Op dinsdag 28 september had burgemeester Kurt Vanryckeghem de eer om de eerste steen te leggen van de nieuwe vleugel in de stedelijke Basisschool. Dit onder het toeziend oog van enkele leden van het schepencollege en gemeenteraad, Architect Dominiek Depoortere, de kinderen, personeelsleden en enkele leden van de Ouderraad en gewezen directeur Jan Meersman die het project in gang zette.
 Op dinsdag 28 september had burgemeester Kurt Vanryckeghem de eer om de symbolische eerste steen te leggen van de uitbreidingswerken in de stedelijke Basisschool te Beveren-Leie.
De ruwbouwwerken, die op 30 augustus van start gingen, en uitgevoerd worden door aannemer Van Maercke uit Tiegem zullen 110 werkdagen in beslag nemen. De nieuwe vleugel zal 961.00 euro kosten waarvan 70 % gesubsidieerd door Agion en 30 % door stad Waregem.
De uitbreiding situeert zich aan de voorzijde van de huidige hoofdingang. Daarvoor moest de fietsenstalling, gelegen langs de Koning Albertstraat, uitgebroken worden en de oprit naar de parking iets meer naar de Schoolstraat verschoven worden. De vleugel zal 6 klaslokalen, een lift, sanitair, de nodige bergruimte en enkele zorglokaaltjes herbergen. Verder werd er ook heel wat aandacht besteed aan energie en duurzaamheid. Deze uitbreiding zal ook het kunstonderwijs (met de grootste bijafdeling van de Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans in Beveren-Leie) ten goede komen.
Ook het huidig schoolgebouw zal enkele aanpassingswerken ondergaan. Eén lokaal zal een dubbele functie krijgen als vergaderruimte en computerlokaal. De centrale overdekte ruimte, waar zich nu de opvang bevindt, wordt vrijgemaakt zodat die als bewegingsruimte kan gebruikt worden. Er komt eveneens een apart gedeelte voor de administratief medewerker (balie en secretariaat) en zal de brandveiligheid van de compartimenten geoptimaliseerd worden.
Er wordt verwacht dat de nieuwe vleugel voor het schooljaar 2011-2012 in gebruik zal kunnen genomen worden. Daardoor komen de twee houten chalets die nu als klaslokalen dienst doen vrij. In een ervan zal als naschoolse opvang, voor de Vrije- en de Stedelijke Basisschool, ondergebracht worden. Voor het andere chalet is er voorlopig nog geen nieuwe bestemming.
Even de geschiedenis induiken "De nieuwe gemeenteschool van Beveren-Leie, waarvan de voltooiing met Pasen 1981 een feit is geworden, biedt onderdak aan de ruim 200 leerlingen, de tien leerkrachten en de directeur". Zo begon de speech van René Lecluyse bij de in gebruikname van de huidige Stedelijke Basisschool.
"Sedert de Paasvakantie van dit jaar werd de nieuwe school, gebouwd in de Koning Albertstraat, in gebruik genomen. Het complex omvat 10 klassen met alle comfort. Naast de ruine turnzaal zijn stortbaden voorzien en een bergruimte voor het materiaal. De refter sluit aan bij de keuken en biedt eetruimte aan 100 leerlingen. Bij slecht weer kunnen de jongens in de afgesloten speelplaats spelen die aansluit aan het sannitair. Achter de hoofdingang ligt het bureel van de directeur. Aan het bureau paalt de ruime leraarszaal met ernaast twee lokalen voor didactisch nateriaal en schoolgerief. De T.V zaal bevindt zich rechts van de hoofdinkom. De fietsers beschikken over een aangepaste berging langs de Koning Albertstraat en later kwam er nog een bij langs de kant van de Schoolstraat. Rond de open speelplaats is groennaanplanting voorzien, een groot deel gazon en'ook een arboretuin: een variatie van bomen en struiken uit onze omgeving.
Dit lijkt nu allemaal vanzelfsprekend maar in die ongeveer anderhalve eeuw dat het gemeentelijk onderwijs, in Beveren-Leie bestaat, waren de materiële omstandigheden meestal niet zo rooskleurig. Hoe het allemaal is gegroeid kwamen we aan de weet dank zij onze Beverse Heemkundige Kring.
Tijdens de Franse revolutie was er van gemeentelijk onderwijs in deze Leie-gemeente geen sprake. Pastoor Delahousse vond echter dat de jeugd van Beveren best wat onderwijs kon gebruiken en gelastte zijn koster, Cousselin met de opdracht de leergierige knapen in de pastorij les te geven. Maar tijdens de Franse revolutie waren allen die met de Kerk te maken hadden verplicht de eed van trouw aan de republiek af te leggen. De pastoor weigerde en zo zag de koster zijn kans en verjoeg zijn herder. Toen de rust was weergekeerd, bleek de koster met de noorderzon verdwenen en kon pastoor Delahousse zich weer met de jeugd inlaten.
Op eigen kosten richtte hij een gebouwtje op in de St.Jansstraat en stelde Marie-Johanna Velghe als lesgeefster aan. Het gebouwtje in de volksmond Den Tap genoemd is ondertussen werdwennen. Het herbergde er ook nog de jeugdclub "De Lindekes" Toen pastoor Delahousse in 1839 het tijdelijke voor het eeuwige verwisselde, liet hij "Den Tap" bij testament na aan het armbestuur mits er ten eeuwigen dage onderwijs zou verstrekt worden aan Beverens jeugd. De goede man kon toen natuurlijk niet vermoeden hoe snel het in zijn dorp allemaal zou veranderen.
In de geschiedenis van het onderwijs zal naast de naam van pastoor Delahousse ook deze van Ivo Depoortere zeker niet vergeten worden. Ivo, die geen onderwijzersakte had, trok van wijk tot wijk en gaf in de woning van een of andere bereidwillige les tegen een kleine vergoeding. Vandaar juist de naam: Oordjesschool. Toen in 1842 het gemeentelijk onderwijs in Beveren van de grond kwam, werd Ivo dan ook de eerste onderwijzer. Hoogstwaarschijnlijk werd "Den Tap" de eerste gemeenteschool.
In 1844 werd langs de Kleine Heerweg een nieuwe school gebouwd met twee klassen en ernaast een woning voor de onderwijzer. Tot in 1875 heeft Ivo Depoortere daar lesgegeven. Toen werd hij op rust gesteld. Na "poorterke" kwam meester Vandewiele die na een goed jaar naar de buurgemeente Desselgem verhuisde. Intussen hadden de bewindvoerende liberalen in 1879 de steeds sluimerende schoolstrijd weer fel aangewakerd met hun verordeningen GOD-UIT-0NZE-SCHOLEN en daarom wachtten de toenmalige burgemeester Rijsselberghe en zijn raadsleden opzettelijk om een nieuwe leerkracht aan te stellen. Een maatregel die bij de Beverse jeugd in goede aarde viel. Maar mooie liedjes duren niet lang want de regering stuurde een zekere Berthier naar Beveren, die echter door de ouders niet aanvaard werd en op ahoe-geroep onthaald werd.
In 1884 werden de liberalen weggestemd maar meester Bertier bleef. Vijf jaar later, in 1889, werd hij echter door het gemeentebestuur uit zijn functie ontheven omdat hij meer tijd doorbracht aan de tapkast van de vele Beverse herbergen dan achter zijn lessenaar.
Intussen was echter een jong dynamsich onderwijzer, Theofiel Lecluyse, stamvader van de eerste Beverse onderwijzersfamilie aan de gemeenteschool aangesteld. Theofiel Lecluyse heeft de basis gelegd van het eerste degelijke Beverse onderwijs van nu. Tevens had hij, net als zijn zoon Leon en zijn kleinzoon René veel belangstelling voor natuur, land- en tuinbouw. Hij gaf voordrachten, richtte avondlessen over de Franse revolutie in, en organiseerde de zondagsschool die zeer veel succes kende. Spijtig genoeg overleed de directeur in 1911, op 48 jarige leeftijd.
Op het einde van de negentiende eeuw groeide de bevolking van Beveren snel aan en de schoolgebouwen in de Kleine Heerweg en Sint-Jansstraat werden te klein en raakten hopeloos verouderd. Pas in 1928 werden de gebouwen in de Schoolstraat opgetrokken. In oorsprong was het een lang gebouw met vier klassen, een bureeltje, een overdekte- en een open speelplaats. Later kwam er een feestzaal en twee klaslokalen bij. Een tijdje later moest het bureel en een deel van de feestzaal tot klas dienen. In september 1930 werd deze school door pastoor Ernest Lebbe ingewijd. De vier onderwijzers die toen voor de klas stonden waren: René Algoet, Leon Lecluyse, Lambert smulders en Marcel Berton. In 1931 nam meester Smulders ontslag en ging in Deerlijk les geven. Zo kwam Jozef Stevens uit Semmerzake zijn plaats innemen. De lagere school duurde toen nog tot 14 jaar zodat de vier onderwijzers elk twee studiejaren voor hun rekening moesten nemen. Ze noemden ze gewoon: de grote- en de kleine kant.
Beveren bleef snel aangroeien en in 1936 kwam een vijfde klas bij, de onderwijzer ervan werd de Berten Lafosse, afkomstig uit Ingooigem. In 1937 kwam de zesde klas erbij met als titularis Marcel Schotte. Meester Lafosse ging de journalisiek in en verliet Beveren-Leie. In zijn plaats werd Marcel Sablain bemoemd. We zijn 1 oktober 1937.
Inmiddels brak de oorlog uit en moest de sclool ontruimd worden om de Duitse soldaten onderdak te geven. De klassen zaten toen her en der verspreid over de gemeente in noodlokalen. Onmiddellijk na de oorlog bleek dat er nood was aan een zevende leerkracht. Lucien Vancraeynest kreeg hiervoor in januari 1945 zijn voorlopige- en in september zijn defenitieve benoeming.
Voor het schooljaar 1952-53 werd de school uitgebreid langs de Koning Albertstraat met twee klaslokalen ten oosten van het hoofdgebouw. In januari van 1959 bleek het nodig een achtste klas in te schakelen. Begin 1967 bleken de acht klassen andermaal onvoldoende om alle leerlingen onderdak te geven. Een negende klas was noodzakelijk. Omdat het niet·duidelijk was of die klas zou kunnen behouden worden ging een voorlopige benoeming naar Anzegemnaar Marc Denhaerinck. Bij de start van het schooljaar 1967-68 werd deze klas toevertrouwd aan onderwijzer Lucien Devos".
En zo komen we terug aan het begin van dit stukje geschiedenis en eerste steenlegging van de nieuwe vleugel.
28-09-2010, 00:00 geschreven door Beverse Weetjes
|