Dat het de komende ruim tweeënwintig maanden nog steeds weer Gustav Mahler-Jaar zal zijn in 2010 vanwege de herdenking van diens geboorte in 1860, in 2011 naar aanleiding van het feit dat diens overlijden in 1911 plaatsgreep , zullen we op tal van plaatsen in Europa door middel van concerten, lezingen en alles wat verder te verzinnen valt in een dergelijk kader, wel beleven.
Op de klassieke muziekzender Mezzo-televisie wordt in de thans lopende week al voor de derde keer op één avond enige uren muziek van Gustav Mahler gespeeld: steeds twee symfonieën achtereen. Hedenavond zijn dat de Zesde: Tragische, en de Zevende: Das Lied der Nacht. In die beide symfonieën komt een batterij koebellen voor, die u afgebeeld kunt vinden in het spotprentje dat is opgenomen in het artikel waarnaar in verband met de Zesde Symfonie door een link hierboven is verwezen. Wie een beetje kan rekenen en dat zijn er, als gevolg van falend onderwijs en bij degenen die zulks zouden moeten leren een welhaast totale desinteresse voor de ouderwetse vakken Lezen, Schrijven, Rekenen en (Nederlandse) Taal , begrijpt dat er een hiaat is ontstaan, want driemaal twee komt nog steeds niet uit op zeven.
De Derde Symfonie ontbrak in die reeks, maar dat werd op een andere zender goedgemaakt, echter zonder beelden, aangezien het 'slechts' om radio gaat.
Alsof het afgesproken werk is, wordt dat hiaat nog een keer opgevuld, aanstaande zondagmiddag op Neerlands zender Radio 4 in het Middagconcert van de Avro, dat vanaf 14:02 uur zal worden uitgezonden.
Het Concertgebouworkest onder leiding van Mariss Jansons presenteert die middag een eigen visie op Mahlers Derde Symfonie in d kleine terts, gecomponeerd in de jaren 1893-1896. De instrumentalisten worden bijgestaan door een groot aantal menselijke stemmen, van het Groot Omroepkoor en van het Jongenskoor Rijmond, dat wordt aangevuld met jongens van het Sacramentskoor Breda. De mezzosopraan Bernarda Fink neemt de solopartij voor haar rekening in de tekst O Mensch, gib acht! uit Also sprach Zarathustra (1883-85) van Friedrich Nietzsche (1844-1900). __________
Afbeelding: Gustav Mahler; tekening Oost-Indische inkt met cocktailprikker van Tonny Groenhuysen, Buitenpost. (Collectie Heinz Wallisch, tevens ©.)
|