Handtekeningenjager is over 1 celeb echt niet te spreken: "Wat een lelijk mens"

Scott Smith (50) is een verwoed en erg succesvol handtekeningenjager. Hij mikt al 33 jaar op celebs die op de cover van Sports Illustrated prijken. Van alle edities van het weekblad dat sinds 1954 verschijnt, heeft Smith de handtekeningen bemachtigd van maar liefst 94% van de covercelebs. 99% daarvan verkreeg hij in hoogst eigen persoon. Eentje springt er voor hem echt uit, in negatieve zin.

Zijn collectie handtekeningen is om en bij de 2 miljoen dollar waard. Sports Illustrated is méér dan de beruchte jaarlijkse badpakkenspecial. Het is de rest van het jaar ook een weekblad met heel wat minder zwempakjes. Smith verzamelde onder meer de handtekeningen van Michael Jordan, Mike Tyson, Mohammed Ali en model Kate Upton. Maar Kate, die vond hij niet zo sympathiek. "Zij is echt een nachtmerrie, gewoon een lelijk mens", zegt Smith. "Ik zag haar toen ze alleen was en ze zei 'Fuck You', alsof het vragen van een handtekening de vreselijkste zaak van de wereld is. Ze gebruikte die woorden, alsof ik haar in haar hart stak."

Met Michael Jordan had Smith een bijzondere relatie. Jordan stond zomaar eventjes 51 keer op de cover, meer dan welke atleet ook. In 1982 was het voor Smith nog makkelijk om de handtekening van de NBA-legende te krijgen. Maar dan steeg de populariteit van MJ naar ongekende hoogtes en was hij nog maar erg karig met het uitdelen van zijn handtekening. Smith heeft er nu nog zestien te gaan van Jordan om zijn setje compleet te maken. "Ik bood hem zelfs 10.000 dollar cash aan op een golfbaan in de Bahamas... maar hij zei: 'Nee dank je, jij hebt al genoeg.'"

Mike Tyson verraste Smith: de bokser nodigde hem uit op zijn hotelkamer om sigaartje te roken en handtekende 50 covers voor hem. Maar ondanks die generositeit blijft Mohammed Ali toch de allergrootste voor Smith. Hij had het geluk de levende legende al dertig keer te ontmoeten. "Hij zei mij dat het hem gelukkig maakt en hem een stapje dichter bij God brengt als hij handtekeningen kan uitdelen en de lachende gezichten te zien."

De eerste figuurlijke scalp van Scott Smith was die van ijshockeykampioen Wayne Gretzky, in 1973. Hij ontmoette Gretzky in een hotel in New York. "Ik haalde een paar magazines van Sports Illustrated boven en hij tekende ze gelukkig. Hij heeft altijd klasse gehad. Hij had er destijds geen enkel probleem mee."