet van deze zeediertjes bestaat namelijk uit frêle, vergankelijke botten die zelden bewaard blijven in het fossielenarchief van de aarde. Om informatie los te peuteren over de ontstaansgeschiedenis van zeepaardjes, vergeleken de in Australië woonachtige wetenschappers Peter Teske and Luciano Beheregaray de genen van moderne zeepaardjes met die van hun naaste verwanten, de zeenaalden en pipehorses. Deze dwergen nemen bijvoorbeeld wel nog steeds de voor vissen typische horizontale zwemhouding aan. De wetenschappers kwamen uiteindelijk tot de conclusie dat de wegen van de diergroepen zich een kleine 25 miljoen jaar geleden begonnen te scheiden. Deze separatie ging gepaard met een periode van sterke tektonische activiteit, waardoor in ondiepe kustwateren veel nieuwe ecosystemen ontstonden. Zeegrassen, die een voorkeur hebben voor ondiep water, tierden al snel welig. Horizontaal zwemmende vissen gaan niet goed op in een dergelijke omgeving, waardoor de voorouders van het zeepaard wel gedwongen waren om hun houding en uiterlijk aan te passen aan de eisen die de veranderde leefomgeving stelde. De bevindingen van de Australische knappe koppen zijn verschenen in het vaktijdschrift Biology
NIEUWPOORT- Wrakduiker Gert Vanluchene schrikt niet meer van een reuzenkabeljauw of een kwal van drie meter lang. Maar toen hij zondag midden in een school tuimelaars vanuit de Noordzee opdook, kreeg hij tranen in de ogen.
Gert en zijn kompanen Didier Balencourt en Pieter Jonckers, allemaal uit het Brusselse, zijn verwoede duikers. Op Pasen gingen ze kopje onder op dertig km uit de kust van Nieuwpoort.
'We waren - zoals wel vaker - op zoek naar oude scheepswrakken. Op zich is dat al heel opwindend. We waren dan ook bijzonder tevreden toen we - eenmaal terug boven water - in het zonnetje een pintje konden drinken in de rubberboot. Plots verschenen er boven ons hoofd zwermen meeuwen en zagen we links en rechts van onze boot zilveren schichten. Meteen daarna schoten er twee tuimelaars uit het water. Dat was het begin van een spectaculaire vertoning. Blijkbaar waren we midden in de lunch van een tiental dolfijnen terechtgekomen. Er waren exemplaren van twee meter bij, maar ook kleintjes. Zeker een uur lang bleven ze hun kunstjes tonen rond onze boot. Het is niet de eerste keer dat we in de Noordzee dolfijnen zien. Meestal was dat echter op een grote afstand en zagen we alleen hun vinnen en opstuivend water uit hun ademgat. Maar zo dichtbij en zo lang, dat had ik nog nooit meegemaakt. Onze mond viel open van verbazing en er schoten tranen in mijn ogen.'
'Veel mensen denken dat dolfijnen alleen in het zuidelijk halfrond voorkomen maar er zijn in de Noordzee altijd al dolfijnen geweest', zegt Wim Wauters van het Sealifecenter in Blankenberge. 'Die dieren staan echter aan de top van de voedselpiramide. De vervuiling van het water had een nefaste invloed op de haring- en wijtingpopulatie en dus lieten ze zich hier de voorbije decennia steeds minder zien. Net zoals er vaker kolonies zeehonden voorkomen voor onze kust, zien we de jongste tijd steeds meer bruinvissen en tuimelaars. Dat is een teken dat de waterkwaliteit er weer op vooruitgaat. Bovendien heeft de visserijsector voorzorgen genomen om te voorkomen dat dolfijnen in de netten terechtkomen.'
Visjes die zijn uitgebroed in de bek van een andere soort, kiezen later voor de 'verkeerde' partner. Hun seksuele voorkeur is dus aangeleerd, niet aangeboren. Dat zou wel eens een van de belangrijkste drijvende krachten kunnen zijn achter de explosieve soortvorming in de Afrikaanse meren, meent biologe Machteld Verzijden.
De meeste vissen laten hun kinderen aan hun lot over zodra de eieren uitgekomen of zelfs maar gelegd zijn, maar de honderden soorten cichliden in de grote Afrikaanse meren doen het anders. Aanstaande moeders dragen de eitjes drie à vier weken lang in hun bek rond en blijven ook daarna nog liefdevol voor de kleintjes zorgen. Dreigt er gevaar, dan schiet het kroost snel weer terug in mamas muil. Tot de kinders te groot worden, natuurlijk.
De Leidse biologe Machteld Verzijden deed een experiment waarbij ze de eitjes verwisselde van twee nauw verwante soorten muilbroedende cichliden. Waarom? Het ging ons om de partnerkeuze van de visjes die zo zijn opgegroeid. Kiezen de vrouwtjes later voor een mannetje van hun eigen soort, of liever voor de soort van hun gastmoeder? Oftewel: is de partnerkeuze vooral aangeboren of is hij aangeleerd? Die vraag houdt biologen al jaren bezig. Het antwoord staat deze week in het vakblad Biology Letters.
Het verwisselen van broedsels bij deze muilbroeders was nog nooit eerder gedaan, vertelt ze. Ik wist van tevoren ook niet of het zou lukken. Gelukkig accepteerde ongeveer de helft van de vrouwtjes de eitjes van een ander, nadat ik eerst hun eigen eitjes voorzichtig uit de mondholte had gedrukt. Ze ruilde de eieren van de soort Pundamilia pundamilia met die van Pundamilia nyereri, een soort die er sterk op lijkt en voor een deel op dezelfde plaatsen voorkomt.
De dieren werden in 2003 met hengels en netten gevangen bij het Tanzaniaanse eiland Makobe, in het Victoriameer. Ze kregen een enkele reis Leiden, waar ze sindsdien worden gekweekt op een dieet van gemalen garnalen en diepvrieserwten.
De twee Pundamilias zijn bijna identiek, maar ze verschillen wel duidelijk als het op de voortplanting aankomt, zegt Verzijden: De mannetjes van de ene soort zijn vooral blauw versierd, de andere rood. En we zien dat vrouwtjes aangetrokken worden door de kleur van hun eigen soort. Hoe feller, hoe beter. Dat houdt de strikte scheiding tussen deze twee soorten in stand. Totdat er een onderzoeker langskomt die de eieren verwisselt.
Volwassen vrouwtjesvissen die als ei de wisseltruc van Machteld Verzijden hadden ondergaan, vielen voornamelijk op mannetjes van hun pleegmoeders soort. Verzijden: Die voorkeur is dus eerder aangeleerd dan aangeboren. En dat is een heel nieuw inzicht. Tot nu toe ging vrijwel iedereen ervan uit dat het een kwestie van genen was. De cichliden hebben heel veel soorten gevormd in korte tijd, vertelt de biologe, en dit kan helpen verklaren waarom het zo snel is gegaan.
Een soort die zich in tweeën splitst, moet aan twee voorwaarden voldoen. Ten eerste moeten er twee herkenbare groepen ontstaan en ten tweede moeten dieren binnen zon groep een sterke voorkeur hebben voor een partner uit die eigen groep. Dan groeien ze steeds verder uit elkaar, tot het echt twee verschillende soorten zijn geworden. Het aangeleerde gedrag maakt splitsing van een soort een stuk gemakkelijker, doordat er vanzelf aan voorwaarde twee wordt voldaan zodra het met voorwaarde één goed zit.
Het is een elegante verklaring, maar er ligt nog wel een belangrijke vraag open: wat leren de visjes nu precies van hun pleegmoeder? Het is geen imitatiegedrag, want zorgende moeders doen niet aan paren. Verzijden: Het zou toch de kleur kunnen zijn waar ze op afgaan, aangezien vrouwtjes van de ene soort wel een klein beetje blauw zijn, en van de andere een pietsje rood. Maar ik denk zelf dat het eerder een kwestie van geur dan van kleur is. Waarschijnlijk krijgen ze in de bek ingeprent wat de geur van hun soort is en vinden ze een mannetje aantrekkelijker als hij net zo ruikt.
Maar dat zou natuurlijk wel raar zijn, want in troebel water vermengen de soorten spontaan omdat de vrouwtjes de mannenkleuren niet goed kunnen onderscheiden. Of het geur, kleur, of misschien toch iets anders is wat de jonge visjes ingeprent krijgen, blijft nog onduidelijk. En daar gaat Machteld Verzijden niets aan doen, want haar promotieonderzoek zit er bijna op. Misschien lost een andere onderzoeker dit raadsel op.
Begin de vissen pas te voeren met een vitaminerijk voer als de watertemperatuur tot een waarde rond de 10 °C is gestegen. Licht verteerbaar voedsel op basis van tarwekiemen is in deze tijd het best geschikt. Gebruik geen visvoer dat te lang heeft gelegen of waarvan de datum is vervallen.
Druk de planten, die door de vorst omhoog zijn geduwd, weer vast.
Controleer de vissen op parasieten als ze aan de oppervlakte zwemmen.
Dode vissen kunnen nu boven drijven, neem deze weg voor dat ze naar de bodem zakken om daar te gaan verrotten.
Centraal staat nu het controleren van de waterkwaliteit. Met een eenvoudige test-set kunt u de zuurgraad (pH) en de hardheid van het water (gH) en de carbonaat hardheid (kH) meten.
Nu moet je ook alert zijn voor reigers die het op uw kikkers, salamanders en vissen hebben gemunt. Neem zonodig maatregelen.
Als de dotterbloemen zijn uitgebloeid, snij dan niet alle zaaddoosjes af. Probeer zaad te winnen om dit later weer uit te zaaien.
De koi vijver in het voorjaar na een koude winter!
De koi vijver in het voorjaar na een koude winter!
Gelukkig is gedurende winterperiode alles rustig gebleven in de koi vijver. Een biologisch filter moet niet worden stil gezet tijdens de koude periode!
Zodra de buitentemperatuur omhoog gaat worden zowel de eigenaren als de vissen actiever. Beiden willen elkaar zien, de ene om te eten en de ander om te zien hoe alles er bij staat.
Niet voeren bij de eerste zonnestralen. De vissen willen misschien iets eten, maar de rest verontreinigt het vijverwater.
Enkele tips voor het voorjaar:
niet of heel spaarzaam voeren onder 15° C
zet zieke of afwijkende vissen in een aparte behandelbak
als alle vissen afwijkingen vertonen is er hoogst waarschijnlijk een probleem met de water kwaliteit
controleer tenminste de temperatuur, de pH (7-8), het ammoniak gehalte en het nitrietgehalte (beide laatsten behoren nul te zijn)
Het is belangrijk om de pH zowel 's ochtends vroeg als 's avonds laat te meten. Zo ken je de uiterste waarden van je vijver. Als je hem bv enkel 's middags meet kan je bv. op een ideale 7.5 zitten, maar als je uiterste waarden 6 en 9 zijn, kan je daar heel wat vissterfte door hebben.
als een paar vissen afwijkingen vertonen kan een bacterie, virus, parasiet of schimmel aanwezig zijn
raadpleeg een deskundig dierenarts en laat een diagnose stellen
gebruik geen geneesmiddelen als niet duidelijk is wat of wie de ziekte veroorzaker is
bedenk dat onder de 15C bij vissen er praktisch geen afweer is tegen ziekten
als er visverliezen waren in de winter koop dan nieuwe vissen bij een vertrouwd adres, liever begin van de zomer. De vissen hebben dan meer weerstand.
koop niet te veel vissen; vissen groeien, de vijver en het filter niet
laat de vissen minstens 4-6 weken in een quarantaine bak bij het eigen huis en doe na twee weken steeds wat vijverwater bij de vissen in quarantaine en kijk hoe ze reageren
Het is dan het beste om een klein filter te kopen voor de quarantainebak. Anders moet je continu water verversen wat voor extra stress zorgt bij de vissen. Het filtermateriaal van de quarantainebakfilter kan je dan in je grote (vijver)filter leggen zo is het al klaar voor gebruik als je het nodig hebt
als alles goed gaat kunnen de nieuwe vissen in de vijver.
Oude Chinese bronnen vermelden, dat de eerste goudvis, Carassius auratus rond 300 na Chr. werd ontdekt. Het is een kweekproduct van een karperachtige die nauw verwant is aan de ook in Nederland voorkomende kroeskarper. Na de kweek ontstonden er al snel verschillende kleuren en patronen en later, door zorgvuldig kruisen en kweken, weer nieuwe varianten. Deze varianten worden doorgaans 14 jaar oud, dit in tegenstelling tot de goudvissen, die ongeveer 35 jaar oud kunnen worden, mits ze in gunstige omstandigheden kunnen leven.
Het gebeurt nog te vaak, dat men zich te laat realiseert, welke consequenties het houden en verzorgen van dieren in het algemeen, en in dit geval de goudvissen, met zich meebrengt.
Natuurlijk kunt u voor advies en informatie bij de dierenspeciaalzaak terecht! Waarbij dan direct gezegd moet worden dat het houden van goudvissen in een kom, niet de juiste manier is om deze dieren te huisvesten. Vanwege de te nauwe hals van de bolronde kommen is de zuurstofuitwisseling namelijk zeer gering, waardoor dieren vaak langzaam stikken, en zijn dus zeer dieronvriendelijk.
Aanschaf
Als u een goudvis wilt kopen, bedenk dan van tevoren dat deze vissen wel 15 jaar oud kunnen worden. Helaas bereiken veel goudvissen een leeftijd van niet meer dan een paar weken of maanden door slechte verzorging. Hoewel de goudvis één van de gemakkelijkste vissen is ¨in het onderhoud¨, is er toch een basiskennis nodig om het dier goed te kunnen verzorgen. Zolang het vis in uw bezit is zult u er dus dagelijks de nodige aandacht en zorg aan moeten besteden.
Overweeg of u dagelijks de tijd heeft en wilt nemen om de vis(sen) te verzorgen. Daarnaast kost het schoonmaken van het aquarium of de vijver wekelijks zo'n 2 tot 3 uur. Houd er rekening mee dat u voor vervanging zorgt, als u zelf een paar dagen weg gaat of op vakantie bent.
Huisvesting
Wie goudvis zegt, denkt waarschijnlijk aan een viskom. Kommen zijn niet geschikt voor goudvissen. Ten eerste is de zuurstofuitwisseling door de nauwe hals van de bolronde kommen zeer gering. De vissen kunnen hierdoor ernstig zuurstofgebrek hebben en een langzame verstikkingsdood sterven. Ten tweede is een kom vaak te klein voor de vis(sen). Tenslotte verontreinigen ze veel sneller dan een aquarium.
Schepnet Gebruik een schepnet om de vis uit het water te halen. Deze zijn er in alle soorten en maten. Hoe groter het net is, hoe gemakkelijker de vis te vangen is. Zorg ervoor dat de goudvis aan het net gewend raakt. Leg er bijvoorbeeld wat voer in en volg de vis vanaf de zijkant van het aquarium en niet van bovenaf.
Aquarium Goudvissen zijn bewegelijke vissen die veel ruimte nodig hebben. Een technisch ingewikkeld aquarium is overbodig, maar een goudvis in een kom leidt een slecht leven. Er is een regel die zegt dat een vis per centimeter lichaamslengte 1.8 liter water nodig heeft. Een goudvis met een lengte (van neus tot staartwortel gemeten) van 8 centimeter heeft dus minstens 14,4 liter water nodig. Heeft u meerdere vissen, dan neemt het benodigde watervolume dus toe met het aantal centimeters 'vis'. Een andere bron vermeldt dat goudvissen met een totale lengte van 15-20 centimeter minstens een aquarium van 200 liter nodig hebben (100x40x50 cm). Zolang ze nog jong zijn is een bak van 80 liter voldoende (80x35x40 cm). Zeer belangrijk is in ieder geval een groot wateroppervlak, zodat er voldoende zuurstof beschikbaar is.
Voor een bak met een lengte tot 80 cm. is een binnenfilter met een membraanpomp geschikt. Grotere bakken hebben een waterpompfilter nodig. Het is de bedoeling dat hierbij de inhoud van het aquarium één keer per uur de filter passeert.
Daglicht of verlichting Plaats het aquarium op een koele plaats en niet bij een venster op het oosten, zuiden of westen in verband met fel zonlicht. Als het aquarium niet bij een raam staat is kunstmatige verlichting nodig. Diverse lampen zijn geschikt. Halogeenlampen hangt u vrij boven de bak. Tl-buizen met de lichtkleuren nr. 21, 22, 31 en 37, plaatst u in een houder boven op het aquarium. Per liter water is 0.5 tot 1 watt nodig, anders komen de waterplanten om. Zorg dat de lampen een veiligheidskeurmerk dragen.
Let op dat het water niet door invloeden van buitenaf extra kan opwarmen. De beste temperatuur ligt tussen de 10 en 22 graden Celsius. Goudvissen zijn koudwatervissen en hebben dus geen water met tropische temperaturen nodig. Ook hebben ze geen speciaal zeewater nodig. Vissen zijn koudbloedig. Ze kunnen hun eigen temperatuur niet regelen en nemen de temperatuur aan van het water waarin ze leven. Een plotselinge temperatuursverandering van het water maakt dat hun eigen temperatuur ook snel toe- of afneemt.
Varianten op de gewone goudvis zijn vaak moeilijker te verzorgen. De sluierstaart heeft zo bij voorkeur een watertemperatuur van 22-24 graden Celsius nodig. Bij deze temperatuur is het dier actiever. Hiervoor is elektrische staafverwarming of een verwarmingskabel met een laag voltage nodig. Vraag hiervoor altijd om advies bij de speciaalzaak. Leg een drijvende thermometer in het water om de temperatuur te controleren. Zorg ervoor dat de stekker uit het stopcontact is alvorens het water aan te raken.
Dek het aquarium af met een kap, zodat niet te veel water verdampt en geen stof of dampen in het water terechtkomen. Bedek de bodem met fijne kiezelsteentjes of grind (1-3 mm). Strooi vervolgens een laagje grovere kiezels (5-8 mm). De kiezels moeten rond zijn, zodat de goudvis zijn mond niet beschadigt. Zorg ervoor dat ze schoon zijn, door ze eerst in een emmer grondig te spoelen.
Een aantal decoraties in het aquarium is leuk, maar laat ook ruimte voor de vis over. Zorg ervoor dat deze accessoires niet scherpe randen hebben. Plaats ook een aantal waterplanten (zie plantaardig voedsel). Vul de bak als laatste met water (de vis volgt als allerlaatste!). Gebruik hiervoor gewoon leidingwater. Het mag echter niet direct uit de kraan komen en moet eerst een dag staan. Gebruik geen gechloreerd water.
Vijver De aanleg van een vijver kost aanmerkelijk meer voorbereiding dan de aanschaf van een aquarium. Houd echter rekening met het volgende. Een vijver heeft per dag 4 tot 6 uur zonlicht nodig en mag niet in de buurt van vallende bladeren liggen. Als u wilt dat de goudvissen ook in de winter in de vijver overleven dan heeft u een diepwatergedeelte nodig van 1 vierkante meter met een diepte van 80 cm. Voor meer informatie over vijvers verwijs ik onder andere naar de genoemde literatuur in de bronvermelding.
Van belang is verder het reiger-bestand bij u in de buurt. In veel gevallen zal u vijver worden gecontroleerd op door overvliegende en neerstrijkende reigers, en uw felgekleurde vissen zijn snel aan de beurt. Een net over de vijver of draden langs de kant en/of over het water wil vaak helpen.
Verzorging
Pas gekochte goudvissen zijn erg teer. Ze hebben een lange en zware reis achter de rug. Kweker, exporteur, vliegtuig, importeur, groothandel, winkelier en tenslotte uw viskom, aquarium of vijver. Steeds is de vis overgezet in water van een andere temperatuur en/of een andere samenstelling, bv hardheid, zuurgraad en zuurstofgehalte. Tijdens de reis worden ze minimaal gevoed om waterbederf te voorkomen. Ook is hun dag- en nacht ritme verstoord. De slijmhuid die de vis beschermt tegen parasieten, bacteriën en andere ziekteverwekkers is door het vele overscheppen beschadigd. Zorg dat het water van de nieuwe behuizing dezelfde temperatuur heeft als bet water in de zak waarin u de vis mee naar huis krijgt. Dit kunt u met een aquariumthermometer goed controleren. Geef uw vis zoveel mogelijk ruimte. Niet meer dan twee stuks van ongeveer 5 cm in een kom van 7 liter. De beste behuizing is een aquarium of vijver. Kiest u voor een viskom, neem dan liever een lage en brede kom dan een hoge en smalle. In de eerste kan door het grotere raakoppervlakte van water en lucht meer zuurstof in het water worden opgenomen en koolzuurgas uitgedreven worden. Vul een viskom daarom tot maximaal 3/4 deel. Zorg voor een lichte standplaats, maar geen direct zonlicht vanwege de hitte.
Wanneer de planten goed groeien geven ze zuurstof af en nemen ze koolzuurgas en andere afvalprodukten van de vis uit het water op. Waterpest, cabomba en penningkruid zijn hiervoor zeer geschikt. Staat de bak te donker dan gaan de planten dood en verbruiken ze juist zuurstof door het rottingsproces. Bruine alg op het glas geeft dit aan. Groeit er binnen korte tijd groene alg op het glas dan is de standplaats te licht. Groeien de planten goed en het glas blijft lang helder dan staat hij op de juiste plaats.
Een goudvis kan zeker 15 jaar oud worden. Schoonmaken van de viskom doet u als volgt: Als het glas en het water niet vuil zijn kunt u volstaan met wekelijks 1/5 deel van het water te vervangen door kraanwater van dezelfde temperatuur. Kook nooit het water, dit zal niet alleen het chloor, maar ook de zuurstof uit het water drijven. Zit er allen wat algaanslag op het glas, doe dan 4/5 deel van het water, de vis en de planten voorzichtig in bv een schone pan of emmer zonder zeep resten ed. Maak met het bekende kunststof huishoudschuursponsje het glas schoon en spoel de steentjes tot alle vuil eruit is. Vul de kom weer met het achtergehouden water en voeg weer 1/5 deel vers water toe. Als het water troebel is kunt u het beste enkele dagen niet voeren en dagelijks 1/3 deel water vervangen tot het weerhelder is.
Een vuistregel voor het berekenen van het aantal te houden vissen in een aquarium gaat als volgt. U rekent voor een vis van 2,5 cm. (Gemeten van neus tot staartwortel) 4,5 liter water. Waarbij u zich natuurlijk moet realiseren dat vissen groeien. Maar denk er bij de aanschaf van een aquarium aan er één te nemen met een zo groot mogelijk wateroppervlak, dit om de zuurstofuitwisseling ten volle te kunnen benutten.
Al zijn goudvissen koudwatervissen die in een onverwarmd aquarium gehouden kunnen worden, zijn ze wel erg gevoelig voor snel wisselende temperaturen. De beste temperatuur ligt tussen de 10°C en 21°C. Goudvissen zullen er geen last van ondervinden als de temperatuur eens hoger of lager ligt, als het maar geleidelijk gaat en niet met plotselinge temperatuurschokken.
Bij water verversen moet altijd eerst de watertemperatuur in het aquarium met een thermometer opgenomen worden en daarna het verse water d.m.v. mengen dezelfde temperatuur gemaakt worden. Dus de goudvissen nooit in koud water zetten.
Wanneer nieuwe vissen aangekocht zijn, moet u ze altijd minimaal een uur in de geopende plasticzak in het aquarium laten drijven om aan de temperatuur te laten wennen om zo een temperatuurschok te voorkomen!
Het gebruik van een filter in een aquarium met grotere vissen, zoals goudvissen, is gewenst. De reinigende biologische werking van het filter voorkomt het onnodig oplopen van concentraties van giftige stoffen en zorgt tevens voor een betere zuurstofverdeling.
De behoefte aan zuurstof van goudvissen en sluierstaarten is relatief groot. Voldoende echte waterplanten (bijvoorbeeld waterpest en cabomba) in combinatie met voldoende belichting kunnen ervoor zorgen dat deze zuurstofbehoefte volledig wordt gedekt. Het zuurstofgehalte van het water daalt echter indien temperaturen te hoog oplopen. Vissen komen dan naar de oppervlakte om "lucht te happen´. Ditzelfde verschijnsel doet zich voor als een aquarium overbevolkt is en teveel vissen zuurstof voor hun ademhaling gebruiken.
Om beschadiging aan uw vissen te voorkomen gebruikt u bij voorkeur stenen zonder scherpe randen. Zuurstofplanten zet u in bosjes van 3 of 4 planten bij elkaar in de bodem.
Voeding
Voer uw vissen niet te veel, maar ook niet te weinig. Ze mogen er niet mager uitzien, maar moeten een volle buikpartij tonen. Een maaltijd per dag is meestal voldoende. Al het voer moet binnen 5 minuten opgegeten worden. Overgebleven voedsel resten maken het water troebel en bederft het. Geef ze ook eens levend voer, bv rode muggelarven, een ware delicatesse voor uw goudvissen. Hebt u geen levend voer in huis dan is dit ook in diepvriesvorm verkrijgbaar. (wel tevoren even ontdooien. red.) Als uw jonge kind de goudvis voert laat het dan korrels geven in plaats van vlokken. U kunt dan het aantal korrels klaarleggen, zodat er niet teveel wordt gevoerd. Meestal zijn 1 of 2 korrels per dag voldoende. De vis eet ook waterpest. Zorg dat dit dus altijd ruim aanwezig is.
Voorkom watervervuiling en voer niet meer dan de vissen in korte tijd op kunnen eten. Maximaal drie deeltjes die niet naar de bodem zakken. Geef de sluierstaartgoudvis korrels als voedsel dat naar de bodem zakt. Anders hapt de vis naar lucht en gaat het op de rug zwemmen waardoor hij dood gaat. Voer vissen regelmatig, daar wennen ze aan.
Voortplanting:
In de voortplantingstijd is het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes beter te zien dan anders, de vrouwtjes worden aanzienlijk zwaarder door kuitaanzetting en het mannetje ontwikkelt kleine "wratjes" ook bekend onder de naam " voortplantingspareltjes " langs borstvinnen en kop, reikend vanaf de zijkant van de neus en lippen tot aan de ogen. Het mannetje volgt het vrouwtje steeds, stoot haar in de buikstreek totdat ze bereid is de 500 a 1000 eieren af te zetten. Hierbij komen ook zijn geslachtsproducten vrij en dan worden de eieren bevrucht. De eieren blijven tussen de waterplanten kleven en hangen daar totdat ze uitkomen, zo'n zeven dagen later. De larven hangen dan nog ongeveer 2 dagen tussen de planten totdat hun vinnen zodanig zijn ontwikkeld dat zij in staat zijn zelfstandig vrij te zwemmen.