Door hzt stadsbestuur werd het werk der << Volkseetmalen<< ingericht,ten einde de minderbegoeden in de gelegenheid te stellen aan een geringen prijs een degelijk eetmaal te bekomen. Waar bij begin 20 eetmalen per dag warenverstrekt,werden er na enkele maanden tot 3.700 maaltijden per dag bestel in de verschillende verdelingscentrums verspreid over gans de stad Gent. Dank zij de toewijding en de belangloze medewerking van dienstvaardige vrijwilligers werden er aldus meer dan 200.000etmalen afgeleverd. In de eerste plaatswerden de eetmalen verleend aan de gesteunden van Winterhulp Intussen werd een centrale bereidingskeuken ingericht van waar in samenwerking met het provinciaal,het plaatselijk komiteWinterhulpende Stedelijke be,de gesteunden van Winterhulp een goedkoop eetmaal wensen te bekomen dienen zich daartoe ,nin te schrijven bij hun Winterhulp-komiteit.Het uitreiken der Winterhulp-eetmalen zal aanvangen ovanaf 3 November 1941 De dienst der << Volkseetmalen<<zal zijn werking voortrzetten in de gewone lokalen ten behoeve van de andere personen die daarop aanspraak kunnen maken wegens een beperkt inkomen.
De secretaris-generaal van het Ministerie voor landbouw en voedselvoorziening deelt mede:
Art.1.De hotel- en restauratiehouders,herbergiers en in het algemeen,al de houders van inrichtingen waar aan rantsoennering onderworpen eetwaren worden verbruik,mogen slechts tegen overhandeging van rantsoenzegels door de verbruiker,gerantsoeneerde producten te verkopen.
Art.2.De natioale Federatie van de Belgische Hotelhouders is er toe gemachtigd ,onder controle van het Departement van Landbouw en voedsel voorziening ,deelzegels uit te geven,waarvan de omruiling het opdienen van delen van de rantsoenenzou vergemakkelijken. De deel zegels geven geen recht op wederbevoorrading. Art.3.Het is verboden in de hotels,spijshuizen, koffiehuizen, en gelijkaardige inrichtingen bedoeld in art.1.eetmalen op te dienen of te verbruiken die bestaan uit meer dan; a) één soep of zonderéén enkel voorgerecht zonder vlees. b)één gerecht met aardappelen en groenten of een gerecht met deegwaren of eenkeuze van voorgerechten zonder vlees. c) één nagerecht Art.4.De spijskaart mag aan den verbruiker enkel de keus laten tussen twee soepen,voorgerechten zonder vlees met of zonder aardappelen;twee vleesgerechten,één vogelgerecht,twee visgerechten,één wildgerecht gerechten met eieren, één gerecht met deegwaren, twee groenten banket gebak,vruchten en kaas. Naast of onder ieder gerecht moeten op de pijskaart,duidelijk leesbaar,de prijs van de comsumtie,het aantal zegels van den verbruiker geeist enhun waarde in gewicht aangeduid zijn. Het is aan de houders van de inrichtngen bedoeld bij onderhavig besluit,of aan hun aangestelden verboden de gerechten aan de verbruikers voor te zetten,alvorens deze hun de overeenstemmende zegels hebben afgegeven. Art.5.Een eetmaal mag geen hoeveelheid vlees bevatten die groter is dan drie dagelijkse rant en geen hoeveelheid vetstoffen groter dan 20 gram. Het is daarenboven verboden ,aan Dinsdag en den Vrijdag van elke week,in debij onderhavig besluit bedoelde inrichting,gerandsoeneerd vlees,evenals gerechten die dat product bevatten aan te bieden,op te dienen of te verbruiken. Dat verbod slaat opde volgende dag,wanneer de Dinsdag en Vrijdag een wettelijke feestdag is. Art.6. De houders van de in onderhavig besluit bedoelde inrichtingen zijn verplicht op een zichtbare plaats van de verbruikers,een kleine aanplakbiljet aan te brengen,waarmee in goed leesbare letters staat gedrukt. " De heren verbruikers zijn er toe gehouden aan de aangestelden,op het ogenblik der bestelling,die op de kaart vermelde rantsoenzegels af te geven." <<Geen enkele gerantsoeneerde eetwaar zal zonder zegels worden verkocht>>
drie Belgen wilden 37 zakken Koren uit Frankrijk smokkelen.
2 September 1941 .
<drie Belgen wilden 37 zakken koren uit Frankrijk smokkelen.
Te Landes,bij Doua,is de politie opgetreden op het ogenblik dat drie Belgen 37 zakkenkoren,inhoudende 2.950 kg.voor den uitvoer bestemd.uit een garage haalden De sjacheraars konden ontsnappen,terwijl het koren in beslag werd genomen.
Volgens << Handel en Distributie<< is de toestand in de verschillende voedingstakken sterk verbeterd.De bevoorrading in meel voot de bakkers en in brood voor de verbruikers mag, aldus het blad,voor negentig percent als normaal worden beschouwd.Wat de kwaliteit van het meel betreft,in 60 t.h.van de gevallen is zij goed en voor 40 t.h. minder goed.Het wettelijk meel is samengesteld uit 60 t.h. tarwe,30 t.h.rogge en 10 t.h.zetmeel. Wat de aardappelen betreft loopt alles vlot van stapel.De kwaliteit laat echter te wensen over.In bepaalde gewesten werden zeer grote hoeveelheden aardappelen ongeschikt bevonden voor het verbruik.Anderdeels kleeft er te veel aarde aan te leveren aardappelen;Er zijn ook ladingen,die te lang onderweg blijven Inzake de vleesbedeling is de toestand gunstig,nu de slagers ook hun reserve hebben.Het rundsvlees is doorgaans van goede kwaliteit,wat niet mag gezegd worden,aldus <<Handel en Distributie<<van de producenten die de varkensslachters worden voorgeschoteld.Deze waar vindt weinig afzet;Op,zekere plaatsen blijven de prijzen overdreven hoog en is het toezicht ontoereikend. Inzake groenten en fruit worden de wettelijke prijzen nog niet overal toegepast,doch er wordt veel verwacht van de nieuwe mzarktorganisatie.De kwaliteit is vrijwel overal tweede rangs. Boter is er in voldoende hoeveelheden voor het rantsoen.Luxemburg en het land van Hoei hebben tekort aan vollemelk.Afgeroomde melk is schaars in alle provinciën.
Naar de <<Moniteur der Bevoorrading<< mededeelde mag de <<dienst voor de Voeding der Zieken<<12 melkzegels per maand toekennen aan de hoogste 125 slachtoffers van loodvergifteging,benzolisme enz. Dit aanvullend melkrantsoen mag voor onbepaalte tijd worden verleend aan de slachtoffers van een bestendige werkonbekwaamheid en tot genezing,aan de zieken met tijdelijke werkonbekwaamheid. Bijrantsoenen voor putgravers,kolendragers en duikers. De <<Moniteur der Bevoorrading<< deelt mede: Het beroep van putgraver geeft recht naar verhouding van de dagen werkelijke arbeid op de bij besluit van 4-11-40 voorziene bijrantsoenen,op voorwaarde dat dit handwerk op regelmatig en vootdurende wijze wordt uitgeoefend. De kolengragers die gedurende de ganse dag met kolen geladen schepen of wagons lossen,mogen van de bijrantsoene genieten.Diegenen integendeel,die aan huis leveren,hebben geen recht op, om reden dat het ladings-oflossingswerk gedurende het vervoer tussen de woonplaatsen der klanten onderbroken wordt; De duikers in duikerspak bij den Waterstaat mogen van de maand Augustus 1941 af, van de schikkingen van het besluit van 4-11-40,betreffende het verlenen van bijrantsoenen brood, margarine en vlees aan sommige catergotieën van arbeiders genieten, naar rato van de dagen duikingsarbeid.
De volksweerkunde uit het begin van de negentiende eeuw was een curieus mengsel van gezond verstand en bijgeloof. Het bestond uit een samen raapsel van duizenden weerregels,spreuken en gezegden.Een deel van deze spreuken hoort men ook nu nog wel.
In vele weerspreuken wordt een verband gelegd tussen de maan en de bewolking. Dit zijn redelijk betrouwbare spreuken. Een koude heldere nacht leidt dikwijls tot vorst of mist in de ochtend en het is vooral tijdens zulke nachten dat de maan goed te zien is. Vandaar komt het gezegde dat na een heldere nacht vorst komt.
In de volksweerkunde komen vele gezegden voor die zouden moeten wijzen op het voor- spellende gedrag van dieren en planten.Zo werd wel eens beweerd dat koeien gaan liggen als er regen komt en dat bijen voor een storm terugkeren naar hun korf. De meeste van deze gezegden weerspiegelen echter slechts de gevoeligheid van dieren en planten voor ver- anderingen in atmosferische omstandigheden,met name de vochtigheid.