De vraag die ik mij reeds geruime tijd stel:" waarom zijn ze hier zo arm ? ", vraag ik meteen aan een buur op het vliegtuig. Hij leest een boek van Andres Oppenheimer" Cuentas Chinois". Ik zag hier nog niet veel boeken lezen. En kijk, de jongeman heeft onmiddelijk een genuanceerd antwoord klaar. Vooreerst is er het feit dat alles uit Peru geexporteerd wordt en er geen toegevoegd waarde geproduceerd wordt waarmee het land tewerkstelling en rijkdom kan voortbrengen. Daarbij is er de galopperende inflatie, die het vertrouwen in de economie ondermijnt. Een derde reden is de corruptie in Latijns-Amerika. De staat is verziekt door vriendjespolitiek en er is een gebrek aan goede experten in de ambtenarij. Een voorbeeld ken je wel, zegt hij glimlachend. Zoals in Mexico is de politie overijverig met het uitdelen van parkeerboetes: die hoef je niet te betalen, voor 10 soles scheurt de politieman je boete. Ik begrijp meteen waarom mijn vakbondsvrienden nergens parkeerden zonder vooraf de toelating te vragen aan de politie. Met een nieuw voorbeeld komt mijn gesprekspartner bij de vierde oorzaak. Het onderwijs of liever het falen van het onderwijs. Het is een algemeen gekend fenomeen dat de ouders via een leraar hun kinderen aan het broodnodige diploma kunnen helpen mits een steekpenning aan enkele leraars. Zij passen de cijfers dan wel aan. Maar het onderwijs heeft in het algemeen een laag nivo. Iedere nieuwe minister heeft zijn eigen plan en verandert het onderwijssysteem. Wat ontbreekt is een visie op langere termijn. Deze laaggeschooldheid is een belangrijke handicap voor de verdere economische ontwikkeling van Peru. Dit bijvoorbeeld in tegenstelling tot Chili, dat aggresief Peruaanse markten verovert. Peru loopt achterop inzake talenkennis en wiskunde, waardoor de technologische en informaticaontwikkeling geremd wordt. Door de globalisering is het gevolg opnieuw marktverlies en blijvende en groter wordende armoede...
Peru is een beetje zoals Egypte: je kan je bijna niet bewegen of je botst op oude stenen en piramiden. Toerisme is dan ook een belangrijke bron van inkomsten. Peru weet dat en laat de toerist goed betalen, maar investeert ook in gidsenopleiding. Het blijft natuurlijk verbazend dat 1500 jaar na de bouw terassen nog steeds voor de landbouw gebruikt worden en zeer vruchtbaar zijn. Na zovele aardbevingen blijven de tempels,paleizen en ceremoniele gebouwen nog recht. Dat heeft ondermeer te maken met het feit dat de Inca's en hun voorgangers wel een en ander van bouwkunst kenden. De celstructuur van de rotsblokken perfect en schuin hellend bij elkaar laten passen, om maar een voorbeeld te noemen. Maar die Incamaatschappij zag er niet rooskleurig uit. Het waren donkere middeleeuwen. Met slaven, adel en opperinca's. Inca's waren een beetje fascistisch: zij onderwierpen met heel veel geweld andere volkeren, hielden weinig rekening met andere culturen en maakten geen krijgsgevangenen: de vijanden werden niet gespaard en geofferd. Allemaal een beetje te mooi voorgesteld in Herge's Kuifje en de Zonnetempel. Maar Herge tekende zijn eerste versie dan ook tijdens de Nazibezetting van ons land. Toch hakten de Spanjaarden die Inca's in de pan, flink geholpen door interne stammentwisten. Meteen kon de grootste plundering aller tijden beginnen. Peru is deze brutale overval nog steeds niet te boven gekomen...
In en rond de navel van het Incarijk Cusco doet de grote hoogte je weleens naar verse lucht happen. Maar er bestaat een remedie tegen de hoogteziekte : thee van cocabladeren. Coca is een dagelijks en geneeskundig produkt in Peru. Ofwel wordt het in de thee gedaan ofwel gewoon gesjiekt.Niet sinds vandaag, reeds eeuwen. Coca werd beschouwd als een geschenk van de goden. In de Incatijd werd het gebruikt om de honger te stillen bij lange dagtochten ( trips ??) of bij het werk aan grote bouwwerken: het gaf je meer kracht. Nu wordt coca misbruikt door drugshandelaren uit USA en Europa. Plots wordt het blaadje cocaine, met miljarden straatwaarde bij verkoop. En daarom mag er hier geen coca meer gekweekt worden, omdat een medicinale plant in een verschrikkelijk dure drug in het Westen wordt omgezet. Daarom worden eeuwenlang gekweekte planten met een scheef oog bekeken. Het is weeral de schuld van die arme boeren uit het Zuiden....
Volgende maand zijn er in Peru gemeenteraadsverkiezingen, districtsraadsverkiezingen en provincieraadsverkiezingen. Niet onbelangrijk omdat in het nieuwe regeringsprogramma vam Alan Garcia ingeschreven staat dat veel bevoegdheden zullen gedecentraliseerd worden. De strijd gaat vooral tussen de vier grote partijen in Peru, met de nodige lokale lijsten en burgemeesterslijsten er bij. De vier grote partijen zijn Aprista, de socialisten met de huidige president Alan Garcia. De Cividad National met Lourdes Flores, schijnbaar rechtse socialisten De Partido Nationalista Peruana met Ollanta Humala de linkse partij die het Chavez model wil promoten De Acion Popular die gewoon rechts is en zich destijds achter de kandidatuur van de conservatieve schrijver Mario Vargos LLosa stelde bij de presidentsverkiezingen.
Dat er verkiezingen zullen zijn kan je hier niet ontlopen: iedere dag luidruchtige autocaravanen, metershoge borden met lachende kandidaten,op de barrio's vlaggetjes van de partijen, verkiezingsmeetings vanop het balcon, optochten van aanhangers gewoon langs de straat, uitdelen van pamfletten in de straat. Regelmatig wordt er water en een kilo rijst in de wijken uitgedeeld door de kandidaten en dit komt zo op tv. De thema's waar het om draait zijn de opleiding en de vorming, het onderwijs, de werkloosheid, de armoede. Sommige kandidaten zijn zeer concreet in hun beloften: stromend water voor deze wijk...
De tweede grootste stad na Lima, tussen drie vulkanen op 2700 m hoogte gelegen. Het is even wennen aan de hoogte. Arequipa is een nette propere stad, waar de straten dagelijks gepoetst worden. Geen honden te zien, geen vuilnis op de stoep. Maar vooral katholiek. De stad puilt uit van kerken en kloosters. De jezuiten zijn hier geweest ! In en aan de kerken zie je hoe hun taktiek van bekering werkte: zij vermengden handig Indiaanse motieven en relegieuze Westerse symbolen. Freddy, de verantwoordelijke van de dienst voor veiligheid en gezondheid in de bouw, is hier voor een "charla" of een "babbeltje" over de risico's en het voorkomen van ongevallen met electriciteit op de werven. Voor de werven die ik al zag: geen luxe. Hij zorgt er voor dat we aan de luchthaven opgewacht worden en gidst ons door de stad. Opnieuw een processie vol met boetelingen in het paars, moet er hier gezondigd worden ! Op de plaza de armas zit een schrijver met een typmachine: hij wacht op verliefden , waarvoor hij dan tegen betaling een liefdesbrief schrijft. Hier kruisen twee werelden elkaar: een stad vol internetcafes met jongeren die chatten en briefschrijvers die wachten tot ze overbodig worden..
Op de plaza de armas in Lima weerklinkt een fanfare: een of andere regeringsleider wordt met een militaire parade ontvangen. Door de processie is het extra druk: overal staan claxonerende busjes,autos en taxis kriskras door elkaar in file. Een oud VWtje lijkt me een prettige manier om naar het hotel terug te keren: De zeventiger is maar al te blij een sol te kunnen verdienen. Maar de file's duren lang. Op 1 km van ons einddoel valt het gammele taxietje stil. Zonder benzine. In het gewoel duwt de chauffeur zijn taxi naar een benzinestation en tankt... 1 liter. De prijs mag er wezen 3 euro/per gallon (dit is 12 liter). Het kan dus niet dat auto's en taxis hier aan de pomp kopen. Er is een ander circuit, jerrycans worden gebruikt, geen benzinestations.Aan de pompen staat meestal niemand... Taxi's zijn voor veel werkloze gedplimomeerde Pervuvianen een middel om een toeristisch graantje mee te pikken en toch hun boterham te verdienen. Het gaat hier om leraars, advocaten, dokters... Wanneer ik het dubbele van de afgesproken prijs neertel, lacht de taximan dankbaar. Hij heeft die dag toch niet voor niks gewerkt....
We worden ontvangen in het gebouw van de bouwfederatie door Mario Huaman. Hij is voorzitter en zijn buro staat vol met geschenken die hij kreeg van andere internationale bonden. Een grote TV en een CD-speler zorgen voor de ambiance. Geen voorzittershamer maar een grote staf zijn het symbool van de macht in de vakbond. Hij legt ons uit dat er vandaag een politiechef gehuldigd wordt,omdat hij een belangrijke rol speelt in de democratie en het bestrijden van de onveiligheid. Een beetje eigenaardig, maar goede relaties met de politie kunnen geen kwaad. Iemand vertelt me dat de bouwarbeiders nogal strijdvaardig zijn en dat de politie meestal de directe confrontatie schuwt en vanaop afstand met traangas het gevecht aangaat bij opstootjes. Vandaag is het feest.Een academische zitting met alles erop en eraan. Twee ministers, regionale en lokale vakbondsvertegenwoordigers en 500 bouwarbeiders vullen de feestzaal tot de nok. Eerst worden drie compagñeros gehuldigd. De stichter van de syndicale vorming, een bejaarde journalist, die een boek schreef over de geschiedenis van de arbeidersbeweging en de politiechef. Zij krijgen allemaal een grote plak en mogen de zaal toespreken. Jose Gorriti, de voorzitter van de interprofessionele bond neemt de regering en de ministers zwaar op de korrel en zegt dat zij hun verkiezingsbeloften in de praktijk moeten uitvoeren. De minister van Arbeid en Tewerkstelling( de eerste vrouwelijk minister) belooft wat te doen aan de vele arbeidsongevallen en een registatiesysteem op te zetten om de illegale arbeid te bestrijden. De minister van huisvesting haalt concrete voorbeelden aan van realisaties die volgens hem echt revolutionnair zijn. Dan mag onze Paul ook even een speechke geven in het Spaans. Hij brengt de groeten over van de Belgische arbeiders en noemt ons project om de arbeidsongevallen in Peru aan te pakken een concreet voorbeeld van internationale solidariteit. Telkens antwoordt de zaal enthousiast met " viva" leve de vakbond, leve de internationale solidariteit. Iedereen krijgt dan een Pisco Sauer ( een drankje) en eten. Een orkestje speelt de pannen van het dak. Wanneer we wegrijden worden we enthousiast uitgewuifd door bouwarbeiders, die meer dan een glas gedronken hebben...
Jose Gorriti, Algemeen secretaris van de CGTP (het peruaanse ABVV), zegt: "de rechterzijde wint nooit de verkiezingen, maar ze regeert altijd." In de praktijk heeft rechts in Peru slechts 24% van de stemmen, maar bij de laatste presidentsverkiezingen steunde de rechterzijde de socialistische kandidaat Alan Garcia. Alan Garcia was reeds president, maar werd afgezet wegens corruptie. Blijkbaar geen probleem, hij staat er weer. Het is duidelijkdat hij heel wat van zijn verkiezingsbeloften opnieuw inslikt. De vakbond voert dan ook een campagne met de slogan: voer uw verkiezingsbeloften uit. Een van deze verkiezingsbeloften was dat de mijnen belasting zouden betalen. Dit is ondertussen omgevormd in een programma waarbij de mijnen een som storten in een fonds,waarmee hier een brug kan gebouwd worden, daar een ziekenhuis, elders een school. Een globaal programma en een strategie verbleekt tot paternalistische caritatieve armenhulp. Het Internationaal Monetair Fonds weet maar al te best hoe ze deze strategie moeten sturen.
De regering Alan Garcia heeft nog andere plannen waar de vakbonden het niet mee eens zijn. Zo stemde het parlement om 3 uur s'nachts , als een dief in de nacht, snel over de goedkeuring van het vrije handelsverdrag. Een woordje uitleg: sinds de onderhandelingen over een vrij handelsverdrag in de regio mislukten, pakt Bush nu land per land aan om hen hetzelfde vrijhandelsverdrag door de strot te duwen. Een mooie illustratie is het feit dat Bush een muur bouwt om de Migratie naar Amerika tegen te houden, maar dat hij anderzijds een vrijhandelsverdrag met de Latijns-Amerikaanse staten wil om het afzetgebied voor de Amerikaanse landbouwprodukten te vergroten...
Er zijn dus veel vragen over de nieuwe president en zijn regering, maar de vakbonden hebben hier wel redenen om niet wild enthousiast te zijn....
Uitstapje naar het verre verleden van de Inca's. Ondertussen weten we dat de uurregelingen in Peru soms niet kloppen. Een trip naar de ruines van Pachacama loopt heel wat vertraging op. Door de barrio's heen zien we hoe de archeologische site gedeeltelijk beschadigd is door de komst van de inwijkelingen uit de provincies. Barrio's of sloppenwijken doen de miljoenenstad Lima nog dagelijks aangroeien. Boeren op zoek naar werk beginnen gewoon op braakliggend land een tentje in plastiek en verstevigen daarna met wat hout, golplaten en alles wat ze vinden. Het resultaat is nog minder dan een tuinhuis van bij ons. Zo ontstaan er nieuwe wijken met stoffige straten zonder water en electriciteitsvoorzieningen. Met veel kinderen en veel armoede. Pachamaca is een grote bedevaardsplaats, gedeeltelijk opgegraven met behulp van de VUB BrusselVoor de Spanjaarden kwamen was het een ceremoniele plaats waar de mensen naar toe kwamen om de raad van het orakel te krijgen over oorlogen, het weer en de toekomst. De bedevaarders moesten een maand aan de rand van de stad verblijven voor ze de eerste plaats mochten betreden. Daarna een week bidden en reinigingsrituelen, om vervolgen drie dagen in een tweede tempel te verblijven. Daarna nog een dag en de derde tempel en ze konden de lange weg naar het orakel beginnen. De funderingen van de tempels bestonden uit volle rotsblokken die ter plaatse werden uitgeraven, de muren uit een meng.sel van stro en aarde. Deze zelfgemaakte bakstene droogden uit en bezorden de gebouzen een flexibele stevigheden om aardbevingen aan te kunnen. De bovenste tempel was in het rood beschilderd en belegd met goud. In nissen stonden de mummies van de belangrijkste leiders van de Incas in foetushouding tentoongesteld. Moet indrukwekkend geweest zijn. De Inca had recht op twintig vrouwen die vanaf hun kindertijd zorgvuldig voor hem uitgekozen werden: ze moesten niet alleen mooi zijn, maar ook van goede afkomst. In het huis van de mamas leerden ze alles wat een vrouw moet kunnen om de grote Inca te behagen: koken, wassen en plassen ... De secretaris-generaal van de vakbond CGTP had ons uitgenodigd om een bezoek te brengen. Het was thuis bij zijn moeder. Meer dan twintig familieleden doorkruisten het huis. Een typische zondag in een Peruaanse familie. Alhoewel we pas gegeten hadden serveerde men ons een plat criollo.Meer dan proeven zat er niet meer in. De ganse bende stond na een uurtje ons hartelijk uit te wuiven...
Wij zijn hier in peru om een planningsseminarie met de Peruaans bouwbond op te zetten. Gedurende een viertal dagen onderzoeken we samen met een 20-tal verantwoordelijken uit Peru hoe we de veiligheid in de bouw en het aantal arbeidsongevallen kunnen doen dalen. Eerst moeten we een onderzoek doen naar de problemen, daarna oplossingen zoeken en tenslotte een strategie en een programma uitwerken voor de komende vijf jaar. De secretarissen willen in ieder geval dat de ganse vakbond meer aandacht heeft voor de veiligheidsnormen in de bedrijven. Tja er wordt met asbest gewerkt, de signalisering ontbreekt in de bedrijven, individuele beschermingsmiddelen ontbreken. Maar er is vooral de onderaanneming en de vele illegale arbeiders die in de bouw proberen te overleven. Er is dus vorming en informatie noodzakelijk, maar vooral promotoren die doelgericht de veiligheid op de werven kunnen verbeteren. En in de arbeiderscomitees in de bedrijven moeten de syndycalisten het punt veiligheid aan de dagorde stellen. Want uiteindelijk is veiligheid een verantwoordelijkheid van de werkgever. Onze delegatie heeft ook een inhoudelijke inbreng in het planningseminarie met een uiteenzetting over signalisatie op de autostrades in Belgie, hoe een veiligheidscampagne opzetten en het registratiesysteem voor de bouw in Belgie. S´avonds is er een feestmaal om het seminarie af te sluiten. El "commandante" stelt voor dat we de handen uit de mouwen steken en zelf koken. Het idee kreeg vorm. Boodschappen doen, aardappelen schillen, uien pellen, wortelen schoonmaken dat alles voor een groep van 40 genodigden. Het menu mocht er zijn: Sangria en hapjes als entree, soep met groenten met bouillonvlees, asperges/wilde salade/en perzik gevuld met een mengsel van atun en ei, hoofdschotel: coq au vin, vlaamse carbonaden puree en gebakken pattatjes, een assortiment van kaassoorten en tot slot appels in de oven. Alles overgoten met Chileense wijn en een Cubaanse rum. Wij dienden op, gelukkig moesten we niet afwassen, de keuken leek wel een ruine. Ons Peruaanse gatsen wisten niet waar ze het hadden. Hun reactie: ja we zijn nu echt jullie gasten in Belgie. Want ook wij maken eten als we vrienden te gast hebben. Meer moet dat niet zijn....
Sachun is een restaurant en the place to be in Lima voor internationaal spectakel. Vlaggetjes op de tafel, wel een beetje raar die Belgische vlag met "l'union fait la force", maar dit zal wel aan ons liggen. Een animator die mopjes vertelt, de groepen inleidt en briefjes voorleest met berichtjes vanuit de zaal. Om het half uur wordt dan ook het "happy birtday" of "cumple anjos" aangeheven. Het spectakel zelf geeft een goed overzicht van de dansen uit de verschillende streken en de bijbehorende muziek. We reizen vanuit Lima naar Cusco, de verschillende streken en de stranden. Zo zijn er dansen uit de selva, marineros, musica de la sierra,walsen, romantische muziek en afro-negro. Wij kunnen het niet altijd evengoed smaken. Onder veel applaus wordt een straatopera ( voor ons kattegejank)opgevoerd met levensliederen die uitbundig meegezonden worden. Levensliederen over de liefde, het land en de bergen, de zee. El condor pasa kon niet ontbreken. Het doet me eraan denken dat Peru voornamelijk uit boeren bestaat. Zij hebben houvast aan de dingen die er altijd zijn: de zon, de zee de bergen. Ambiance is een groot samenhorigheidsgevoel met sterk nationalistische trekjes. Precies Vlaamse zangfeesten. Peruanen zijn fier over hun land. Een bewaker uit het centrum waar we vergaderen bracht een DVD over Cusco mee . Aan de ingang van het centrum zaten we samen naar de 2 uur durende video te kijken. Hij vertelde enthousiast , bijna met de tranen in de ogen over zijn groot verleden van Inca's.Krijgers die een groot rijk stichtten en de zon aanbaden met rituelen en offergaven. Peruanen hebben een groot verleden, nu nog de toekomst...
De periode Fujimori was een harde periode voor de vakbonden. Het regime probeerde de ruggegraad van het verzet tegen het neo-liberale beleid te breken.Vakbondsleiders werden vermoord, gevangen gezet, kortom men poogde de vakbond van zijn basis te isoleren. Maar ook de guerilla " Sendero Luminoso" vermoordde vakbondsleiders. De vakbond was voor hen een onderdeel van het kapitalistisch systeem dat zij bevochten. Onder Toledo konden de vakbonden hun wonden likken en poogden zij hun vroegere verworvenheden te herstellen ( via loonsverhogingen en het herstel van de CAO's). Alan Garcia is pas president en de eerste betoging " verkiezingsbeloften uitvoeren"is voorbij. De bouwbond is eigenlijk wel opgetogen want bij de begroting werd een investering van 4% aangekondigd voor de openbare werken. Want als de staat niet investeeert heerst er veel werkloosheid, Peruaanse privé-bedrijven die investeren zijn hier weinig te zien. José Ramirez is secretaris van de bouwbond in Chiclayo. Gisteren is in zijn streek de noodtoestand uitgeroepen door de regering. Opstand, werkloosheid. Hij heeft 1000 leden, maar veel zijn werkloos of ze werken maar een paar maand per jaar. Grote werken zijn niet voorzien. Geen werk is geen vakbondsbijdragen. Deze bijdragen (2% van het loon) worden via het bedrijf aan het gewest gestort. Om dat geld te kunnen ontvangen moet de secretaris een ledenlijst voorleggen. De leden ondertekenen een aanvraag dat er 2% van hun loon wordt afgehouden. Die patronale cheque gaat naar de gewestelijke afdeling. Van dit geld gaat 20% naar het bedrijfscomité, 50 % naar de gewestelijke afdeling en 30% naar de federatie. Meestal gebeurt de storting naar de federatie niet en worden speciale campagnes opgezet om het geld te innen. De federatie zoekt dan inkomsten ondermeer via Internationale projecten. Zo helpen wij een meer gestructureerde werking van de vakbond opzetten.....
De bouwsector in Peru doet mij aan de middeleeuwen denken in Europa. Er hangt iets cultureels rond het herstellen van de historische bouwwerken. Hier is werk genoeg: eens per jaar schudden de stenen hevig heen en weer. Maar ook de indeling van de bouwvakkers heeft iets van de gilden: er zijn vier categorien bouwvakkers. maestro (meester}, operario ( vakman) official (leerjongen) en peon ( hulpje, ongeschoolde of handlanger) In de bouw werken veel ongeschoolden: boeren werken slechts vier maand per jaar op het land, de andere acht maanden zoeken zij werk in de bouw. Deze indigenas kunnen meestal niet lezen en schrijven. Veiligheidsvoorschriften zijn niet aan hen besteedt. Meteen is er ook een communicatieprobleem op de werven,meestal spreken zij slechts een lokale taal. Maar ook de andere bouwvakkers hebben een scholingsprobleem. meestal volgden ze slechts lager onderwijs en bezitten geen enkele techmische opleiding. Op de 350.000 bouwvakkers hebben slechts 45000 bouwvakkers een vast contract. De anderen leven van losse snabbels. Meteen een probleem er bij: je moet drie maanden bij een baas werken voor je onder de sociale zekerheid valt en voor je verzekerd bent tegen arbeidsongevallen. Bouwbazen heten bij ons "cowboys", hier "piraten": Een bouwvakker verdient zo een 8 euro per dag. Daarvoor werkt hj in theorie 8 uur per dag, in de praktijk 12 uur per dag, overuren dikwijls niet betaald. Daarbij komen dan nog extraatjes zoal verplaatsingsonkosten , een premie voor schoollopende kinderen enz... De "piraten" kunnen putten uit een leger van werkloze boeren en de arbeiders met een vast contract doen er alles voor om hun jobke niet kwijt te spelen.
Peru is rijk aan goud,mineralen en grondstoffen.Helaas slepen de multi's alles weg.De grondstoffen worden uitgevoerd, niet bewerkt in het land zelf. De gewone peruaan heeft dus niks aan de natuurlijke rijkdom van zijn land. Van de 30 miljoen Peruanen leven er 3 miljoen in extreme armoede, 5 miljoen in armoede. En dit zijn dan nog maar de officiele cijfers, die veel verbergen. Het minimumloon bedraagt 60 euro per maand, maar om te overleven heb je minimum 150 euro per maand nodig. Op de tv volgde ik het parlementsdebat over de nieuwe regering en de begroting. Een parlementsvrouw kwam gevat tussen. Het grootste deel van de gezinnen is monoparentaal of anders uitgedrukt: het zijn alleenstaande vrouwen die voor hun drie of vier kinderen het moeten zien te redden. Meestal zonder water, electriciteit of sanitare voorzieningen. Een onder, onder, onder-ontwikkeld land. Onze cursusbegeleider was gisteren het slachtoffer van een inbraak bij hem thuis. De deur werd opengebroken, zijn hond afgemaakt en alles wat waarde had buitengesleept. Toen hij wakker werd gingen ze op de loop. Maar hij is wel heel wat geschreven werkmateriaal kwijt, hij sliep dan ook niet veel vannacht. Armoede en onveiligheid gaan hier dikwijls hand in hand.
Gisterenavond laat in Lima geland. Vier vriendelijke vakbondsmensen versperden alle uitgangen om me zeker niet te missen. Nieuwe luchthaven, weinig verkeer. De lange reis sloop in mijn benen. Nog een cervesa gepakt in het centrum en dan de jetlag proberen weg te slapen. Het is lente in Lima. Druilig en met veel mist. Druk kan je het niet noemen. Kleine huisjes en een bordje op de lift: gelieve de lift niet te gebruiken bij brand en aardbevingen, herinneren aan het feit dat de regio hier nogal eens dooreengeschud wordt. Na mijn ontbijt ga ik gewoontegetrouw ter kennismaking van een land naar de kapper. Op straat merk je meteen dat hier net zoals in gans Latijns-Amerika een veiligheidsprobleem is. Veel bewaking, wel door de stad Lima georganiseerd. Bij de kapper krijg ik meteen een krant. Het grote nieuws is het bezoek van de nieuwe president Alan Garcia aan het witte huis. Ze kwamen overeen een drugsbestrijdingsplan uit te werken en Chavez te isoleren om de demokratie in Latijns-Amerika te herstellen. Dit belooft weinig goeds voor Peru: politiek is Peru meer en meer verscheurd tussen links en rechts. Want zo ziet men Garcia wel hier. De kappersbeurt houdt ook een hoofdmassage in: voor 6 sol(1,5 euro) ben ik als herboren en kan ik met een frisse kop beginnen werken. Hier en daar is er wat bouwactiviteit: de houten stellingen zien er niet echt veilig uit. Ons project om de veiligheid voor de bouwvakker te verbeteren zal wel zeer nodig zijn...
De "case" Patrick van Antwerpen toont de verleidelijkheid aan om mee te gaan op de golven van een mediagerichtte markt-politiek. Op korte termijn is er resultaat,maar een oplossing ten gronde nl een halt aan de verrechtsing van de samenleving is hiermee niet binnen schot. Het doet me sterk aan Blair en zijn derde weg denken. Ook hij baseerde zijn politiek inzicht op marktonderzoek, peilingen naar de verwachtingen van het publiek.Daarvoor moest hij eerst de vakbonden aan de kant schuiven, de labourmilitanten vervangen door professionele adviseurs,surfen op de modegolven van internetcommunicatie, de partijstrukturen hervormen en het woord socialistisch uit de statuten schrappen,links-liberale them's zoals het adoptierecht op de agenda krijgen. Het leidde zelfs tot een ongenuanceerde pro-amerikaanse politiek die hem in het Irak-avontuur van Bush deed meestappen: Blair laat binnenkort een land achter dat liberaler is dan onder Tatcher.In Frankrijk heb je naar aanleiding van de PS-presidentskandidaat krak dezelfde discussie.Wordt het de mediagenieke Segiline Royal of de traditionele,principiele Laurent Fabius: Maar als je lang genoeg door de oppositiewoestijn strompelt,dan ben je tot veel bereid om aan de oase van de macht te geraken.Maar dat heeft niks meer met maatschappijverandering te maken...
Tja de laatse dagen mochten er best zijn. Druk, druk druk. Dan komt er van bloggen weinig in huis. Maar allee, eenmaal de gemeenteraadsverkiezingen verteerd en morgen vertrek ik naar Peru. Kuifje in Peru : de volgende dagen iedere dag. Let wel het is om te werken, niet om te spelen...
Met verbazing las ik het artikel in DSweekend waaruit bleek dat ongeveer 1 op 2 Vlaamse jongeren racistische stellingen onderschrijven, en dat 1 op 4 op het Vlaams Belang (VB) zou stemmen. Wat nuancering en omkadering is bij dit soort cijfers mijns inziens geen luxe.
Het is erg belangrijk in de verf te zetten dat de ondervraagde jongeren 16-17 jarigen zijn. Vele jongeren zijn op deze leeftijd nog niet zo begaan met politiek en vormen zich pas op stemgerechtigde leeftijd een idee voor welke partij ze zouden stemmen. In onderzoekstermen merkt men dit in een hoog aantal bevraagden die niet op deze vraag antwoorden. Verder zijn vragen naar stemintentie, net zoals vragen naar het inkomen, de meest genegeerde vragen in enquêtes in het algemeen. De bevinding dat een kwart van de 17-jarigen op het VB zou stemmen moet dus in dit licht gezien worden. Van diegenen die zich een mening vormen en op de vraag antwoordden zou een kwart op het VB stemmen.
Een verklaring voor het hoge percentage etnocentrische jongeren kan in het meetinstrument verscholen zitten: er is sprake van een jaknikkereffect bij het beoordelen vaneen stelling. Daarom bestrijkt een reeks stellingen idealiter het volledige spectrum van pro over gematigd tot contra, om de bevraagde even langer te laten nadenken en dit jaknikkereffect tegen te gaan. Dit leek echter niet het geval in het geciteerde onderzoek, de stellingen die vermeld werden in het artikel waren zo opgesteld dat ze een gematigd intolerante mening uitdrukten.
Een laatste opmerking is een dooddoener inzake comparatief onderzoek: Kan men wel Belgische jongeren vergelijken met Canadese jongeren, zonder het te hebben over de verschillende contexten waarin deze leven ? Terwijl we nu wel weten dat Canadese jongeren toleranter zijn dan Belgische, weten we niet of "immigratie" in Canada hetzelfde betekent als hier in Europa. Deze betekenis vormt zich niet enkel in de perceptie van de ondervraagden zoals Marc Hooghe aangeeft, maar hangt ook samen met de concrete manier waarop een fenomeen zoals immigratie zich in een maatschappij voordoet. Immigratie is veel nauwer verbonden met de Canadese geschiedenis en identiteit dan met de onze, aangezien enkel de Inuit en Indianen kunnen stellen dat dit hun land is...
Ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan van het Provinciaal Museum voor Moderne Kunst te Oostende is er een grote Ensor Tentoonstelling. Ensor is immers de beroemdste schilder van Oostende, samen met Leon Spelliaert. Ensor, de schilder van het licht, Spelliaert de schilder van de nacht, van de duistere kant. Met 277 werken is de tentoonstelling een interessante verzameling van de avantgarde, zoals ze zich in de nieuwe beau-monde ten tijde van Leopold II ontwikkelde. Er zijn werken te zien van Permeke,Delvaux, Magritte,Munch,Dali, Picasso,Knopf, Gaugain enz....De bedoeling is aan te tonen dat Ensor niet alleen in ons land en Europa, maar ook werelwijd een zeer grote invloed uitoefende. Om dit te bereiken zal de conservator wel ongeveer al zijn relaties moeten aangesproken hebben. Aan de 1300 man op de openingsreceptie, volk,volk, was dat wel te merken. Maar het resultaat mag gezien worden, ieder hoekje en kantje van het PMMK is gebruikt voor de tentoonstelling. Ensor was een socialistische anarchist, die graag kritiek gaf, maar ook met de bourgeois-kant koketteerde. Typisch voor kunstenaars ? Hij gebruikte de Christusfiguur maar al te graag om er een gedreven, bewogen rebel van te maken, waar hij in feite zichzelf in terugvond. De " Calvarie. Ensor op het kruis" en "De blijde intocht van Christus te Brussel zijn hiervan een illustratie. Het gaat natuurlijk om Ensor zelf, die in de Brusselse tentoonstellingsgalerijen niet welkom was. Het laatste schilderij ( Asger Jorn) op de tentoonstelling toont de maccabere humor van Ensor ( en Vandenbussche) duidelijk: " Ainsi on s'ensor" Het schilderij toont een man die zich verhangen heeft...
Op de dag dat Carrefour zijn campagne lanceert : " vrouwen aan de macht" hoor ik op de radio dat de vrouwenstudies op universitair niveau moeten stoppen omdat de subsidiekraan van het gelijke-kansen-ministerie wordt toegedraaid. Dat Carrefour handig inspeelt op het feit dat het meestal vrouwen zijn die beslissen over de kleine huishoudelijke aankopen en dat meneer beslist over grote sommen zoals wagens en huizen is dat geen schande. Carrefour wil verkopen en als dat kan met wat beroep op sentiment ("ik ben toch tenminste baas over de portemonnee") waarom niet ? Moeilijker is het met de subsidies aan vrouwenopleidingen. Ik kan me niet voorstellen dat er geen inschrijvingen meer zijn: meer en meer vrouwen stappen op de arbeidsmarkt en kunnen best wat bijscholing gebruiken die hen professionnel schoolt om discriminatie en mechanismen die zorgen voor het glazen plafond te ontdekken. Nu kunnen ze echter niet meer inschrijven. Kathleen van Antwerpen kondigde reeds een tijdje geleden aan dat zij in haar beleid specifieke aanmoedingen voor vrouwen niet meer zo noodzakelijk vond, maar dat er een beleid moest komen waardoor mannen en vrouwen gelijke kansen zouden krijgen. Ik denk dat zij zich vergist en dat er nog veel discriminatie voor vrouwen moet weggewerkt worden.Gender is een modewoord, misschien kan de Carrefour het uitverkopen.
PS: amper een dag later blijkt dat er een oplossing in zicht is: niet de uitverkoop door Carrefour, maar Minister Frank die de toelating zal geven om een nieuwe "master" vrouwenstudies door de Universiteiten te laten organiseren. Gelukkig zijn er nog mannen die vrouwenproblemen oplossen...