De lonen in het Hotel,restaurant en koffiehuis bedrijf.
8 Juli 1941 .
De lonen in het Hotel en koffiehuis bedrijf.
"Een afvaardeging van de unie der Handel en geestesarbeiders,samengesteld uit vertegenwoordigers van de arbeids organisaties van het hotel-restaurant en koffiehuisbedrijf,werd op het commiseriaat voor prijzen en lonen ontvangen. De besprekingen liepen over de toepassing van het hotel-restaurant en koffiehuisbedrijf,van het besluit van 29 Mei 1941,betreffende de verhoging der lonen en de vaststelling der minimum lonen.Volgende punten werden vastgelegd. 1.Het besluit van 29 Mei j.l.is toepasselijk op alle hotel-restaurant en koffiehuisbedrijven. 2.Het vastgesteld minimum loon bedraagt voor de mannelijke werkkrachten 5 frank per uur,voor de vrouwenlijke 3.50 fr.per uur. 3.De lonen welke op 10Mei werden betaald,moet 8 t.h. verhoogd worden, indien zij na deze verhoging het vastgestelde minimumloon niet bereikt dienen zij verder worden aangepast. 4.Wat de voordelen in natura betrefd,deze mogen slechts voor de passende bedragen,zoals voorzien door het tarief in de wet op de ouderdom,pensioenen, in vermindering worden gebracht. De instellingen,welke deze voordelen afschaften,dienen hun personeel de over eenkomstige vergoedingen in geld te betalen. De afgevaardigen drukte de wens uit zo spoedig mogelijk den sociale toestand van het personeel der hotels,restaurants en koffiehuizen bedrijven in een eigen statuut geregeld te zien.Deze wens werd volkomen door het commiseriaat bijgetreden.
Op een zaterdagmorgen werd door de agenten van <<prijzen en lonen << weer opgetreden op de groentenmarkt.Het ging vooral om na te gaan,of de voorschriften nopens het standaard gewicht wer nageleeefd.Ongeveer 600 bussels wortelen die het vereiste gewicht niet hadden werden aangeslagen en verscheidene voortbrengers in overtreding gevonden.Na de markt werd bij de grossiers nazicht gedaan van de aankoop attesten.
Het bevolkingscijfer op het einde van 1940.. Het staatsblad van 1 Juli bevat de officieële opgave van het bevolkingscijfer op 31 December 1940van het land en de bemeenten. Er waren 4.089.305 mannen en 4.205.369 vrouwen.; De provincie Brabant is nog de meest bevolkte provinciemet 847.369 mannen en 916.460 vrouwen,het geen een overschot vertoont van 68.482 vrouwen. De andere Vlaamse provincies vertonen onderscheidelijk volgend verschil tussen hetaantal mannen en vrouwen.
Antwerpen: 624.419 mannen .....634.333 vrouwen West Vlaanderen: 479.854 mannen......490.788 vrouwen. Oost Vlaanderen: 594.790 mannen..... 605.698. vrouwen Limburg: 216.993mannen.......206.733 vrouwen Deze laatste provincie is de enige die een batig overschot aan mannen bezit. De gezamelijke lands bevolking bedraafr 8.294.674 inwoners. De voornaamste plaatsezn in het land,hebben de volgende bevoilking; Borgerhout:53.950: Deurne:56.706:Hoboken 32.332./Merksem:30.201.:Mechele, :62.238.:urnhout:30.346.: Anderlecht :87.726.:Eytterbeek:48.060:Vorst:45.747.:Elsense:88.970.:St.Jans Molenbeek:62.403.:St.Gillis:59.706.;Schaarbeek./62.403.:Ukkel 53.820,:Ukkel;/53.820.Leuven:36.961.:Oostende .:46.045. Brugge.:51.740.:Kortrijk.:41.446.:Moeskroen,:35.449 Roeselaere.:30.739.:Aalst.: 41.371.:Gent. 61.029.:St.Niklaas.:42.
In de provincie Limburg staat Hasselt nog altijd aan het hooft met 27.412 inwoners, dochwerd benaderd door Genk met 27..012 Inwoners.
De volksweerkunde uit het begin van de negentiende eeuw was een curieus mengsel van gezond verstand en bijgeloof. Het bestond uit een samen raapsel van duizenden weerregels,spreuken en gezegden.Een deel van deze spreuken hoort men ook nu nog wel.
In vele weerspreuken wordt een verband gelegd tussen de maan en de bewolking. Dit zijn redelijk betrouwbare spreuken. Een koude heldere nacht leidt dikwijls tot vorst of mist in de ochtend en het is vooral tijdens zulke nachten dat de maan goed te zien is. Vandaar komt het gezegde dat na een heldere nacht vorst komt.
In de volksweerkunde komen vele gezegden voor die zouden moeten wijzen op het voor- spellende gedrag van dieren en planten.Zo werd wel eens beweerd dat koeien gaan liggen als er regen komt en dat bijen voor een storm terugkeren naar hun korf. De meeste van deze gezegden weerspiegelen echter slechts de gevoeligheid van dieren en planten voor ver- anderingen in atmosferische omstandigheden,met name de vochtigheid.