|
|
|
gedachtewisseling in vriendschap |
|
|
26-11-2007 |
....de hemelse pottenbakker.... |
Hallo Hurtwounded,
Je vijfde vraag: Äls alles van God komt, waarom worden dan nog mensen verantwoordelijk gesteld".
Voor het antwoord zijn enkele verzen uit Romeinen zeer nuttig. Ik bedoel de verzen 19-23. ....... Maar nu zult u vragen: " Waarom roept God ons dan nog ter verantwoording ? Niemand gaat toch in tegen zijn wil ?"
Wie bént u eigenlijk, dat u - een mens- iets tegen God zou inbrengen ? Vraagt het aardewerk soms aan de pottenmaker: "Waarom hebt u mij zo gemaakt zoals ik er uitzie ?" Heeft de pottenbakker niet de vrijheid om van dezelfde klomp klei - zowel een kostbare vaas - als een alledaagse pot te maken? God heeft degenen, die het voorwerp van zijn toorn zijn en die hij heeft bestemd voor de ondergang, met veel geduld verdragen , omdat hij: - zijn toorn ook wil tonen - en zijn macht kenbaar wil maken. En omdat hij zijn overweldigende majesteit wil tonen, heeft hij degenen, die het voorwerp zijn van zijn barmhartigheid ertoe voorbestemd om in zijn majesteit te delen. ................ Zie je wel Hurtwounded. ook in de dagen van Paulus was die vijfde vraag van jou er al. En daarop antwoordt Paulus nu eerst met een zekere verontwaardiging: "Wie denk je wel dat je bent. Critiek leveren op hem, die veel te hoog is voor welk mensenkind dan ook om maar een miljoenste gedeelte van zijn gedachten te kunnen peilen. Hij is toch 'de heel andere'. de ' oneindig veel hogere'.
Maar na dit eerst te hebben vastgesteld, zegt Paulus: "Word nu eens redelijk, denk eens even na: - een beeldje van een beeldhouwer kan toch ook niet tegen zijn maker zeggen: "Waarom heb je mij zo gemaakt en niet zo". Zo'n beeldhouwer heeft toch een vrije wil.
En een pottenbakker met een klomp klei voor zich, zegt toch ook in volkomen vrijheid: "Zo....nu eerst eens een fraaie vaas maken. En daarna nog wat potten voor vleesnat en zo". Zo'n pottenbakker gaat toch ook niet zitten voor zijn draaischijf, roepende: "Nou ga ik iets onbruikbaars maken".
God zat voor die grote klomp klei, de hele mensheid, die er geweest is, die er is en die er nog komt. Hij, de Algoede , uit wiens hand niets verkeerds kan komen, had zijn plan. Toen hij Noach formeerde in de eeuwigheid, toen Noach in de verste verte als mens nog niet bestond, zei God: Ïk ga nu een kostbare vaas maken, die mijn belofte aan de mensheid gaat waarnmaken. Hij zal die mensheid voortzetten".
En datzelfde zei hij bij Abraham: "deze ´vaas´wordt de vader van alle gelovigen. Eens zal ik van hem kunnen zeggen: ' Abraham vertrouwde God en deze rekende hem dit tot gerechtigjheid' " .
En die kostbare vazen maakte hij ook, toen hij Izaäk en Jakob maakte. En tenslotte maakte hij die uiterst kostbare vaas, Onze Heer Jezus Christus.
En daartussendoor maakte hij mijarden malen zo veel gewone gebruiksvoorwerpen, jou en mij en Ismael, en Ezau en de Farao van Egypte. Niks mis mee. Gods plan met alle mensen is goed en hij heeft voor iedereen een blijde, belangrijke taak.
Maar....Ismael wilde niet erkennen dat ´de lijn van Gods voortgaande werk ´nu eenmaal via Izaäk liep. En Ezau wilde niet erkennen dat 'de lijn' nu eenmaal via Jacob liep.
En de Farao wilde niet erkennen dat 'de lijn' nu eenmaal via het volk Israel liep. En toen hij in beginsel weigerde om hen te laten gaan, ging het fout met hem.
God kneedde zijn schaal en kneedde die nog eens en liet de farao nota bene via zijn eigen tovenaars waarschuwen voor de ondergang . En toen werd de Faroa een ´voorwerp van Gods toorn´voor eigen verantwoordelijkheid. En nadat God de farao met veel geduld een tijdlang had verdragen, - maakte hij via deze vorst zijn macht bekend - en toonde hij aan deze vorst zijn toorn. Dit is ons ter lering. Wij zingen zo veel van "Prachtige God", maar het is ook wel eens goed om bij een toornende God en een machtige God stil te staan.
Faro werd gekneed en herkneed , maar hij deugde niet en werd verbrijzeld
Maar jij en ik - alledaags vaatwerk- want 'de lijn' loopt nu eenmaal niet via ons....wij zijn toch niet zo als Ismael en Ezau, die zich niet naar die lijn wilden voegen. Toen 'de lijn' uitkwam bij Jezus, hebben jij en ik ons daartegen niet verzet; maar wij vereren Jezus , zoals wij zijn Vader vereren en zoals wij de Heilige Geest vereren.
En dan wordt aan jou en mij, eenvoudige pot en pan, deze heerlijke waarheid vervuld: Wij gaan delen door Gods barmhartigheid in zijn glorie. Zo toont de Heer aan jou en mij zijn genade.
Hurtwounded...het is waar: je kunt zeggen nu: "Ik krijg het toch niet helemaal rond". Maar dat is weer, wat altijd meespeelt: Deuteronomium 29 v 28: "De verborgen dingen zijn voor de HEER onze God".
Daag Ger
|
|
|
|
Reacties op bericht (0)
|