Bobbejaan Schoepen ( 85 ) overleden
Klik op de foto om 'De lichtjes van de Schelde' te beluisteren
De Vlaamse Bobbejaan Schoepen is maandag overleden aan een hartstilstand in een ziekenhuis in Turnhout. Dat heeft zijn jongste zoon maandag bevestigd.
Bobbejaan Schoepen is de artiestennaam van Modest Hyppoliet Joanna Schoepen. Schoepen was zondag jarig en werd toen 85 jaar. De hoogbejaarde zanger-gitarist was bezig aan een revival en zou dit najaar een nieuwe live-cd uitbrengen.
Bobbejaan Schoepen is bij de jeugd vooral bekend als oprichter van
het pretpark Bobbejaanland. Maar eigenlijk was de Kempenzoon in de
eerste plaats muzikant en entertainer. Hij geldt als de baanbreker van
de country- en westernmuziek in België. Hits als 'Café zonder bier', 'De
lichtjes van de Schelde' en 'Ik heb eerbied voor jouw grijze haren'
staan in het collectieve geheugen gegrift.
Bobbejaan Schoepen werd op 16 mei 1925 in Boom geboren als Modest
Hyppoliet Joanna Schoepen. Zijn vader, een hoefsmid, kreeg een nierkwaal
toen hij nog een tiener was. Net als voor de vijf andere kinderen zat
er voor hem niets anders op dan tijdens de schoolvakanties in de smidse
te werken. Muziek zat echter in zijn genen. Zijn grootvader speelde
bugel, zijn moeder zong graag en op zijn twaalfde schuimde Bobbejaan
Schoepen met zijn zus de Boomse cafés af om op te treden.
Begin
jaren vijftig reisde Schoepen door heel België met zijn muzikale shows.
Hij was één van de eerste performers die gebruik maakte van een moderne
uitrusting, een tourbus en sponsoring. Nog in de jaren vijftig trad hij
geregeld op in de Brusselse Ancienne Belgique aan de zijde van de jonge
Jacques Brel. Hij werkte ook samen met Josephine Baker en Toots
Thielemans.
Schoepen concerteerde
niet alleen in eigen land, maar ook in onder meer Denemarken, IJsland,
Congo en Indonesië. Met vertalingen van Vlaamse nummers oogstte hij
succes in Duitsland en Oostenrijk. Zo zong hij 'Marina' van Rocco
Granata in het Duits. Een tijdlang was hij ook top of the bill in
Nashville, het mekka van de country. In 1957 vertegenwoordigde Schoepen
België op het Eurovisie Songfestival met 'Straatdeuntje'.
In
1961 stichtte Schoepen samen met zijn echtgenote Josée Bobbejaanland.
Van een aanvankelijk moerassig domein maakte Schoepen één van de
grootste pretparken van het land. Hij trad er dagelijks op in de shows
van het park. In april 2004 werd Bobbejaanland verkocht aan een
Spaans-Amerikaanse groep.
In 1962
speelde Bobbejaan Schoepen de hoofdrol in 'At a drop of a hat', een
absurdistische film met onder meer An Petersen, Yvonne Lex en Denise
Deweerdt. De Belgische rockgroep Dead Man Ray van frontman Daan toerde
in 1999 met deze film door België en Nederland om de prent muzikaal te
begeleiden.
Schoepen scoorde als
artiest hits met nummers als 'Café zonder bier' (1959), een cover van
'Pub without beer' van Slim Dusty, 'De lichtjes van de Schelde' (1952)
en 'Ik zien zo gere mijn duivenkot' (1950). Andere bekende liedjes van
hem zijn 'Als mijn kanarievogel zingt' (1952), 'Ik heb eerbied voor jouw
grijze haren' (1960) en 'Twee ogen zo blauw' (1965). In
mei 2005 werd Schoepen naar aanleiding van zijn tachtigste verjaardag
en zijn vijf decennia op de planken in de bloemetjes gezet. Eerder dat
jaar gaf Schoepen onverwachts enkele optredens op het literaire festival
Saint-Amour. In het voorjaar van 2006 trad hij op in de AB, waar zijn
kinderen een muzikale hommage aan hun vader organiseerden. In februari
2007 ontving Schoepen in de Brusselse AB een Lifetime Achievement Award
voor zijn succesvolle carrière als zanger-muzikant, en voor zijn
pionierschap in de Belgische muziekgeschiedenis.
Op 19 mei 2008 werd het nieuwe album 'Bobbejaan' in
België uitgebracht, met als gastvocalisten Geike Arnaert (Hooverphonic),
Axelle Red, Nathalie Delcroix (Laïs), en Daan Stuyven, die tevens de
hoes ontwierp. In juli 2008 werd de fluitende cowboy door de Amerikaanse
International Whistlers Convention als eerste Europeaan opgenomen in de
'Whistlers Hall of Fame', een internationale eregalerij voor
kunstfluiters.
In zijn
geboortestad Boom werd Schoepen op 2 oktober 2009 benoemd tot de eerste
ereburger. Op voordracht van koning Albert II ontving Schoepen op 6 juli
2009 het ereteken van officier in de kroonorde, voorbehouden aan Belgen
met grote artistieke, letterkundige of wetenschappelijke verdiensten.
In
1999 werd bij Bobbejaan Schoepen darmkanker vastgesteld. Enkele jaren
later werd hij genezen verklaard. In een interview zei hij daarover: "Ik
ben niet bang om dood te gaan. Nooit geweest. Volgens mij is doodgaan
iets als geboren worden: je bent erbij aanwezig, maar je weet van
niets." (br.hln)
|