Bijkomende lichte maaltijden,voor scholieren,jonge lieden,zwangere vrouwen,en de zogende moeders.
27 Februari 1942.
Bijkomende lichte maaltijden,voor scholieren,jonge lieden,zwangere vrouwen,en de zogende moeders.
Winterhulp heeft besloten zijn werking ten voordele van de jeugd nog te versterken. Tot op heden werden er in de onderwijs instellingen (universiteiten niet inbegrepen) in de gemeenten met meer dan 10.000 inwoners aan de ondervoede kinderen drie bijkomende maaltijden verstrekt. Die collaties waren voorbehouden voor ten hoogste 20% van de schoolbevolking van elke instelling. Voortaan zullen de maaltijden vijf maal per week uitgedeeld worden aan dezelfden rechthebbende liefst te 16 uur, alle dagen,behalve Zaterdags en Zondags.
De prijzen te betalen door de verbruiker aan de kleinhandelaar zijn als volgt vastgesteld.
Benaming Prijzen verbruiker/groothandelaar te bet;
Hoeveelheid 1kg. onverpakt in zakjes Rapen 30. 39.50 Krulkolen 52.50 61 Wortelen 40.50 50 Koolbladeren 53.50 62 Prei 66.50 74.50 Selderbladeren 64 72 Kervel 65.50 72.50 Spinazie 50.50 59.50 Ajuin 71 79 Rode kolen 66 74 Witte kolen 62.50 71 Selderknollen 106.50 113 Peterselie 107 113.5 Princessenbonen 139.50 144. Bloemkolen 215 217. Asperges 308 305. Deze prijzen worden met 20.t.h.voor de volgende watervrije groenten verminderd.Krulkolen,erwten,wortelen, savooienkolen, rode en witte kolen,princessenbonen.Indien deze groenten niet gebleekt zijn.Bij de prijsberekening der juliennesoep en andere samengestelde soepen moet er rekening gehouden worden met de hierboven voor de diverse soorten.,waaruit het mengsel samengesteld wordt,opgelegde prijzen.Slechts de fabrikanten worden ertoe gemachtigd mengsel tot stand te brengen;Zij moeten hun mengsel doorsturen en de hoeveelheden bekent maken aan de verantwoordelijken van de prijzencommisie alsook hun verkoopprijzen. De prijzen vermeld in de kolom,getiteld <<in zakjes>>gelden voor water,vrije groenten,door de fabrikant of den grossier in zakjes met een maxima inhoud van 100 gram water vrije groenten.
De volksweerkunde uit het begin van de negentiende eeuw was een curieus mengsel van gezond verstand en bijgeloof. Het bestond uit een samen raapsel van duizenden weerregels,spreuken en gezegden.Een deel van deze spreuken hoort men ook nu nog wel.
In vele weerspreuken wordt een verband gelegd tussen de maan en de bewolking. Dit zijn redelijk betrouwbare spreuken. Een koude heldere nacht leidt dikwijls tot vorst of mist in de ochtend en het is vooral tijdens zulke nachten dat de maan goed te zien is. Vandaar komt het gezegde dat na een heldere nacht vorst komt.
In de volksweerkunde komen vele gezegden voor die zouden moeten wijzen op het voor- spellende gedrag van dieren en planten.Zo werd wel eens beweerd dat koeien gaan liggen als er regen komt en dat bijen voor een storm terugkeren naar hun korf. De meeste van deze gezegden weerspiegelen echter slechts de gevoeligheid van dieren en planten voor ver- anderingen in atmosferische omstandigheden,met name de vochtigheid.