Abraham Gerrit (Bram) Vermeulen (
Den Haag,
13 oktober 1946
San Gimignano,
Italië,
4 september 2004) was een
Nederlands zanger,
componist,
cabaretier en
schilderBram Vermeulen werd geboren als jongste zoon in een gezin met drie kinderen. Op zijn dertiende kwam hij onder de hoede van
volleybaltrainer Cees van Zweden die zijn talent voor
balsporten herkende. Toen hij 16 jaar oud was werd hij spelverdeler van de Nederlandse volleybalploeg. Gedurende de
jaren zestig speelde hij 53 interlands.
In 1965 ging Vermeulen psychologie studeren in Amsterdam. Daar ontmoette hij Freek de Jonge en Johan Gertenbach. Uit deze ontmoeting ontstond Neerlands Hoop in bange dagen.
Voor deze carrière stopte hij zijn loopbaan als volleybalinternational.
Brams inbreng was vooral muzikaal, met als kenmerkende liederen die
Bram ook zelf zong:
- "Vogelvrij"
- "Fazant met zuurkool"
In 1979
ging Neerlands Hoop uit elkaar, omdat De Jonge de voorkeur gaf aan een
solocarrière. Vermeulen was hier lange tijd teleurgesteld over.
Veel later zei hij in een televisieinterview over deze periode: "De ontwikkeling van Neerlands Hoop was de ontwikkeling van Freek. Pas daarná begon mijn ontwikkeling."
Vermeulen ging verder met het schrijven van teksten en boekte hiermee vooral in Vlaanderen veel succes.
Hij ontpopte zich als een bijzonder veelzijdig artiest. "Zoals
de bakker alleen bakker is als hij brood bakt, zo ben ik geen zanger.
Zo ben ik Bram Vermeulen die soms zingt, soms liederen componeert, soms
schildert, soms columns schrijft, soms boeken, soms theaterprogramma's
maakt, soms strips tekent, soms televisieprogramma's maakt, soms
gedichten schrijft, kortom, die zelden niets doet."
In 1980 richtte Vermeulen een eigen groep op genaamd Bram Vermeulen en De Toekomst. Op het gelijknamige album rekende hij af met de 'scheiding' met De Jonge. De singles Pauline en Politiek groeiden uit tot klassiekers.
Voor het tweede album Doe Het Niet Alleen ontving Vermeulen een Edison. Datzelfde jaar maakte hij zijn debuut als acteur in de film Achter Glas. In 1984 bracht hij het album Bram uit waarvoor hij opnieuw een Edison kreeg. Daarna ging hij zich meer toeleggen op het maken van muziek voor theaterproducties.
In 1988, na een muzikale pauze van een paar jaar waarin Vermeulen vooral televisiewerk deed, keerde hij terug met het album Rode Wijn, geproduceerd door Boudewijn de Groot. Hiermee was hij zeer succesvol in Vlaanderen. Ook Dans Met Mij (1989) werd geproduceerd door Boudewijn de Groot.
In 1994 nam Vermeulen voor het Belgische label Virgin Achter Mijn Ogen op, in 1995 gevolgd door de dubbel-cd Tijd / Vrije Tijd. Op Tijd was nieuw werk te horen. Op de mini-cd Vrije Tijd stonden onder andere twee oude liedjes van Neerlands Hoop, opnieuw opgenomen. Daarnaast ontving Vermeulen uit handen van Annie M.G. Schmidt de naar haar genoemde prijs voor zijn lied Een doodgewone jongen. Vermeulen zong het titelnummer op de Belgische cd Spelers & Drinkers (EMI, 1995), een ode aan Johan Verminnen.
Op uitnodiging van het In Flanders Fields Museum toerde Vermeulen in 2000 door Vlaanderen met een programma dat geheel gewijd was aan de Eerste Wereldoorlog en dat was gebaseerd op een boek van de Duitse schrijver Ernst Friedrich. Het programma Oorlog Aan Den Oorlog werd een voltreffer, maar werd in Nederland slechts één keer uitgevoerd. Hierbij wordt opgemerkt dat Vermeulen geloofde in reïncarnatie en geloofde dat hij een Waalse officier in de Eerste Wereldoorlog was geweest, die geen Vlaams sprak zoals zijn soldaten.
In februari 2004 ging Vermeulen samen met Wigbert van Lierde drie maanden op tournee door Vlaanderen met het programma Mannen Maken Oorlog. Het gelijknamige boek bevatte liedteksten en tekeningen van Vermeulen.
Tijdens een vakantie in Toscane, Italië overleed Vermeulen onverwacht in zijn slaap aan een hartstilstand. Vermeulen woonde, en werkte, sinds 1984 samen met de actrice en regisseuse Shireen Strooker. Vermeulen had uit zijn vorig huwelijk met Titia Kiewiet de Jonge twee dochters, Tamara en Katarina. Hij werd 58 jaar.