Als God liefde is, waarom dan dÃt....en waarom dan dát...
Dag Niekie,
Je vraag was dus:
Heel veel mensen vragen: Als God liefde is, waarom laat Hij dit dan toe? Als God bestaat, waarom laat hij zo weinig van Hem zien? Als, als, als- vragen... wat antwoorden jullie dan?
Wat actuéel Niekie!
En weet je, wat nu zo lastig is. Ik kan je wel een mooi overwogen antwoord geven, zorgvuldig voorbereid en wikkend en wegend opgeschreven. Maar dat is de practíÂjk niet.
Want....hoe komen zulke vragen dikwijls tot je: - op een schoolplein of in de schoolaula - in het zwembad, wanneer je met een hele groep zit te zonnen langs de rand. En dan heb je niets aan keurige antwoorden, Nee; rondom je heen zitten schreeuwende jongens en meisjes, die behoefte hebben aan het maken van een 'one liner', en eigenlijk helemaal niet benieuwd zijn naar jouw antwoord. Of ze willen je alleen voor gek zetten.
Zo kán het althans gaan. Ik doe maar een greep uit de mogelijkheden.
Allereerst een uitspraak van Onze Heer Jezus Christus op dit gebied; (Matth 10 v 18): "Jullie zullen omwille van mij worden voorgeleid aan gouverneurs en koningen , en een getuigenis moeten afleggen ten overstaan van hen en de heidenen. (19) Wanneer ze je uitleveren, vraag je dan niet bezorgd af hoe je moet spreken of wat je moet zeggen. Want wát je moet zeggen, zal je op dat moment worden ingegeven. Jullie zijn het immers niet zélf die dan spreken, het is de Geest van jullie Vader die in jullie spreekt".
Om deze tekst voor jou 'werkbaar te maken', merk ik nu eerst op, dat voor een puber de vele ogen van klasgenoten, op hem gericht, net zo zwaar en belangrijk kunnen zijn als stadhouders en gouverneurs voor volwassenen. Je kunt je dan best 'aan de heidenen uitgeleverd' voelen. En dan moet je ook dit bedenken dat de Heilige geest niet alleen 'alle goede dingen' is, die je jezelf maar kunt indenken, maar ook zo heerlijk royaál! Hij gaat heus niet overwegen of jij eigenlijk wel ver genoeg gevorderd bent om door hem geholpen te worden. Nee...hij helpt 'pas in het geloof begonnen jonkmannen' net zo goed als oude rotten. En op een kort schietgebed: "Heer....help", is hij zó tot je hulp.
Maar ook ík laat je niet helemaal in de kou staan. Hier komen twee keurig 'aangeharkte' antwoorden, rustig achter mijn pc bedacht, in een braaf pogen al enigszins eenvoudig gehouden.
"Als God liefde is.....waarom laat hij dan al die vreselijke dingen toe, die dan toch maar gebeuren".
Mogelijk antwoord: "God is er niet alleen. Er is ook een tegenstander de duivel. Die doet allerlei rotdingen en geeft dan de schuld aan God".
"Als God liefde is, waarom merken wij dan zo weinig van hem".
Mogelijk antwoord; "Hij zou veel van zich willen láten merken. maar wij schreeuwen allemaal zo hard, dat hij 'er niet doorheen komt'. Maar hij heeft wel gezegd, dat hij alleen al heel veel spreekt door de natuur en dat je hem daaruit alleen al kunt kennen", (Romeinen 1 v 19 en 20).
Nu zul je zeggen Niekie: "En dat zou ik dan - nog iets meer gepopulariseerd - kunnen gebruiken?! Bedankt maar weer hoor! Als ik zoiets zou zeggen, vertaald in de termen van míjn wereld, dan komen er natuurlijk veel vragen méer. Ik hoor ze al: - ik dacht toch dat God de baas was en almachtig. Waarom kan die duivel dan van die dingen doen -....en waar komt hij dan vandaan? En dan moet ik weer verder dáarmee!".
Hoor eens hier Niekie....blijf vasthouden aan wat de heilige Geest tot jouw hulp wil zeggen; dan komt dat ook wel goed.
Geluk ermee....en mogelijk zit er tussen al die jongens en meiden, op hun fietsen vóor de broodjeszaak balancerende, gulzig etende; 'of ze thuis niets krijgen', ergens wel éen, die stil luistert en later jou aanspreekt: "Zeg Niekie...jij zei dat nou, maar...."
O Niekie...kom je nog eens op 'Vraag het Ger'. En niet alleen Niekie is uitgenodigd, maar allemaal, afijn dat weten jullie!
De 'Heilige Drieí«enheid' is een zeer bijbels begrip.
In het algemeen wil ik stellen: Er is in de Drieí«enheid geen verschil in Goddelijkheid, in wezen of in karakteristieke kenmerken. Elk persoon is volledig God. Het enige onderscheid is de wijze waarop zij in relatie staan met elkaar en met de rest van de schepping.Hierin nemen zij voor eeuwig de rol in, die past bij hun Persoon.
De Personen in de Drieenheid hebben onderscheiden primaire functies in hun relatie tot de wereld en in hun relatie tot elkaar. Dit wordt wel 'de economie binnen de Drie-eenheid ' genoemd, economie in de zin van het ordenen van activiteiten. Deze ordening is een eeuwige ordening; voor eeuwig ligt dat zo. In de ordening van de activiteiten ligt de prioriteit bij de Vader, daarna de Zoon, daarna de Heilige Geest. De Zoon gehoorzaamt de Vader, de Heilige Geest gehoorzaamt de Vader en de Zoon als zij hem zenden.
Tot zover een definitie van Coos de Vink.
Ik wil er nog dít aan toevoegen: Over onze Heer Jezus Christus als deel van de heilige Drieëenheid en dus , hebbende naast de menselijke ook de Goddelijke natuur, is in deze forums al vele malen gesteggeld. Dat begon al in 'forum oud' en gaat eindeloos door, telkens met veertig pagina's tot op de huidige dag. Alle argumenten zijn al vele malen gewisseld.
Ik zie een duidelijke lijn. Als Christus' Godheid wordt ontkend, is dat de doodklap voor elke Christelijke verwachting omtrent sterven en opstanding.
Voor de duivel is er alles aan gelegen om Onze Heer Jezus Christus los te weken uit zijn Godheid en van hem een gewoon mens te maken. Een eerste stap is de ontkenning van de Drieëenheid. Daarna is de weg vrij om hem met Maria van Magdala te laten trouwen en een dochter te laten krijgen enz enz. De mensen, die met alle ijver de stelling verdedigen, dat deze dingen alzo zijn, ook die mensen, die alleen maar de Heilige Drieëenheid bestrijden, zijn, hoe lief en aardig en welmenend en oppassend en goedbedoelend ze ook zijn, dienstig aan satans werk op deze aarde. Ik zeg dus niet, dat zij van de duivel bezeten zijn of zo iets. Welnee, wij allen, wanneer wij liefdeloos, vreugdeloos, vol onvrede, onvriendelijk zijn, enz...ook al is het incidenteel, zijn op dat ogenblik werkzaam ten dienste van Gods tegenstander. Laat niemand zich dus beledigd of gekwetst voelen.
Maar ik wil het nu eens over een andere boeg gooien. Niet: "Wat dunkt u van de Christus", maar "Wat dunkt u van de Heilige Geest".
De Heilige Geest is voluit en helemaal :GOD. - de doopformule : Matth 28 v 19. - de Heilige Geest is een tempel: 1 Cor 6 v 19 - Hij is eeuwig, Hebr 9 v 14 - hij is alomtegenwoordig, Ps 139 v 7-10 - hij is alwetend, 1 Cor 2 v 10 en 11; Joh 14 v 26 - Hij is almachtig, Lukas 1 v 35 - zijn grootheid is onnastpeurbaar, Jes 40 v 13 - Hij is souverein, 1 Cor 12 v 11, (gelijk hij wil)
Over de Heilige Geest handel ik in mijn topic BIJBELSTUDIE op 'Vraag het Ger' al sinds bijbelstudie 40 en ik ben nu de 100 voorbij.
In een eerdere serie van 'de Drieëenheid' heb ik al eens de vraag gesteld: "En de Heilige Geest dan". De antwoorden kwamen er op neer: "Niet belangrijk. Het gaat alleen maar om de persoon JEZUS".
Wat een wonder. Bij het uitdenken van zijn strategieën heeft satan alleen maar overlegd: "Geen aandacht voor de Heilige Geest. Overbodig werk. De mensen zijn hém vergeten, zoals ze míj vergeten zijn. Verrukkelijk toch. Nu kan ik mijn rol blijven spelen als de grote 'Darkdancer'.
Nee; alle aandacht voor de enige, waarvoor nog belangstelling bestaat: - voor ons : de vervaarlijke tegenstander - voor hen: vooral zo kort mogelijk : Jezus. Zodra ze beginnen te zeggen: 'Onze Heer Jezus Christus' is het al foute boel".
En zo is het gekomen, dat God de Heilige Geest in de discussies zo zwaar onderbedeeld is.
Je belangrijke vraag kan gesplitst worden in de volgende deelvragen:
1: Hóe wil God dat we de naaste liefhebben 2: Hoe moet ik mijn vijanden liefhebben 3: Hoe moeten wij mensen liefhebben, die ons zulke ernstige dingen hebben aangedaan als sexueel misbruik 4: In Romeinen 12 v 10 b staat, dat wij anderen hoger moeten achten dan onszelf. Maar hoe valt dit te rijmen met 'elkanders liefhebben áls onzelf' 5: Ik heb een 'laag zelfbeeld', ben niet blij met mijzelf. Als ik anderen ook zo in mijn achting heb staan, 'net als mijzelf' dus, dan schieten ze daar toch niets mee op.
Leuke vragen;
Mijn antwoorden :
1: God wil dat wij de ander liefhebben als onzelf, net zoals wij God liefhebben boven alles. Maar ook voor die ander geldt: - met ons hele hart, onze 'inner person', onze 'menselijke geest' - met onze ziel; hier te denken aan onze emoties - met onze hele kracht, ons hele verstand; hier te denken aan onze andere 'zielenfucties': verstand en wil. Zo horen wij te staan tegenover anderen.
2: "hoe onze vijanden lief te hebben". Iedereen heeft wel vijanden. Scholieren hebben meestal wel een 'schoolvijandin', die anoniem rotte briefjes over de sms stuurt: "Zelf....zelf...zelf...moord...moord...moord", of een 'schoolvijand;', die de anderen aanspoort ons 'dood te verklaren'. 'Liefhebben als jezelf' houdt dan in, dat je voor ze pleit, zoals de Heer Jezus, zelfs uit zijn grootste nood voor anderen pleitte: " Vader vergeef het hun, want zij weten niet , wat ze doen" of zoals Stefanus pleitte voor hen, die hem stenigden: "Here, reken hun deze zonde niet aan", (Hand 7 v 60). Het valt niet mee, maar het zal de dapperen zegenen, wanneer ze zo handelen.
3. "Hoe moet er gehandeld worden bij sexueel misbruik". Het steekt dan vooral, wanneer de dader alles ontkent en belacht en bespottelijk maakt. Maar ook dan is het gebed tot God er om het 'overhoop liggende innerlijk' tot rust te brengen.
4 Hoe valt Romeinenen 12 v 10 b te rijmen met 'Heb elkaar lief, zoals je je zelf lief hebt'.
Romeinen 12 v 10 b en ook het meer duidelijke Filipp 2 v 3 spreken over de handelwijze in de gemeente tegenover mede-gemeenteleden.
Met de door de Heilige geest in onze harten uitgestorte liefde van God zullen wij volkomen positief tegenover onze medegemeenteleden staan, hun gaven en talenten trachten te ontdekken en te stimuleren en hen trachten naar hogere en voor de gemeente nuttiger plaatsen te stuwen. We zullen in dat opzicht hun belang meer zoeken dan dat wij zelf 'met de neus vooraan willen staan'. Zo bezien is er geen tegenstelling.
5: "Wat te doen aan een laag zelfbeeld".
Verdiep je bekering tot diepe bekering. Kom tot de wedergeboorte. laat je vullen met de Heilige Geest. Ga de Geestesgaven gebruiken. Ga de Geestesvrucht beoefenen. Dan verdwijnt dat lage zelfbeeld gegarandeerd.
Kom je hierover eens met mij spreken in 'Vraag het Ger'?
Net wilde ik je antwoorden en toen was 'Gast' mij voor met de tekst, die ik ook al wilde noemen.
Toch herhaal ik die tekst nog even; (Matth 22 v 35- 38: "Een van de Farizeeí«n, een wetgeleerde, vroeg, om Hem te verzoeken: 'Meester, wat is het grote gebod in de wet?' Hij zei tot Hem: 'Gij zult de Here, us God , liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand... Het tweede, daaraan gelijk is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten'".
Ik zou daarover nog het volgende willen zeggen: bij de Joden van die tijd heerste een opvatting, dat men zoveel mogelijk goede daden moest doen om in de hemel te komen. Overtrof het aantal van de slechte daden het aantal van de goede daden slechts met éen, dan kwam men in de hel.
Deze leer legde een geweldige druk op de mensen en was nog volkomen fout ook. Want helder inzicht in de Schrift leert, dat men alleen goede daden kan doen, wanneer men zo nauw contact met God heeft, dat men zijn stem kan verstaan, die zegt: "Dit zijn goede daden in mijn oog; daden, die positief passen in mijn grote plan". En dan doet men die daden ook niet uit angst, maar uit liefde tot God. En elk dwaas idee, van: "O...als de goede daden maar genóeg zijn" is weg.
De Farizeeí«n sprak uit die gedachtenwereld. Men moet natuurlijk die geboden vervullen, die het meeste 'zoden aan de dijk zetten', die flink meetellen aan de 'hemel'kant van de toekomst. Een verderfelijke gedachtengang, die ook nog eens uit boos opzet werd geponeerd.
Jezus stelt daartegenover, dat het grote, eerste gebod is, dat wij De Here onze God, zullen liefhebben met geheel ons hart en met geheel onze ziel en met geheel ons verstand. Dat lijkt een onvervulbaar gebod, maar de sleutel wordt ons door de bijbel zelf aangereikt. Wanneer wij, bekeerd en wedergeboren, ons laten vervullen met de Heilige Geest, is de weg ontsloten tot een volkomen doortinteling van ons wezen in al zijn aspecten met de liefde tot God. En die liefde tot God heeft vanzelf als gevolg liefde tot de naaste. In rangorde wel minder dan het grote gebod, maar ze zijn niet zonder elkaar te denken.
Toegepast op jouw situatie wordt het dan zo, dat wanneer jij steeds verder en dieper een heerlijk weg gaat met God en zijn Heilig Kind, Onze Heer Jezus Christus, de Heilige Geest je in alle waarheid zal leiden. En dan zal in voorkomende situaties de Heer je duidelijk maken, hoe te handelen. Want, laten we nu nuchter zijn, Wati, voor velen van ons , zeer velen zelfs, zal het niet nodig zijn om in de oorlog te dienen als soldaat. Waarom zouden wij onze aandacht af laten leiden door gebeurtenissen, die misschien nooit zullen voorvallen, terwijl het grote gebod en de enige weg om het te vervullen, kant en klaar voor ons aangewezen worden. En al die andere dilemma's, die je noemt en die genoemd zouden kunnen worden...het zal zó voor je worden, dat je uitroept: "Ik heb zo veel om vóor te zijn...ik heb geen tijd om tégen van allerlei dingen te zijn".
Over het door Daniël genoemde rijk van ijzer en leem.
Dag allemaal,
Dat laatste rijk hí¨....leem, vermengd met ijzer. We hebben hier te maken met een profetie. En een profetie heeft vaak te maken met het panorama van een berglandschap. Men ziet berg na berg na berg, maar weet niets van de tussenliggende ruimte. Toen ik eens vertoefde aan de Noordzijde van het Meer van Gení¨ve, zag ik grote bergmassieven naar het Zuiden, achter het meer. Maar achter de laatste rij bergen zag ik eén geweldig hoge, indrukwekkende berg. blinkend in de zon. Men vertelde mij, dat het hier de Mont Blanc betrof, schijnbaar vlak achter die andere bergmassieven, maar in feite door vele dalen en lagere bergruggen daarvan gescheiden.
Nadat Danií«l door de genade van Gods de 'naaste' toekomst heeft mogen zien, valt zijn blik op een hoge en opvallende 'berg' na al die dingen, die binnen enkele eeuwen zullen komen. En hij ziet over vele tijden met vele gebeurtenissen heen: de eindsituatie. En wat hij ziet, zou je kunnen omschrijven als de huidige situatie van 'het globalisme'. De situatie is oneindig veel meer ingewikkeld dan ten tijde van Danií«l. In de wereld, waarin de bijbelse geschriften ontstonden, had men er geen weet van, dat er naast het Babylonische rijk en rijken in deze regio ervoor en erna nog een Incarijk bestond en een Chinees rijk.
Maar nu ziet Danií«l de enorme complexiteit van de door het globalisme onderling verbonden planeet- bevolkings-structuur.
Hij ziet: - de hardheid van sommige regimes, - de weinige samenhang tussen al die opkomende en neergaande regimes - hij ziet de groeiende macht van de anderhalf miljard Chinezen en de 1 1/4 miljard Indií«rs. - hij ziet de neergaande macht van allerlei 'Westerse regimes', verzwakt door te geringe bevolkingsaanwas - hij ziet iets van 'vermenging', maar niet van 'verbinding'. Mogelijk ziet hij iets van geweldige emigraties en immigraties, maar niet gevolgd door integratie, een zeer actueel tijdsbeeld.
Maar het allergeweldigste , wat hij ziet, is díÂt: die steen!!!! Dat is 'de gemeente van de eindtijd', zoals die in Openbaring wordt beschreven. De gemeente van nú, steeds meer op weg naar de 'vervulling met Gods Geest', een vervulling, die het mogelijk maakt , steeds meer in Gods sfeer te vertoeven en steeds meer op Onze Heer Jezus Christus te gaan lijken als: allemaal behorende tot 'het koninkrijk van God'..... - zij zijn het koninkrijk, dat nooit te gronde zal gaan, (44) - zij zijn het koninkrijk, dat zo 'anders', zo 'eeuwig' zal zijn, dat alle koninkrijken, die ooit bestaan hebben, worden tot een vervagende herinnering.(45).
En van dat eeuwigdurende koninkrijk kunnen jullie, kan ik, burgers worden, wat zeg ik: vorsten, Jesaja 32 v 1: "Een koning!!! (bedoeld is Jezus), die rechtvaardig regeert ...en leiders, die leiden volgens het recht, (de dappere strijders voor Jezus, naar Openbaring 11, strijdend, stervend en overwinnend opstaand en naar hun Heer toeijlend).
Om die steen gaat het....en tot die steen kunnen wíÂj behoren.
Wat is dat voor een theorie: over de Anunaki, een soort 'wereld redders'
Dag Muse,
Je moet hier echt niets van geloven. De bijbel leert, dat er in de eindtijd( 2 Thess 2 v 10) een vloedgolf van 'verlokkende ongerechtgheid' over de wereld zal komen. "De komst van de wetteloze, (de antichtrist) is het werk van satan en gaat gepaard met groot machtsvertoon en valse tekenen en wonderen, en allen die verloren zullen gaan, zal hij met zijn kwaadaardigheid verleiden. '1951' heeft hier: 'verlokkende ongerechtigheid'.)
En wat is nu het gevolg van al die onzin, dat 'loos gebral', ( 2 Petrus 2 v 18):
Gelovigen worden afgeleid. Ooit kende ik een jongeman, die alles in zich had om een grote kracht voor de Heer God te worden. Maar op zeker ogenblik stond zijn boekenkast vol met zulke 'bestsellers', (alleen goed voor de portemonnee van de schrijver) als: "Waren de goden kosmonauten". En voor het koninkrijk van God werd hij in korte tijd van onwaarde.
Er is veel Sumerische lectuur, die eigenlijk vergrofd de bijbelse geschiedenis herhaalt. Zo staat ergens in het Gilgamesj-epos, dat er een tijd was vóor de zondvloed, (waar dit epos ook een vergrofd beeld van heeft), dat er mensen leefden, die wel 10.000 jaar konden worden, een bijna onherkenbare verminking van dat oeroude stuk uit Genesis 5.
Laat jij je niet afleiden Muse. Bewerk je contacten niet met déze teksten. laat ze drinken van het kristalheldere water, dat uit de troon welt en dat een ongekende groeikracht in zichzelf heeft, de tempelbeek uit Ezechií«l 47.
Van deze fantastische, afleidende leringen zullen er steeds meer komen, naarmate de tijd vordert. Maar Gods volk zal de weg weten te vinden door Gods genade naar de vervulling met de Heilige Geest, een vervulling, die de mens wil optillen , zelfs naar de ijle hoogten van Openbaring 11 v 11 en 12.
Laat je niet afleiden. Gebruik Gods lesmateriaal, de Bijbel. Dan zul je zeggen over de Bijbel: "Lees vrij mij zevenmaal, ja zeventig maal zeven Nog vat 't verstand niet al, wat in mij wierd geschreven. Hoe meer gij in mijn zoekt, hoe meer gij in mij vindt... Hoe meer gij in mij leest, hoe meer gij mij bemint". (17 de -eeuws lofdicht)
Over het onderwerp van de uitverkiezing had ik op 'Vraag het Ger' net een antwoord gereed aan Ivar. Ik denk dat het ook jou kan dienen, daarom laat ik het híÂer volgen. Je vraag wordt er eigenlijk helemaal door gedekt. Want 'alverzoening' wordt er door uitgesloten.
Daag Ger
Dag Ivar,
Je twaalfde vraag: "Als het waar is dat God ons uitverkiest, wat is er dan nog voor ons te doen"
Nu wij wat verder komen met de vraagbeantwoording, kan ik beginnen te verwijzen naar eerdere antwoorden aan jou.
Eerder heb ik gezegd dat de uitverkiezende roep van God uitgaat over het rond der aarde, dat alle mensen die kunnen horen en dat God in beginsel alle mensen uitkiest.
Maar voor die mensen individueel blijft dan toch deze keus over: Ga je "ja" of "Nee zeggen. Eerder heb ik laten uitkomen, - dat het je eigen verantwoordelijkheid is, wanneer je in feite "nee" zegt. Dat hoeft niet altijd een uitdrukkelijk "Nee" te zijn. Het kan ook als zodanig gelden, wanneer er een volkomen onverschilligheid is ten aanzien van deze Goodelijke roep. - dat het genade van God is, wanneer je "ja" zegt.
Ik wijs nog op 2 Petrus 1 v 10, waar staat: "Span u daarom des te meer in om uw roeping en verkiezing te bevestigen, (waar te maken), broeders en zusters".
Ik denk hier bijvoorbeeld aan het grote schip van Gods genade, dat tracht aan de kade van onze levens af te meren.
God werpt de zware landingstouwen, de 'meertouwen' uit. Aan de kant staan de massieve bolders, waar die touwen omheen dienen te worden geslagen.
De 'Neezegger' zegt: "Wat zal ik slepen met die loodzware trossen. Ik ben niet geí¯nteresserd in dat schip.
De 'jazegger' aarzelt dikwijls. Er zijn al een paar bolders onbereikbaar geworden. maar er zijn er nog méer. En eindelijk lukt het hem om zou touw te pakken, in zijn macht te krijgen en om een bolder te slaan, meerdere malen. Dat vergt inspanning.
Wees geen verkapte 'neezegger', die zo eens even aan die kabel voelt en hem dan weer laat gaan. Nee; het grijpen en om de bolder heen werpen van die kabel, die er toch in iedere geval wel íÂs, vergt inspanning.
Ivar...span je in, Maak het waar, die eerste ontroering en dat eerste enthousiasme van je. Die kabel doet soms je handen pijn. Maar laat niet los!
Je bent zélf tot bekering gekomen. Je hebt zélf gebroken met de ongerechtigheid. Je hebt de morele plicht ...en je wilt ook niet anders...dan met volharding en geduld de verdere beloften, onmetelijk in aantal en heerlijkheid, te verwerven. Ijver naar de geestelijke gaven, oefen je in het onderscheiden van goed en kwaad, voer de geestelijke strijd, strek je uit naar hemelse kennis en wijsheid, druk de voetstappen van Jezus, houd het rechte spoor, jaag naar de volkomenheid. Zó leg je het touw om de bolder.