Biologisch-dynamische muziek Maandag
10, dinsdag 11, donderdag 13 en vrijdag 14 september, op de inmiddels
vertrouwde tijd, vroeg in de avond, tussen 19:30 uur en 20:00 uur,
zendt de Vara op Radio 4 in totaal twaalf stukken uit van één van de
meest Frans-romantische componisten uit de geschiedenis der muziek:
Gabriel Fauré (1845-1924). Vier van de in andere gevallen gebruikelijke
vijf avonden wordt op de genoemde tijden werk van deze hier en daar
honigzoete muziek maar dan wel van biologisch-dynamische kwaliteit,
toegediend in homoepatische dosering uit de pen van deze meester, die
rond 1900 hoge ogen wist te gooien, en die ook in onze tijd nog geliefd
is, zij het vooral door twee stukken: zijn , ondanks die zoetheid zo
prachtg transparante en met meesterschap geïnstrumenteerde Requiem, en de vanwege dezelfde kwaliteiten zo bekende Pavane.
Programma maandag en dinsdag Maandagavond
Je zou zonder overdrijving kunnen zeggen dat Fauré, die de zeer grote
vorm van opera's in de trant van Richard Wagner (1813-1883) en
Giuseppe Verdi (1813-1901) of van de grote symfonie zoals die van
Anton Bruckner (1824-1896) of Gustav Mahler (1860-1911) steeds heeft
gemeden, een componist van de kleine en middelgrote vorm, maar
tegelijkertijd van zeer hoge kwaliteit is. Op maandag klinken vier
verschillende composities: drie symfonische onderdelen uit Dolly, gespeeld door het Orchestre Symphonique de France, met als dirigent Laurent Petitgirard. Deze stukken worden gevolgd door het Ave Maria, door het altijd weer voortreffelijke Roder Jongenskoor onder leiding van Bouwe Dijkstra. Dan is de Rêve d'amour
voor sopraan, tenor en piano aan de beurt, gezongen door Geraldine
McGreevy en Jean-Paul Fouchécourt, begeleid door Graham Johnson. Tot
besluit zingt het Nederlands Kamerkoor, begeleid door het Limburgs
Symfonie Orkest onder leiding van Ed Spanjaard, de Cantique de Jean Racine uit 1864. Dinsdagavond Op dinsdag 11 september zullen drie composties van Gabriel Fauré worden voorgesteld: het Allegro quasi presto uit de Vioolsonate
in A-grote terts, opus 14, nr. 1, gespeeld door Isabelle van Keulen,
aan de piano begeleid door Ronald Brautigam. Dan volgt het Allegro molto uit het Pianokwintet
in c-kleine terts, opus 15, nr. 1. De uitvoerenden zijn het Quatuor
saÿe, met Pascal Rogé, piano. Die presentatie wordt afgesloten met de Ballade voor piano en orkest, opus 19. Jean-Philippe Collard wordt ondersteund door het Orchestre du Capitol de Toulouse; dirigent is Michel Plasson.
(wordt vervolgd) ____________ Afbeeldingen 1. De Franse componist Gabriel Fauré. 2. De Franse dramaschrijver Jean Racine (1639-1699) in 1673.
|