|
|
|
gedachtewisseling in vriendschap |
|
|
03-11-2007 |
Psalm 2 |
Dag Hes,
Wat handel jij dat systematisch af; nu psalm 2 dus.
Dat de psalm van de Heer Jezus getuigt, is wel zeker. Maar daarbij is nog weer een fijn onderscheid: er zijn teksten in de bijbel, die direct van de Heer Jezus getuigen, denk aan Jesaja 53. Maar er zijn ook teksten, die over een gebeuren met een aardse koning spreken en die in onze tijd, in het licht van alles, wat later gebeurde, als 'indirect Messiaans' worden aasngemerkt.
We zouden hier kunnen spreken van 'indirect Messiaans. Er is een nieuwe koning gekomen in Israel en dat is gebeurd in een tijd van allerlei nationale en internationale beroeringen. En nu zegt de dichter van allerlei dingen over die nieuwe koning van Israel. Je mag daarbij bedenken, dat de koning van Israel in een heel apart licht stond. Immers; er waren voorspellingen, dat eens de grote Bevrijder zou opstaan als nazaat van de vigerende koning. Daarom waren troonbestijgingsliederen altijd wat 'geweldig', bombastisch zouden wij dat noemen. De bovenliggende gedachte is deze: wat zijn er toch internationale spanningen rond de troonbestijging van onze koning. Maar dat is toch dwaasheid. Onze koning is de drager van grote beloften. Hij is de voorloper van de grote 'Bevrijder' en diens licht straalt nu al op onze koning af. Hij is door de aan hem bewezen eer eigenlijk als een zoon van God te beschouwen en zijn aanwijzing tot 'de heilige troon' is bij wijze van spreken een 'verwekken door God tot deze hoge eer'.
Maar wij gaan nu na in hoeverre deze psalm al iets van Onze Heer Jezus Christus vermeldt.
En wie denkt bij dat eerste: "Waarom woelen de volken en zinnen de natií«n op ijdelheid? De koningen der aarde scharen zich in slagorde en de machthebbers spannen samen tegen de Heer en zijn Gezalfde". ...wie denkt níet aan de spannende eindtijd. Dan zal de antichrist boze geesten doen uitgaan over de gehele aarde en van alle kanten zullen volken aansnellen voor een vruchteloze, vreselijke strijd tegen de Heer Jezus en tegen God, (Openbaring 16 v 13 en 14). En er is de algemene gezindheid van rebellie, die er al in de antichtrist en in de boze geest, die hem bezielt huist. (Openb 13 v 6). Maar nu wordt de kreet wereldwijd: "Laat ons hun banden vcerscheuren en hun touwen van ons werpen".
Want de liefdebanden, waarmee God de zijnen tot zich trekt, worden door de vijanden van God en degenen, die gemene zaak maken met de kern van het verzet, gezien als knellende banden.
Maar niemand van die mensen realiseert zich, dat tegen de Almachtige God, die hemel een aarde geschapen heeft en wienst wegen hoger zijn dan onze wegen, omdat Hij van een andere, een eeuwige dimensie is, geen strijden baant. En dat de HERE lacht en hen bespot, moet je niet zo zien, dat daar boven in die andere wereld een soort sadist huist. Nee; het is in menselijk taal uitgedrukt, hoezeer de Heer God ver, peilloos ver verheven is, zelfs boven een machtig iemand als de antichrist, tezamen met de verschrikkelijke geest, die in hem huist.
En dan komt de Heer ten gerichte. En Hij giet zijn toorn uit over het rijk van de antichrist en zij zijn op staande voet van trotse brallers aan het worden tot verliezers. Maar in hun nood blijven zij God lasteren, (Openb 16 v 10 en 11).
God heeft zijn eeuwige plannen: de Heer Jezus, dezelfde, die eenmaal dat woord sprak: "Het is volbracht", zal als president de hele wereld regeren.
In de bovenlaag van deze psalm is het nu de koning, die sprekende ten tonele wordt gevoerd. Ik ga daar nu even aan voorbij. Ten diepste is het de Zoon van God, die je hoort spreken naar aanleiding van het eeuwig raadsbesluit van God, dat al vastligt voor tijd en ruimte werden geschapen. De Zoon van God, de Tweede Persoon van het Goddelijk Wezen zegt hier; "Mijn Vader, God, heeft tot Mij gesproken en gezegd, dat Hij het is, die Mij van eeuwigheid verwekt heeft tot zijn Zoon. En in het kader van ons tweegesprek heeft God tegen Mij gezegd, dat Ik over alles zal regeren en dat alles onder mijn voeten wordt gesteld. En ook de vijandige macht, die zich eens tegen Mij zal stellen, zal ik overwinnen"
En dan is dit de gevolgtrekking: het is beter, elk verzet tegen de Heer God te staken en goede raad aan te nemen. Het is goed en aanbevelenswaardig om de Heer God met eerbied en liefde te dienen en je te verheugen in de goede toekomst met Hem....een vreugde, wél doorhuiverd van zorgvuldigheid om dit grote goed niet te verspelen.
Het is ook goed om de Heer Jezus te begroeten met een kus van liefde, overdrachtelijk, geestelijk gezien dan. Zonder de Heer Jezus in je innerlijk ga je op de dikwijls moeilijke levensweg gegarandeerd te gronde. Je kunt het risico niet nemen, dat zijn toorn zich tegen jou richt, omdat je zijn bescherming niet wilt aannemen. Dat ontbranden van zijn toorn kan heel spoedig geschieden. Ook jonge mensen kunnen door een dodelijk ongeluk getroffen worden.
En waarom zou je "Nee" zegen tegen de grote Verlosser. Het is immers goed om bij Hem te schuilen.
Hes; deze psalm is nu actueel. Er zijn in deze tijd zoveel tendenzen, die een mens aan het denken zetten: is het soms al de tijd van de zeven bazuinen. Anderen zouden kunnen zeggen: "Ach.....dat dachten ze in het jaar duizend ook al". Maar voor de goede waarnemer is het wel 'zeker': bíjvullen die kruiken met de olie van de Heilige Geest die we toch al door de genade van God bij ons dragen door de vervulling met de Heilige Geest.
Daag Ger
|
|
|
|
Reacties op bericht (0)
|