De dag- en nachtegaal naar Andersen op muziek van Theo Loevendie gaat in Groningen in première met Kees van Kooten als verteller van eigen tekst
Sprookje met muziek In de tekst op het achterplat van De dag- en nachtegaal
" omschrijft uitgeverij De Bezige de spiegelplaatjesversie van Theo
Loevendie als "de muzikaalste cd die ooit in de Zoemreeks verscheen."
Het sprookje is door de componist voor de eerste keer getoonzet voor
ensemble en spreker in 1974, vijf jaar later realiseerde hij een
bewerking voor groot orkest en spreker. In 1982 is de productie
onderscheiden met een Edison, en daarna is het honderden keren over het ondermaanse verspreid.
Inspiratiebron Andersen De dag- en nachtegaal is een geheel Nederlandse productie en heeft als uitgangspunt het bekende sprookje De nachtegaal
van de Deense, internationaal befaamde, fantasierijke en tegelijkertijd
escapistische "verteller voor de eeuwigheid" Hans Christian Andersen
(1805-1875), die heden ten dage als gevolg van alle nieuwe media helaas
steeds minder in aanzien raakt als auteur van sprookjes die (groot)
ouders aan hun (klein)kinderen vertellen dan zo'n halve eeuw geleden. Kees
van Kooten treedt zelf op als verteller van de eigen tekst tijdens de
première op donderdag 6 november 's avonds in de grote zaal van het
Cultuurcentrum De Oosterpoort in Groningen, daarbij ondersteund door
het Noord Nederlands Orkest onder leiding van zijn chefdirigent Michel
Tabachnik.
Net echt Maar
voordat de eerste officiële uitvoering zal worden gerealiseerd, hebben
de uitvoerenden gezorgd voor een cd met twee verschillende versies: die
met groot orkest deze keer echter onder leiding van Hans Leenders
en daarnaast een zogenoemde karaoke-versie voor zeven
instrumentalisten: klarinet, viool, fagot, trompet, trombone, contrabas
en slagwerk. Verder is
de map voorzien van een tekstboekje en een 'kijkschijf', die in eerste
instantie bedoeld is voor ouders om deze gedurende 14 minuten een
kijkje te gunnen achter de schermen van de opnamen. De
orkestversie op de cd duurt ruim 38 minuten, de karaoke-versie wijkt in
lengte daarvan nauwelijks af, alleen heeft die een intro van 40
seconden. In de
septet-versie vertelt Kees van Kooten niet opnieuw het verhaal, maar
klinkt zijn stem alleen om de nummers aan te geven, waardoor de
hopelijk geïnteresseerde kinderen, op basis van het tekstboekje zelf
aan het werk kunnen gaan: een steuntje in de rug. Daarmee wordt dan
meteen voldaan aan het belangrijkste
aspect van sprookjes in het algemeen en van zo veel daaraan verwante
verhalen: te fungeren, mede als leerstukken die tegelijkertijd de
sluimerende esthetische behoeften van de jongste tot en met 'grootste'
kinderen bevredigen. De dag- en nachtegaal slaagt
op die manier in het activeren van (vooral jonge) lezers en
toehoorders. Dat is tevens een goede basis voor latere participatie in
veel gecompliceerdere maatschappelijke processen, waarin liefst alle
kunstvormen niet alleen een onmisbaar element vormen, maar ook kunnen
leiden tot integratie van de verschillende sociale aspecten in een
mensenleven. En wat is er dan nog beter dan zo'n veelzijdige
geschiedenis te combineren met muziek op het hoogst denkbare niveau. .
. .