 |
|
 |
gedachtewisseling in vriendschap |
|
 |
25-01-2008 |
Waarom was het zo zwaar voor onze Heer om de beker leeg te drinken. |
Dag H'man,
Elke dag ervaar ik het nog als een voorrecht om weer vrij de rubriek te kunnen binnenstappen. Wat is het toch naár geweest voor die enkelen onder ons, die in 'de moeilijke dagen' niet 'binnen konden komen'. Maar goed; een antwoord op je vraag.
"Waarom vond de Heer Jezus het zo vreselijk om die beker leeg te moeten drinken. Hij had het al belóofd vanaf de grondlegging der wereld. Hij is God. Hij wist, dat Hij dit moest doen. Waarom dan toch dat terugdeinzen".
H'man....het is juist, dat van eeuwigheid af de Zoon van God in het kader van de voortdurende liefdesverklaringen tussen Hem en zijn Vader, door God de Heilige Geest overgebracht aan God de Vader, ook díÂt had laten weten: "Zie ...Ik kom...in de boekrol is over Mij geschreven; Ik heb lust om uw wil te doen, mijn God, uw wet is in mijn binnenste".(Psalm 40 v 8 en 9).
Van eeuwigheid wist God de Zoon al, wat zijn taak zou zijn.
Maar er is een niet te doorgronden mysterie...dat van de Goddelijke Drieí«enheid....en van de verhouding van die Drieí«enheid en Jezus Christus, God en mens. Vele mensen hebben geprobeerd, dat te verwoorden of te definií«ren. maar Deuteronomium 29 v 29 zegt het zo duidelijk: "De verborgen dingen zijn voor de HERE onze God, maar de geopenbaarde dingen zijn voor ons en onze kinderen om die te dóen".
"Gods wegen zijn nu eenmaal hoger dan onze wegen en zijn gedachten dieper dan onze gedachten". Het is toch geen schande, dat er een menselijk beperktheid is, zodat wij de verborgen dingen van God niet kunnen navorsen. Er is zoveel overgebleven, dat naspeurbaar voor ons is....genoeg om daarmee de 'volledige mensen' te worden, zoals God die zich voorgenomen had, dat er zóuden komen.
En dan is daar Onze Heer Jezus Christus in de hof van Gethsemane. Hij ziet een ontzaglijke, dreigende wolk op zich afkomen. Die wolk verdicht zich en blijkt alle zonden van alle mensen van alle tijden te bevatten, met daarin ook de zonden van de klein kinderen van jouw kleinkinderen, H'man, want God is eeuwig en overziet het begin ewn het eind van de stoet in éen blik.
En wanneer die wolk zich verdicht en verdicht, is daar op een gegeven ogenblik die vreselijke beker. En onze Heer weet, dat Hij, met zijn zondeloze natuur, nú die beker leeg moet drinken, al dat vreselijke in zich moet opnemen en uitboeten, wat alleen een zondeloze kan.
Naar zijn menselijke natuur perst dat afschuwelijke, lang verwachte en innerlijk voorbereide gebeuren, die ontzettende slotactie, die nú gaat gebeuren, Hem het bloed uit het lichaam in een ontzaglijke nood.
En dan is er voor de mens Jezus Christus geen terugkoppeling naar ideeí«n als: - ja; maar ik heb dit toch belóofd - ik wist toch van eeuwigheid, wat het inhield, nee....dan is er alleen de uiterste ontzetting, het ultieme afgrijzen van het ogenblik.
Maar terzelfder tijd lijdt ook God zelf. De Heilige Drieí«enheid is zo nauw verbonden met de mens Jezus Christus, dat je ook kunt zeggen, dat God de Vader zélf die beker leeg drinkt.....dat Hij onze Redder wordt voor Hij- in Christus- eens onze Rechter zal zijn.
H'man, dit alles is zó hoogverheven en ondoorgrondelijk, dat jij en ik alleen nog maar kunnen zeggen: - O Heer God...U heeft nooit gerekend: met hoe weinig kan ik toe om de situatie van de mensen positief te doorbreken. U gaf het liefste , wat U had....uw eigen Zoon, deel van uw wezen - O Heer Jezus; U heeft ook nooit berekend: hoe kan ik hier met een koopje afkomen. U gaf uw leven voor mij - Lieve Heer God en lieve Heer Jezus: ik wil óok niet rekenen: hoe kom ik voor het zachtste prijsje in de hemel. Nee ...ik wil mij inzetten zoals U beiden zich hebt ingezet - en wat een raadsel voor mij is...het mag een raadsel blijven. Eén keer zal ik er meer van begrijpen. Maar ik heb U beiden lief.
Daag Ger
|
|
|
 |
Reacties op bericht (0)
|