Je vraag was: "Kun je geloven zonder naar de kerk te gaan".
Mijn antwoord is allereerst híerop gebaseerd, dat ik inplaats van 'de kerk' liever lees 'de gemeente'. Het woord 'kerk' komt in de bijbel niet voor. Het woord 'gemeente' des te meer. Ik tref het in het Nieuwe testament wel 'honderd'maal aan.
Enkele haal ik er uit: Matth 16 v 18: de gemeente is gebouwd op het vaste fundament: Jezus Christus, Gods Zoon, Verlosser. Matth 18 v 17: indien iemand aan het 'fout gaan' is, dan moet de gemeente worden ingelicht. Handelingen 13 v 1: de gemeente wordt gediend door profeten 1 Corinthe 1 v 2: Paulus richt zijn brieven veelal aan de gemeente. 1 Corinthe 4 v 17: Paulus verkondigt zijn leer aan de gemeente. 1 Corinthe 11 v 16: de gemeente vormt het denkleven en de gewoonten van haar leden. 1 Corinthe 11 v 18: wanneer de gemeente samenkomt , levert iederen zijn bijdrage. 1 Corinthe 11 v 22: het wordt een ernstige zaak genoemd, wanneer de gemeente van God geminacht wordt. 1 Corinthe 11 v 28: de toedeling van de Geestesgaven geschiedt binnen het kader van de gemeente
En dat gaát zo maar door.....
Want God is bezig om zijn eeuwige tempel op te bouwen en dat geschiedt met als medebewoning 'de gemeente', zo laat Openbaring keer op keer uitkomen. En 'de gemeente' wordt geleid en gevormd om die hoogste eer waardig te zijn.
Daarom is het niet goed om God rechtstreeks te willen dienen buiten verband met een gemeente. Wel dient de Christen te zoeken naar díe vorm van gemeente, waar hij de onwankelbare zekerheid van Christus als fundament aantreft, maar ook de Heilige Geest leert kennen als de grote 'gereedmaker' voor het heil , dat wij deelachtig kunnen worden, wanneer wij volharden in de oefening van het geloof.
En die oefening is nergens zo intensief als in 'de gemeente', waarvan Efeze 4 v 16 schrijft: "Vanuit het hoofd (van de gemeente) krijgt het lichaam ( van de gemeente) samenhang en wordt het ondersteund en bijeengehouden door alle gewrichtsbanden. Ieder deel (ieder gemeentelid) draagt naar vermogen bij tot de groei van het lichaam , dat zo zichzelf opbouwt door de liefde".
Het is niet alleen góed voor je om bij een levende en bloeiende gemeente te horen, het is ook de natuurlijke gang van zaken.
Het kan eigenlijk helemaal niet, dat je God BLIJVEND kunt dienen buiten het verband van een stimulerende kring van mensen, die : - allen althans van de vaste wil zijn vervuld om God en Jezus en de Heilige Geest te dienen -...maar die tegelijk een staalkaart vormen van mannen en vrouwen, rijken en armen, geletterden en ongeletterden, enz -...en die ook nog een staalkaart vormen van allerlei karaktereigenschappen; die ook nog moeten léren om liefde, blijdschap en vrede enz te praktizeren. - die een prachtige gelegenheid zijn om dit te leren: "IJzer scherpt men met ijzer...alzo scherpt de ene mens de ander", (Spreuken 27 v 17).
Niem....sluit je aan bij een goede gemeente. Zoek ook een jeugdclub op. Ga ook naar een alphacursus. Bezoek discussieforums, zoals dit....maar vooral: voeg je bij een gemeente en wordt daar actief als stoelenzetter of technisch medewerker of... En dan rijp je tot kinderwerker, tiener- en jeugdwerker, ja tot van alles.
Weer even een paar bladzijden teruggelezen. - altijd weer de evergreen: Jakob aan de Jabbok - altijd weer die vraag: Waarom zegt God in het geval Sodom: "Ik wil het weten" en vraagt hij Adam: "waar ben je", terwijl hij dan zogezegd alwetend is. - altijd weer die opmerking: ach ....al die 66 boeken van de bijbel zijn geschreven door mensen, die ongecoördineerd schreven, allemaal los van elkaar,. - steeds maar weer dat refrein: satan bestaat niet.
Maar nu we allemaal mensenwoorden hebben gehoord....wat zegt God nu zélf. mag híj even.
In Jesaja 55 v 8 en volgende zegt God; "Mijn plannen zijn niet jullie plannen, en jullie wegen zijn niet mijne wegen- spreekt de HEER. Want zo hoog als de hemel is boven de aarde, zover gaan mijn wegen jullie wegen te boven, en mijn plannen jullie plannen".
En tot Jeremia zegt de Heer: "Voordat ik je vormde in de moederschoot, had ik je al uitgekozen".
God wist van eeuwigheid alles van Jeremia af en uit andere bijbelplaatsen is op te maken, dat God van eeuwigheid zijn plan heeft met alle mensen van alle tijden, met hen, die waren, met hen, die zijn, met hen die nog gaan komen.
God heeft zelfs een plan met dat babylijkje, dat in de rivier de Ganges langs een toeristenboot drijft. Een Amerikaanse toeriste slaakt een gilletje. De Indiase reisleider kijkt verbaasd-geamuseerd in haar richting: "Waar maakt dat mens zich druk over".
Maar volgens Matth 25 zal dat babytje, herleefd, eens voor Onze Heer Jezus Christus staan, tesamen met 1000 miljard anderen. En de Heer Jezus zal over die allen en ook over dat babytje een volkomen rechtvaardig oordeel uitspreken.
Vraag je n u niet af, wat Jezus nu voor zinnigs zou kunnen zeggen over dat babytje. Laat dat maar aan hém over. Houd er alleen rekening mee, dat jíj daar ook zult staan, hopenlijk aan de rechterhand van de Heer.
- Als het God behaagt om aan Jakob aan de Jabbok te verschijnen in éen van ziij drie verschijningsvormen, wat zullen wij dan nog met allerlei ideetjes komen, dat God dat zo raar en onbegrijpelijk deed volgens ons. Dan zijn we net als dat hondje, dat tegen een standbeeld plast en voldaan 'zegt': "Zo...ik heb het die sokkel...." ( want verder kan hij niet kijken) "....weer eens goed aangezegd. Hij weet weer precies, waar hij hoort te staan"
En als we ons verwonderd afvragen, waarom God ingelicht moet worden over de zonde van Sodom en over de verblijfplaats van Adam en Eva.....en als we dan maar allerlei vonden blijven zoeken, wanneer Sophie 1 en Blue Velvet maar geduldig blíjven uitleggen, is dan dat oud-hollandse versje van Vader Cats niet op ons van toepassing, wanneer hij zegt: "ach...wat báten kaars en bril... als den uyl niet sien en wil".
En als we apodictisch beweren, dat satan niet bestaat, komen we dan niet rechtstreeks in conflict met Efeze 6 v 12, ( wie leest dáar ooit), waar God de duivel en zijn trawanten als ' de echt gevaarlijke vijanden' aanwijst en met tientallen uitspraken van Jezus in dezelfde zin.
Ik houd van jullie, mede-posters....en dat van dat hondje en die uil kwam misschien een beetje scherp over. Sorry dan.
Nu ja....een hartigheidje zo nu en dan...mag toch ?
Hier wordt gevraagd, wat je onder bijbelstudie verstaat ?!
Bijbelstudie is misschien wel een beetje te vergelijken met: lekker eten. Bij lekker eten: - neem je niet te veel eten op je vork - je haast je niet - je proeft nauwkeurig - ach; en zo valt er nog wel meer te noemen.
Om met het eerste te beginnen. Neem niet te veel eten op je vork. Neem niet een te groot gedeelte ineens. En nu wijk ik gelijk al weer van mijn hoofdlijn af: en raad een ieder dringend aan, alle bijbelgedeelten een eerlijke kans te geven. Volgens een bepaalde , zelf-ontwikkelde methode, lees ik als volgt 1...101....201...301...401.. en daarna 2...102...202...302...402 enz. De overgang van het oude naar het nieuwe testament eist enig rekenwerk, maar dat doet aan het beginsel niet af. Elke bladzijde moet een beurt hebben. En de volgorde 1....101...enz maakt, dat je niet te lang achtereen uit een 'saai' gedeelte leest.
Deze week kwam ik bij mijn tigste lezing van de hele bijbel weer een bij 1 Kronieken 27 v 1 - 15. Ik had dus met 15 teksten ' niet te veel op mijn vork genomen'.
(Probeer dit gedeelte ook eens te lezen. Ik heb in mijn leven 10.000 preken gehoord, maar nog nooit hoorde ik een dominee hierover spreken).
Toen heb ik mij niet gehaast en maar gauw doorgelezen met de onwillekeurige vraag: "Waarom staat dat hier. Wat heeft dit te zeggen met betrekking tot mijn zieleheil". ( Ik proefde dus nauwkeurig). Ik heb 'geworsteld' om een inzicht te krijgen. Dat hoort ook bij een goede bijbelstudie.
Ik heb aan de Heer gevraagd: "Heer ...in de bijbel liggen her en der dikke goudaders . Maar híer....Heer...wilt u mij een inzicht geven of hier altháns een dunne goudader ligt"
En de Heer deed het. En toen het volledig tot mij doordrong, wist ik: " 31 augustus is al bezet. maar de keer daarna preek ik hierover....of tóch maar psalm 46 en 47..."
Ik ga niet vertellen, wat ik vond, want dan zou ik 'off topic' gaan. Maar het was goed. En als je meer wil weten, ik ben toch te bereiken via interne post of e-mail.
Daarom is elk bijbelstudie een opwindend gebeuren. Je wéet gewoon niet, wat je allemaal tegenkomt.
In Jeremia 15 v 16 lezen we, hoe helemaal 'op de zaak betrokken' deze profeet was. Daar staat: " Telkens als ik uw woorden hoorde, nam ik ze als voedsel tot mij. Die woorden gaven mij een diepe vreugd, want ik behoor u toe, o HEER, God van de hemelse machten"
Dat was dus de vertaling 2004. In de NBG staat het nog iets beeldender: " Zo vaak uw woorden gevonden werden, AT IK ZE OP !!!!" ( dát is nog eens bijbelstudie) Je hebt overigens de neiging om te zeggen: "Kalm nou jongen..."
Maar hoe dan ook: Bijbelstudie, bijbel overlegging, bijbelmeditatie is een goede zaak. Tegen Jozua werd al gezegd; ( 1 v 8): " Leg het wetboek geen moment terzijde en verdiep je er dag en nacht in, opdat je je aan alles houdt wat erin geschreven staat. Dan zal alles wat je onderneemt voorspoedig verlopen" En Psalm 1 v 2 zegt: "Gelukkig de mens ................. die vreugde vindt in de wet van de HEER en zich verdiept in zijn wet, dag en nacht"
En tegenwoordig hebben we nog zoveel meer om ons gelukkig en voorspoedig te maken.
In Openbaring 2 v 11 staat: "Wie overwint, zal van de tweede dood geen schade lijden".
En in Openbaring 20 v 6: "Dit is de eerste opstanding. Zalig en heilig is hij, die deel heeft aan de eerste opstanding; over hen heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters van God en van Christus zijn en zij zullen met Christus als koningen heersen, die duizend jaren"
En in Openbaring 20 v 14 en 15: "En de dood en het dodenrijk werden in de poel des vuurs geworpen. Dat is de tweede dood:de poel desa vuurs. En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs".
De eerste indrukken zijn: de tweede dood is iets, dat heel erg definitief is. Daar moet je in geen geval zijn. Wanneer je in het boek des levens staat, dan hoef je die tweede dood, waarvan geen terugkeer bestaat, niet in. Maar- hoewel je staat in het boek des levens- kan je toch wel door die 'tweede dood' beschadigd worden. Dat is ook geen prettig idee. Er blijken echter mensen te zijn, die zonder beschadiging door die 'tweede dood' kunnen blijven. En aan die mensen wacht een schitterende toekomst in het 'duizendjarig rijk'.
Muse....jij kent de Heer Jezus...je wilt dolgraag in het boek van het leven staan. Wel, wanneer je de naam van de Heer Jezus door alle omstandigheden van je leven kunt dragen als een kostbaar geschenk, en wanneer je in je hart met een blijde geloofszekerheid weet: "Ik ben gered....maar niet door zilver, Ik ben gered....maar niet door goud. Ik ben gered door 't bloed van Jezus... DAT ALLEEN IS MIJN BEHOUD...", dan kom jij in dat boek des levens te staan.
Maar....je wilt helemaal geen last hebben van dat vreselijke, dat velen voor de eeuwigheid verslindt. Je wil er ook niet door beschádigd worden. O ja; je weet wel, dat In Openbaring 22 staat, dat er een rivier des levens is in het hemels paradijs. En je weet, dat de door de tweede dood beschadigden zich aan het geboomte des levens genezing indrinken, (v 2).
Maar waar je nog even op zou kunnen letten, is het volgende: in de jaren, die jij en ik nú beleven, schenkt God een mogelijkheid om door zijn genade tot een hoger peil van geloof te komen en daadwerkelijk te kunnen strijden tegen de antichrist en de horden demonen, die op de mensheid, vooral op de gelovige mensheid, worden losgelaten bij 'de bazuinen'.
De laatste eeuw of zo is steeds duidelijker gebleken aan velen, dat doorgaande bekering, doorgaande wedergeboorte, doop in de Heilige Geest, die zich verdiept tot 'vervulling met de Heilige Geest' , gebruik van Geestesgaven en beoefening van de Geestesvrucht de weg openen naar het overwinnend doorkomen van de laatste hevige barensweeën van een nieuwe tijd.
De trits, die ik je opnoemde, is allereerst absoluut noodzakelijk om zonder wezenlijke kleerscheuren de grote eindworsteling door te komen. Maar die trits opent ook de mogelijkheid, wanneer die weg ook vérder in volharding bewandeld wordt, om met Jezus te mogen regeren in de gelukkige herstelperiode, die volgt op het huidige tijdsgewricht.
Muse; ik hoop, dat een en ander zo wat duidelijker wordt. Maar voor zover je naar 'Vraag het Ger'zou willen komen met verdere vragen , dan is mijn antwoord met een bekende leus van tegenwoordig: "At your service".
Jullie weten het allemaal; ik probeer antwoorden te geven vanuit de bijbel. En de bijbel zegt het al in het Oude Testament op de meest indringende wijze: probeer geen bovennatuurlijke dingen te bedenken buiten God om. Bekering, wedergeboorte, doop met de Heilige Geest zijn bovennatuurlijke ervaringen aan zijn hand, dus veilig, daarbuiten is het bloed-link.
Er is een andere wereld dan die van ons: de onzienlijke wereld, die volgens Genesis 1 v 1 geschapen werd vóor de zienlijke: "In het begin schiep God de hemel, ( de onzienlijke wereld) en de aarde, (de sterren en planeten, met -ergens in een uithoek van het heelal- de 'planeet van het plan', de aarde).
Tot de schepsels in de onzienlijke wereld behoorde ook een machtige engel, die , volgens Ezechiël 28, in opstand kwam tegen God. Hij wist dat hij die opstand moest verliezen, maar blinde haat deed hem besluiten om toch door te gaan.
Hij verloor de strijd en werd uit de hemel gebannen, met - als machtige- de trieste taak vanwege de ALMACHTIGE om alle mensen te testen op hun bereidheid om "ja" te zeggen tegen God of 'nee', zoals deze engel zelf had gedaan.
God schiep nu op de aarde de mens, zijn hoogste schepping . Satan, zo werd die afgevallen engel nu genoemd, wil - in tegenstelling tot God- alles kapot maken. Hij trachtte ook die mens kapot te maken.
Langzaam aan ontwikkelde God zijn heerlijke plan met de mensheid. En satan deed al zijn best om de aandacht van de mensen van dat heerlijke plan af te leiden.
En..... nu kom ik op het onderwerp van spoken en geesten .....éen van die honderdduizenden streken, die hij had, was het creëeren van een sfeer, waarin- van 'het goede' afleidende- spookverhalen konden ontstaan. En vanuit zijn onzienlijke sfeer was hij best bereid om zo nu en dan iets griezeligs te doen.
Toen het goede plan van God was aangekomen bij de Heer Jezus, wiens eeuwig offer voldoende is voor de redding en gelukkigmaking van alle mensen , die het maar willen aanvaarden, bleef satan met zijn tegenplan niet achter. Bij alles, wat hij deed aan rottigheid, teveel om op te noemen, haalde hij al die spoken en geesten van stal, die er al sedert de oudheid waren, en hij voegde er een heel nieuw soort occultisme bij, hocus pocus voor veel mensen, maar voor wie in deze.... een van de honderden ....strik liep, was er veel minder kans om nog ooit tot 'ja-zeggen' tegen God te komen, al bood God ook dáarvoor weer uitreddingen.
En daarom raad ik al mijn lezers en lezeressen aan om zich niet met al die dingen op te houden, want dat is geestelijk erg ongezond.
Melchizedek was eigenlijk een nieuw-testamentische priester in de oud- testamentische tijd. Hij was rechtstreeks door God geroepen, met een persoonlijke roeping. De oud-testamentische priesters, van wie voor ons van belang zijn de afstammelingen van Aäron, waren slechts tijdelijk ' priester, tot hun dood. Maar Melchizedek is volgens Psalm 110 priester tot in eeuwigheid.
En nu een eerste, voorzichtige vergelijking, die hierna steeds meer vorm gaat krijgen: gelovigen, die het niet bij berouw en bekering laten, maar doorstoten naar de wedergeboorte en later naar de doop in de Heilige Geest met alle gaven en vrucht, zijn eigenlijk ook door God geroepenen. Openbaring schrijft in 1 v 6: " Jezus heeft ons gemaakt tot priesters voor God".
Naar de mens gesproken was Melchizedek duidelijk ' met een etiketje te behangen': Een Godvrezende koning midden in een heidens land. Hij diende de ware God en bracht aan Hem offers. Hij was een koning in gerechtigheid".
Maar wij, gelukkigen, die de dingen mogen kennen, waarover ik zoëven sprak....zijn wij ook niet op het eerste gezicht: gewone, ' met een etiketje te behangen mensen' , gewoon met ons sofinummer, zoals iedereen.
Melchizedek was zonder vader, zonder geslachtsregister, zonder begin van dagen, of einde des levens. Hij had natuurlijk wel ouders, maar die waren niet van belang vcoor zijn nieuwe situatie van geestelijk mens. Wat doet afkomst er toe, wanneer je geroepen bent tot functioneren in de hemelse sfeer. Maar de Nieuw Testamentische gelovige, zoals ik die zo even omschreef, de mens, die alles van Jezus' goede gaven wil genieten en erom bidt, steeds meer open te worden voor de hemelse inzichten....is het voor die van belang, of hij een geslachtsregister, een aardse afstamming heeft. Het is toch ook niet aanwijsbaar, wanneer zíjn roeping begonnen is, evenmin als wij vader, moeder en tijdstippen van Melchizedek kennen.
Uit alles blijkt, dat Melchizedek een geestelijk mens was ' avant la lettre'. Toen er eigenlijk nog niet van dat soort 'nieuwe mensen' sprake kon zijn, was hij al een Geestvervuld kind van God.
Wij zijn nu in een tijd, waarin veel meer is geopenbaard. Als Melchizedek al een 'geestelijk mens kon zijn met de weinige dingen, (verhoudings gewijs), die tóen geopenbaard waren, dan mogen wij dat door Gods genade in onze dagen ook zijn.
Hoe hoog de Nieuw Testamentische Christen kan stijgen door Gods goedheid, blijkt wel uit Lukas 7 v 28: "Ik ( Jezus) zeg jullie: van allen die geboren zijn uit een vrouw is niemand groter dan Johannes, maar in het koninkrijk van God is de kleinste nog groter dan hij".
Melchizedek is duidelijk een voorloper , een type van Christus. Hij kon van Abraham..... en dan nóem je toch wel iemand ......tienden vragen en aan die Abraham zijn zegen geven. Maar de Nieuw Testamentische gelovige, die met een beschroomd en haast terughuiverend gemoed.... wetend dat hij deze schat in een aarden vat onvangt, ( 2 Cor 4 v 7) ..... een steeds scherper inzicht krijgt in Gods onmetelijke, onzienlijke rijk, mag zeggen, dat hij een grotere, want hemelse statuur aan het onvangen is dan zelfs de grootheid, die een geweldenaar als Johannes de Doper had.
Melchizedek vertoonde in zijn 'zijn'in deze wereld veel, zeer veel van de heerlijkheden, die Jezus later zouden maken tot de geweldenaar, die wij eerbiedig liefhebben.
Maar diezelfde Jezus vraagt van ons, die zovele milde gaven van zijn Heilige Geest, .... de kracht, die hij voor ons heeft doen komen ....hebben ontvangen: " ...het evenbeeld van hém te worden". (Romeinen 8 v 29)
Was Melchziedek een type van Christus, wij zijn geroepen tot Christus' evenbeelden.
Melchizedeks priesterschap was voor eeuwig. Maar wat zegt 1 Petrus 2 v 9: "Maar ú bent: - een uitverkoren geslacht - een koninkrijk van priesters - een heilige natie - een volk dat God zich verwoven heeft - een volk om de grote daden te verkondigen van hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaar licht.
Melchizedek was bij alles, wat hij was, ook nog eens als persoon : een profetie. eens zou er een volk komen van louter Melchizedeks.
De vraag: Even een ingewikkeld onderwerp misschien, maar ik zal proberen het zo simpel mogelijk te krijgen.
Stelling: Een zonde is pas een zonde als je diep in je hart weet dat het verkeerd is. Dus niet omdat er een gebod in de Bijbel staat. Er staan geboden in de Bijbel om deze in ons hart te bewaren (vergelijk met Deutronomium 11,18; Job 22,22; maar vooral Mattheüs 13,1-23). Dus God bewerkt het diepste van ons hart door geboden en daardoor wordt het overschrijden van de geboden een zonde. En de manier waarop je de geboden interpreteerd is ook de manier waarop je de kan zonde begaan (vergelijk met Mattheüs 6,21).
Wat zeg je dat nu toch ingewikkeld. En niet helemaal júist ook. Of liever gezegd: helemáal niet juist.
Immers: reeds Exodus zegt in 4 v 2, dat er een mogelijkheid is van onopzettelijk en onbedoeld zondigen tegen een van de geboden van de Heer.
Meestal zal je geweten, je 'samen weten', je menselijke geest samen met je menselijke ziel, je wel attent maken, dat het niet correct is, wat je doet. Maar soms ook is de zonde zó ingesleten, dat je het niet eens merkt, maar het blijft wel 'zonde' en het vraagt om verzóening.
Ik noem je enkele voorbeelden: - soms zondig je tegen de liefde. Dan reageer je bars, wanneer je jongere broer weer zit te klieren en pak je dat niet aan op de manieren, die God heeft gewild, zoals door begrijpende, tactvolle raadgeving. - een andere keer zondig je tegen de blijdschap: dan zit je de hele tijd te morren over je huiswerk of je zakgeld of wat dan ook, zonder nu eens lekker blij te zijn, dat je bij God hoort en een grote toekomst kunt hebben, als je zijn geboden houdt - soms zondig je tegen de vrede. Wanneer er allemaal onvrede in je hart is, over de leraars, die 'de pik op jou hebben' en jou slechte cijfers geven enz. - soms zondig je tegen de vriendelijkheid, wanneer je snauwerig doet tegen andere mensen.
En bij al die zaken heb je helemaal niet in de gaten, dat je dingen doet, die de potentie hebben om je van de Heer God te verwijderen en naar 'hem die het kwaad ís' toe te voeren.
Dus de stelling: "een zonde is pas een zonde, als je het zelf in je hart voelt" is voor bestrijding vatbaar om zelfs onjuist.
Dan zouden immers de mensen, die -volgens 1 Tim 4 v 2- hun 'geweten hebben dichtgeschroeid' het maar makkelijk hebben. Zij hebben hun 'samen weten' zo met een brandmerk bewerkt, dat er geen sprake meer is van 'samen weten'. Het geweten spreekt nóoit meer.
Maar al hebben verreweg de meeste mensen hun 'samen-weten' niet zó grof verknoeid...uit de hierbovenstaande enkele voorbeelden uit duizenden zal je duidelijk geworden zijn, dat het geweten bij geen van ons nu helemaal zuiver werkt, eigenlijk altijd door gewenning en onopletendheid en onwetendheid een béetje is dichtgeschroeid.
Weet je, wanneer je geweten je haarzuiver op de hoogte houdt van zonden tegen Gods geboden? Wanneer je volledig vervuld bent met 'God de Heilige Geest'. Dan word je ogenblikkelijk gewaarschuwd, wanneer je: - in slechtheid je belastingaangifte niet correct invult - in ontrouw speelt met gedachten van onreinheid - in ongeduld zegt: "Zij - met die jarenlang durende depressie- moet nu maar eens uit de gemeente wég: blok aan het been!" - in hardvochtigheid zegt: "Deze regering is niks. Ik zou er voor moeten bidden, maar ik ga er liever op vitten". - in driftbuien je gebrek aan zelfbeheersing ten toon spreidt.
En mogelijk zou ik nog andere voorbeelden kunnen geven, als ik zélf méer ingeleid was in wat de Heer allemaal aan liefdegeboden heeft. Maar goed; ik kan niet verder gaan dan waartoe ik op dit ogenblik geleid ben.
Nog even dit: Denk bij 'de wet' niet allereerst aan Leviticus. 'De liefdewet van God' is veel ruimer, zoals ik hierboven trachtte uiteen te zetten.
God leidde een volkomen verrwilderd slavenvolk uit de afbrekende anonimiteit van Egypte naar de opbouwende eigen identiteit van een goed-functionerend volksbestaan. Hij hield ze een dik jaar vast aan de voet van de Sinaï voor een grote cursus. En pas toen die eerste cursus voorbij was, sprak hij; (Deuteronomium 1 v 6): "Jullie zijn nu lang genoeg bij deze berg gebleven. Breek je kamp op...en trek erop uit".
Niet dat de zaak klaar was, maar éen keer moest er toch een punt gezet worden achter deze eerste training. De Israelieten kregen een 'basis-oefening van een jaar' om een béetje in de gaten te hebben, wat een volk-met-een-eigen-identiteit in dat tijdgewricht nodig had om naar de normen van tóen respectabel te leven.
En die wet mogen wij niet genoegzaam achten voor deze tijd. Nee; nu worden andere, hogerte eisen gesteld.
"De God nu des vredes, Die de grote Herder der schapen, door het bloed des eeuwigen testaments, uit de doden heeft wedergebracht onze Here Jezus Christus, Die volmake u in alle goed werk, opdat gij Zijn wil moogt doen; werkende in u hetgeen voor Hem welbehagelijk is, door Jezus Christus; Dewelke zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid
Er is nu een nieuwe bijbelvertaling voor de vlaamse en nederlandse lezers. Die heeft:
"Moge de God van de vrede, die onze heer Jezus, de machtige herder der schapen, door het bloed van het eeuwig verbond uiit de wereld der doden heeft weggeleid, u toerusten met al het goede, zodat u zijn wil kunt doen. Moge hij in ons datgene tot stand brengen, wat hem welgevallig is, door Jezus Christus , aan wie de eer toekomt, tot in alle eeuwigheid. Amen".
Nu kan ik mij voorstellen, dat je zegt: "In de meest hypermoderne vertaling begrijp ik het nog niet".
En je hebt alweer gelijk.
Mag ik dan nu eens, naar beste weten, een parafraze geven. Kijk je nauwkeurig mee Stefan, of die parafrase redelijk blijft: .................. Ik, ( de schrijver van de Hebreeënbrief) wens u van harte toe, dat God u toerust met al het goede, zodat u Gods wil, (die tevens de wil van Jezus is) kunt doen. Onze Heer Jezus is het grote, Goddelijke werktuig , waarvan God zich heeft bediend om de basis te leggen voor alle verdere heerlijke mogelijkheden. Onze Heer Jezus Christus is de machtige hoofd-herder van alle gelovigen. Hij verwierf die bevoegheid door zijn offer, voorgesteld door zijn bloed. God heeft eerst vrede gemaakt door het offer van ziijn zoon te aanvaarden als genoegzaam voor alle zonden van alle mensen, die dit offer zouden accepteren voor zichzelf, niet met hun intellect, maar met hun hart. Daarna heeft God Onze Heer Jezus Christus teruggebracht uit de doden; hij heeft Jezus laten opstaan tot nieuw, eeuwig leven. En daarna heeft God gezegd, dat Jezus , boven alle geestelijke leidslieden van zijn volk verheven, de opperherder zou zijn. En nu, in deze tijd, die wij nu meemaken, wordt door Jezus Christus al het goede tot stand gebracht, ( door God de Heilige Geest), waardoor wij innerlijk steeds meer op de Heer Jezus gaan lijken. Aan Jezus komt alle eer toe en tot in alle eeuwigheid zullen wij die eer aan hem geven. ................... Wat zeg je Stefan; heb je wel in de gaten, dat ik de komma achter 'weggeleid' verplaatst heb tot achter 'verbond'. O Stefan ,wat ben jij slim. Maar een heleboel bijbelvertalingen doen dat ook en je krijgt echt een betere zin. Wat zei je Stefan?: "Begrijp je het nu nog niet".
Het is ook een moeilijke, samengebalde tekst. Maar bekijk hem nog eens.
Paulus en Johannes de Doper hebben zich niet vergist
Dag allemaal,
Dat werkt toch veel beter: twee niet te lange postings:
Eerst maar Johannes de Doper. Cicero citeert Lucas 3 v 9. Ik heb Matth 3 v 10, gelijkluidend, tot onderwerp genomen: "De bijl ligt al aan de wortel van de boom Iedere boom die geen goede vrucht draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen". Duidelijk is, ook uit de verdere geschiedenis, dat Johannes alle dingen van dan af ' versneld verwachtte'. Mag toch.
Maar wat heeft Johannes de Doper nu feitelijk miszegd ? Algemeen bekend is toch het feit, dat bij de Oudtestamentische profetie toekomstige gebeurtenissen, die bij de vervulling door een afstand van eeuwen gescheiden blijken te zijn, dikwijls vlak na of zelfs naast elkander worden geplaatst.
En zakelijk is het nog juist ook. De 'rijke man'uit Lucas 16, die bij zijn leven geen enkele vrucht van barmhartigheid , volgens Gods maatstaven, had getoond, ondervond direct na zijn dood, dat in zijn ' voorlopige hechtenis' , de 'verdrietige kant van het dodenrijk', de vlammen rond zijn 'omgehakte boom' fel loeiden.
En wat Paulus betreft: ... en nu volg ik de kánttekeningen ....wanneer hij zegt in 1 Thessalonicenzen 4 v 15: "WIJ, die in leven blijven tot de komst van de Heer...", dan vereenzelvigt hij zich met de tientallen miljarden, die deze woorden gelezewn hebben, lezen en nog zullen lezen. Immers : hij kán niet bedoeld hebben, dat hij nog tijdens zijn leven de wederkomst van Jezus verwachtte. Dan zou hij hebben gedwaald. Een mens kán dwalen, maar daarvan is hier geen sprake. Want elders blijkt : - Hij wíst ongetwijfeld, wat Jezus gezegd had over onzekerheid omtrent dag en uur, (Matth 24 v 36). En hij was niet iemand, die licht over Jezus' woorden heenstapte. - Hij bestrijdt in 2 Thess 2 v 1- 12 uitdrukkelijk , dat de dag van Christus aanstaande is, - In 2 Cor 4 v 14 zegt Paulus, dat hij behoort tot degenen, die eens zullen worden opgewekt - in Romeinen 11 v 11- 32 leert Paulus dat aan Christus' komst de bekering van de heidenen vooraf zal gaan.
Nee...de man van deze vele uitspraken kán met die 'WIJ' niet zichzelf mede bedoeld hebben, maar hij moet het oog gehad hebben op de velen, die al deze dingen tot het eind meemaken.
Ik wil mijn vriendin troosten , een 'problemensjouwertje'.
Lieve vrienden en vriendinnen,
In Nederland krijg ik vele vragen van jeugdigen. Maar jullie zijn allemaal 50-plussers. Misschien kan je je voordeel ermee doen ten opzichte van jeugdigen in jullie omgeving
pressureboy schreef:
beste ger.. ik heb weer een vraag.. over iemand die aan mij eigenlijk een grote bekende vraag stelde.. en ik kan daar geen juist andwoordt op geven.. dus wil vragen of u hier miss wat mee weet..
even ter inleiding: het gaat om een meisie.. ze heeft god niet.. in zekere zin ook wel weer.. maar ze wil hem niet meer.. omdat ze dingen niet snapt hier heeft u iets van haar..: >>>> "ik vraag me gwoon aff.. als hij voor je zorgt.. en hij kan alles doen.. hij heeft alles in zn macht dat geloof ik.. maar als hij dat allemaal kan,, waarom stopt hij de oorlog.. niet..?? en waarom stopt hij de honger in afrika niet.. die arme kinderen.. ik vind dat egt te erg gwoon.. waarom laat hij misha dood gaan.., hij wist dat misha het niet wou..??:S misha wou trug.. hij had ervoor kunnen zorgen alleen hij!!!!!!.. en dat is dr reden waarom ik gwoon niet er mee bezig ben.. omdat ik vind dat sommige dingen niet kloppen..">>>>
ik weet hier ook geen andwoordt op.. het is gewoon god zijn plan.. en wij hoefen die niet te begrijpen.. dat weet ik ook heel goed.. maar hoe moet ik haar nou vertellen wat en hoe..?? k heb wel een idee van hoe ik het moet brengen.. maar u heeft toch heel wat meer ervaring.. en u bent wat ouder.. dus vraag ik het toch eerst.. omdat ik niet helemaal uit mijn verhaal kom... alvast bedankt...
greetzz boye
Dag Pressureboy,
Zou je het volgende antwoord aan dat 'meisie' willen overbrengen:
Je vraagt: Waarom ...God, die alles kan, die alle macht heeft:
1 waarom stopt hij de oorlog niet 2 ...en die honger in Afrika, ik vind dat van die arme kinderen zo erg. 3 waarom liet hij Misha doodgaan. Misha wou terug 4 Waarom klopt er niets van al die dingen. Ik kan er niet meer tegen!
En hier is dan mijn antwoord:
Meisie.... God begon ooit met een groot plan. Hij wilde iets geweldigs maken: een eeuwige tempel, waarin hij met mensen en engelen gelukkig zou kunnen zijn en steeds meer van zijn glorie en wijsheid en vreugde laten zien aan de mensen en engelen, die hij ging scheppen. Maar....hij wilde wel gediend en terzijdegestaan worden door mensen en engelen, die hem uit vrije wil liefhadden. Daarom gaf hij aan mensen en engelen een vrije wil. Het zou echter kunnen voorkomen, dat een mens of engel , gebruik makende van die vrije wil, niet "Ja" tegen hem zou zeggen, maar "Nee". Wanneer die verschrikkelijke mogelijkheid zich zou voordoen, kon dat evenwel niet buiten zijn almacht vallen. Daarom werd het zo, dat mensen of engelen, die voor hun héle bestaan ervoor kozen om "Nee" tegen God te zeggen, 'steigerwerk' werden rondom zijn grote, eeuwige gebouw. En wanneer dat gebouw klaar was om alle gelukkigen (door genade) te verwelkomen, dan werden alle ongelukkigen, (voor eigen verantwoordelijkheid).....weggeruimd voor eeuwig.
Het was immers nodig dat mensen én engelen doorzocht werden op wat er díep in hun innerlijk leefde en daarom moesten zij verzocht en beproefd worden.
Er was een aartsengel, die als eerste "Nee" zei tegen God. Wij kennen hem als 'satan'. Nadat hijzélf zijn eeuwige beslissing genomen had, ( want er was geen terugkeer voor hem mogelijk, omdat hij alles van God wist), verleidde hij alle engelen, probeerde dit althans. Een groot deel van de engelen bleef trouw. Een groot deel echter liet zich verleiden en werd 'demon'. De staande gebleven engelen hadden een eeuwige keus voór God gemaakt en bleven bekend als 'engelen'.
Na zijn val heeft satan er alles aan gedaan om de mensen van God weg te halen. Hij heeft zijn gemene verleidingen op alle mensen losgelaten en laat die nog dagelijks los. Ook rekende hij erop, dat de mensen zelf zijn nare ideeën verder zouden dragen en zo zélf aan de vernieling van alles, wat God goed gemaakt had, zouden meewerken. Er was wel een groot verschil met de engelen. De mensen, die niet zo'n helder inzicht hadden in de manier, waarop alles samenhing, kregen vele herkansingen, wanneer ze 'Nee' tegen God zeiden. Dat kon veranderen in een blijvend 'Ja'.
Uiteindelijk doet de duivel niets anders dan mensen verzoeken , zodat God ziet, (doordat verzoekingen tegelijk Gods beproevingen zijn), wie het waard is om in zijn eeuwige tempel met hem eeuwig steeds maar blijder en wijzer te worden.
En zo komen al die nare dingen op de aarde: - die oorlogen - en die armoede - en de tragische dood van Misha, die ik verder niet ken.
Al die verzoekingen komen ook tot jou, meisie. Maar de Heer God kijkt toe of jij staande blijft en of jij, door al jouw tranen heen, toch dapper fluistert: "Ja Heer God...ik heb u lief".
God heeft jou machtige hulp gegeven. De Heer Jezus, Gods Zoon, heeft alle zonden weggedragen aan het kruis voor al die mensen, die dat willen aanvaarden als een geschenk van God.
God de Heilige Geest wil jou bij de hand nemen en je naar God toeleiden.
En ook voor Misha, die dood is en voor al die arme kindertjes in Afrika blijft er hoop. Immers: alle mensen worden opgewekt en wanneer God ziet, dat er heel diep weg bij dode mensen, die het soms heel verdrietig hebben gehad, een 'Ja' heeft geleefd, maakt hij ze nóg gelukkig.
Er blijft veel te vragen. Maar 'Vraag het Ger' is er om antwoord te geven.Dat gaat nu al vier jaar zo door.
Meisie....je kunt direct met je vragen komen, ook buiten Pressureboy als intermediair om. Kom....en ik laat je goede , troostrijke dingen horen.
Ik ga Wil gelijkgeven. Dat komt nu misschien even hard aan, Blue Velvet. maar ik vind je toch een KANJER hoor. Je leest het zó al: "Ik zeg u heden: gij zult met mij in het paradijs zijn". of "Ik zeg u: heden zult gij met mij in het paradijs zijn".
In de eerste zin is het woord 'heden' onzinnig. In de tweede lezing is dat woord zwaar van gewicht. En Jezus, die nooit iets overtolligs zei, heeft dat zeker niet gedaan bij de zeven kruiswoorden.
Hoe kwam Jezus nu tot deze zeldzame royaliteit.
Bekend is uit Lucas 16, dat 99,9 % van de mensen na hun dood naar het dodenrijk gaan : - of naar de niet meer veranderbare, maar door het oordeel van Matth 25 nog te bekrachtigen zaligheid, (Abraham en Lazarus) - of naar de niet meer veranderbare, maar door het oordeel van Matth 25 nog te bekrachtigen rampzaligheid, ( de rijke man).
Slechts enkele wereldbewoners onttrekken zich aan deze tussenfase: - Henoch; Genesis 5 v 24 - Elia; 2 Koningen 2 v 11. - De helden ujit Openbaring 11 v 12; dat zijn niet Mozes en Elia en dat zijn niet Jozua en Zerubbabel, maar dat zijn mensen van nú, van stráks, zo je wilt. - en de mensen uit 1 Thess 4 v 17 - en natuurlijk de Heer Jezus, direct na zijn overwinnings-proclamatie: "Het is volbracht", Joh 19 v 30.
En die moordenaar met zijn bekering en toewijding en erkenning op het meest cruciale ogenblik van Jezus' onbeschrijflijk lichamelijk, mentaal en vooral ,vooral geestelijk lijden. Vlak voor de 'diepe duisternis', die zijn zwaarste lijden aan het oog onttrok....: die stem, die bemoediging , die er vanuit ging. Eindelijk iemand, die Jezus niet alleen liet, niet meer hoonde, (Matth 27 v 44), maar zijn discipel werd.
Een commandant te velde kan en mag in het heetst van de strijd een dappere soldaat bevorderen tot - zeg- luitenant. De Heer van Hemel en aarde, de hoogste koning, besloot over deze helper te rechter tijd, (Spr 15 v 23: een woord te rechter tijd gesproken): "Deze bevorder ik tot de rechtstreekse heerlijkheid van het paradijs. Voor hem geen dodenrijk, maar direct: volzaligheid".
En wanneer de Hoogste Heer zó spreekt, zo'n beslissing neemt.... wie zijn wij dan om te zeggen: "Is dat niet een béetje overdreven".
De zogenaamde vergissing van Jezus in Matth 15 v 28
Dag allemaal,
Direct na mijn betoog, op de Korte Verklaring gegrondvest, dat de woorden van Jezus: "Ik verzeker jullie: sommigen van de hier aanwezigen zullen niet sterven voor ze de komst van de Mensenzoon en zijn koninklijke heerschappij hebben meegemaakt" ....dat die woorden geen vergissing waren, maar een weloverwogen waarheid, zei Cicero: "En toch denk ik dat Jezus zich toen vergist heeft".
Ik blijf bij mijn uitleg in de vorige post mijnerzijds.
Alleen wil ik er dít aan toevoegen: - Het is toch te ongerijmd om maar te overléggen, dat de Almachtige God zijn Zoon, die ook God is, naar de wereld heeft gestuurd om hier - ongevraagd en onuitgedaagd- zomaar eens wat te zeggen, dat onjuist was. - Jezus liet zich in alle vele debatten, die hij gevoerd heeft, kennen als een onverslaanbare gesprekspartner, die alles doorhad en altijd overwinnaar bleef. Zo'n reus zégt toch niet zomaar iets. - Geen betere carrièreplanner dan Jezus. Alles moest uitlopen op de kreet van Joh.19 v 30, precies op het goede moment, op de goede plaats. Daarvoor gebruikte hij ook nog die laatste oproep aan Judas, toen hij zei in Johannes 13 v 30: "Doe maar meteen wat je van plan bent". waarmee hij ( Jezus) eigenlijk de gewapende troep precies ná de gebedsstrijd in Gethsemané ' bestelde'. En zou hij, die zo alles perfect toeleidde naar de carrièretop, die uitroep van Joh 19 v 30, zo'n onnodige vergissing maken. Het is net, zoals hier eerder werd opgemerkt: " Als Jezus hier een vergissing maakte, dan kon hij dat overal en met alles doen".
Jullie hebben Cicero op velerlei wijze van repliek gediend. Maar daarbij zijn de volgende opmerkingen zijnerzijds helemaal over het hoofd gezien: ( vrij weergegeven): `Jezus was met die vergissing helemaal in de lijn van: - zijn vóorprediker Johannes de Doper. Want die zei in Matth 3 v 10: "De bijl ligt al aan de wortel van de boom: iedere boom die geen goede vrucht draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen". En dat moet allemaal nog komen. - zijn náprediker Paulus . Want die zegt in 1 Thessalonicenzen 4 v 15: " WIJ, die in leven blijven tot de komst van de Heer...." En Paulus is al lang dood !
Mag ik op Johannes de Doper en Paulus in een volgende posting terugkomen. Want anders wordt deze posting te lang.
Je vroeg , wat ik dacht van de diensten van Jan Zijlstra. Eerst even een 'overdruk' uit een ander topic in een ander forum: ...............
Een paar dagen geleden was een 'wondermens' bij ons op bezoek.
Ze zat daar, blakend van gezondheid en levenslust en vertelde eenvoudigweg een verhaal, waar je gewoon 'bij van je stoel zou vallen'.
Toen ze een jaar of dertig was, openbaarde zich bij haar iets, dat leek op reumatiek. Het schreed uiterst langzaam voorwaarts en ze baarde -ondanks dat aansluipende euvel- vijf kinderen. Ook waren zij en haar man heerlijk actief in Volle Evangeliegemeenten.
Maar onder al die gebeurtenissen door was er de steeds klimmende onrust. Naast de reumapijnen kwam er iets anders. Het werd door de arts later benoemd als spierdystrofie.
En dit leven van een oprechte en blijmoedige Christin werd steeds meer overschaduwd. Er kwam een rollator, een rolstoel volgde, een traplift, auto-aanpassingen....
En toen het -na twintig jaar- zó was geworden, dat ze gewoon helemaal en helemaal invalide was , met een desbetreffende sticker op de autoruit van de door haar man bestuurde auto, gingen ze naar een genezingsdienst van een alom in den lande bekende, solide Volle Evangelieprediker, die zich beslist geen 'gebedsgenezer' wil laten noemen, maar die zich alleen kenschetst als 'evangelist'. En ze stapte over de drempel heen, gevormd door de idee: "Ja...maar ik kom toch bij heel krachtige voorgangers in heerlijke gemeenten. En dan toch naar díe medegelovige ???"
Ze ging, de handen werden haar opgelegd in de naam van Jezus en innerlijk wíst zij: "Ik ben genezen".
Op haar rug was een gloeiende plek, van waaruit iets doorstraalde. Die plek bleef een week, en terwijl ze dus wíst, genezen te zijn, straalde die genezing gedurende een week vanuit haar rug door.
Toen LIEP ze snikkend van blijdschap samen met haar man over straat. Haar buurman, in het laatste stadium van kanker, zag haar zo lopen, hoorde het verhaal, bekeerde zich en stierf....GERED!!!
Alles verdween: de rollator en de traplift en de rolstoel en de auto-aanpassingen....enz....haar kinderen kwamen tot dieper geloof, door het wonder aan moeder geschied.
En wij....we kenden het wonder, dat twee jaar geleden aan haar geschied was. Zij had ons en nog een verder groot gezelschap enkele dagen ervoor verrast met een heerlijke High Tea. Zo'n heerlijke 'alles-kunner' was ze geworden. Maar om het nóg weer eens te horen....!!
Daag Ger
................... De gave van genezing is een van de Gaven van de Geest. In BIJBELSTUDIE begin ik daar over ongeveer acht weken een studie over, die door de inrichting van dat topic maar vier afleveringen gaat duren, want er is over dit onderwerp nog wel stof voor tientallen studies. Maar ja; in BIJBELSTUDIE, (elders op mijn forum), komt zoveel ter sprake, dat ik mij daar beperkingen op moet leggen. Maar hier boven heb je al gelezen, hoe die gave van genezing ook nu nog wonderbaar werkt. Je zult het al begrepen hebben: die prediker is Jan Zijlstra.
Maar iedere Christen kan persoonlijk kennis maken met 'de gave van genezingen'.
Wanneer je een liefhebbend en enthousiast volgeling van Jezus bent, dan hoef je zelfs niet te wachten op zulke heerlijke heilsfeiten als' wedergeboorte' en 'doop in de Heilige Geest' om met de overvloedige rijkdommen van de Heer kennis te maken.
Stel....je hebt hoofdpijn. Doe dan eens het volgende: leg je eigen handen op dat pijndoende hoofd en zeg in liefdevol, blij vertrouwen: .................. Heer....in de naam van Jezus leg ik mijzelf de handen op voor genezing van deze nare pijn.(Marcus 16 v 17 en 1. Dank u Heer , voor uw genezing. .................. En ....Niem...nu kan ik niet eens zeggen, dat het altijd helpt. Want een kennis van mij, een diep-gelovige, had een vreselijke, aanhoudende migraine. Ze was daarvoor onder doktersbehandeling, ook terwíjl zij wist, dat er goddelijke genezing wás. Dus: - wel de dokter in dit geval - ...en niet handoplegging. Maar tenslotte week die migraine toch in de loop van de jaren, niet eens zozeer door doktersbehandeling, maar door gebedsverhoring.
'Genezing door handoplegging' is dus niet iets dat altijd maar lukt of direct lukt. En we mogen ook dankbaar zijn voor dokters.
Maar tóch....ook al kunen wij mensen niet alles in menselijke kaders en formuleringen vangen...ik zélf heb met 'goddelijke genezing door handoplegging ' dagelijks te maken.
Mijn vrouw en ik zijn oude mensen van 86. En mijn vrouw heeft soms op éen avond: - pijn in haar blind of in haar nog enigermate ziende oog - pijn in haar rechterbeen door artrose of anderszins - pijn in haar linkerschouder door...idem...denk ik dan maar.
En elke keer leg ik mijn handen op haar in de naam van Jezus en telkens weer geneest de Heer. Maar dan is er weer iets anders. Maar hoe dan ook: wij oefenen deze Geestesgave in geloof. En ons geloof groeit en groeit.
Niem, wérk met de 'gave van de genezing' ook zélf. Wanneer je dat ontspannen doet, in liefde tot God en tot Jezus en tot de Heilige Geest, dan groeit alles in je naar de Heer toe.
Wat een heerlijke topics gaan hier aan de lopende band open. Nu déze weer. Ik heb mijn hoofdwerk elders en kom er nu pas achter. Maar ik wil op elke incongruentie ingaan.
Hier volgt dan de eerste, waarmee geopend werd:
1 Petrus 3, 22: Jezus Christus die ten hemel opgestegen zetelt aan Gods rechterhand, nadat engelen en machten en krachten aan Hem onderworpen zijn.
Jezus = God. Hoe kan iemand nu aan zijn eigen rechterhand zetelen? Jezus kan dus niet God zijn.
Mijn uitleg: God is van een andere orde dan wij mensen. Jesaja 55 v 8: "Mijn plannen zijn niet jullie plannen, en jullie wegen zijn niet mijn wegen- spreekt de HEER. 9: want zo hoog als de hemel is boven de aarde, zo ver gaan mijn wegen jullie wegen te boven, en mijn plannen jullie plannen".
Ik geef nu de mening van een gelovige. Ik heb alle begrip voor niet- gelovigen, dat zij een heel andere mening hebben. Ik ben daar niet hoogmoedig tegenin, nee...ik geef alleen de mening van 'een gelovige' en die mening is ook nog niet eens 'normgevend' voor álle gelovigen. Daar gaan we dan:
God is voor ons mensen niet te doorgronden. Wij kunnen hem niet eens zíen, anders zouden we sterven bij zijn onbeschrijflijke indrukwekkendheid. Wel komt ooit de tijd dat wij hem, zonder te sterven, zullen kunnen zien, ( 1 Johannes 3 v 2)
God besloot in zijn eeuwigheid dat hij eens op de aarde zou komen als een mens. Hij had al van eeuwigheid in zijn raadsplan staan dat een opstandige engel hem zou gaan weerstreven en al zijn werk zou trachten te bederven. En insgelijks van eeuwigheid had hij zijn plan klaar dat hij die opstandige engel, van 'perfectheid', (Ez 2 tot satan verworden, 'de voet dwars zou zetten' en het onheil in het tegendeel daarvan zou doen verkeren.
Toen God als mens op de aarde kwam, nam hij als mens door zijn offer, alle zonde van alle mensen, die het maar wilden aanvaarden, weg.
En deze overwinnaar, God de Zoon, de tweede Persoon van het Goddelijke wezen, hernam zijn plaats aan de rechterhand van God, daarmede wordt bedoeld: de ereplaats. Maar zoals ik al heb gezegd, het wezenlijke van de dingen van God is niet uit te drukken. Maar 'God de Zoon' had zich een nieuwe dimensie verworven. Zijn mensheid bleef hem bij. En zo zit er nu een mens op de troon : - van het heelal - ...en van de hele onzienlijke wereld, waarin ook alle engelen.
( De drieënige God: ook al zo'n punt, waar de mensen tegenaan hikken. Maar mág God ook ?! Mág hij zijn eigen plan trekken. Ja toch.)
Als je het zo bekijkt als hiervoor, ( het gedeelte tussen haakjes was maar zijdelings), verbleken alle tegenstrijdigheden.
Ik ben van plan alle concreet vermelde ´onbegrijpelijkheden´stuik voor stuk te bespreken. Jullie zijn al toe aan ´die valse profeten uit Ezechiël´. Ik heb dus nog een lange weg te gaan. Maar dat geeft niet.Ik ben gek op dit soort dingen. Ik behandel ze in Nederland, in Californië, in Duitsland ....en nu dus ook hier. Gun mij mijn pleziertjes, lieve vrienden.
In een eerder bericht heb ik al verteld, hoe volgens mij het Hooglied naar de mens gesproken , is ontstaan. - al van ouds waren er lange bruiloften in Israel. men nam er de tijd voor. Een week was er zo maar mee gemoeid. En al die tijd zat men natuurlijk niet stijf op zijn stoel, zijn gebakje te eten. Nee ...er werd gedanst en gezongen. En op een bruiloft wordt er licht over de liefde gezongen, de eenvoudige, gezond-sexuele plattelandsliefde, waar de dingen nog bij hun naam genoemd worden. En in Israel was de volkscultuur een tijdlang heel goed, je merkt dat ook uit het bijbelboek Ruth, zodat deze bruiloftsliederen ´goed´konden ziijn in het oog van de Heer. - en wat is er natuurlijker dan dat er in de traditie geworden liederen in de dagen van Salomo ook iets komt 'van de rijke koning, die het mooie plattelandsmeisje wel in zijn harem wilde hebben' . Er kan zelfs een werkelijk gebeurd voorval aan ten grondslag liggen. Maar zij versmaadde de verlokkingen van het hofleven en keerde terug naar haar vrolijke, frisse, onbedorven jeugvriend.
- en de Heer, die het kostelijke geheim van zijn Zoon, onze Heer Jezus, al kende, weefde toen deze alledaagse zaken samen tot iets heerlijks met twee glorieuze boodschappen:
- allereerst de verrukkingen van het sexuele leven, ingebed in een ordelijk huwelijk. Daar kan het zich vele jaren lang steeds heerlijker ontplooien, zoals ik in mijn eerste bijdrage al heb uiteengezet.Want de sexuele liefde is na vijf jaar niet opgebrand, zoals pessimisten je willen doen geloven. De Christen, die ook dit deel van zijn totaal-leven met gebeden begeleidt, zal bemerken, dat er soms na vijftig jaar huwelijk nog nieuwe mogelijkheden zijn op dit gebied, Als men maar aan het welbevinden van de andere partij prioriteit geeft.
- Maar- zonder dat men nu elke tekst zal mogen vergeestelijken.... want Spreuken 7 vv 2- 6 lenen zich hier totaal niet voor ...kan toch zeker gezegd worden, dat onze Heer Jezus Christus naar zijn bruid, de gemeente verlangt met deze wens, verwoord in Efeze 5 v 27: "Mannen...heb uw vrouw lief, zoals Christus zijn gemeente heeft liefgehad en zich voor haar heeft prijsgegeven om haar te heiligen, haar te reinigen met water en woorden, en om haar in alle luister bij zich te nemen, zodat ze ZONDER VLEK OF RIMPEL OF IETS DERGELIJKS ZAL ZIJN, HEILIG EN ZUIVER".
Onze Heer Jezus verlangt naar ieder van jullie. Hij heeft er alles voior over gehad. Daarom: - Onze geestelijke kleren geregeld gewassen, want er mag geen modderspatje van ' maar gedoogde zonde' op blijven zitten. - ons getooid met de Geestesgaven en Geestesvrucht als kostelijke sieraden - geen zorgenrimprel meer van : "Dit gebed kan God echt niet verhoren. Misschien wil hij het ook niet".
Hier dan de eerste van je vijf vragen: "Wie is de antichrist".
Eerst even nazien, welke teksten in de bijbel rechtstreeks 'de antichrist' vermelden:
1 Johannes 2 v 18: "Kinderen , het laatste uur is aangebroken. U hebt gehoord dat de antichrist zal komen. Nu al treden er vele antichristen op , en daardoor weten wij, dat dit het laatste uur is".
1 Johannes 2 v 22: "De antichrist is ieder die de Vader en de Zoon niet erkent".
1 Johannes 4 v 3: "Iedere geest die níet belijdt, dat Jezus Christus als mens gekomen is, dat is de geest van de antichrist, waarvan u hebt gehoord dat hij zal komen- nu al is hij in de wereld"
In dezelfde geest ook 2 Johannes v 7.
Nu zal er bij jou een lichte bevreemding ontstaan: hé...in Openbaring niets van de antichrist. Ik had het juist daár verwacht".
Maar in Openbaring wordt de antichrist aangeduid als 'de valse profeet'.
Openbaring 16 v 3: "Toen zag ik dat uit de bek van de draak , uit de bek van het beest en uit de mond van de valse profeet drie onreine geesten te voorschijn kwamen in de vorm van kikkers. (14). Dat zijn onreine geesten die tekenen verrichten en er op uitgaan om alle koningen der aarde bijeen te brengen voor de strijd op de grote dag van de almachtige God".
Openbaring 19 v 20: "Het beest werd gevangengenomen tezamen met de valse profeet die in zijn bijzijn tekenen had verricht waardoor hij iedereen had misleid die het merkteken van het beest droeg en zijn beeld aanbad. LEVEND werden ze in de vuurpoel met brandende zwavel gegooid".
Openbaring 20 v 10: "De duivel de de mensen misleidde, wordt in de poel van vuur en zwavel gegooid, bij het beest en de valse profeet. Daar zullen ze dag en nacht worden gepijnigd , tot in eeuwigheid".
En tenslotte zijn er ook veel teksten over 'het beest', de demonische geest van occultisme, waardoor de valse profeet, de antichrist , is bezeten. Maar dat zijn er zoveel, alle in Openbaring, dat ik dat nu maar even laat.
Uit al deze teksten is het volgende geregelde verhaal op te maken:
Alle eeuwen door na Christus' geboorte heeft de satan list op list verzonnen om tegenover Onze Heer Jezus Christus iets of iemand te stellen, die Jezus , de Zoon van God zou kunnen weerstaan en overwinnen.
Mensen, die ontkenden, dat Jezus Christus als mens gekomen is, zijn er altijd geweest. Maar er waren altijd ook veel mensen, die zeiden: "O jawel hoor....het zal best zo zijn, dat er ooit een mens is geweest, Jezus genaamd, de stichter van het Christendom. Dat ontken ik helemaal niet. Nou...dan is het toch met mij in orde!"
Maar de vertaling 1951 zegt het net iets anders dan die van 2004: "Iedere geest die belijdt, dat Jezus Christus IN HET VLEES gekomen is, die is uit God".
Ieder zal begrijpen, dat een luchtig zeggen, dat je best gelooft, dat Jezus op aarde geweest is, je niet zalig maakt. Je zult echt Jezus moeten kennen als je Redder en Verlosser, die je uit de diepste diepten naar 'de oppervlakte' heeft gebracht, daar waar het licht van God je kan beschijnen in de bekering.
Maar gisteren, in mijn brief aan Gurk, heb ik behandeld, hoe Jezus na zijn hemelvaart , de Heilige geest heeft gezonden om woning te maken in ons hart, getrouw als hij was aan zijn belofte uit Johannes 14 v 23: "Wanneer iemand mij liefheeft zal hij zich houden aan wat ik zeg, mijn Vader zal hem liefhebben en mijn Vader en ik zullen bij hem komen en bij hem wonen". Maar dan houdt : 'geloven dat Jezus op aarde heeft rondgewandeld' veel meer in dan een erkennen van dat feit, waarbij het hart onberoerd blijft. Dan houdt dat geloven ook in, dat je gelooft, dat Jezus door zijn Heilige Geest in je hart wil wonen. En die inwoning van Jezus en God in jouw hart door de doop in de Geest is wat je hard en hard nodig hebt in de grote dagen van de eindtijd, die komen gaan.
Want de duivel heeft een plan: Hij wil tegenover de Heilige 'Viereenheid' een onheilige dito plaatsen. Zoals God zijn Zoon, op aarde gekomen en daar triomferende, alle macht heeft gegeven in hemel en op aarde, zo geeft de duivel (Openb 13 v 2) al zijn kracht aan een onheilige geest, 'het beest' en 'het beest' bezielt dan weer een met zorg uitgekozen mens, die deze enorme last kan dragen. En 'die mens' de antichrist, kiest zich dan weer een stel 'gelovigen' uit, die samen met hem een 'antigemeente' vormen tegenover Gods gemeente.
En zo staan in de eindtijd onverbloemd de eigenlijke tegenstanders oog-in-oog: God de Vader, God de Zoon, (Onze Heer Jezus Christus), God de Heilige Geest en Gods heilige gemeente tegen over: De satan, Het beest, de antichrist en de onheilige gemeente.
En in de felle eindstrijd, die dan ontbrandt, lees alleen Openbaring 11 maar, hebben Gods kinderen alle krachten nodig, die God ter beschikking stelt. De ongelovige mensheid is een gemakkelijke prooi voor satan. Hij heeft echter als diepste wens om de gelovigen zo 'slap' te kunnen houden, dat zij in de eindstrijd niet vervuld zijn met de Heilige Geest van God . En zo fel woedt de strijd, dat zelfs de 'vijf dwaze maagden', die toch echt uitgegaan waren, de bruidegom tegemoet, uiteindelijk 'voor een gesloten deur komen'. Laat staan alle lauwe Christenen, die zeiden: "Al die poppenkast van Geestesgaven en zo, nu ja, de Geestesvrucht kán dan nog, maar al dat andere....".
Kort samengevat: een beginsel, dat de Christenen klein en 'weg uit de hemelse gewesten' wil houden, werkt al lang, al sedert Jezus' hemelvaart; dat beginsel door zijn tegenstander , de duivel, georganiseerd. Maar in de eindtijd wordt een mens uitgemonsterd met de hevigste krachten ván satan, heeft rechtstreeks toegang tót satan. En in die eindstrijd probeert die mens, bezield door de sterkste demonische kracht, die zich denken laat, alle mensen van God af te trekken. Wat zal het dan absoluut noodzakelijk zijn om de volledige wapenrusting van God aan te hebben, niet: dan aan te trékken, maar...: aan te HEBBEN.
Het motto waarmede deze thread gestart werd, was : "Hoe serieus neem jij de bijbel".
Mijn antwoord is, dat ik de bijbel volkomen serieus neem. dat weten de oudgedienden onder jullie wel. In januari 2005 vocht ik als 82 jarige nog op de barricaden op deze website. Nu- 85 jaar geworden- heb ik de bijbel nog even lief. maar ik lees hem nóg meer in het licht van de ´vervulling met de Heilige Geest´.
Op een van de sites, waar ik mag dienen, was een vraag, hoe men nu toch moest handelen, wanneer het innerlijk geplaagd werd door haat, wrok enz over een in het verleden ondergaan onrecht, terwijl men toch vol van Gods Geest denkt te zijn.
In het kader van mijn anwoord had ik al vele dingen gezegd, die ter zake dienstig kunnen zijn, zoals: - alle kamers van je hart openzetten voor de Heilige Geest - in je gebed niets achterhouden. Voluit en onbevangen spreken met God. En toen opeens ging een tekst uit 'Hooglied'door mij heen. 4 v 18: "Ontwaak , noordenwind ! Kom , zuidenwind ! Waai door mijn hof laat zijn balsem geuren".
Mijn eerste gedachte was: "Nee, dit kán niet; deze passage gaat over een gezond, blij sexueel verlangen", Maar toen werd het mij duidelijk, dat de Heilige geest soms ook zo in ons leven wil werken: - streng, hard, corrigerend, maar toch uiteindelijk lieflijk - ....en daarna weer genezend als een zoele wind uit het zuiden. En ik heb deze tekst geplaatst.
Wat wil ik nu hiermee zeggen: neem de bijbel serieus. maar lees hem bij het licht van God de Heilige geest,die je dag aan dag wil onderwijzen en verder brengen in de kennis van onze Heer Jezus Christus.
Dan wordt bijbellezren echt een feest. Een feest wordt het niet, wanneer je met opeengeklemde kaken van inspanning zit te denken: "Ik moet hem serieus nemen". De bijbel verdient het om ' liefgehad te worden'.
hallo! las matt. 6 op http://www.biblija.net/ en dacht even, laat ik naar andere Bijbels kijken, wat er nou precies anders is...
als je dan naar het gebed kijkt, met name het laatste stuk (vers 13) zie je dat bij sommige Bijbels een stuk is weggelaten. nl.:Want Uw is het Koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid, in eeuwigheid, amen.
terwijl het volgens mij wel goed is om in elk gebed God te loven door te zeggen dat alles van Hem is, Heerlijk is en dat Hij eeuwig is.
ik vind het jammer dat er dan toch een stuk is weggelaten (staat er in openbaring niet: 18 Ik verklaar tegenover eenieder die de profetie van dit boek hoort: als iemand er iets aan toevoegt, zal God hem de plagen toevoegen die in dit boek beschreven zijn; <of geldt dit alleen voor het boek openbaringen?)
graag jullie reacties!
mvg
Hallo Corne,
In de NBG staat deze zinsnede al tussen haakjes.
De Korte verklaring zegt hierover het volgende: ................... De lofverheffing aan het slot ( evenals het woordje 'amen') ontbreekt in de belangrijkste handschriften en wordt daarom in de regel als niet-oorspronkelijk beschouwd. Men vat haar gewoonlijk op als een zeer oude, liturgische formule, waarvan in het vóor-Christelijke Jodendom reeds zekere analogieën zijn aan te wijzen en waarmee men in de Oud-Christelijke gemeente somtijds de gebeden en zo ook het O.V. zou hebben besloten. .......... Ik heb hierover ook de New International version nagekeken en daar komt het ook niet voor. In de gerevideerde Duitse Lutherbijbel van 1960 staat het weer wéL, maar ook weer 'tussen haakjes'.
Het betreft hier dus een dispuut-tekst, waar we wel nooit achter zullen komen.
De K.V. zegt overigens, dat deze lofverheffing zich uitstekend aanpast bij de rest van de tekst.
Laat je overigens door dergelijke 'tussen haakjes' teksten niet in de war brengen. Ze zijn nooit in strijd met de rest van de bijbel. Leer er mee te leven.
wat zijn jullie manieren, of wanneer merk jij snelle groei in je wandeling met God!
En híer mijn antwoord.
In zekere zin kun je als 'kind van God' niet 'snel groeien'.
In het natuurlijke leven het volgende voorbeeld: Mijn tante Teuntje was een ongeduldige vrouw., Dat uitte zich in het volgende: toen ze eens een plant snel zijn blaadjes wilde laten ontvouwen, begon zij de schutbladen maar vast eraf te trekken. Maar de eigenlijk sier verlenende bladeren van de bloem waren nog heel niet gereed voor hun taak en werden overrompeld door al dat licht dat ze nog niet konden hanteren. En de bloem verwelkte.
Ik ben als 8-jarig kind voor het eerst serieus benaderd door God. En nu ben ik 83 en mijn blaadjes vouwen zich nog steeds verder open.
In dezelfde geest ook Marcus 4 v 26-28: Daar wordt gesproken over zaad, dat ontkiemt en opschiet, zonder dat de landman weet hóe dat nu precies gaat. Het lijkt wel of de (vruchtbare) aarde uit zichzelf vrucht voortbrengt, : eerst de halm, dan de aar, en dan het rijpe graan in de aar".
Hoewel deze vergelijking allereerst slaat op Jezus, de grote Zaaier. die wacht in de rustige zekerheid van de levenskracht van het uitgestrooide zaad, kan hierin toch ook voor jou een les liggen.
Níet ongeduldig controleren, niet kleingelovig willen naspeuren, niet zonder te kunnen afwachten opeens vrucht willen zien. Het zaad , in jouw hart gezaaid, kiemt, ontwikkelt zich tot halm en rijpt tot vrucht.
En God, die het zaad van het geloof in jouw hart heeft gestrooid, weet, hoe de gesteldheid van jouw 'voedingsbodem' is, hoeveel steentjes er in die grond zitten, hoeveel potentie van voedende bestanddelen. En Hij heeft voor jouw leven een helemaal op jouw gesteldheid toegesneden plan om alles optimaal te laten verlopen.
Maar wat je wél kunt doen, dat is het volgende: houd die voedingsbodem in optimale conditie of bréng die voedingsbodem in de best mogelijke vruchtbaarheids-toestand. Dat kun je allereerst doen door zeer geregeld gebed, waarin je niet allereerst allerlei wensjes uit voor jezelf, maar liever goede wensen voor anderen. En in je gebed kun je al vragen aan de Heer God, of hij de kanalen tussen jou en hem zo wil ontstoppen, dat zijn gedachten van liefde en blijdschap en vrede ruimer kunnen binnenstromen in jouw innerlijk, jouw geest.
En wat je daarnaast kunt doen is: trouw, met een toegenegen hart en zonder allerlei bokkig gevraag over moeilijke punten, Gods woord, de bijbel lezen. Het woord van God brengt jou tot een wezenlijke relatie met God, de wedergeboorte, waarin je, hoewel in de grootste eerbied, hem toch leert kennen als jouw liefdevolle Vader in Jezus Christus.
Tjonge....wat breng je dan voedzame meststoffen in die levensakker van jou. En wat kan dat zaad bij jou -altijd door de genade van God- goed en gezond opschieten.
En dan tenslotte loop je tegen zulke heerlijke dingen aan als: 'de doop in de Heilige geest'. Dan worden door de Geestesgaven en de Geestesvrucht nog meer voedende bestanddelen ingebracht. En dan gaat het nog sneller.
Echter....er komen ook tegenslagen op je pad. Maar door al de heerlijke dingen die ik hiervóor heb opgesomd, leer je die overwinnen.
Het groeiproces heeft een zekere tijd nodig. Door de dingen die ik je nu heb aangeraden, kun je dit groeiproces niet zozeer versnellen alswel het gezond laten verlopen. 0ok kan je door al die raadgevingen straks met deemoedig gebogen hoofd, zwaar van 'honderd' korrels in éen aar, in het oogstveld van de Heer staan.
Niem; ik kan deze vraag niet ineens goed beantwoorden. Kom er nog eens met gerichte vervolgvragen op terug.
Hoe kan dat nu?..tijdgenoten van Jezus, die zijn wederkomst nog meemaken
Dag allemaal,
Dit waren dus de vragen:
1:Ik heb een vraag over mattheus 16-28.
Daar staat het volgende: 28 [16:28] Mark 9:1. Luk 9:27.Voorwaar zeg Ik u: Er zijn sommigen van die hier staan, die de dood niet smaken zullen, totdat zij de Zoon des mensen zullen hebben zien komen in Zijn Koninkrijk.
Dit zegt Jezus tegen zijn discipelen. Weet iemand hoe ik dit moet nterpreteren? Nu staat er dat enkelen van hen nog levend zullen zijn als bij zijn terugkeer op de wolken. Betekent dit dat dit al snel - nog in de nieuw-testamentische tijd- moet zijn gebeurd? Of dat sommige discipelen simpelweg niet zijn gestorven?
Hoe moet ik dit zien? Bij zoeken op google wordt deze tekst voornamelijk gebruikt om het christendom onderuit te halen. Oftewel, Hij zou haastiglijk komen maar Hij is er nog steeds niet.
2: Zie ook verder in Mattheus 24 vers 34: Voorwaar, Ik zeg u, dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt. De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan.
Ik weet niet zo goed wat ik hier mee aan moet. Het lijkt wel of Jezus zegt dat Hij in die generatie nog verwacht terug te komen.
Twee vragen over moeilijke bijbelgedeelten; Ik geef nog eens even de NBV, niet om de moeilijkheden kleiner te maken, maar om alles nog eens helder vóor ons te hebben:
Matth 16 v 28: Ik verzeker jullie: sommigen van de hier aanwezigen zullen niet sterven voor ze de komst van de Mensenzoon in zijn koninklijke heerschappij hebben meegemaakt
Matth 24 v 34. Ik verzeker jullie: deze generatie zal zeker nog niet verdwenen zijn wanneer al deze dingen gebeuren.
Eerst Matth 16 v 28 maar eens.
Na kennisneming van wat daarover in 'de korte Verklaring' is geschreven, heb ik, de bedoeling daarvan vrij weergevende en die sterk aanvullende met wat mij tijdens het schrijven te binnen schoot, de volgende mening. ............... Onze Heer lichtte zijn tijdgenoten niet nauwkeurig in over de verschillende stadia van zijn verheerlijking. Dat konden ze toch niet dragen. Als hij bijvoorbeeld over zijn opstanding uit de doden sprak, dan bleef dat helemaal en helemaal voor hen verborgen. Onze heer Jezus Christus sprak wel veel over zijn verheerlijking, zijn heerlijke terugkomst en dergelijke, maar de mensen van tóen stonden te dicht op de feiten, dan dat ze ook maar bij benadering een opeenvolging in die gebeurtenissen konden waarnemen. In hun idee lag alles in éen vlak. Toen de Heere dan ook in v 27 sprak over zijn grote oordeelvelling, ook beschreven in Matth 25, klonk het in hun oren als 'behorende tot de raadselachtige toekomst'.
En eigenlijk zegt Jezus in v 28: "Nog vóor hun dood zullen sommigen van jullie die heerlijke toekomst beginnen te zien. En gelijk zal dan aan hen duidelijk worden, dat al die gebeurtenissen, waarover de vele uitspraken van mij handelden, in elkaars verlengde liggen".
Die mensen zijn de echte doordouwers. Zij zijn Jezus trouw gebleven door alle verschrikkingen rond Golgotha heen en door dat trouw blijven gaan zij 'de lijn zien'.
Maar er zijn ook mensen, die de voortgaande lijn nooit zullen zien, omdat zij: - of Jezus niet trouw bleven - of hem wel trouw bleven, maar niet tot helderder inzicht konden komen.
Zo bezien heeft dit woord een volkomen actuele waarde: jullie, mensen van de 21 ste eeuw, blijf ook nu de altijd maar voortgaande lijn zien. Dan zie je steeds meer van de heerlijke toekomst, die nu al aan het beginnen is. Word van een 'kijker' een 'ziener', die door alle verwarring van het heden heen de komst van de Mensenzoon en zijn koninklijke heerschappij ziet baanbreken, die heerlijkheden eigenlijk al 'beleeft'.
Deze woorden van Jezus zijn dus geen raadselachtigheden, maar vormen een aansporing, mede door die aanhef: 'ik verzeker jullie', (voorwaar...voowaar)....en dan komt er altijd een 'grondwet van het koninkrijk'.
Over Matth 24 v 34 kan ik nu kort zijn. Ook hier wordt in een enkele uitdrukking het hele complex van toekomstige gebeurtenissen, Jezus betreffende, samengevat; zijn dood, zijn opstanding, zijn hemelvaart, zijn wederkomst, zijn 'gezeten zijn ten gerichte'.
En van de mensen, die er toen stonden, die generatie, zouden er zijn, die tijdens hun verdere leven steeds meer van de legpuzzle zouden ontwarren en blij uitroepen: "O....wat zie ik nu veel meer, van wat er gaat geschieden met en door onze Heer Jezus Christus. Ik ben zo blij dat hij zijn Heilige Geest heeft gegeven om ons verstand te verhelderen".
En nóg is ook hier de volkomen actualiteit: zorg dat je behoort tot 'deze generatie', de gelovigen, die door alle verwarring van de duizenden stemmen in deze tijd de zachte, maar nadrukkelijke ondertoon leren verstaan van Gods tempel, die aan het gereedkomen is en die eens op aarde zal nederdalen, (Op 21).