Clouseau, Sportpaleis Antwerpen
Het is ondertussen een jaarlijkse traditie geworden: Clouseau dagen in het lang en het breed in het Sportpaleis. Dit keer houden de broers Wauters maar liefst zeventien keer huis in het Antwerpse muziekbastion, dat naar alle waarschijnlijkheid keer op keer tot de nok gevuld zal zijn met oude en nieuwe fans. Want als er één iets is wat meteen opvalt: Clouseau trekt alle leeftijden aan. Waren er in de beginjaren de gillende tienermeisjes, wel, die zijn er nog steeds. Die van toen, én die van nu. Dat zanger Koen Wauters als beau er nauwelijks minder fris uitziet dan vroeger, zal daar veel te maken hebben. Dat Clouseau gemakkelijk in het oor liggende muziek maakt, die bijna moeiteloos kan meegekeeld worden en werd (ook door ondergetekende), is een andere factor. Scherpe randjes moet je bij de groep niet zoeken. Wij houden persoonlijk meer van het minder gepolijste type, maar moeten ook toegeven dat wat de broers Wauters in hun muzikaal segment doen, ze best wel goed doen.
Dat geldt ook voor de liveperformance. Zeggen dat Koen Wauters een zeker charisma heeft, is een open deur intrappen. De jonge snaak van veertig kan dan wel niet tippen aan Robbie Williams (die is heerlijk minder braaf en beleefd), de fans zijn bevredigd wanneer hun idool alle kanten van het tot in het publiek vertakte podium verkent en naar ze zwaait. De wisselbeker Mister Sympatico mag dan ook stilaan van Jean-Marie Pfaff naar Wauters verhuizen.
Maar ook muzikaal was er vrijdag niet veel op aan te merken. Wauters' stem klonk helderder dan ooit, en de muzikanten waarmee de broers toeren, zijn ervaren rotten (Melaerts, Vanstiphout...). Beatboxende gastmuzikant Roxor Loops mocht twee keer ten tonele verschijnen, maar liep in de nummers waarvoor hij werd ingeschakeld wel wat verloren. Dat viel vooral op omdat hij zijn entree, met een flard keel- en mondmuziek die aan het werk van The Neptunes deed denken, niet miste. Redelijk hip dus, maar tijdens bijvoorbeeld 'Zie me graag' toverde hij redelijk ouwbollige klanken uit zijn lippen. Had meer punch mogen en kunnen hebben...
Dit keer werd er voor een redelijk klassieke podiumopstelling gekozen, en dus met een podium dat op de gebruikelijke plaats stond, en niet in het midden, langszij of waar het de afgelopen jaren ook stond. Met zoals gezegd vertakkingen in het publiek. Het uiteinde van één ervan werd op een bepaald moment een soort over het publiek zwevend tapijtblok, waarop Koen en Kris Wauters 'Domino' en 'Daar gaat ze' nog eens de wereld instuurden. Knap gedaan. De videowand op het podium, opgebouwd uit ettelijke kubussen, zag er zowel futuristisch als retro uit, net als de graphics die er op te zien waren. Die werden afgewisseld met archiefbeelden uit twintig jaar Clouseau, al dan niet becommentarieerd door de muzikale broers.
Het eerste deel van het concert bevatte trouwens opvallend meer van die woordenvloed dan deel twee, dat dan ook een stuk meer uptempo en daardoor opwindender was. Dat werd het voor de mensen die dichtbij de podiumtakken stonden zeker, toen er tijdens 'Vonken en vuur' steekvlammen uit balden. Warmte die in een schril contrast stond met de koude rillingen die je overvielen. Dat gebeurde vaak, onder andere tijdens het pakkende 'Afscheid van een vriend'. Drie uur gleden in een wip voorbij en achteraf had je een verzadigd waar-voor-je-geld-gevoel. Meer moet dat wat ons betreft niet zijn.
|