Harry Mulisch (83) overleden
De Nederlandse schrijver Harry Mulisch is
gisterenavond op 83-jarige leeftijd overleden. Dat heeft zijn uitgeverij
De Bezige Bij bekendgemaakt. Hij overleed in zijn huis in Amsterdam aan
de gevolgen van kanker.
Mulisch verwierf bij ons faam met zijn werk 'De Aanslag', dat lange tijd
op heel wat scholen verplichte lectuur was. De 83-jarige auteur schreef
ook onder meer 'De Ontdekking van de Hemel'.
Mulisch
werd geboren in Haarlem op 29 juli 1927. Hij debuteerde als schrijver
in 1947 met het verhaal 'De kamer' in Elseviers weekblad, waarvoor hij
ook reportages schreef over het proces tegen de Duitse oorlogsmisdadiger
Adolf Eichmann in 1961.
Nadat hij
in Nederland zijn naam als auteur vestigde met onder andere 'Het zwarte
licht' (1956), 'Het stenen bruidsbed' (1959), 'De toekomst van gisteren'
(1972) en 'Twee vrouwen' (1975), verwierf hij ook internationale
bekendheid met 'De Aanslag' (1982).
Van 'De Aanslag' werden meer
dan een miljoen exemplaren verkocht. Het boek, over de represailles
tegen een Haarlemse familie naar aanleiding van een aanslag op een
collaborateur, een politie-officier en NSB-lid, werd ook verfilmd.
In
1992 verscheen zijn magnum opus 'De ontdekking van de hemel': 901
bladzijden en 65 hoofdstukken, een roman waarin hij zijn voorliefde voor
mythologie en filosofie botviert.
Hij
werd talrijke malen onderscheiden: zo kreeg hij in 1977 de Constantijn
Huygensprijs en de P.C. Hooft-prijs voor zijn gehele oeuvre, in 1995 de
Prijs der Nederlandse Letteren voor zijn oeuvre en in 2007 werd 'De
ontdekking van de hemel' verkozen tot beste Nederlandse roman aller
tijden.
Mulisch wordt
gerekend tot de Grote Drie van Nederland, samen met Willem Frederik
Hermans en Gerard Reve. Hij is ook een tijdgenoot van de Belgiës
grootste schrijver ooit, Hugo Claus, die in maart 2008 overleed. (br.hln)
|
