Politieverordening in 1941.,betreffende het afleveren en verkopen van verse eieren.
31 Augustus 1941 .
Een politie verordening in 1941.betreffende het afleveren en verkopen van verse eieren.
De kommissaris-burgermeester van Gent, op bevel der Duitse Overheid,brengt volgende verordening ter kennis van de bevolking: Artikel 1. Leveringsplicht: Iedere bezitter van kiekens is verplicht wekelijks 2 eieren per kieken aan de bevoegden eierverzamelaar en tegen den vastgestelde prijs (art.4)af te leveren. Voor het berekenen van het getal aanwezige (leverplichtigen) kiekens,wordt voor elken persoon behorend tot het gezin van één kiekenbezitter,een kieken van het werkelijk getal afgetrokken.
Art.2. De Eierverzamelaar. Het ophalen en aankopen van de eieren geschiedt door een eierverzamelaar,die door de burgermeester wordt aangeduid.Plaats en tijdstipt voor het afleveren worden door den burgermeester bekend gemaakt. Art.3.Wanneer een kiekenbeziiter een zekere hoeveelheid eieren,boven het getal dat hij moet afleveren ingevolge van Art.1.niet door verbruik in eigen huishouden maar door verkoop aan een derde wil ten gelde maken;moet ook deze verkoop uitsluitend aan de eierverzamelaar voorbehouden worden. Het is aan de kiekenbezitters verboden rechtstreeks aan verbruikers eieren te verkopen.Overtredingen van dit verbod wordt gestraft.
Art.4 Prijs aan de producent te betalen. De kiekenbezitters ontvangen 1.60fr.voor een onbeschadigd vers ei van minstens 60 gram,franco bij de eierverzamelaar.
Art.5. Strafbepaling. Overetredingen van deze politieverordening zullen gestrafworden met een gevangenis straf van 3 weken en een geldboete tot 30.000 reichsmark of met één dezer straffen. Deze treedt onmiddelijk in voege na verschijnen van deze verordening g
28 Augustus 1941. Dit gebeurde in Oost-Vlaanderen.
Mooregem.
Een kostbare buit. Rond 10.30 uur des avonds,hoorden de landbouwers kinderen Martin, ,wonende op de kasteelhoek,alhier,enig gerucht en een hunner stond op wacht om te gaan zien wat er gaande was.Hij kwam juist bijtijds om drie gestalten te zien verdwijnen,met elk een zak op den rug,en toen hij een nader onderzoek instelde,stelde hij vast dat al het brood dat vers gebakken was, zijnde een 14 tal grote broden,gestolen was in het bakhuis.
Appelterre. Drei smokkelaars in t gedrang. In onze gemeente werden tal van koeien geslacht die aan woeker prijzen werden verkocht. Het waakzame oog der rijkswachters van Zandbergen hadden reeds verscheidene malen de hand gelgd op personen die er zich schuldig van gemaakt,maar toch hun woekerstieltje niet stop zette.De wetsdienaars gingen over tot een huiszoeking bij een zekereA.D. ,waar ze er in slaagde een vers geslachte koe aan te treffen.En zijn medeplichtigen kompanen waren spoedig in het gedrang gekomen.Ze werden naar Oudenaarde gevoerd waar ze voor de rechter moeten verschijnen.
Lokeren.
Biggen gestolen. Bij landbouwer A.Melis ,Oudenbosch alhier,hebben onbekende dieven zich meester gemaakt van een biggen van ongeveer 60 kilo gramD.De fieven waren goed bvertrouwd moeten zijn met de gebruiken van de bewoners,hebben de staldeur open gebroken en verder alle sporen doen verdwijnen,klacht werd neergelgd bij de politie.
De bestendige deputatie van de provincie Namen,heeft te Namen een spijshuis ingericht in die aard van de welbekende<< Feranse Recos>>.Dit initiatief is van zeer groot sociaal belang,en stelt zich tot doel de moeilijke toestand der arbeiders en bedienden,die in de omtrek van stad woonachtig zijn en voor hun middagmaal niet naar huis keren, te verbeteren.Ofwel zijn deze arbeiders immers verplicht hun middagmaal zeer grote sommen uit te geven,wat hun budjet niet toelaat,ofwel zijn zij verplicht van de -rantsoenen
hunner familie brood af te nemen, zodat zij in zeer grote moeilijkheden komen te staan.Twee afgevaardigen uit de provincie Namen werden naar Paijs gezonden ten einde aldaar de organisatie <<Recos>> te gaan bestuderen. De spijskaart ziet erals volgt uit;
Dikke soep eveneens naar beliefde Aardappelen en groenten eveneens naar beliefde Een goed stuk vlees, Zodat het geheel een dergelijk middagmaal uitmaakt Er worden drie categorieën verbruikers voorzien,de personen die minder dan 20.000 franken verdienen zouden 8 franken per middagmaal moeten betalen. Zij die van 20.000 tot 30.000 fr.per maand verdienen ;moeten 10 fr.betalen. En zij die meer dan 30.000 fr.permaand verdienen 15 fr. Aangezien de inkomst prijs van het middagmaal 25 fr; bedraagt,neemt de bestendige depetatieve te kort voor haar rekening. Van zelfssprekend was het succes van de onderneming onmiddelijk verzekerd;van de eerste maand af werden 1600 middagmalen opgediend,terwijl er de twede maand reeds 2.800maaltijden werden geteld. Het merendeel van de restauratie houders der provincie zijn daar en boven geneigd mede te werken,wat er op wijst dat de onderneming zowel sociaal als praktisch is Het probleem, dat het moeilijktst is om op te lossen, is de verdeling. Op dit gebied zal heel wat soepelheid en begrip aan de dag moeten gelegd worden. De organisatie zou bv. over meer vleeszegels moeten beschikken ,wat nl.ook het geval is voor de sociale dienst der spoorwegen,van Winterhulp,enz... Terwijl de groothandelaars zou moeten optrden b.v bij de aankoop der groeten.Tevens zou aan deze volkspijshuizen de mogelijk moeten gegeven worden,vleesafval aan te kopen,wat zou toelaten,schotel van eerste rang voor te zetten. Wat er ook van zij,het is voortaan bewezen,dat een onderneming van dien aard, beantwoordt aan een werkelijke behoefte Het hangt nu maar van de gorde wil der openbare besturen af om dergerlijke spijshuizen over heel het land in te lichten.
Aangeslotenen bij het werk van den akker,die bij de telling van 15 Mei 1941,de verklaring hebben ingevuld<< Formulier A>> en die persoonlijk een hoekje grond bewerken,worden als voortbrengers beschouwd.Zij hebben recht op het dagelijks rantsoen van 750 gram aardappelen of 225kg.voor 10 maanden en 10%voor afval. Daaren boven zullen zij 20kg.per are voorafnemen,die zij zullen bewaren met op het oog op de aanplanting voor 1942. Wie boven genoemde verklaring niet hebben ingedient bij de telling van 15 Mei 1941,moeten zulks ten spoedigste doen en dit uiterlijk op 23 <<<september. Deze verklaring moet door de respectievelijke burgermeesters,worden aanvaard ingevolge van 16-8-41,verscheenen in het staatsblad van 20Augustus 1941. Het niet aangeven van een beplanting stelt zich aan gevangenis bloot.Wanneer de verklaring is ingedient zullen de aangeslotenen van de rechten en de plichten der vootbrengers genieten. De groepeerde aangeslotenen die gezamelijk door een contract met de landbouwer,aardappelen hebben doen verbouwen hebben recht op 500 gram per dag of 150kg. voor 10 maanden. De voorafneming van 20kg.per are voor plantaardappelen moet worden gedaan door den landbouwer. In dit geval komt deze voorafneming in deductie op de totale opbrengst van den grond. De landbouwers zijn verplicht deze voorafneming van 20kg.te bewaren;zij zal dienen tot het verkrijgen inruil van nieuwe planters en zal bestemd zijn voor degenen die volgend jaar van den grond zullen genieten. In geval van de werkelijke opbrengst minder is dan de geschatte,moet de vaststelling ervan gedaan worden door de gemeentelijke schattings commissie.Indien de hoeveelheden geoogst door de voorbreger,onvoldoende zijjn om de behoefde te dekken,zegt het rondschrijven aan de Burermeesters van het ministerie vanLandbouw en voedselvoorziening,vershenen in staatsblad van 10 augustus 1941,dat hij zelf voor zijn bijkomende bevoorrading zorgen moet overeenkomstig voor gewonen verbruikers bepaalde regels,of ten laste moeten vallen van de algemene bevoorrading der bevolking. Deze regel zal namelijk van toepassing zijn op sommige kleine producenten en op zekere leden van het werk van den akker.In dat geval zullen de belanghebbenden een aardappelkaart kunnen krijgen waarvan, vooraf, de mandelijkse koepons zullen afgescheurd zijn welke door eigen productie gedekt zijn. De schatting der opbrengst die werd gedaan is slechts een theoretisch vijfer.De aangelotenen zullen over de totale opbrengst van hun terrein,mogen beschikken,natuurlijk over maximum 225kg.De meer opbrengst moet ter beschikking der centrale aardappelen,worden gesteld en door den voortbrenger worden afgelverd,ten einde de algemenen bevoorrading te verzekeren.
De vleesprijzen op sommige plaatsen nog overdreven hoog.
21 Augustus 1941.
De vleesprijzen op sommige plaatsen nog overdreven hoog.
Op de keper beschouwd staat het allert gunstig met de vlees bedeling: de slager werd de gelegenheid gegeven over een ruimere keuze te beschikken en ze hebben ook een reserve,<<een stukje bij?<<.Het rundvlees is doorgaans van goede kwaliteit,wat niet mag gezegd worden van de producten ons door de varkensslachters voorgeschogteld,deze waar vindt maar weinig afzet, op zekere plaatsen blijven de prijzen overdreven hoog, en de controle ontoereikend
Van nijpende actualiteit bij de aantocht,is de winter, de kwestie is van ergerlijke,bespoedigende ravitaillering. De steenkolen voor de bakkers,namelijk is het vraagstuk van kapitaal belang,dat men er geen onmiddelijke oplossing zou voor vinden,ware niet good te praten.
19 Augustus 1941. Krijgen we toch 300 gram brood !!!!.
Naar wij in << Handel en disdributie<< vernamen,worden thans zekere hoeveelheden Duitse rogge naar ons land vervoerd en worden onderhandelingen met Frankrijk voortgezet voo het leveren van graan,dat zal toelaten zonder haperen onze brood bevoorrading tot op 1 Oktober,wanneer de nieuwe oogst,kan aangesproken worden,voort te zetten. Uit de mededeling die ons toekomen is zou blijken,dat onze oogst zal toelaten,indien de boeren althans hun plicht doen,dubbel zoveel graan ter beschikking stellen van de molens te werken als in het vorig seizoen. De groepering steunt op het feit,dat de graanoogst in Europa op 450 miljoen kwintaal wordt geraamd tegen 380 miljoen in 1940(sovjet-unie niet inbegrepen) verklaart,dat zij wel hoopt het doel te bereiken,dat zij zich stelde;het broodrantsoen op 300gram perdag en per persoon te brengen.
De volksweerkunde uit het begin van de negentiende eeuw was een curieus mengsel van gezond verstand en bijgeloof. Het bestond uit een samen raapsel van duizenden weerregels,spreuken en gezegden.Een deel van deze spreuken hoort men ook nu nog wel.
In vele weerspreuken wordt een verband gelegd tussen de maan en de bewolking. Dit zijn redelijk betrouwbare spreuken. Een koude heldere nacht leidt dikwijls tot vorst of mist in de ochtend en het is vooral tijdens zulke nachten dat de maan goed te zien is. Vandaar komt het gezegde dat na een heldere nacht vorst komt.
In de volksweerkunde komen vele gezegden voor die zouden moeten wijzen op het voor- spellende gedrag van dieren en planten.Zo werd wel eens beweerd dat koeien gaan liggen als er regen komt en dat bijen voor een storm terugkeren naar hun korf. De meeste van deze gezegden weerspiegelen echter slechts de gevoeligheid van dieren en planten voor ver- anderingen in atmosferische omstandigheden,met name de vochtigheid.