Okra Beveren Leie gaat over de schreve.

Donderdag 16 mei trokken we met een volle bus richting grensstreek. Onze eerst halte was Het Ganzeke in Ieper . Hier genoten we van een potje koffie met een stukje Tompoes. Daarna vertrokken we richting Poperinge waar onze gids " Karel DEBLAUWER " ons vervoegde. Dit was echter niet zijn echte naam. Hij noemde zich zo omdat de rondrit hoofdzakelijk ging over "blauwen" of smokkelen van goederen tijdens de oorlog. Via Abele trokken we over de grens( over de schreve) om zo via Boeschepe de Catsberg te bereiken.
De gids gaf ons een hele uitleg over de mooie abdij en de geschiedenis van dit mooie stukje natuur in Frans Vlaanderen. De dopjes waar we passeerden hadden bijna allemaal nog en Vlaamse naam en ook vele straatnamen waren nog in het Nederlands. Via Goderwaersvelde bereikten we opnieuw de Belgische grens . Hier wees de gids ons op, de enorme verschillen van beide straatkanten. De ene kant was Belgie en de andere kant Frankrijk. Langs de Belgische kant was er om de honderd meter straatverlichting, winkels en TV distributie, terwijl aan de Franse zijde bijna geen verlichting was, geen distributie maar nog antennes op het dak enz.
In het kunstenaarsdorp Watou hielden we halt om een terrasje te doen. Het was dan stilaan tijd om terug te keren naar Poperinge. Onderweg passeerden we het mooie stulpje van nonkel Henri d'Udekem d'Acoz, de oom van onze koningin Mathilde.
Onze volgende halte was brouwerij "De Plukker" in Poperinge. Op het enige biologische hopbedrijf in Belgie werd in 2011 gestart met deze brouwerij die uitsluitend werkt met eigen hop en alle bieren zijn ook bio-gecertificeerd. We mochten hier proeven van 2 eigen biertjes en kregen een deskundige uitleg over het kweken van hop( of hommel). Dan was het tijd gekomen om de terugreis aan te vatten. Onze laatste halte was het " Laurierblad " in Kuurne waar we onze lege magen konden vullen met boterhammen, kaas, hesp en groentjes.
Iedereen was tevreden en we kijken alvast uit naar onze volgende reis half september.
^{Dank aan Christiane Goesaert voor de foto's en aan John Vervaecke voor de tekst.}