Op 'Bijbelstudie' trof ik 'een hondje van een vraag' aan, die echter geplaatst was bij 'bezoeken', waar ik maar weinig kijk. Maar ik heb mijn vragen liever via het knopje e-mail, waar ik ze direct toegestuurd krijgt.
Dus....als u mij wilt contacten: altijd graag via het e-mail-knopje
Ik werk met aanvankelijke vrucht aan de heiliging van mijn leven, maar hoe kom ik aan de kracht om Jezus radicaal te dienen en met een schoolbidstond of zoiets te beginnen
Joí«l. De schrift zegt in Handelingen 1 v 8: "Maar wanneer de Heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria en tot aan de uiteinden van de aarde".
In Lucas 24 v 49 staat iets dergelijks: "Blijf in de stad, TOTDAT jullie met kracht uit de hemel zijn bekleed".
In deze beide teksten staat dus eigenlijk, dat de beslissende kracht om onwankelbaar te getuigen over het rond van de aarde, pas tot je komt, wanneer de Heilige Geest jullie vervult.
Daarvóor is getuigen van je Heiland wel mógelijk, maar in verdrukkingen stand houden eist toch meer 'power', de kracht van de Heilige Geest.
Je weet uit BIJBELSTUDIE, hoe de kracht van de Heilige Geest over je komt. Al die overbekende teksten van die twaalf mannen in Efeze, (Handelingen 19) worden daar uitvoerig behandeld. En verder zijn er zoveel gelegenheden tegenwoordig om met 'doop en vervulling met de Heilige Geest' kennis te maken.
Uitermate gewenst is het daarbij, dat je bekeerd en wedergeboren bent. Ook hierover handelt BIJBELSTUDIE , gelukkig nog voor een deel daarvan werd uitgewist door 'de ramp'.
...en zit het dan ook met 'reïncarnatie'scheef...?!
Hallo frank,
Je volgende en eigenlijk laatste vraag ging over 'reïncarnatie'. In dat verband werd je een beetje in de war gebracht door een uitspraak van Onze Heer Jezus Christus, in Johannes 3 v 3 gericht aan Nicodemus.
Uit deze uitspraak leid jij af, dat Jezus de reïncarnatie ontkent, terwijl jij daarin gelooft.
Nu was Jezus' onderwerp over heel andere zaken dan 'reïncarnatie'. Daar wil ik je nog wel eens uitleg over geven.
Maar mijn opmerkzaamheid werd wél getrokken door die zinsnede van jou: 'Ïk geloof wél in reïncarnatie, omdat daardoor zoveel levensvragen beantwoord worden, bijvoorbeeld waarom de een rijk wordt geboren en de andere in ellende'.
Frank nou toch: in India zijn 150 miljoen Dalits, rechtelozen, kastelozen.Soms mopperen deze mensen tegen hun lot en klagen: "Waarom is het voor mij alleen weggelegd om als gemeentewerkman latrines met mijn blote handen te reinigen". Dan antwoorden lieden uit de hogere kasten: "Pas jij maar op. Het is jouw karma, (lot). Als jij zo blijft mopperen, dan kom je als kakkerlak terug. Mijn karma is het om in hoogheid te zijn gezeten".
Dat kun je toch geen 'vraagbeantwoording'noemen.
De leer van de reïncarnatie is ontstaan in een tijd, toen in India eeuwen lang de bevolking vrijwel constant bleef door ziekten en oorlogen en men geen weet had van alles wat verder op de planeet gebeurde. In de tegenwoordige tijd , met een wereldbevolking, die opzienbarend toeneemt... nu bijna 7 milard, enkele jaren teug nog vijf miljard ....is er direct déze vraag: "Waar hebben die 2 miljard zielen , die er nu méer zijn, dan vroeger gewoond".
De bijbel zegt duidelijk, dat ... 'waar de boom valt...daar blijft hij liggen', (Prediker 11 v 3). En elders staat: " Eens moeten mensen sterven en daarna volgt het oordeel".(Hebr 9 v 27). Er staat niet, dat er na het sterven een herkansing volgt in een volgend leven.
Nee Frank....herkansingen zijn er in het leven van nu, vóor het sterven, bij de vleet. NU moet je gereed komen met de grote vragen, waarop de reïncarnatie dan ook geen énkel antwoord geeft.
Kom daarmee gereed Frank. Jouw posting hier is een goed begin.
We zijn er door, door al die vragen van jou.
Groet je Christen-vriendin van mij. Vraag of zij ook eens langs komt.
Ik heb hier zo gauw geen bijbeltekst bij. Maar het ter beschikking stellen van je brein aan anderen biedt velerlei gevaren. Niemand denkt er aan om zijn huis vrij toegankelijk te maken voor jan en alleman. Wie weet wat ze allemaal gaan doen.
Maar wanneer wij ons laten hypnotisren, dan zeggen wij tegen iemand anders: "Ga je gang. Mijn 'innerlijk' huis staat tot je beschikking". En dan gáan ze hun gang. En bij gewone hypnose-sessies leidt dat al tot beschamende tonelen. Het is niet leuk om daar te zitten en de idee te hebben, dat je een citroen moet eten, terwijl er in feite niets gebeurt. De hele zaal brult van het lachen bij de grimassen, die jij trekt. Niemand vindt het leuk om belachelijk te zijn.
En je begrijpt, dat niet alleen dit geringe mogelijk is, maar dat er véle dingen kunnen gebeuren.
Hypnose is een soort begoocheling. Een verwant verschijnsel- massasuggestie- is mij bekend uit 1936. Een kerkelijke afvaardiging uit Nederand zou op de Rijkspartijdag te Neurenberg 'het verschijnsel Hitler'eens gaan bestuderen.
Maar toen ze daar eenmaal waren, temidden van die tienduizenden, bemerkten zij tot hun schrik, dat zij na verloop van tijd net zo hard mee stonden te roepen: "Sieg Heil"...en nog wel met uitgestrekte rechterarm..
Bij hypnose kan men je ook in 'je onbewuste laten schouwen' en is de duivel er rap bij met zijn leugens. Of....wat ook mogelijk is: je weet heel zeker, dat je in je jeugd door die-en-die bent misbruikt, terwijl daar geen moer van klopt.
Bij hypnose word je o zo gemakkelijk vervuld met de onheilige geest uit de afgrond. Maar God heeft ons aangeraden om ons te laten vervullen met God de Heilige Geest uit het lichtrijk.(Ef 5 v 18)
Nu gaan we verder met Nieuw-testamentische tekzsten tegen occultisme, (toverij):
Handelingen 8 v 9 - 11 en 13: "Een zekere Simon had in de stad (Samaria) magie bedreven en de bevolking versteld doen staan. Hij beweerde over bijzondere gaven te beschikken en iedereen, van groot tot klein, keek vol ontzag naar hem op omdat ze wérkelijk meenden dat de grote macht van God in hem zichtbaar werd. Hij boezemde de bevolking ontzag in, omdat hij hen geruime tijd verbaasd had met zijn magische kunsten.
Maar toen Filippus, (een Christen) kwam, bleef Simon voortdurend bij dezen en hij stond versteld van de tekenen en machtige wonderen die hij zag gebeuren". ........... (En dan blijkt verder dat Simon niet deugt en streng wordt vermaand).
Uit deze teksten blijkt, dat: - Magie kan wel 'de mensen versteld doen staan', vervullen met ontzag, verbaasd doen staan....maar helpt ze niet vooruit, is op dst punt bedrieglijk - Er wordt wel beweerd, dat men over 'hogere gaven'beschikt, maar werkelijk 'hogere gaven'zijn dat níet. De grote almacht van God zit er niet achter, wél de onvergelijkelijk veel kleinere macht van satan.
Wel is Simon in zekere zin een 'ervaringsdeskundige'. Wanneer Filippus toont, hoe groot Gods échte tekenen en wonderen zijn, die mensen vooruit helpen, is Simon, die weet, wat er alleen al bij magie komt kijken,VERSTELD.
Gods heerlijkheden zijn oneindig veel meer waard dan de uiteindelijk 'vleselijke' werken van toverij, (Galaten 5 v 20)
Wat doet getover? Wat deed het met de magiër Simon, die aan zijn toverkunsten lekker had verdiend. Dat lees je in vers 20:
Petrus zegt daar tegen Simon "U zult in het verderf worden gestort....u met uw géld...omdat u denkt te kunnen kópen, wat God geschónken heeft. U kunt beslist geen deel hebben aan onze taak, want uw houding tegenover God is niet oprecht".
Dus: - Occultisten kunnen, zolang zij zich niet bekeren en dat kwaad niet meer doen, niet bij 'het volk van God' horen - ze zijn op reis naar het verderf.
Dus Frank: nog eens....daar niets mee te maken hebben hoor.
oud-testamentische teksten tegen occultisme, (toverij).
Hallo Frank,
Je stelt daar zoveel vragen, dar ik ze- denk ik- in afzonderlijke postings zal gaan beantwoorden.
Allereerst vraag je: "Wat is occultisme. Zijn daarover bijbelteksten ?"
Ik zou van 'occultisme'de volgende definitie willen geven:
Occultisme is elke beïnvloeding, die je niet in contact brengt met het lichtrijk vn God, maar met het duistere, dodende rijk van Gods vijand, de satan.
De bijbel geeft hierover verschillende teksten. Uit het grote aantal neem ik er enkele:
Leviticus 19 v 26: " Laat je niet in met waarzeggerij en wolkenschouwerij".
Deuteronomium 18 v 10: " Er mag bij u geen plaats zijn voor....waarzeggers,wolkenschouwers, wichelaars, tovenaars, bezweerders en voor hen, die geesten raadplegen of doden oproepen"
Exodus 22 v 17: " Een tovenares mag niet in leven blijven"
Ezechiël 13 v 18: " Dit zegt God, de HEER: 'Wee de vrouwen, die toverbanden naaien voor alle polsen en handen, die sluiers maken, die passen op ieders hoofd, om zo de zielen van mensen te vangen' ".
Ezechiël 13 v 20 en 21: " Daarom, zegt God de HEER: verscheur ik de banden, waarmee jullie de mensen als vogels vangen; ik scheur ze van je armen af en laat de mensen vrij, die in je netten verstrikt zijn geraakt. Ik verscheur de sluiers en ik ontruk mijn volk aan jullie macht. Jullie zullen geen greep meer op hen hebben".
Ziedaar enkele teksten uit het Oude testament.
In een volgende posting spreek ik over dergelijke teksten in het Nieuwe Testament.
Eerst bespreek ik nu deze teksten.
Sommige termen klinken ouderwets:wolkenschouwerij. Toverbanden binden om polsen; op deze manier komt het mogelijk niet meer voor. Aan zulke banden werd magische kracht toegeschreven. Binden en ontbinden van knopen was toen een waarzeggersfoefje. En dat omwinden van sluiers; dat was een - symbolisch- onttrekken van iemand aan de zichtbare wereld, hem 'voor die wereld onzichtbaar maken'. Dan kon iemansd beter contact maken met de geestenwereld. Op die manier werden zielen gevangen om mensen te vangen en hen tot slachtoffers van de waarzeggerij te maken.
En de HEER belooft dan, dat hij zijn volk, de gelovigen, zal bevrijden uit dit meeslepende contacten met de wereld van het kwaad.
De HEER vindt dit zo gevaarlijk, dat elke waarzegger, (occultist, althans een van de vormen ) moet worden gedood. En hij verbiedt toverij, ( een oud woord voor een van de vele vormen van occultisme), kort en goed.
Alleen al uit deze teksten kun je leren, dat het een kwade zaak is om je in te laten met geheimzinnigheden, die niets goeds brengen , maar op de lange duur leiden tot elke vorm van wrevel, verdriet, onvrede en wat er maar meer is aan onmaatschappelijkheden en ongelukkig-makendheden.
Matth 21 v 28; Ja-zeggen en Nee- doen...en omgekeerd
Dag Mark, Daar ben ik dan eindelijk voor de beantwoording. Gisteren had ik hem al helemaal op mijn voorbereidingsveld staan, maar floep....de telefoonverbinding sloeg af. Via 'kladblok' de tekst naar 'Documenten'. maar daar kan ik hem niet vinden. Och, zulke ongelukjes .....dan denk ik meestal : "Heer....de nieuwe bewoordingen zullen dan wel beter zijn". Maar ik geef je de verzekering: maandag komt mijn dochter. Als ik hem met haar hulp vind , krijg je de eerste versie ook nog.
Ter zake: er is net een gesprek geweest met de hogepriesters en de oudsten van het volk. Zij hebben weloverwogen vragen gesteld aan onze Heer Jezus Christus om Hem in de val te lokken met het oog op het proces, dat zij jegens Hem aan het voorbereiden zijn.
Maar Jezus heeft door alle listigheden heen hen laten merken, dat Hij hen doorzág. Hij heeft aangetoond, dat zij in wezen Johannes de Doper nooit hadden erkend en dat zij in dat niet- erkennen eigenlijk voor zichzelf de weg hadden afgesloten om Jezus als de Unieke te herkennen.
En terwij zij nog met beschaamde kaken staan, richt Jezus zich nu tot de brede kring van omstanders met daarin velen, die niet tot de enge kring van priesters en schriftgeleerden behoren. Hij heeft een eenvoudig verhaal voor allen.
Het gaat over een vader, die twee zoons opwekt om in de wijngaard te werken. - eén zegt "ik wil niet", komt later tot andere inzichten en gaat toch - de andere zegt: "Ja pa"....maar gaat níet. En dan is de vraag: "Wie deed de zin van de vader". En uit de brede schare komt het antwoord: "Die aanvankelijke Nee-zegger".
De priesters zullen wel niet zo hard hebben meegeroepen, want zij voelden al, dat zij voor de tweede maal 'voor de bijl gingen'.
Dan keert Jezus zich weer tot deze speciale groep onder de luisterenden en 'maakt het af': (Nee niet: 'maakt hén af', want de Heer was liefdevol , ook in zijn bestraffingen):
"Toen Johannes de Doper kwam....hij, die Mij als zijn Meerdere en 'de Komende' erkende....weet je nog van die tollenaars en hoeren!.... als er nu toch uitgesproken 'Nee-zeggers' zijn, dan zijn zij het wel...collaborerende 'snel rijk willen worders' en immorelen.
Maar toen Johannes de Doper kwam, die een weg van hoop aangaande de gerechtigheid wees, toen geloofden zij in de woorden van deze man Gods. En in beginsel geloofden zij in Mij en baanden voor zichzelf de weg naar de komende regering van God over de aarde.
Maar jullie, jullie met je fraaie mantels en je brede gebedsriemen....jullie geloofden Johanns de Doper niet ...en dus ook Mij niet. En bij de herkansing; toen allerlei 'neezeggers' toestroomden.....toen geloofden jullie nog niet. En nu zijn zij aan het binnenkomen in de gelukkige toekomst en op de manier van nú komen jullie er nooit".
De toepassing: Ook vandaag zijn er velen, die allerlei kerken en kringen intensief bezoeken. Sommigen drijven het zo ver, dat zij alle manifestaties en zo 'platlopen'. 'Jazeggers'....geheide 'jazeggers' zou je zo zeggen.
Maar nu komt de uitnodiging tot het heil in nog vollere vorm dan ten tijde van Johannes: word gedoopt met de Heilige Geest na je bekering en wedergeboorte. Ga de Geestesgaven beoefenen. Oefen je in de Geestesvrucht. Volg de steeds grootser wegen, die uitlopen op Openbaring 11 v 11 en 12. Ontdek, waartoe Gods liefde allemaal kan leiden".
En nu zie je, dat vele geharde 'jazeggers' afhaken, zelfs de 'vijf dwaze maagden ' hebben toch niet díe vele olie in hun kruikjes, als nodig is.
Maar er zijn er velen, die van heel ver komen, die echt niet de indruk maakten van 'bij het volkje te behoren'. Integendeel....soms waren zij heel....héel ver weg. En die bekeren zich....en springen in de van leven bruisende wateren van Ezechií«l 47. En zíj zingen uit volle borst: "O zee van Gods liefde, zo peilloos en wijd, Verlossing zo grensloos, voor mij hier bereid; O vloed van genade, zo rijk en zo vrij, Gij stroomt toch voor allen, GIJ STROOMT TOCH VOOR ALLEN G IJ S T R O O M T T O C H V O O R A L L E N , Stroom ook over mij!".
En maar weer eens 'kopje onder gaande',vervolgen zij: "'k Hoor hemelstemmen ruisen, Des heilstrooms golven bruisen; Ik werp mij in die heilstroom, Halleluja...PRIJS DEN HEER".
Je stelde als vraag: "Kunnen jullie wat gedachten geven over de bekende zegswijze: "Elke ketter heeft zijn letter".
Nu stelde Autumn onlangs een vraag, die ook die kant uitging. Ik heb haar geantwoord met hetgeen hieronder staat. Maar elk antwoord wil ik met 'maatwerk' geven en Autumns antwoord is toch niet precies wat jíj nodig hebt. Ik voeg het dus alleen als meerdere informatie bij. Als antwoord aan jou kan dienen:
De duivel heeft met zijn valse zaad voor allerlei verwarring gezorgd. En daarbij hoorde ook, dat allerlei bijbelteksten voor meerdere uitleg vatbaar waren, althans voor mensen die alleen maar in staat waren 'ziels' te denken, dat wil zeggen 'in lengte, breedte en hoogte', maar zonder 'diepte'. En Efeze 3 v 18 leert dat ook de 'diepte' noodzakelijk is. En die 'diepte' is 'de vierde dimensie', het vermogen om de dingen geestelijk te zien. Ik heb het al dikwijls gezegd; het is dringend nodig om in de sfeer van God te komen, omdat zijn liefdesbrief aan ons, de bijbel, ook alleen 'diep' begrepen kan worden, wanneer wij in zijn sfeer komen. En in die sfeer kom je, wanneer je na bekering, 'diepe' bekering, en wedergeboorte gedoopt wordt met de Heilige Geest van God. En die Geest brengt gaven met zich mee, maar ook .... en daar wil ik het nu over hebben: ....vrucht.
En die vrucht bestaat dan weer uit: - liefde, blijdschap, vrede - vriendelijkheid, geduld, goedheid, - trouw, mildheid en zelfbeheersing.
Wanneer nu mensen zonder de volledige vrucht van de Geest met elkaar geschil kregen over een bijbeltekst, dan was er nooit genoeg liefde. En er waren altijd wel grimmigheden, hatelijkheden. gevoelens van onvrede en onvriendelijkheid, ongeduld, hardheid en er was ook veel gebrek aan zelfbeheersing.
En dan liep bespreking van die punten altijd uit op 'hete hoofden en koude harten'. En dan kon men elkaar door een wederzijdse verbittering op het laatst niet meer 'zien' en werd er maar weer een kerkgenootschap gesticht. En men hield vast aan bepaalde bijbelteksten en riep elkander toe: "Het staat er toch".
Om een van de 'duizend' voorbeelden te noemen: Jezus zond zijn discipelen 'twee aan twee' uit. En 'tweeduizend' jaar later ontstond er een kerkgenootschap, dat zich 'two by two' noemde en dat zich maar híerop vastbeet: "Jezus zond zijn evangelisten twee aan twee uit. Wel, dan mogen wij van die regel niet afwijken". En er was weer een demoninatie bij.
Maar wanneer wij streven naar de vrucht van de Geest en natuurlijk naar de gaven van de Geest, die ik nu net behandel in 'BIJBELSTUDIE', dan komt er een eind aan al dat gekissebis. Dan verdwijnt ook dat eindeloos gesplits, doordat men zich- bijvoorbeeld- vastpint op een bepaalde zienswijze en dan worden wij als gelovigen werkelijk een eenheid.
Nu heeft men jou geantwoord met onder andere voorbeelden over vervolgingen, die Christenen aan anderen hebben aangedaan. Maar voor dergelijke gevallen is mijn brief aan Autumn een welkome aanvulling.
Daag Ger
Dag Autumn,
Je vierde vraag: "Wat zal ik zeggen tegen mensen die zich boos maken over de wandaden, die 'de kerk' in verleden of heden beging of begaat".
Je kunt het beste beginnen te wijzen op Mattheí¼s 13. Daar vertelt Onze Heer Jezus Christus de gelijkenis van 'tweeí«rlei zaad in de akker'.
Je kent het geval van Matth 13 v 24 -30 en 36 - 43.
Jezus strooit goed zaad in de 'akker van de wereld'. Maar de duivel strooit er 'snachts, wanneer de mensen slapen, onkruid tussen en wel een zeer bepaald soort onkruid: nepgraan, dolik, dat precies op goed graan lijkt, maar zich op de duur op tweeí«rlei manier kenbaar maakt: - terwijl de rijpende aren zich deemoedig buigen onder het gewicht van vele, vele korrels -...blijft het 'nepgraan' trots rechtovereind staan met al zijn loze, lege aren. - ...en je kunt er voorlopig nog niets aan doen ook. 'Nepgraan' en 'goed graan' zitten zo dicht door elkaar, dat'uittrekken van het slechte graan' het goede graan meesleurt. - maar anders wordt het als het oogst-tijd is. Dan zijn de verschillen zo duidelijk, dat het slechte graan overduidelijk kenbaar is en ook gescheiden kan worden van het hecht gewortelde goede graan. - en dan gaat EERST het slechte graan in 'de oven' en het goede graan DAARNA in de voorraadschuur. (dit even met hier en daar hoofdletters, omdat er mensen zijn, die geloven in een 'vooropstanding' , waarin de goede mensen EERST naar God gaan, terwijl de anderen , ook 'mindere' Christenen, DAARNA de hele ellende van 'de antichrist' gaan beleven)
En leg ze dan uit, dat die beide begrippen bij ons bekend zijn geworden als: - de ware gemeente - ...en de valse kerk. Het zijn twee geestelijke begrippen. De ware gemeente én de valse kerk hebben allebei hun vertakkingen in alle kerken en in alle harten.
En in antwoord op hun eigenlijke vraag kun je dan zeggen: - de valse kerk veroorzaakt altijd verwarring: -- soms is ze 'overvroom' en neigt tot een verkeerd soort fudamentalisme of tot een zekere 'lijdelijkheid' -- soms is ze zo licht, dat ze alle Christelijke waarheden ontkracht en er een soort hunmanisme overgiet mewt als 'afmaker' een schijn-Christelijk sausje....een lekker in het oor liggende bijbeltekst bijvoorbeeld -- soms ook veroorzaakt ze vervolgingen en 'kruistochten' en al dergelijke ongein, te veel om op te noemen en dat alles op verzonnen gronden. In het tsaristische Rusland is het een tijd zó geweest, dat iedereen, die het kruisteken maakte met twee vingers inplaats van met drie, op de brandstapel kwam....en zo zijn er honderden voorbeelden. - de ware gemeente echter wordt door de valse kerk altijd aangemerkt als 'dwepers', letterknechten enz.
En dan kun je afronden met deze samenvatting: - de 'valse kerk' heeft altijd 'antireclame' gevoerd voor Jezus - maar de ware gemeente is met al haar vaandels en banieren vast gegrond in de eeuwigheid en zal de 'brenger van vals zaad', de duivel, eens helemaal krachteloos maken , handelende als 'leger van koning Jezus'.
Ik zou nog veel meer kunnen zeggen. Maar voorlopig zal je met deze ammunitie wel even toe kunnen. En wanneer je tekort komt....ik bén er voor -dat is mijn 'baan'- om uit het hemels arsenaal méer aan te dragen.
Hoe merk ik, dat ik vervuld ben met de heilige Geest
Dag Aalt,
Jongen..... ....ik neem even aan, dat je een jongen bent ....wat fijn, dat je gedoopt bent met de Heilige Geest. Wanneer je een meisje bent, dan pas je het nu volgende maar wat anders toe.
Je vraagt: "hoe mérk ik dat nu".
Wel Aalt, die vraag kan op twee manieren benaderd worden; - via de gáven van de Heilige Geest - en via de vrúcht van de Heilige Geest.
Mag ik voor dit moment de tweede ingang kiezen.
Galaten 5 v 22 zegt: "De vrucht van de Geest is: - liefde, blijdschap, vrede - lankmoedigheid, (geduld), - vriendelijkheid, goedheid - zachtmoedigheid, (midheid) - zelfbeheersing, trouw."
Dus Aalt....: - merk je al iets, het hoeft heus nog niet zo duidelijk te zijn van de volgende veranderingen: - je hebt meer liefde voor anderen. Jongens van jouw leeftijd denken vaak nog veelal aan zichzelf, niet zozeer egoí¯stisch, maar hun gedachten cirkelen toch nog veel om zichzelf. Maar krijg je er oog voor, dat je vader toch echt wel ingewikkelde werkomstandigheden heeft en voel je iets van mededogen voor hem... (ik noem maar wat; misschien heeft hij een hondje van een baan). - heb je iets minder last van al die jongensgeí¯rriteerdheden over veel huiswerk en weinig zakgeld, kleding, die niet cool genoeg is, omdat pama minders scheutig zijn dan alle andere ouders. Is er daarentegen iets van blijdschap in je hart, die je soms doet neurieí«n , wanneer je weer dat roteind op je fiets naar school zit: "'k Ben zo blij....Jezus redde mij..." - is er een soort vredig gevoel in je hart aan het komen bij alle spanningen, die je leeftijd met zich meebrengt en weet je je opgelucht, wanneer je gezongen hebt: "Is je leven vol van moeit'en zorgen.. Zeg het aan Jezus". Denk je beschaamd-geamuseerd: "Nou...kom zeg....met Jezus in je hart valt het allemaal best mee". - Kan je een mild, lankmoedig gevoel opbrengen jegens de jongen, die gisteren nog je vriend was en vandaag je vijand. - en die andere knul....kan die thuis zeggen: "Eindelijk eens een kameraad gevonden, die naar je luistert en iets zinnigs terugzegt. Een jongen uit de klas, Aalt heet hij...zó'n peer...harstikke gaaf niet cool zozeer...maar ..gáaf". - ben je goed voor je kleine broertje, die hongerig naar jouw stukje pudding kijkt. Schuif je hem knipogend iets toe. Weet je daarbij: "Zou Jezus ook gedaan hebben. O...ik ga een beetje op de Heer lijken, zonder dat ik er echt moeite voor doe...gewoon ...vanzelf". - och ....en bedenk zelf maar wat voor: trouw, zachtmoedigheid en zelfbeheersing.
Aalt....als het zo is, dat iets van deze leuke dingen zich bij je roert en weet je voor jezelf: "Zo was het vroeger niet. Het is geen medemenselijkheid, die dat veroorzaakt , maar God..." wat dan: dan weet je, dat de Heilige Geest zijn vrucht aan het geven is in jouw leven, tenminste een begin daarmee aan het maken is.
En Aalt; zou je willen weten: ..."maar de gáven dan.."..kom dan even langs op 'Vraag het Ger'. Dat vergt wat meer uitleg.
Voor mijn Vlaamse contacten: dit leeft bij jullie anders. Maar het is goed om Hollandse denkwijzen te leren kennen. Ger
Dag Niem,
Heel goed kan ik mij de sfeer van je ouders voorstellen. In vele kringen is het begrip van de 'zondagsheilging' zeer ver uitgesponnen.
Uit mijn eigen jeugd herinner ik mij, dat mijn ouders een toen in onze kring algemeen geldende richtlijn volgden: op zondag ging je niet schaatsen.
Maar nu was er een aarzelpunt: wat doe je nu met Tweede kerstdag. Viel die dag toevallig op een zondag, dan was er geen moeilijkheid. Maar wanneer hij nu op een doordeweekse dag viel....? En mijn vader, die tot 'de gematigden' om niet te zeggen 'de lichten' behoorde, oordeelde dat je dan wél mocht schaatsen.
Maar ik weet nog goed dat er in de kerk mensen waren, die de 'strenge', de 'harde' lijn volgden en die mijn vader een beetje bevreemd aankeken. "Heb je dat gehoord: op tweede kerstdag schaatsten die jong van de bakker. Dat mocht van hun vader". (Nu ja; in die tijd was een winter nog een winter. Tegenwoordig speelt dat niet meer zo).
Evenals bij het oude Israel had zich een hele gedragscode ontwikkeld. In het oude Israel mocht je op de sabbat niet reizen. En meer dan 880 meter wandelen, (uiteraard de maten van toen inplaats van meters, maar omgerekend dezelfde afstand), was het maximum. Dan namen ze echter een krukje mee en gingen daar even opzitten en dan konden ze weer 880 meter verder, vandaar het woord 'sabbatsreis'(Handelingen 1 v 12). En dan was er wel weer een stroming, die vond dat die onderbreking op dat stoeltje een paar minuten moest duren en anderen pleitten weer voor een langere tijd. (Overigens hadden de Joden voor die '2000 ellen' nog wel een schriftplaats, Numeri 35 v 5, alhoewel er bij deze interpretatie wel sprake was van 'inlegkunde')
Maar die gedragscode is aan het vervagen, in overeenstemming met het bijbelwoord (Colossenzen 2 v 20-22): 'Als u met Christus dood bent voor de machten van deze wereld, waarom laat u zich dan geboden opleggen alsof u nog in de wereld leeft. - Raak dit niet aan - proef dat niet - blijf daarvan af... - (doe dat niet op sabbat/zondag; het staat er inderdaad niet, maar het is van dezelfde orde). - het zijn menselijke voorschriften en prinipes over zaken die door het verbruik vergaan".
Dit alles is zo negatief "Je mag dit niet en je mag dat niet", met alle égards uiteraard voor al die brave, goedbedoelende kinderen van God, die -gevangen in de tijdgeest- naar beste weten handelden.
Maar het is mogelijk om de zaak ook vanuit een positieve gezichtshoek te bezien.
Vanmorgen had ik kinderdienst. Toen ik -wat vroeg- in de sam kwam, stonden er al mensen achter de boekentafel en bij het informatiepunt. Binnen oefenden de zangers met de band. Technische en huishoudelijke dienst waren volop bezig. De lui van het 'powerpoint' stelden hun apparatuur in. En toen ik in mijn lokaal kwam, lagen daar al de flanellen figuren voor mijn verhaal.
Al die mensen, ikzelf dus ook, hadden een taak binnen de gemeente. Als ze al wilden gaan sporten, zoals jij dat zo graag doet, ook op zondag, dan moesten ze in ieder geval toch 's morgens in de gemeente vertoeven om de eredienst mogelijk te maken.
Zie de zondag nu eens in dat licht. Je bent deel van een gemeente of je wordt deel van een gemeente. Maar dan wil je er ook al je krachten aan wijden, zo echt 'je schouders eronder zetten' om die gemeente te dienen met zang en muziek, met technische of 'stoelenzet'dienst, met boekentafel of ondersteuning van de kinderdienst, met....enz. En voor dat heerlijk positieve doel breng je graag een offer.
En zo zie ik jou ook al in de toekomst: de opname van de dienst op geluidsdragers voorbereidende en regelende....en daarna: als je dat dan nog als liefhebberij hebt: óp naar de plas en....zeilen maar...
Voor mijn Vlaamse contacten: dit leeft bij jullie anders. Maar het is goed om Hollandse denkwijzen te leren kennen. Ger
Dag Niem,
Heel goed kan ik mij de sfeer van je ouders voorstellen. In vele kringen is het begrip van de 'zondagsheilging' zeer ver uitgesponnen.
Uit mijn eigen jeugd herinner ik mij, dat mijn ouders een toen in onze kring algemeen geldende richtlijn volgden: op zondag ging je niet schaatsen.
Maar nu was er een aarzelpunt: wat doe je nu met Tweede kerstdag. Viel die dag toevallig op een zondag, dan was er geen moeilijkheid. Maar wanneer hij nu op een doordeweekse dag viel....? En mijn vader, die tot 'de gematigden' om niet te zeggen 'de lichten' behoorde, oordeelde dat je dan wél mocht schaatsen.
Maar ik weet nog goed dat er in de kerk mensen waren, die de 'strenge', de 'harde' lijn volgden en die mijn vader een beetje bevreemd aankeken. "Heb je dat gehoord: op tweede kerstdag schaatsten die jong van de bakker. Dat mocht van hun vader". (Nu ja; in die tijd was een winter nog een winter. Tegenwoordig speelt dat niet meer zo).
Evenals bij het oude Israel had zich een hele gedragscode ontwikkeld. In het oude Israel mocht je op de sabbat niet reizen. En meer dan 880 meter wandelen, (uiteraard de maten van toen inplaats van meters, maar omgerekend dezelfde afstand), was het maximum. Dan namen ze echter een krukje mee en gingen daar even opzitten en dan konden ze weer 880 meter verder, vandaar het woord 'sabbatsreis'(Handelingen 1 v 12). En dan was er wel weer een stroming, die vond dat die onderbreking op dat stoeltje een paar minuten moest duren en anderen pleitten weer voor een langere tijd. (Overigens hadden de Joden voor die '2000 ellen' nog wel een schriftplaats, Numeri 35 v 5, alhoewel er bij deze interpretatie wel sprake was van 'inlegkunde')
Maar die gedragscode is aan het vervagen, in overeenstemming met het bijbelwoord (Colossenzen 2 v 20-22): 'Als u met Christus dood bent voor de machten van deze wereld, waarom laat u zich dan geboden opleggen alsof u nog in de wereld leeft. - Raak dit niet aan - proef dat niet - blijf daarvan af... - (doe dat niet op sabbat/zondag; het staat er inderdaad niet, maar het is van dezelfde orde). - het zijn menselijke voorschriften en prinipes over zaken die door het verbruik vergaan".
Dit alles is zo negatief "Je mag dit niet en je mag dat niet", met alle égards uiteraard voor al die brave, goedbedoelende kinderen van God, die -gevangen in de tijdgeest- naar beste weten handelden.
Maar het is mogelijk om de zaak ook vanuit een positieve gezichtshoek te bezien.
Vanmorgen had ik kinderdienst. Toen ik -wat vroeg- in de sam kwam, stonden er al mensen achter de boekentafel en bij het informatiepunt. Binnen oefenden de zangers met de band. Technische en huishoudelijke dienst waren volop bezig. De lui van het 'powerpoint' stelden hun apparatuur in. En toen ik in mijn lokaal kwam, lagen daar al de flanellen figuren voor mijn verhaal.
Al die mensen, ikzelf dus ook, hadden een taak binnen de gemeente. Als ze al wilden gaan sporten, zoals jij dat zo graag doet, ook op zondag, dan moesten ze in ieder geval toch 's morgens in de gemeente vertoeven om de eredienst mogelijk te maken.
Zie de zondag nu eens in dat licht. Je bent deel van een gemeente of je wordt deel van een gemeente. Maar dan wil je er ook al je krachten aan wijden, zo echt 'je schouders eronder zetten' om die gemeente te dienen met zang en muziek, met technische of 'stoelenzet'dienst, met boekentafel of ondersteuning van de kinderdienst, met....enz. En voor dat heerlijk positieve doel breng je graag een offer.
En zo zie ik jou ook al in de toekomst: de opname van de dienst op geluidsdragers voorbereidende en regelende....en daarna: als je dat dan nog als liefhebberij hebt: óp naar de plas en....zeilen maar...
Heavenly quality, waaraan ik de berichten voor 'Geloofsaangelegenheden ontleen, is gekraakt door iemand met kwade bedoelingen. Hij heeft deze website leeggezogen van alle tekst om er een platform voor ´spam´ of iets dergelijks van te maken.
Ee team van techneuten is nu bezig om de schade te onderzoeken en zo mogelijk te herstellen. Een en ander kan echter nog enige tijd duren.
In die tussentijd voorzie ik jullie van informatie van andere websites. Ik neem aan dat bij velen van jullie kennis van Engels en Duits aanwezig is.
Ik hoop jullie zo spoedig mogelijk op de gebruikelijke wijze verder van dienst te zijn.
Wanneer jullie zélf vragen hebben, stel ze dan via de e-mailknop, ( NIET via de 'voeg toe'-knop, daar kijk ik zelden).
Het zou toch leuk zijn, als dit blog 'van zichzelf kon leven', zonder alle fratsen van buiten nodig te hebben.
Ik sta voor een school of zoiets met een onnoemelijk aantal lokalen.
Rondom mij krioelt het van mensen.
Nu klinkt een signaal. Het plein stroomt leeg, de gangen vol. Van daarbinnenuit komt een sfeer van feestelijkheid me tegemoet, 'puilt' als het ware naar buiten, het plein op. Maar terwijl het op het plein steeds eenzamer wordt, blijf ik maar rondlummelen. Tenslotte- als de laatste van de laatsten- ga ik dan ook maar naar binnen.
Uit alle lokalen klinkt gelach. Er is de geur van koffie en van gebak.Wij- allerlaatsten- worden de een na de ander binnengelaten . Tenslotte ben ik nog alleen in de gang. En voor mij blijft elke deur gesloten.
Woedend op mijzelf dwaal ik nu rond op het ontluisterde plein.
Even later ben ik toch binnen in een van die feestelijke zalen. Ik zit naast andere mensen. maar tussen mij en hen is een onzichtbare plasticwand. Zij zíen mij niet eens, ik hen wel. Maar wanneer ik hen toeroep, reageren zij niet. Zij kunnen ook mijn geroep niet horen. Ik verlaat tenslotte die zaal maar weer, waar ik allerlei leuke dingen hoor en ruik, maar daar geen deel aan krijg.
Mismoedig sta ik buiten in regen en gure wind.....
Jullie kennen mij allen als een Christen. Ik heb sterk het idee, dat ik hier in een droomgezicht iets zag van hemel en hel, zoals ik mij die voorstel.
In de kop van dit artikel zie je gelijk de titel, die ik aan mijn droom zou willen geven.
Min of meer ter beantwoording van jouw vragen nu het volgende;
Ik ga niet samen met de anderen naar binnen uit een soort waaghalzerij. ik voel dat ik naar binnen móet, maar ik stel het uit en ik stel het uit, omdat ....omdat een gevoel van roekeloosheid, dat tegen mijn diepste verlangens ingaat, mij tegenhoudt.
Ik weet dat het daarbinnen feestelijk is. ik ruik de koffie, ik ruik als het ware de goede geur van gebak, ik hóor het gelach, ik neem het plezierige stemmengeroezemoes waar. maar ik wil nog even buiten blijven. Waarom weet ik eigenlijk niet. Misschien wil ik mijzelf profileren, niet met de anderen meelopen, een uitzonderingspositie innemen.
Het plein was plezierig met al die mensen, die alleen maar wachtten op hed startsein om naar binnen te gaan. Nu zij haast allemaal binnen zijn en een klein, steeds kleiner groepje buiten blijft, wordt het daar leeg en kaal en het lijkt of er een kille wind opsteekt. De eerste regendruppels vallen al. Ik wil nu opeens in grote haast naar binnen.
Als ik na de ontzettende eenzaamheid tóch binnen ben , na dat eerste 'uitgeworpen zijn', is er even een moment van opluchting: toch gelukt. ................. hier even tijd voor een technische opmerking: Ik merk dikwijls in dromen, dat er opeens iets geruststellends komt, wanneer het net ontzettends eng is. Voor mijzelf geef ik daaraan als verklaring, dat mijn onderbewuste- of wat het maar is- probreert mij in slaap te houden en niet wakker te laten worden. In de meeste gevallen zasl dit lukken en blijft er van de droom bij later ontwaken alleen een snel vervagende en verdwijnende indruk achter, (Psalm 73 v 20).
Maar in de gevallen, waarin ik de droom bewust onthoudt, krijgt mijn 'onderbewuste 'die overwinning niet.
Ik droom ook veel, want de droom komt door veel bezigheden(Prediker 5 v 2), zoals ik die altijd gehad heb, (nu nog op vijf forums actief). en daardoor slipt er wel eens een van die vele dromen door. .................... En nu die wand. Ik voel dat die wand er voor iedereen is. ik moest achteraf denken, aan die man, die binnen was in 'de hemel', maar die zich verraadde door het niet dragen van het bij de hemel horende feestkleed. Hij moest vertrekken. (Math 22 v 11 en 12).
Zo onherroepelijk om daar te zitten en te schreeuwen; binnen, maar eigenlijk verschrikkelijker buiten dan je ooit had ervaren. En tenslotte maar weggaan, door je eigen overtuiging gedwongen, dat het toch hoploos is.
Helemaal zonder moed op ooit nog enige verandering in je situatie buiten lopen, waar alles spreekt van kou en huiver en onbehagen.
Listen please to my opinion referring to the things, happened during 'Creation'.
Genesis 1 v 1 : " In the beginning God created the heavens.......".
From eternity God had his plan to surround himself with a crowd of 'beings', who could receive his love and reflect it back. There are no moments in Gosds realms. There is only an endless 'Now'.
But for us there is 'a beginning to all things': the creation of the heavenS .For there are more heavens. Solomon was already saying: " But will God really dwell on earth ? The heavenS, even the highest heaven, cannot contain you". ( 1 Kings 8 v 27).
The heavens were there before mankind and earth. For Job 38 v 6 says: "Who laid the cornerstone of the earth, while the morning stars sang together and all the angels shouted for joy".
And now there is Genesis 1 v 1 b: "....and the earth" :
No wonder that the angels sang and were shouting for joy. The Lord had created something new. In another reality.... (Ephesians 3 v 18) with three dimensions; : wide, long and high, but lacking THEIR dimension: deep .....there was at once a universe with hundreds of thousands of spirals, everyone consisting of billions of stars, with some of these stars accompanied by planets.
And the attention of the angels was drawn to that little planet of a relatively little star, in a relatively little spiral. And they knew that this was 'the planet of the plan'.
A very high placed angel became furious with God. He comprehended that on this planet the being, called mankind, should come, which should be a SON of God, while the angels were predestinated to remain SERVANTS.
He revolted against the Lord, (Ezekiel 28), was thrown out of heaven and as first bad deed, teared open the earth, so that the waters of the forming oceans came in direct contact with the magma and even deeper.
So there was vers 2:
"Now the earth was formless and empty, darkness was over the surface of the deep" The Lord nevers sends chaos.Isaiah 45 v 18 says: "The Lord did not create earth to be empty but formed it to be inhabited".
And therefore the Lord was not absent. And therefore Genesis 1 v 2 moreover says: " The Spirit of God was hovering over the waters".
And now God began to change the earth, so badly damaged. Hy used first and foremost the forces of nature he had created: for instance 'the gravity'.
There was a big, impenetrable cloud around the earth, consisting of pieces of stone of- let us say- kilometers- and gravel and everything between. From this cloud of -say- 300 kilometers thick, at first began to rain down the big pieces. That proces lasted for a cosmic day of 24 cosmic hours, maybe hundreds of millions of ' our years' and at the end it was .like this, that 'at day' there was somewhat of light and at night a scarcely seen glimp of light. Sun and moon tried to reach earth.
And on the second day there came a little bit 'cosmos' into all the chaos. There was to be seen a little separation. You coud at last see, where earth began and where 'the big cloud' began.. You could speak of an expanse (6).
And as big pieces of stones were raining more and more off, dry land appeared in the midst of the original flood, (9)
Sun and moon were at yet not able to penetrate completely the huge mass of clouds. They already began warming up the earth and a climate of a hot-house reigned over the whole planet, from pole to pole and that is the reason, that they now find coal, rest of bracken, in Spitzbergen.(11)
And then- at last- there was the glorious moment, that sun and moon broke through the diminishing clouds an gave their ligh directly. The possiblities were created for a normal divison of climates, ( 14)'
And then began the real creation. There were fishes in the sea, but all of them ' according to their kinds', (20), which is an absolute obstacle for the so called 'evolutiontheory').
And then there came animals on the soil. And then - at last- there was the glorious moment, that was been feared by the fallen angel, the satan, as we know him: there stood mankind, man and woman, Adam and Eve.
And so things began.
But there is a preach in all this:
The heart of a man or woman without the Lord is.... although they do not remark it always ....formless and empty with darkness over the surface of the deep, (2). But when the Spirit of God is hovering over the waters of misery, (2), what then....
There comes a little bit of light in those lifes, ( 3), there comes a first begin of order, ( 6- 13), the light of the Lord breaks through, ( 14), New hopes, new insights break through,( 20-24), and at last there comes a new creation, by the being filled with the Spirit, mankind fit for the new heavens and the new earth.
Eigentlich hast du doch gar nichts Falsches gemacht, wenn du zu Gott sagste; "Wenn du meine Positon verbessern wollst, so werde ich dies und das machen und mit so und so aufhören".
Aber Frakas, tat Jakob nicht dasselbe, wenn er sagte in Genesis 28 v 20 u.21: - Wird Gott mit mir sein - ...und mich behüten auf den Wege, den ich reise -...und mir Brot ze essen geben -...und Kleider anzuziehen - ..und mich mit Frieden wieder heim zu meinem Vater bringen ....... so soll der Herr mein Gott sein".
So fragte Jakob sieben Dinge und er versprach eines.
Und du hast ein Ding gefragt. Und ich weiss nicht, was du alles versprochen hast.
Aber ich weiss eind Ding: der Teufel tut alles dran um es dir unmöglich zu machen um das Gelübde zu tun.
Und vielen fragen; "Was hast du dann versprochen ?"
Das frage ich eben nicht. Das ist dein Geheimnis.
In Holland, wo ich arbeite, sind die Leute sehr offen.
Sie sagen ganz offenherzig: - ich kann es nicht lassen nach Porno zu sehen - ich muss immer nur masturbieren - und so weiter.. ( ich habe einen Fragenrubrik und bekam da schon 3000 Fragen und 100.000 'inputs'.)
Aber hier in Deutschland liegt das vieleicht etwas anders.
Aber mein guter Kerl; geh doch mal zum Herrn Gott und sage es ganz offen: .......................... "Lieber HerrGott,
Ich habe es dir alles versprochen. Ich habe ein Gelübde getan an Dir.
Aber ich bin nicht stark genug um den Teufel , der mich abhält, zu wiederstehen. Wilst du mir Gnaden geben um nach dem Worte von Jacobus 4 v 7 : "Dem Teufel zu wiederstehen. ( im Namen Jesum). So fliehet er von mir".
Danke HerrGott, dass Du mich hörst und hilfst.
Ach...ich hätte noch mehr sagen wollen. Aber vor diesmal genug.
ten eerste kgebruik geen drugs,maar ik rook soms wel om me problemen te vergeten wat jammer genoeg niet echt lukt maar ja...nu kwam een ander meisje naar me toe en zei je mag wel een x meeblowen en ik zei ja kwil wel een x proberen,maar toch voel ik me er niet fijn bij dat ik het heb gezegt maar ook wel weer,want kwil mijn problemen gewoon vergeten weet iemand wat ik misschien kan doen?????
Het antwoord:
Wat klinkt dat nu toch allemaal triest. Met mijn ervaring op deze site, van nu al weer ruim vijf jaar schat ik je op vijftien jaar. En dan al problemen, die voor een lekker trekje aan je sigaret al niet meer ALTIJD wijken.
En dan is daar de verleiding: een medescholiere wil je best helpen...met een blowtje. Maar ook dat zal je problemen niet oplossen, dat voel je zelf al wel een beetje aan, schemert in deze brief door.
Die sigaret zet jou al op enige achterstand. Door roken wordt dat schitterende stel hersens, dat je, net als ieder mens meegekregen hebt, al aangetast. Goed...ik weet: op honderd miljard hersencellen maakt het dagelijks afsterven van een aantal van die cellen nu niet zo veel uit. Maar je kan ze toch maar beter houden. En je weet niet, hoeveel cellen het elke dag zijn. En ze kunnen misschien ook wel in heel belangrijke hersenfuncties bezig zijn.
En dan blowen er nog eens overheen.... Eigenlijk is deze gang van zaken bij jou: zonde. Want een mens moet voorzichtig met zijn lichaam omgaan. God gaf het. En dan moet je ruwheid in het hanteren van dat schitterende werktuig vermijden.
Kind, waarom ga je met die problemen van jou niet eens naar God. Daar merk ik in jouw brief eigenlijk niets van, dat je er erg in hebt dat dit ook een mogelijkheid is.
Ik ben nu 84 en heb problemen genoeg gehad in mijn leven. En ik heb altijd gemerkt- en ik merk de laatste jaren steeds meer- dat je- als je er met God over spreekt- oplossingen krijgt, die maken, dat je hersens juist beter gaan werken...of er zogezegd hersencellen worden geaktiveerd.
Zou je niet eens proberen naar God toe te gaan ? Je zou hem kunnen vragen: ................. Lieve Heer God, In de naam van Jezus- want dat wordt me aangeraden om erbij te zeggen-... ik heb zoveel problemen. Mag ik ze u eens opnoemen... ( en dan noem je ze maar eens allemaal) ......iemand zei tegen mij, dat 'mijn noden aan u bekend gemaakt moesten worden en dat je dat doen moest met: bidden en smeken en...dat is heel vreemd: u al bedanken voor de oplossing', (Philipp 4 v 6). Gek...u weet toch al alles. Maar er werd bijgezegd, dat dit wel wáar is, maar dat u toch wil, dat wij het zéggen. Wilt u mij ook sterk maken Heer God, als dat meisje morgen weer komt, dat ik dan 'nee'durf te zeggen. O ja; en ik heb iets verkeerd gedaan tot nu toe, dat weet ik wel...wilt u mij dat vergeven ?
Nou...vooruit dan maar: dank u Heer .............
Voor medelezenden: Eigenlijk is het heel duidelijk: de duivel is heel druk bezig met een aanval op dit jonge meisjeshart. Dat heb ik haar niet willen zeggen. Ik wilde haar eerst maar eens laten kennismaken met de liefde van God, voor ik haar laat schrikken van alle listen en lagen van Gods tegenstander.
Zondigen en vergeving krijgen;gaat dat altijd maar door.
"Hoe kan ik verwachten, dat God mij vergeeft, terwijl ik door blijf gaan met de verkeerde dingen doen".
Niem, de Here God zegt van zichzelf, dat Hij een barmhartig en genadig God is, groot van goedertierenheid en trouw. Hij zegt ook van zichzelf, dat Hij het hárt aanziet. En wanneer daar een hart is, dat het uitschreeuwt naar Hem en dat zich begraven voelt onder een dikke laag zondevuil, zoals iemand onder een lawine van meters dik kan liggen, dan weet God daarvan. En God is ook geduldig; wanneer daar een hart is, dat het naar hem uitgilt, hoewel begraven onder vele tonnen verkeerde gewenningen, dan weet Hij dat.
In de natuurlijke wereld is het zo, dat lawineredders met fijne apparatuur de sneeuwmassa's afzoeken en op een gegeven ogenblik zeggen: "Hier bespeur ik leven". En dan gaan ze graven. En velen zijn zo gered. Zou dan God niet naar jou op zoek zijn. Hij weet heel wel, dat jij je niet kunt uitgraven, omdat- overdrachtelijk te zien- je benen bekneld zitten in iets, wat je vasthoudt.
Maar op dit ogenblik zeg ik, als redddingswerker door God uitgezonden: "Satan....jij, die dit mensenkind, dat er recht op heeft te leven, gevangen houdt: ik weerstá jouw macht in de wonderbare naam van Jezus".
En wanneer jij, Niem, dit lezende, merkt, dat jouw voeten zich vrij kunnen bewegen en dat jouw gravende armen- alles overdrachtelijk gezien- ongehinderd door kunnen tasten naar het licht en naar de dag, bedank dan niet Ger, maar bedank Hem, die gezegd heeft: "Weerst de satan en hij zal van u vluchten, (Jacobus 4 v 7).
En wanneer je straks tegen mij wilt zeggen: "Ik zie licht aan het eind van de tunnel", weet dan, dat ik gereed sta om je hand te pakken en je omhoog te trekken uit al die zuigingen van uit het duistere rijk. En dan niet zeggen: "Dank je Ger", maar eenvoudig alleen maar zingen: "God trok mijn ziel uit de put, Uit modder, diep en zwart. God zette mijn voet op de rots, En reinigde mijn hart. God gaf mij een lied in de mond, En 'k loof Hem vroeg en spa...(laat) God trok mijn ziel uit de put, O HALLELUJA...!!".
Begin de Heer maar te loven en te prijzen Niem, want Gods woord zegt, ( Psalm 50 v 23): "Wie een dankoffer, (een lofgebed) brengt, geeft God alle eer, wie zo zijn weg gaat, zal zien, dat God redt".
Dit was de vraag: ................... hallo. Ik zit ergens mee en ik wilde het graag even delen. De laatste tijd denk ik heel veel aan sex. Maar dan ook heel veel aan sex. te veel eigenlijk. ik heb een belofte afgelegd ( ware liefde wacht) dat ik met sex zou wachten tot het huwelijk. ik heb het hier moeilijk mee, maar ik wil deze belofte houden omdat ik hem naar God toe heb gemaakt, maar ik denk gewoon superveel aan dat ik moet wachten tot huwelijk zeg maar, ik bedoel ik ga geen belofte met God breken!maar ik denk er gewoon veel te veel aan en wil dit helemaal niet! Dit houd me namelijk ook weg van God en ik weet dat ik het moet veranderen, maar het lukt voor geen ene meter! Ik voel me hier echt *$%^ onder. Soms bid ik tot God of Hij me wil helpen, en dan lukt gaat het een paar dagen goed en dan gaat het weer verkeerd. Ik durf God bijna helemaal niet meer te vragen omdat ik toch weer ga falen ik wil graag advies!!! ..................... En hier komt een antwoord; .................. Door een gelofte te doen- voor je gevoel- heb je jezelf in een moeilijke positie gebracht. Iedereen weet, dat je moet houden, wat je uitdrukkelijk aan God beloofd hebt, al geeft Numeri 30 v 5 wel een mogelijkheid om hiervan dispensatie te krijgen. Wanneer namelijk een jong, nog thuis wonend meisje een dergelijke 'gelofte' doet, dan kan haar vader die gelofte ontbinden.
En soms denk ik, dat die gelofte van jou aan deze tekst kan worden gerelateerd. Immeers: nergens is sprake van een meisje, met wie je verkering hebt. Meestal immers wordt een dergelijke gelofte door een 'vaste verkering' hebbend stelletje gedaan in een feestelijk samenzijn, waar meerderen aanwezig zijn, gedachtig aan psalm 22 v 26: "Mijn geloften los ik in bij wie u vrezen".
En van al die dingen vind ik bij jou....niets.
Laatst vroeg een jongen van 16 mij om raad. Als 13-jarige had hij aan de Heer beloofd: "Heer...nooit van mijn leven zal ik meer lezen in het voetbaltijdschrift 'Hard gras'". En...hij had later die belofte verbroken.
Ik heb hem gewezen op Numeri 30 v 5.
Opgelucht ging hij heen. (Uiteraard neem ik ten aanzien van bovengenoemde periodiek geen standpunt in)
Was ook jíj niet te jong toen je deze zware gelofte deed ?
Maar natuurlijk is het wél weer zo dat ongerept blijven tot je huwelijksdag een groot goed is. Overigens heb ik wel 'gerepten' gekend, die zich bekeerden tot de Heer en die later toch het idee hadden, door hem, die alle dingen nieuw maakt, ongerept het huwelijk in te gaan. (Hiermee bedoel ik natuurlijk niet een vrijbrief te geven in deze geest: "doe maar....later bekeer je je en alles is weer kits").
Maar wat in feite bij jou gebeurd is, dat is het volgende: Satan kreeg je, mede door deze gelofte in een vervelende houdgreep en in een gevaarlijke hoek, waar je je bijna niet meer kon bewegen. Van de sexuele gedachten die elk (jong) mens heeft, maakte de duivel zo een obsessie.
Het eerste wat je te doen staat, is dit: handelen naar het schriftwoord:(Filipp. 4 v 6) "Wees over niets bezorgd, maar vraag God wat u nodig hebt en dank hem in al uw gebeden". Dus: - wes niet langer bezorgd over de uitzichtloze hoek, waarin je jezelf hebt gemanoeuvreerd, maar leer vertrouwen op God, die alles weet en alles kan en overal raad voor weet te schaffen - wat je nodig hebt is rust op het sexuele front, zodat je niet langer alles nog eens extra erg maakt met de gedachte: "Maar ik heb God ANDERS beloofd". - En dan: dank God voor de uitredding die hij geeft, nog vóor hij die oplossingen meterdaad geeft, Marcus 11 v 24: "Daarom zeg ik (Jezus) jullie: ' alles waarom jullie bidden en vragen, geloof dat je het al ONTVANGEN hebt....en je zúlt het krijgen' " .
En dán is het tijd voor een hartig woordje net de duivel, maar houd het kort, geen discussie...!!! "Satan...laat me los...want ik hoor bij Jezus".
Ga zo eens te veld. Bied weerstand aan de duivel en hij zal van je wegvluchten, (Jacobus 4 v 7)
Dit was dus je vraag. ............. Ik zit best wel met een probleem. Ik heb al meer dan 1,5 jaar anorexia. Dat is echt ontzettend vervelend, maar wat ik bijna nog vervelender vind is dat ik aan God twijfel. En niet alleen aan hem, maar aan het hele geloof.... Een halfjaar geleden ging het echt een stuk beter met me: ik ging met sprongen vooruit en ik voelde dat Hij mij hielp... Maar nu, nu twijfel ik aan alles.. Alles gaat weer slechter en ik ben zo bang dat het weer helemaal mis zal gaan... En ik mis het gevoel van dat Hij me helpt, dat Hij bij mij is, nja, gewoon alles... Ik weet het echt allemaal niet meer... Ook wat hulpverlening betreft...
Hoop dat iemand me een beetje kan helpen...
Greetz .................... Mijn antwoord:
Allereerst dít: blijf contact houden met de medische sector.
Maar een geestelijk advies kan wel gegeven worden, uitgaande van je eigen bevindingen.
Een halfjaar geleden was er een duidelijke verbetering Je had weer contact met God en de genezing van je kwaal leek op gang te zijn gekomen.
En nu- een half jaar later- is die vooruitgang niet meer aanwezig en het contact met God is ook veel minder.
Waar kan dat nu op wijzen? Wel; er is een tegenaanval aan de gang. Je weet, dat satan de uitgesproken, bittere vijand van God is en dus ook van ons mensen, die voorbestemd zijn om tot zonen van God en volwaardige broers en zussen van de Heer Jezus uit te groeien.
En de apostel Paulus heeft ons geleerd, dat de gedachten van satan ons niet onbekend zijn. ( 2 Corinthe 2 v 11).
Dit geldt natuurlijk vooral voor diegenen onder ons, die zo gelukkig zijn door de genade van God om 'vervuld te zijn met de Heilige geest'. Zij krijgen de gave 'van het onderscheiden van geesten', zoals Paulus die in zo grote mate had en de Heer Jezus zélf natuurlijk voor de volle honderd procent.
En nu ia dit mij duidelijk; de duivel is behgonnen met een tegenaanval om jou weer in een neerwaartse spiraal te krijgen.
Wat staat jou nu te doen ? Als het je nog wat te zwwaar, te eng, te griezelig is om de duivel toe te spreken, dan kun je in ieder geval dít gebed tot God opzenden: ............ Lieve Heer, in de naam van de Heer Jezus en pleitend op wat hij voor mij heeft gedaan, kom ik bij u. Heer; u weet alle dingen. U weet al, hoe het een half jaar geleden best wel líep tussen u en mij. En u weet ook, hoe het nu zoveel minder gaat en hoe die anorexia weer de kop opsteekt.
Heer; wilt u mij helpen om weer dichter bij u te komen en steeds verder af van die nare verstoring.
Dank U Heer... .............. En als je wat meer durf hebt- en echt, zo moeilijk is dat niet, want de Heilige Geest wil je helpen- dan kun je ook kort en krachtig tegen satan zeggen, (zonder verder met hem te discussiëren): ................. "Satan...val me niet lastig, want ik ben van Jezus". ............. O....wat leef ik met jou mee en met al die anderen, die er ongeveer net zo voor zitten als jij. Laten zij maar meebidden.