mijn blik op de wereld vanaf 60 Welkom op mijn blog, mijn eigen website en dank voor je bezoek. Ik hoop dat je iets vindt naar je zin. Vrij vaak zijn er nieuwe berichten, dus kom nog eens terug?
Misschien kan je mijn blog-adres doorgeven aan geïnteresseerde vrienden en kennissen, waarvoor dank.
Hieronder vind je de tien meest recente bijdragen. De jongste 200 kan je aanklikken in de lijst aan de rechterkant; in het overzicht per maand, hier links, vind je ze allemaal, al meer dan 1400! De lijst van de categorieën bevat enkel de meest recente teksten; klik twee maal op het pijltje naar links onderaan voor nog meer teksten in dezelfde categorie.
Als je een tekst wil gebruiken, hou dan rekening met de bepalingen van de auteurswet van 1994 en vraag me om toelating. Bedenkingen? Stuur me een mailtje: karel.d.huyvetters@telenet.be
23-02-2006
Bela Bartok
Bij het horen van de naam Bela Bartok fronsen de meeste mensen de wenkbrauwen en kijken over je schouder in de verte. Ze hebben er al van gehoord, maar... Je zingt geen Bartok in het bad, je fluit hem niet op de fiets.
Misschien kennen we hem toch beter dan we zelf denken. En dat mag ook wel, want hij is ontegensprekelijk een van de meest interessante componisten van de eerste helft van de 20ste eeuw. Zijn bekendheid kwam traag op gang en begon internationaal pas echt na zijn dood. Ook de meeste muziekiefhebbers beginnen niet met Bartok, maar leren hem stilaan appreciëren; dat is eigenlijk zo met de meeste dingen waar we echt van houden; de inspanning die we doen om iets te bereiken loont meestal de moeite; wat we zonder inspanning krijgen is achteraf gezien vaak niet de moeite, oppervlakkig, zonder belang. De muziek van Bartok is een mooi voorbeeld van deze stelling. Het minste dat je van zijn muziek kan zeggen is dat ze expressief is: ze is niet flauw of vaag, ze is uitgesproken, soms zelfs met veel nadruk, op het agressieve af. Dat maakt haar uitermate geschikt voor programmamakers van radio en televisie, die sinds jaren gretig grasduinen in zijn muziek voor treffende begin- en eindgeneriekjes. Velen herinneren zich wellicht het prachtige begin van Panorama, het duidingsprogramma op TV, waarbij telkens een letter van de naam verscheen op een zeer ritmisch stukje Bartok. Was dat Bartok? Ja hoor, en er zijn zo talloze voorbeelden. Als je die stukjes dan hoort in zijn muziek is dat een leuke verrassing, een beetje komisch ook, want je kan niet anders dan glimlachen en mee-zingen: P A N O R A M A !! Bela Bartok werd geboren in 1881 in wat toen Hongarije was, maar nu Roemenië. Hij was een veelbelovende leerling van zijn moeder en trok naar Boedapest om zijn opleiding verder te zetten. De grote meneer van die tijd was Richard Strauss en Bartok schreef een eerste muziekstuk in die stijl.
In 1905 kwam hij in contact met de volksmuziek van Hongarije; deze muziek was vrijwel onbekend bij de muziekliefhebbers. Samen met zijn vriend Zoltan Kodaly trok Bartok de boer op, op zoek naar melodieën en ritmes. Hij noteerde alles en maakte veldopnames en bleef dat ongeveer zijn hele leven lang doen; hij schreefer belangrijke werken over, maar gebruikte nooit die bestaande muziek rechtstreeks in zijn werk. Hij werd er natuurlijk wel door geïnspireerd, gebruikte technieken, stijlen en ritmes die hij daar vond, maar al zijn muziek is origineel, eigen werk, modern tot en met. In 1917 kende hij zijn eerste succes met een ballet: De houten prins. Zijn opera Blauwbaard, die eerst geweigerd was, werd nu toch opgevoerd, in 1918. In die periode ontstond ook een balletsuite: De wonderbaarlijke mandarijn. De muziek die hij in die jaren schreef sloot aan bij de expressionistische werken die in die tijd overal opgang maakten. Na de eerste Wereldoorlog werden zijn composities uitgegeven in Wenen en zo werd hij stilaan bekend in de rest van de wereld, ten minste bij muzikanten en kenners. Voor het grote publiek was hij nog steeds een onbekende. Hij schreef veel voor piano, ook al omdat hij pianoleraar was aan het conservatorium en omdat hij zelf als pianist regelmatig op tournée ging.
Vanaf 1935 werd zijn stijl wat minder hevig, wat minder experimenteel. Er kwamen belangrijke opdrachten uit het buitenland en in 1940 emigreerde hij naar Amerika. Het ging hem daar niet goed: zijn gezondheid was nooit van de beste, maar nu ging hij snel achteruit. Zijn werk werd nauwelijks gespeeld en hij werd maar zelden gevraagd als pianist. In 1943 kreeg hij een belangrijke opdracht voor een Concerto voor orkest, en het werd een zeer toegankelijk en fascinerend stuk. In 1945 overleed hij. Na zijn dood begon zijn reputatie pas goed, en sindsdien is hij een vaste waarde op het repertorium van de klassieke muziek, wellicht een van de meest gespeelde componisten van de 20ste en het begin van de 21ste eeuw. Naast de danssuite en het ballet die we al vermeldden, hebben verscheidene andere werken dansers en chorografen geïnspireerd. Een van de eerder verassende vondsten was die van Anne Theresa De Keersmaecker, die met Rosas een ballet bracht op muziek van een van de strijkkwartetten.
Bartok schreef in totaal zes maal voor strijkkwartet, gespreid over zijn hele professionele leven. Voor veel muziekliefhebbers behoort deze vorm van kamermuziek tot het mooiste en diepste dat componisten ons brachten. Denken we aan de talloze kwartetten van Haydn, die het genre zowat uitgevonden heeft, waarin de onbeperkte mogelijkheden van muziek voor twee violen, altviool en cello worden uitgewerkt, aan Schubert die verrukkelijke dingen schreef voor kwartet, aan Beethoven, die vooral in zijn laatste kwartetten zo intens bezig is met muziek dat hij zichzelf vergeet en muziek maakt die ook vandaag nog, na bijna 200 jaar, nog steeds ontroert en modern klinkt, aan Shostakovitch, die naast 15 symfonieën ook 15 uiterst originele kwartetten schreef. Het lijkt wel alsof deze samenstelling op een of andere manier volledig is, dat er niets aan ontbreekt. Veel van deze kwartetten klinken alsof er een heel orkest bezig is. Zelf had ik ooit het genoegen het Tokyo String Quartet te horen in de grote zaal Henri Leboeuf van het Paleis voor Schone kunsten in Brussel, met werk van Beethoven. Verbazingwekkend hoe zij erin slaagden die prachtige grote zaal, die onlangs zo succesvol gerestaureerd werd en die we allemaal kennen van de Koningin Elisabeth-wedstrijden, tot de nok te vullen met slechts vier instrumenten en een publiek te boeien van de eerste noot tot de laatste. Verbazingwekkend ook hoe vier Japanners deze Westerse muziek bij uitstek vertolkten alsof ze nooit iets anders gespeeld hadden: dat is pas multiculturaliteit en muziek heeft dat altijd al gehad. Indien de mensen wat meer met muziek zouden bezig zijn en wat minder met het zoeken naar zondebokken voor wat er verkeerd gaat, dan zou ook de politiek wat interessanter worden dan het bedenkelijk vertoon dat ons nu elke avond op TV voorgeschoteld wordt, maar dat tussen haakjes. Het ballet van Anne Theresa De Keersmaecker op (ik denk) het vierde strijkkwartet van Bartok zag ik destijds in een matinée in de Muntschouwburg. De kwartetten van Bartok kende ik toen nauwelijks. Het was een schokkende ervaring. De muziek werd loeihard door de luidsprekers gejaagd en de verscheurdheid die snerpend door de haast gewelddadige muziek in your face sloeg, liet je perplex. De danseressen in hun eenvoudige zwarte japon met het doordeweekse ondergoed dat nonchalant zichtbaar was, leefden zich uit in repetitieve maar steeds veranderende passen en suggestieve onvoorspelbare bewegingen. Dit was muziek en dans van onze tijd: kunst die de ontreddering van beide wereldoorlogen in zich draagt en de wanhoop van de losgerukte mens, de stranger in a strange land, op zoek naar eenheid in de mateloze verwarring en haast van onze maatschappij, zelfbewust, menselijk tot in het diepste wezen. Probeer het eens, of liever, probeer het meer dan eens: Bartok heeft je steeds onvermoede rijkdom te bieden. Aanraders: - Concerto voor orkest & Muziek voor Strijkers, percussie en celesta: Chicago Symphony Orch., RCA; zelfde orkest, Solti, Decca - Strijkkwartetten 1-6: Emerson Q., DG; Keller Q., Erato Ultima (een koopje); Vegh Q., Astrée
19-02-2006
reclame?
Hier en daar vind je vooral in de Hongaarse muziek de term 'verbunkos' terug, in die of een andere spelling. Je denkt dan spontaan: ik ken geen Hongaars, dus: weet ik veel wat verbunkos is. De waarheid ligt dichterbij dan je denkt. In de 18de eeuw was het niet ongebruikelijk dat het leger probeerde soldaten te ronselen in stad en vooral ook dorp. Soldaten in hun beste plunje brachten een echte show met opgewekte dansen, begeleid door een muziekkapel of een kleiner ensemble. De sergeant van dienst las dan de aantrekkelijke voorwaarden voor, vaak met een relatief aanzienlijke som die onmiddellijk werd uitbetaald. Jonge kerels zonder zonder werk en zonder toekomst zagen hierin vaak een uitweg. Over de gevaren van de oorlogen werd in alle talen gezwegen. Zo'n reclamecampagne van het leger heette in het Duits, zoals nu nog, op TV: "Werbung". In het Hongaars werd dat verbunko. En die naam ging over op die levendige soldatendansen. Dat soort muziek werd zelfs vrij populair, los van de 'Werbung'. De toen beroemde vioolspeler Bihari speelde ze vaak, naar verluidt zelfs voor de groten van de wereld bijeen op het Congres in Wenen, na de nederlaag van Napoleon. Bela Bartok gebruikte het genre herhaaldelijk, onder meer in zijn kwartetten, maar dan in zijn eigen, onnavolgbare stijl. Verbunkos. Werbung. Reclame, dus.
13-02-2006
waardig levenseinde?
De discussie wordt weer aangewakkerd, al is ze nooit ver weg geweest: mag men tussenkomen in het levenseinde van een mens? Wat me vooral opvalt, is dat het belang het individuele leven van sommige mensen zo absoluut wordt gemaakt, terwijl wij toch dagelijks ervaren dat wij met een angstaanjagende onverschilligheid voorbijgaan aan de dood van onze medemens: verkeersslachtoffers, zelfdoding bij jongeren en ouderen, zelfmoord- en andere aanslagen, vermijdbare ziekte, ondervoeding en burgeroorlogen... Vergelijk dat met wat men doet om in sommige landen sommige mensen nog even in leven te houden, en dan nog een leven waarvan men zich afvraagt of het nog enige zin heeft voor de betrokkene en zijn omgeving. Waar zijn onze prioriteiten? Met wat we hier uitgeven voor één betwistbaar rekken van een uitzichtloos en uiterst pijnlijk levenseinde kunnen we misschien een kans geven aan vele kinderen die ook niet om het leven gevraagd hebben en die echt geen schijn van kans hebben zonder hulp. Als ik dan een modieus uitgedoste, wel-doorvoede, goedbetaalde senator-professor hoor verklaren dat niet wat de mensen daarover denken of voelen van belang is, maar wat de wetgever (hij bedoelt: de weldoorvoede...) daarover beslist in al zijn wijsheid, dan weet ik: Vlaanderen verdient beter dan dat soort relicten van het ancien régime, waarin sommigen in de naam van God, kapitaal en partij decreteerden wat anderen moesten denken en doen. Leren we het dan nooit af?
06-02-2006
wie lees ik
Auteurs van wie ik het werk verzamel, met een werk als voorbeeld
Literatuur
Bataille, Georges: Ma Mère
Burgess, Anthony: Enderby
De Vries, Peter: The Blood of the Lamb
Dostoievski, Fjodor: De idioot
Gallant, Mavis: Collected Stories Garcia Marquez, Gabriel: Honderd jaar eenzaamheid Graves, Robert: I, Claudius
Joyce, James: Ulysses
Lawrence, D.H.: Lady Chatterleys Lover
Maugham, Wiliam Somerset: Collected Stories
Mehta, Ved: Vedi
Melville, Herman: Moby Dick
Nabokov, Vladimir: Ada
Nash, Ogden: Im a Stranger here Myself
Plato:Dialogen
Pritchett, V.S.: Collected Stories
Proulx, Annie M.: Short Stories
Shakespeare: MacBeth
Tolkien, J.R.R.: The Lord of the Rings
Trevor, William: Collected Stories
Updike, John: Collected Stories
Vian, Boris: Lécume des jours
Waugh, Evelyn: Brideshead Revisited
White, T.H.: The Once and Future King
Detective, spionage, thriller, bestseller
Clavell, James: Shogun
Deighton, Len: Funeral in Berlin
Fleming, Ian: 007
Le Carré, John: The Perfect Spy
McBain, Ed: Sadie When She Died
McLean, Alister: H.M.S. Ulysses
Simenon, Georges: Maigret
Smith Cruz, Martin:GorkyPark
Science Fiction
Asimov, Isaac: Foundation
Heinlein, Robert: Stranger in a Strange Land
Sturgeon, Theodore: More Than Human
Non-fiction
McPhee, John: Annals of the Former World
05-02-2006
pensioen
Ik ben op pensioen gegaan op 1 februari 2006. Ik was op 16 januari 60 geworden. Mijn chef op het werk was op 1 oktober gestopt, hij was 65. Mijn vrouw is 63 en is al drie jaar op rust. In mijn familie word je ook niet oud: mijn vader was 66, en heeft ook om medische redenen quasi niet kunnen genieten van datgene waarvoor hij toch een heel leven gewerkt heeft: een schone oude dag. Mijn moeder was 72, en haar laatste jaren waren ook niet gemakkelijk. Ik ben de jongste van vier kinderen. Mijn zus stierf toen ze 36 was. De tweede jongste broer is 58 geworden. De oudste is na een beroerte op zijn 55ste getekend. Ik had dus weinig redenen om te wachten tot mijn 65ste, vind je ook niet?
03-02-2006
Dun tin?
Voor mijn Kerst kreeg ik van de kinderen de scheurkalender van Onze Taal. Hoewel ik duidelijke Nederlandse accenten merk, kijk ik elke dag benieuwd uit naar de achterkant. Voor 2 februari fronste ik de wenkbrauwen. Riemer Reinsma (kan het nog Nederlandser dan dat? Maar met een familienaam als de mijne ) heeft het over High Noon, de film van Zinneman naar een verhaal van Cunningham, The Thin Star, althans volgens Reinsma. Nu mag die ster zowel letterlijk als figuurlijk wel erg dun geweest zijn, het verhaal heet wel degelijk: The TIN Star, omdat ze van tin was, natuurlijk.