|
|
|
gedachtewisseling in vriendschap |
|
|
08-09-2006 |
vrijheid blijheid...of...inprenten?! |
Dag Niem,
Dit was dus je vraag:
1.Voeden jullie jullie kinderen Christelijk op en verwachten van ze dat ze braaf Christelijk blijven. En stuurt ze naar een Christelijke school en laat ze elke week naar de kerk gaan?
2.of geef je ze liever de ruimte om andere geloven te verkennen? Stuurt ze naar een openbare school en geeft ze keuze of ze naar de kerk willen?
1 of 2 en waarom?
Mijn antwoord:
Een kennelijk tendentieuse vraag. Een vraag, waarop eigenlijk maar éen antwoord in redelijkheid mogelijk is; "Twee natuurlijk!!".
Aan de ene kant dat bekrompen, 'met de nachtschuit-achtige':'braaf christelijk blijven'.... het ontbreekt er nog maar aan dat hier gestaan zou hebben 'gristelijk'
....en aan de andere kant dat heerlijk onbekrompene, eigentijdse: "Keuzevrijheid".
Maar wat zegt de bijbel:(Deuteronomium 4 v 19): ""Vergeet nooit wat u met uw eigen ogen gezien hebt, maar houd de herinnering daaraan levendig en vertel alles door aan uw kinderen en kleinkinderen" Ook: "opdat uw kinderen het aan uw kleinkinderen leren", NBG.(v 10) en Deuteronomium 6 v 4- 7: ""Luister Israel; de HEER onze God....DE H E E R is enig!!! Heb daarom de HEER lief met hart en ziel en met inzet van al uw krachten.Houd de geboden die ik u vandaag opleg steeds in gedachten. PRENT ZE UW KINDEREN IN een spreek er steeds over, thuis en onderweg, als u naar bed gaat en als u opstaat". Deuteronomium 11 v 9: "Prent de woorden van God bij uw kinderen in".
En dan laat ik Deuteronomium maar even en noem de tekst, die ik als eerste uit mijn hoofd kende, toen ik die als 12-jarige aan de muur zag hangen van het vertrek, waar ik met de andere jochies bijeen was in de 'knapenvereniging'.(Spreuken 22 v 6): "Leer een kind van jongsaf de juiste weg, en het zal er niet van afwijken, wanneer het oud geworden is", of...zoals ik dat nog in de oude Statenvertaling zag en telkens weer moest lezen, omdat ik erg op 'lezen' was ingesteld: "Leer den knaap de eerste beginselen naar den eisch zijns wegs; als hij ook oud zal geworden zijn, zal hij daarvan niet afwijken".
Ik laat het hier nu maar even bij. In het Nieuwe Testament zullen er zeker nog meer teksten zijn. Maar dit is wel even genoeg. De Heer weet, wat wij ons dikwijls maar moeilijk voor ogen kunnen stellen: dat de satan, de gemene tegenstander, er altijd op uit is om het woord van de Heer zo snel mogelijk uit kinderhartjes te roven. En de duivel heeft het gemakkelijker, wanneer er heel geen zaad gestrooid is, wanneer de ouders zeggen: "Je zoekt het zélf maar uit ; ik ga nú de keus niet beïnvloeden, die je eens, naar de volwassenheid toegroeiende, zélf gaat maken". (Of ze zeggen helemaal niets).
Dan roept de 'grote vergeler': "Kassa".
Van dat "Als hij ook oud zal geworden zijn, zal hij daarvan niet afwijken", even een 'zwak' voorbeeld: Gisteren nog zat ik naar een documentaire te kijken op t.v. over een B.N.'er. Die man had een avontuurlijk, wild leven gehad. Maar éen van de commentatoren zei: "Hij had op allerlei manieren helemaal en helemaal fout kunnen gaan. Maar hij had een schitterende gereformeerde opvoeding gehad en hoewel hij die later liet liggen, hield dat 'inprenten van die waarden in zijn jeugd' hem van beslissende dwaasheden terug".
Nu is dat geen getuigenis over 'gered zijn'. Maar dit blijkt er uit, dat een goede opvoeding, zelfs al leef je de hoofdwaarheden niet na, je toch op later leeftijd echt 'onverdiende zegeningen' geeft.
Je kunt je nu ook voorstellen dat in ieder geval enige fundamenten bij mij werden gelegd, toen ik daar die bijbeltekst (Spreuken 22 v 6) maar bij elke 'vergadering' zag en las. Ik weet het nu nog en die tekst is nog werkelijkheid en waarheid voor mij.
Dus, stuur je kindjes maar naar een christelijke school, lees ze voor uit de kinderbijbel, animeer ze om naar kinderclub, tienerclub, jeugdclub te gaan. Breng ze binnen in de sam.
Zondag jl zag ik hoe kinderen, die ik nog op kinderclub heb gehad, nu als tweaalfjarigen door de 'grote sam' verwelkomd werden. Ik zag ze daar staan, al die lieverdjes, die ik als 6-9 jarigen een tijdlang heb mogen volgen. Een beetje verlegen onder het applaus. En ik dacht blij: "Ook ík heb iets aan hen mogen vertellen van de grote daden van God, naar de eis van hún jonkheid. Ik heb door uw genade Heer, in die ontvankelijke en nog beschrijfbare kinderharten iets mogen ingraveren van uw levendmakende woorden. Dank u Heer".
Van geslacht op geslacht is in onze familie verteld van de grote daden van God. En de omgeving hielp volop mee met een 'netwerk' van kerken en kringen en clubs. Dat netwerk is goeddeels weg. Maar jullie taak is in ieder geval : vertellen. En daarnaast zullen jullie ook het weggevallen netwerk zo goed mogelijk gaan vervangen.
Veel zegen, Ger
|
|
|
|
Reacties op bericht (0)
|