mijn blik op de wereld vanaf 60 Welkom op mijn blog, mijn eigen website en dank voor je bezoek. Ik hoop dat je iets vindt naar je zin. Vrij vaak zijn er nieuwe berichten, dus kom nog eens terug?
Misschien kan je mijn blog-adres doorgeven aan geïnteresseerde vrienden en kennissen, waarvoor dank.
Hieronder vind je de tien meest recente bijdragen. De jongste 200 kan je aanklikken in de lijst aan de rechterkant; in het overzicht per maand, hier links, vind je ze allemaal, al meer dan 1400! De lijst van de categorieën bevat enkel de meest recente teksten; klik twee maal op het pijltje naar links onderaan voor nog meer teksten in dezelfde categorie.
Als je een tekst wil gebruiken, hou dan rekening met de bepalingen van de auteurswet van 1994 en vraag me om toelating. Bedenkingen? Stuur me een mailtje: karel.d.huyvetters@telenet.be
31-10-2012
media-asiel
asiel
asiel (niet: a·siel)
/azil/, /Azil/
het
(1650) <Fr. asile
<Lat. asylum (vrijplaats) <Gr. asulon, van ontkennend a + sulao (ik
roof), geen meervoud
(abstract) bescherming
vanwege de staat of de kerk verleend aan resp. gevraagd door personen die
elders door de overheid vervolgd worden of kunnen worden
synoniem: toevlucht
politiek asiel: aan
politieke vluchtelingen verleend
territoriaal asiel: toestemming
om in een bep. gebied te verblijven
1.recht van asiel: recht om vervolgde
misdadigers op te nemen en te beschermen, thans m.n. voor politieke
vluchtelingen
synoniem: asielrecht: recht om asiel te
krijgen, om te verzoeken om asiel
synoniem: 15341
2. en: wijkplaats
waar voorheen een misdadiger niet gegrepen mocht worden, zoals kerken enz.
synoniem: toevluchtsoord
3. en: opvanghuis
voor behoeftige personen, zwervers enz.
4. en: inrichting
voor de verzorging van huisdieren die (tijdelijk) geen eigenaar hebben
synoniem: dierenasiel
Dat
is wat Van Dale ons leert over dit woord dat zo in is en voor één keer heb
ik geen kritiek op onze taalvandaal. Waarom ik asiel heb uitgekozen voor
mijn overpeinzingen? Dat heeft alles te maken met mijn vorige bijdrage over
het links complot dat ik blootlegde bij de VRT, de Vlaamse Radio en
Televisie. Opmerkzame lezers hebben gezien dat ik daarin de geciteerde tekst
geschrapt heb van de Klara-presentator, op haar verzoek. Ik laat de weinig verkwikkelijke details
voor wat ze zijn, maar er is dus wel een incident geweest en dat heeft mij
ertoe aangezet om, nogmaals, ik geef het toe, de VRT uit mijn leven te
bannen. Ik heb dus beslist om een time out te nemen, of asiel te zoeken, een
vrijplaats, een toevluchtsoord, waar ik niet meer belaagd word door die media.
Ik luister niet meer naar het VRT-nieuws, noch naar hun andere programmas.
Ik heb ook deredactie geschrapt als een van mijn startprogrammas. Ook op
tv: geen Journaal meer, ik laat Lut alleen kijken, geen Terzake (sic), niets,
helemaal niets meer.
En
kijk het is veel rustiger geworden in huis. Ik begin nu pas te beseffen
hoeveel onrust het constant beluisteren van Klara en het bekijken van
tv-programmas meebrengt, zelfs als dat maar met een half oor en/of oog gebeurt.
Ik luister naar muziek via een internettuner op mijn laptop, die verbonden is
met de stereoset. Meestal is dat de Concertzender, maar ik kan vlot
overschakelen naar alle mogelijke klassieke en andere zenders. Ik luister nu
ook meer naar de honderden cds die ik in de loop van de jaren heb verzameld.
Ik word niet meer afgeleid of verstoord door nieuwsberichten om het uur, vervelende
jingles, aankondigingen allerhande, commentaren en opinies
Ik was mij niet bewust van de enorme invloed die mijn
verslaving, want dat was het, op mij had. Je wordt in feite geleefd. Je
reageert voortdurend op de invloeden die op je afkomen. Je stemming wordt
bepaald door wat je hoort en ziet. Je merkt dat ook als je andere mensen
ontmoet: na enkele ogenblikken begint men te praten over wat men gehoord en
gezien heeft in de media. En dan heb ik nog geen krant of tijdschrift!
Ik ben nu overgeschakeld van het push systeem naar pull.
In plaats van mij te laten pushen, haal of pull ik zelf de informatie naar
eigen smaak, behoefte en vermogen. Dat is vanzelfsprekend tegelijk veel
selectiever maar ook veel breder en dus minder eenzijdig. Het is ook veel
actiever: je kiest meer bewust, je ondergaat veel minder het aanbod, je zoekt
naar wat je echt wil horen of zien en als het je niet aanstaat, dan zoek je
weer verder.
Mensen, wat een verademing!
Ik kan het alleen maar aanraden, zelfs op proef. Immers,
als je niet tevreden bent, heb je niets verloren, je kan zo weer
overschakelen, zoals een verslaafde roker of drinker die hervalt.
Voorlopig voelt het echt als een bevrijding aan. Ik mis de
kouwe drukte niet, het opgejaagd gedoe, de opgeklopte nonsens, de gebakken
lucht. Voelt een kunstenaar de behoefte om katten in de lucht te gooien als
uitdrukking van zijn aller-individueelste artistieke emoties? Ik wens het
niet te weten. Vindt een vakbondsman 77.000 euro gouden handdruk een aalmoes
en brugpensioen op 50 een recht? Ik wens het niet te weten! Moet de man die
doorgaat voor de premier van dit land nog eens vol overtuiging demonstreren
dat hij onze taal niet kent? Ik wens het niet te horen!! Heeft een dame zeven
poedels die elk zeventig jasjes hebben? Ik wens het niet te weten!!! Staat
een reporter met haar voeten in tien centimeter water op het uiterste
zuidpunt van Manhattan? Ik wens het niet te weten!!!!
Er zijn belangrijker en meer interessante zaken in de
wereld. De tijd die me rest om me daarmee bezig te houden, is beperkt en
neemt elke seconde af. Dat op zichzelf is al een voldoende reden om me van de
onzin, de stemmingmakerij, de frivoliteit, de waanzin, de drukdoenerij, de
corruptie en de commercie af te keren.
Probeer het ook eens, al was het maar voor één dag. Je zal
merken dat je niets mist. Integendeel: je weet niet wat je nu mist: luxe, calme et volupté! Een
Nederlandse vriend vertaalde dat ooit als luxe, kalmte en volop thee Elk
zijn meug.
Laten we op zoek gaan naar het heldere licht van de zon,
en ons leven niet laten verduisteren door rookwolken die we zelf veroorzaken
of door rookgordijnen die anderen optrekken. Laten we zelf nadenken en het
niet overlaten aan lieden die zichzelf aangesteld hebben om dat voor ons te
doen. Sapere aude, durf zelf mens
te zijn, je kan het heus wel.
Categorie:levensbeschouwing Tags:maatschappij
26-10-2012
Een links complot?
Toen onlangs het overlijden gemeld werd van de marxistische
historicus Eric Hobsbawm, vond de Vlaamse VRT het nodig om dat te vermelden in
het ochtendprogramma Espresso van Klara, de klassieke muziekzender. De journalist
van dienst greep de gelegenheid maar al te graag aan om de verdiensten van
Hobsbawm te prijzen, maar tevens om aan de hand van diens bizarre ideologie
onverholen kritiek te spuien op de recente (democratische!) verkiezingsoverwinning
van de N-VA. Vlaanderen zou, volgens het recept dat Hobsbawm herhaaldelijk
verdedigde in zijn publicaties, zijn eigen verleden, taal, territorium en tradities
uitgevonden hebben. Dat zou dan vooral gebeurd zijn door de rechtse
conservatieve burgers als een substraat voor hun egoïstische kapitalistische doelstellingen
van persoonlijke verrijking en onderdrukking van het proletariaat. Met
stijgende verontwaardiging aanhoorde ik die onzinnige vertekening van eeuwen
strijd voor een humane en democratische ontvoogding van het Vlaamse volk. Ik
schreef daarover meteen de makers van het programma aan, in dezer voege:
Ik ben geschokt door
het verhaal dat ik daarnet hoorde over de marxistische interpretatie van het
Vlaams verhaal van de N-VA. Ik ben geen partijlid, begrijp me goed. Maar ik
vind het grof dat men Hobsbawm flagrant misbruikt om uit te leggen dat men
Vlamingen en Vlaanderen creëert, en die men identificeert als rechtse
ondernemers. Als er alleen dat was, zou de meerderheid van de Vlamingen niet
stemmen zoals ze doet. Vlaanderen is een historische realiteit, we hoeven niets
te verzinnen, geen taal, geen cultuur, geen verleden, geen grondgebied, geen
economische realiteit. Gelieve uw reporter, die zelf blijkbaar een beetje
verveeld zat met zijn verhaal, (en die door Vlaanderen betaald wordt), aan te
raden even iets te lezen over de Vlaamse geschiedenis voor hij nogmaals
dergelijke baarlijke nonsens uitkraamt, op onze Vlaamse radio, nota bene, waar
we zo hard hebben moeten voor vechten!
en kreeg tot mijn enigszins verbaasd genoegen snel een
antwoord, dat nota bene mijn bezwaren bijtrad. Daarvoor heb ik de betrokkene bedankt en ik was weer
even en enigszins verzoend met Espresso en met de VRT.
Deze morgen was het weer prijs. Dezelfde journalist, ik
vermoed Werner Trio, kwam op dramatische wijze aankondigen dat de Katholieke
Universiteit Leuven, of zoals hij het zei de Ka U El (een afkorting die al in
de tijd van Piet De Somer in onbruik werd gesteld, net zoals de kul), een
eredoctoraat verleent aan Christine Lagarde. Daarop volgde een scherpe linkse
analyse van het IMF, waarvan zij het hoofd is, en van haar optreden in verband
met de crisis, en van haar loon en het feit dat zij daarop als diplomate geen
belastingen betaalt in Frankrijk enzovoort.
Kijk eens, iedereen mag zijn eigen opinie kwijt, daarvan
profiteer ik ook, tenslotte, maar er is nog een verschil tussen de VRT, een
officiële instelling die geacht wordt het algemeen belang te dienen en dus enige
objectiviteit zou moeten betrachten, vooral in de algemene programmas, en mijn
privé website. Dat men in duidingprogrammas voor en tegen van allerlei
stellingen aan bod laat komen, vind ik uitstekend. Maar tussen de ochtendmuziek
en het nieuws door elke dag een dosis marxistische indoctrinatie, dat gaat me
te ver. Ik heb meteen Espresso en de VRT de mond gesnoerd en de Concertzender
Klassieke Muziek laten weerklinken in de huiskamer. Ik programmeer meteen mijn
internettuner zo dat ik s morgens niet meer meteen de VRT krijg, maar die
klassieke muziek.
Ik neem dus afscheid van het nieuws op acht uur, om half negen,
om negen, tien elf enzovoort, van het persoverzicht, van de smakeloze,
ergerlijke jingles en de opdringerige reclamespotjes voor eigen programmas,
voor dure culturele evenementen en voor bedrieglijke banken. Teveel is trop en trop is teveel. Ik heb de jarenlange beschuldigingen en
verdachtmakingen over een linkse of rode infiltratie van de media en van de VRT
in het bijzonder steeds weggelachen en gewuifd als verzinsels en idiote
complottheorieën. Vandaag stel ik zelf objectief en bij herhaling vast dat er
wel degelijk aanduidingen in die richting zijn. De linkse ideologie vertegenwoordigt
in Vlaanderen minder dan vijf procent van de bevolking. Ze bestaat nog altijd uit
een kleine kern van intellectuele en artistieke salonsocialisten en communisten,
die met de dag nog volksvreemder en meer elitair worden en blijkbaar geen
lessen trekken uit de geschiedenis. Ik wens me daarvan uitdrukkelijk te distantiëren,
en honni soit qui mal y pense.
Ik zal niet nalaten Espresso daarvan op de hoogte te brengen. Ze kunnen dan zelf beslissen of het verlies van een luisteraar na 66 jaar intense dagelijkse radiotrouw voor hen ook maar iets betekent.
Categorie:samenleving Tags:maatschappij
25-10-2012
seks
Onophoudelijk bereiken ons berichten in de media die te
maken hebben met de menselijke seksualiteit. Misbruik is daarbij het grote
woord: scoutsleiders in de Verenigde Staten, een kinderarts in Vlaanderen, een
hoogaangeschreven psychiater, een Britse tv-ster, Ronald Janssen die zijn
veroordeling voor verkrachting aanvecht, het zijn maar enkele voorbeelden.
Telkens is de verontwaardiging groot en algemeen en eist men strenge straffen
voor de daders en vooral ook dit: maatregelen die moeten verhinderen dat het
nog gebeurt.
Het is vooral bij dat laatste dat ik me vragen stel. Kunnen
we ook maar iets doen om seksueel misbruik in te perken, laat staan het
volledig te verhinderen? En hoe zou dat in zijn werk moeten gaan? Seksualiteit:
we kunnen er niet eens over praten op een open en volwassen manier! We weten er
zo goed als niets over en wat we weten is meestal totaal onjuist. Seksualiteit
heeft met onze diepste emoties te maken en dat is ook de reden waarom het
onderwerp zo onbespreekbaar is op een redelijke manier en in het openbaar. Over
seksualiteit wordt geen publiek debat gevoerd. Men praat niet over de
porno-industrie, over sekssites op het internet, over prostitutie, over
vreemdgaan en dating sites en ook niet over onze alledaagse (nou ja ) seksuele
gewoonten. Op tv bevat het vrije aanbod nu ook een erotiek-kanaal, waar twee
schaars geklede jonge vrouwen allerlei speeltjes en seksuele hulpmiddelen
aanprijzen. Tegen betaling kan je kijken naar porno in alle gradaties van
verregaandheid, maar niemand die daarover een woord zegt, ook niet hoeveel
mensen op die kanalen geabonneerd zijn. Niemand heeft erom gevraagd, niemand
heeft zich kunnen uitspreken over het opnemen van die kanalen in het aanbod. Plots
zijn ze er. Toen ik klant werd bij Telenet merkte ik al zappend dat de
erotische kanalen gratis konden bekeken worden gedurende drie maanden; zo lokt
men klanten. Maar alles gebeurt kwansuis, zonder dat erover gepraat wordt. Er
zijn vooraf geen studies geweest naar de invloed van dergelijke uitzendingen.
Er worden geen evaluaties gemaakt over de wenselijkheid ervan.
Seksualiteit is alomtegenwoordig in de media en ook in de
realiteit, maar blijft onbespreekbaar. Alles kan, er is geen reglementering en
als die er is wordt ze handig omzeild. Wij blijken dus alles, maar dan ook
werkelijk alles te aanvaarden en alles te gedogen en alles te verzwijgen, tot
er ergens iemand zegt: ik ben misbruikt. Dan is het huis plots te klein en
staan we klaar om witte marsen te houden, verdachten aan te wijzen en processen
te beginnen die doodlopen in eindeloze procedureslagen en discussies over veel
te late en afgedwongen erkenning van slachtoffers en geldelijke vergoedingen.
Er is wellicht geen ander aspect van onze menselijkheid
waarmee we zo irrationeel omgaan. Er zijn geen algemene normen en de normen die
sommigen voorhouden, worden weggelachen, met voeten getreden, genegeerd en elke
dag massaal overtreden. Hypocrisie is troef. Iedereen weet wat er gebeurt, maar
niemand spreekt erover en vooral: niemand doet er iets aan. Niemand laat zich immers
de les spellen als het over seks gaat, het is een recht dat wij ons toe-eigenen,
ook als we daarmee de rechten en de integriteit van anderen schenden, om nog te
zwijgen van onze eigen morele integriteit.
Ik weet niet hoe het komt dat het zo is. Ik weet wel dat
mijn eigen seksualiteit grondig, maar dan ook uiterst grondig en voorgoed verknoeid
is van in mijn prilste jeugd, door misbruik, gedogen, desinformatie, schrikbewind,
banvloeken en de totale afwezigheid van seksuele opvoeding. Ik ben ook als
ouder tekortgeschoten, ik heb met mijn kinderen nooit ernstig over seks gepraat;
ik prijs me althans daarvoor gelukkig dat ik niet als een boeman tekeer ben
gegaan over hun jeugdige seksualiteit. Ik weet niet of zij gekweld worden door
de duivels die ik niet uit mijn eigen beleven en denken kan bannen, want ook nu
nog praten we niet over seksualiteit, zij niet over die van mij en ik niet over
die van hen. Ik weet dus niet of de opvoeding zon belangrijke rol speelt als
ik ervaren heb, of er een gunstige evolutie is. Ik weet evenmin of er een
maatschappelijke evolutie is en welke richting die uitgaat. Wat ik ervan merk in
de media doet mij af en toe de haren ten berge rijzen: er zijn inderdaad geen
grenzen meer. Seksualiteit is een commercie, een mega-industrie.
Alles kan. Punt. Niemand die zegt: wacht eens even! Niemand
die durft te spreken over waarden, grenzen, zingeving Het is dezelfde houding
die we vaststellen in verband met drugs, alcohol, en alle vormen van luxe.
Niemand stelt zich vragen bij de verkoop van voetballers voor astronomische
bedragen, bij de slavenhandel in de oliestaatjes van het Midden-Oosten, bij de militaire
en religieuze dictaturen, bij de mateloze verschillen in rijkdom tussen
personen, groepen, landen, continenten, bij de aberrante evoluties in de
gezondheidszorg, de zorg voor ouderen Ik kan nog even doorgaan en lieve lezer,
jij ook. Wij maken ons af en toe zorgen, maar wij kunnen er geen weg mee, er is
niemand die erom geeft.
Ik denk dat er wel degelijk een probleem is met onze
waarden, dat er wel degelijk grenzen zijn. Maar wat baat het dat ik er hier een
aantal bladzijden aan wijd? Niemand zit erop te wachten, ik ben als een
roepende in de woestijn.
Sorry, geen plaatjes vandaag.
Categorie:samenleving Tags:maatschappij
15-10-2012
Is er dan een probleem?
Is er dan een probleem?
Dat was wat er te lezen stond op de verbijsterde gezichten
van de partijvoorzitters van de traditionele partijen in Vlaanderen tijdens hun
televisiedebat. De grote verliezer is het VB, maar dat zat er aan te komen. De
anderen, links, rechts en centrum, vonden merkwaardig genoeg dat ze het nog
redelijk goed gedaan hadden. In vergelijking met de onheilspellende
verwachtingen, dan. Ook dat noemen ze een overwinning: niet zoveel verliezen
als men gevreesd had. Nou, laat ze dan nog maar vaak dergelijke overwinningen
behalen.
Als N-VA plots gemiddeld twintig procent van de stemmen
haalt, meteen de hoogste score van alle partijen, terwijl ze zes jaar geleden vrijwel
geen enkele zetel had, dan moeten die stemmen toch ergens anders vandaan komen.
Als N-VA zo massaal gewonnen heeft, dan hebben de anderen massaal verloren.
Maar neen, Karel, je vergist je: de overwinning van N-VA is een illusie, een
voorbijgaand verschijnsel, zoals de fantastische score van het VB zes jaar
geleden in t Stad. Voor mijn Nederlandse vrienden: t stad is Vlaams voor het
stadscentrum, zoals in: k moet nog efkes naar t stad. Als we het met een
hoofdletter schrijven, bedoelen de Antwerpenaars daarmee: Antwerpen. Zij volgen
daarmee de Romeinen, die Rome Urbs
noemden, de Stad. Is er een andere?
Het ongeloof op het gezicht van Bart De Wever sprak
boekdelen. Voor hem stond een meute geslagen honden. Maar hadden ze het door?
Niet één van hen. Ze vonden dat ze niet verloren hadden, maar goed stand
gehouden. En aangezien ze niet verloren hadden, moesten ze ook niet op zoek
naar de oorzaak daarvan. Er was dus niets aan de hand, er is niets aan de hand.
Ze regeren rustig verder, in de Vlaamse regering en in de federale. Ze hebben
helemaal niet het gevoel afgestraft te zijn voor wat ze daar doen of vooral:
wat ze daar niet doen, namelijk een einde maken aan de ondraaglijke toestand
waarin Vlaanderen zich bevindt in dit onzalig apenland dat men België noemt.
De enige die inziet hoe ernstig, ja dramatisch de toestand
is, blijkt verbazingwekkend genoeg de overwinnaar te zijn: de N-VA is de enige
die zich ervan bewust is dat er wel degelijk een Belgisch probleem is. De
anderen hebben immers een akkoordje gesloten met de Franstaligen in dit land om
enkele bevoegdheden over te dragen. Alsof dat een oplossing zou zijn.
Vooreerst zijn dat geen echte bevoegdheden, maar stukken en brokken van
bevoegdheden, waarvan de eindverantwoordelijkheid nog altijd nationaal blijft.
Bovendien krijgen we wel die gedeeltelijke bevoegdheden, maar het geld dat
erbij hoort, krijgen we niet mee, we moeten nu plots zelf bekostigen wat
vroeger nationaal werd betaald, terwijl de federale staat met minder
bevoegdheden toch evenveel geld krijgt.
We zijn dus nog heel ver verwijderd van Vlaamse autonomie. En
zolang die er niet is, betalen wij met Vlaams geld voor de nationale staat,
waarvan een onrechtmatig groot deel van de middelen naar Franstalig België
gaat. Zolang wij niet zelfstandig zijn, zijn er Franstaligen die het voor het
zeggen hebben over België, inclusief Vlaanderen. En zoals ik hier al herhaaldelijk
benadrukte: dat is een democratisch deficit, of zelfs een democratisch
failliet, want wij kunnen ons daarover niet eens uitspreken! Wij kunnen niet
stemmen tegen (of voor ) de Franstalige coryfeeën, die worden uitsluitend door
Franstaligen verkozen.
Zolang wij niet onafhankelijk zijn, binnen België als het
moet, binnen Europa als het kan, of in een federatie met andere staten of
deelstaten, waar wel onze taal gesproken wordt, of een taal die nauwer aan de
onze verwant is, is het een minderheid van Franstaligen die zich gedraagt als
een meerderheid en die de pariteit in de grondwet heeft ingeschreven, met
grendels zo groot als een huis en speciale meerderheden die vereist zijn om ook
maar een komma te veranderen aan die grondwet, terwijl de belangrijkste
artikelen van de grondwet, zoals nummer 1 en nummer 35, onuitgevoerd blijven.
Vooral de zogenaamd christelijke partij en de socialisten roerden
zich het hevigst en waren het meest blind voor de desastreuze situatie van
Vlaanderen binnen België. Het waren ook die partijen die het voortouw namen om
de huidige federale regering aan de macht te helpen, zonder dat daarvoor een
parlementaire meerderheid bestaat op federaal niveau. België wordt niet alleen
geregeerd door een regering met een meerderheid aan Franstalige ministers en
een Nederlands onkundige clown als premier, maar de regeringspartijen hebben
ook geen meerderheid in de Vlaamse volksvertegenwoordiging.
Maar nee, volgens hen is er niets aan de hand. Er is zelfs
nooit iets aan de hand geweest. De Vlamingen zijn nu eenmaal een minderwaardig volkje,
dat niet eens een beschaafde taal spreekt en dat zich maar het best schikt naar
het hoger belang: de Heilige Kerk, de unitaire Staat, de Internationale
Arbeiderssolidariteit. De leiders daarvan zullen wel beslissen wat goed is voor
Vlaanderen, in het Frans, of het Engels, maar toch niet in het Vlaams zeker!
Dat is goed voor de lagere school, waar men toch maar het plaatselijk dialect
spreekt. De humaniora, dat is voor de slimste en de rijkste leerlingen en dat
is in het Frans, net zoals de universiteit. Vandaag is dat anders, maar aan de
universiteit bekijkt men het Nederlands nog altijd met lede ogen en spreekt men
graag een mondje Engels dat men heeft opgepikt van slechte soaps en dure
internationale congressen.
Bart De Wever was de enige staatsman rond de tafel. Hij
domineerde het gesprek als de intellectuele zwaargewicht die hij is. De andere
leken wel schooljochies, die niet eens begrepen waarover het ging en praatten
zonder enige kennis van de geschiedenis, de economie, de sociologie, de
politiek (groter dan die van de dorpen en de postjes), laat staan literatuur, kunst,
filosofie Wie de problemen niet eens opmerkt, zal ze nooit kunnen oplossen,
maar ze alleen nog erger maken. Wie zijn geschiedenis niet kent, is gedoemd om blindweg
steeds weer dezelfde historische fouten te maken. Vooral de voorzitters van de
socialistische partij en van de christelijke partij gingen af als een gieter,
maar waren zich daarvan op geen enkel ogenblik bewust. Zelfs de voorzitter van
het VB werd er wanhopig bij en riep De Wever pathetisch toe: Onderhandelen over
de toekomst van het land met deze partijen?!? Voor één keer had hij gelijk.
Dat is de tragedie van de Vlaamse politiek: blijkbaar trekt
die traditioneel een soort mensen aan dat in andere omstandigheden niet eens in
aanmerking zou komen voor het middenkader in een klein of middengroot bedrijf,
laat staan een opdracht aan zelfs een bescheiden hogeschool of universiteit. In
het beste geval zijn het omhooggevallen cafébazen en platte stemmentrekkers, in
het slechte geval laag bij de grondse opportunisten, postjesjagers zonder enige
scrupule of morele integriteit.
Bah!
Categorie:samenleving Tags:politiek
13-10-2012
Morgen gaan we stemmen!
Morgen gaan we stemmen, voor de gemeenteraden, de
schepencolleges, de burgemeester en ook nog voor de provincieraadsleden en de
bestendige deputaties. We hebben de laatste tijd allerlei dure en weinig
milieuvriendelijke brochures en folders in de bus gekregen af en toe zelfs een
geadresseerde envelop. Maar stel je eens de vraag: hoe vaak heb je een van deze
mensen gehoord of gezien in de voorbije zes jaar? Waar waren zij al die tijd?
Als ik kijk wie er hier zoal kandidaat is, dan krimpt mijn
hart ineen. Een 18-jarige jongeman vraagt mijn steun: hij vindt dat men te weinig
luistert naar de jongeren. Ik ben een oude man, ik woon in Werchter; ik luister
ongeveer elk weekeind naar de jongeren als ze weer luidruchtig fuiven in een
tent tot de vroege morgen; en de eerste dagen van juli luister ik naar hen als
ze op de wei hun oren laten kapot maken; ik luister naar hen als ze op hun
irritante brommertjes voorbij scheuren in het midden van de nacht, of met hun opgefokte
en omgebouwde wagentjes vol boenkeboenke muziek de buurt wakker schudden. Ik
luister, maar ik hoor niets dat ik ook wil onthouden.
Een jonge vrouw werkt in een ziekenhuis aan de infobalie, ze
wijst er de mensen de weg naar hun afspraak met de dokter. Dat contact met de
mensen maakt haar geschikt, zo stelt ze, om haar werk als schepen voort te
zetten. Akkoord dat haar werkervaring haar sociale vaardigheden heeft
bijgebracht, of dat hoop ik althans, ik heb ook wel al eens baliepersoneel
meegemaakt dat ik nog het liefst naar een onbewoond eiland zou transporteren.
Maar of ze ook bekwaam is als schepen? Ik heb er geen idee van, en ik word ook
niet wijzer van haar folder.
Rood en groen gaan hier al jaren samen, in de oppositie.
Samen betekenen ze nauwelijks iets, afzonderlijk Het lijkt wel een
verkeerslicht. Rood, dan weet je wat je te doen staat. Groen ook. Maar rood en
groen tegelijk? Dat is zoals oranje. Stop je, geef je gas? Als je doorrijdt,
word je misschien geflitst; als je stopt, knalt die bumperklever achter jou in
je gat.
Ik heb niet de indruk dat mijn gemeente bijzonder goed
bestuurd is, zoals mijn burgemeester me schrijft, via een persoonlijk
geadresseerde maar niet gefrankeerde brief in de bus, een kleurenkopie van een
handgeschreven brief vol gemeenplaatsen. Aan het einde van de brief wordt hij
even persoonlijk: hij heeft een broer verloren en ook zijn echtgenote. Maar dat
heeft hem nog sterker gemaakt, zegt hij. Ik wens het hem toe, maar ik had
liever gehad dat hij over die aspecten van zijn privé leven had gezwegen, dit
heeft veel weg van medelijden opwekken. Het is niet daarom dat we op iemand
stemmen.
Onvermijdelijk stelt zich bij dergelijke verkiezingen de
vraag naar de zin van onze vorm van democratie. Wij verkiezen
vertegenwoordigers om in onze plaats beslissingen te nemen over het algemeen
belang, in dit geval de gemeente en de provincie. Zij beschikken over
aanzienlijke middelen, afkomstig uit de belastingen, die zij aanwenden om onze
leefomstandigheden te verbeteren. Hebben zij dat goed gedaan? Niet bepaald,
vind ik. Als ik nakijk hoe vaak ik gebruik maak van de publieke diensten die
zij aanbieden, en naar mijn tevredenheid daarover, dan valt dat nogal tegen. Ik
vind dat ze mijn belastingsgeld niet erg goed besteed hebben. Ik zal dus niet
voor hen stemmen.
Maar voor wie dan wel?
De traditionele partijen putten zich uit in het beklemtonen
van het lokale karakter van deze verkiezingen. Dat deed ook Karel De Gucht
gisteren in een verkiezingsshow (het moet wel een show zijn, nietwaar?), tot
hij plots heel kwaad werd bij de suggestie dat zijn liberale partij zou
samengaan met de N-VA: wat?!? De N-VA? Waarop een tirade volgde over de voorbije
regeringsonderhandelingen. Maar het zijn wel lokale verkiezingen, hé?
Kijk, ik denk dat het niet veel uitmaakt wie er in een
gemeente of een provincie aan de macht is; het resultaat zal nogal eender
zijn. In Leuven is het al jaren een socialist, in Mechelen een liberaal, in
Gent een socialist, in Mortsel zelfs een dappere groene dame. Zien we enig
verschil? Ik niet.
En dus ga ik stemmen zoals ik zou doen als het federale
verkiezingen waren, dat wil zeggen verkiezingen voor de Vlaamse vertegenwoordigers
in het nationale en voor die van het Vlaamse parlement. Want hoe het in onze
gemeente gaat, hangt veel meer af van hoe het in België en in Vlaanderen gaat
dan van de enkele beroepspolitici en de vele amateurs die de gemeenten en
provincies besturen. Hoeveel geld de gemeenten hebben om uit te geven wordt
niet door de gemeenten bepaald, maar door België.
Er gaat meer Vlaams geld naar Brussel en Wallonië dan mij
lief is. Ik wil dat daar een einde aan komt. Ik wil dat Vlaanderen autonoom
wordt en zelf beslist wat het met de eigen zuur verdiende middelen doet,
inclusief de eventuele transfers naar andere gebieden waarmee we een samenwerkingscontract
afsluiten. Ik wens niet dat Brussel daarover beslist, of Wallonië.
Ik zal dus van deze gelegenheid gebruik maken om duidelijk
te maken dat ik er nu wel echt genoeg van heb, van de traditionele partijen die
Vlaanderen al zo vaak verkocht en verraden hebben, God weet waarom of voor wat.
De liberalen, sossen, de groenen en de tsjeven, ze kunnen allemaal de pot op:
geen Vlaams, geen centen. Als ze het nu nog niet door hebben, dan weet ik het
niet meer. Dan kan alleen nog een democratische revolte helpen. Helaas delen de
zwaksten bij revolten vaak in de klappen. Dat moeten we vermijden zolang we
kunnen.
Ik heb ook genoeg van de arrogantie van de egoïstische Franstaligen
die België willen behouden om zich te blijven laven aan de platte borsten van
die afgeleefde deerne, of stiekem de vruchten komen plukken van het werk onzer
handen.
Laat mij toe een voorspelling te doen: de Franstaligen
zullen blijven weigeren om een bescheidener plaats in te nemen in België, een
die overeenstemt met hun aantal. Zij zullen elk eerlijk gesprek saboteren,
zoals ze al altijd gedaan hebben, zelfs als al die gesprekken ééntalig in het Frans
verlopen, zoals tot nu toe altijd al het geval is geweest, omdat ze onze taal
verachten. Op die manier zullen zij ons blijven tergen door hun ondemocratisch
gedrag en hun hooghartige en onverantwoorde eisen.
Op een dag zal de gewone Vlaamse burger daar genoeg van
hebben.
Ik hoop dat ik het nog mag beleven.
Categorie:samenleving Tags:politiek
10-10-2012
Kwaad
Kwaad. Dat heeft een dubbele betekenis: je bent kwaad over
iets; en dat iets is zelf een kwaad.
In Chili is er weer een katholieke bisschop afgezet omdat
hij een jongeman seksueel misbruikt had. En aan de Katholieke Universiteit
Leuven is een bekende psychiater overgegaan tot bekentenissen, nadat hij onder
vuur was komen te liggen bij een onderzoek door de media, over zijn jarenlang
misbruik van patiënten in zijn medische praktijk.
Er is nog wel meer om ons kwaad over te maken, zoals de (zoveelste)
moord op een jong meisje door de Taliban, of de moord op een vrouw en haar drie
kinderen in Brussel. Dat er kwaad is in de wereld, dat hoeft niemand ons te
vertellen.
Ook filosofen praten en schrijven over het kwaad. Dat kan
dan behoorlijk ingewikkeld worden, zo zijn filosofen nu eenmaal. Meestal komt de
vraag dan neer op de persoonlijke verantwoordelijkheid van de dader, op zijn
vrije wil. Het gaat dan niet zozeer over hoe de slachtoffers en de gemeenschap
tegen de feiten aankijken; daarover is men het zonder meer eens. Er is
nauwelijks iemand die ook maar een ogenblik twijfelt aan het kwaad van de
voorbeelden die ik net aangaf. Maar hoe zit het met de dader? Vindt die ook dat
wat hij deed verkeerd was? En zo ja, waarom deed die het dan?
Laten we beginnen met de eerste vraag: weet een misdadiger
dat hij een misdaad begaat? Behalve in gevallen van evidente en uiterst zware mentale
beperkingen, meen ik dat we daarop bevestigend moeten antwoorden. Ik zag ooit op
tv een interview met een seksuele seriemoordenaar in de VS, en uit al wat hij
zei en deed bleek overduidelijk dat hij wist dat wat hij deed niet alleen verboden
was, maar ook niet goed. Zelfs de leiders van de SS gaven toe dat het
vermoorden van Joden op zich verkeerd was; ze zorgden voor een vorm van
begeleiding voor de moordenaars, die het er zelf ook moeilijk mee hadden; de
gaskamers en de crematoria zijn uitgevonden, niet alleen om sneller en op
grotere schaal te kunnen uitmoorden, maar ook om de persoonlijke actieve betrokkenheid
van de Duitse soldaten en burgers bij het concrete doden van mensen zoveel als
mogelijk te beperken.
Maar hoe kan men dan wetens en willens misdaden begaan?
Dat is de vraag. Enkele carjackers merken tijdens een
overval een naderende politiecombi en schieten koelbloedig twee agenten neer,
een van hen overleeft het niet. De daders kunnen niet ontkennen dat ze iets
deden dat volstrekt verkeerd is, hoe je het ook bekijkt. En toch doen ze het.
Dat kan alleen wanneer zij op dat ogenblik de zaken anders bekijken. Zij zijn
gekomen om een dure auto te stelen; dat is hun bron van inkomsten. De politie
stoort hen bij de uitvoering van hun werk. Ze nemen de wapens, hun werktuigen
en gebruiken die om zich te ontdoen van hun belagers. Het is voor hen een
kwestie van prioriteiten: zij leven nu eenmaal van het beroven van andere
mensen, dat is wat ze doen. Zij weten dat het niet mag, maar ze weten ook dat
het iets is dat kan.
Men kan in een maatschappij overleven door te werken en bij
te dragen tot het algemeen welzijn. Maar men kan ook vals spelen en parasiteren
op de maatschappij.
Cheaters noemt men
dat. Mensen die het spel niet eerlijk spelen. Dat kan op ontelbaar veel
manieren, de mens is erg vindingrijk. Dat moet ook wel, want als er iets is
waarop wij onmiddellijk verontwaardigd reageren, dan is het wel op vals spelen.
In de evolutionaire psychologie heeft men dat verschijnsel uitvoerig
bestudeerd. Er zijn altijd bedriegers, die misbruik maken van anderen voor hun
persoonlijk gewin of plezier. En er zijn anderen, de overgrote meerderheid, die
dat niet doen, of toch niet opvallend en in grote mate. Als er in een groep
meer valsspelers zijn dan andere, dan zal die groep uitsterven. De beste manier
om in leven te blijven en te floreren is immers eerlijk samenwerken. In de mate
dat het vals spelen genetisch bepaald is, zal het verwijderd worden uit het
leefpatroon, omdat het uiteindelijk een genetisch nadeel is, op langere
termijn. Misdaad loont immers niet. Het is gevaarlijk en het is verboden, het
wordt niet getolereerd, iedereen is achterdochtig voor mogelijk misbruik.
Valsspelers dragen niet bij tot het algemeen welzijn.
Maar het is wel verleidelijk. Wie alleen op korte termijn
denkt, kan alle scrupules opzij zetten en doen wat hij of zij wil om in de
persoonlijke behoeften te voorzien, zonder met de anderen rekening te houden.
En dat is precies wat er gebeurt. Men creëert een situatie waarin iets wat
normaal als verkeerd wordt gezien en ervaren, dat plots niet meer is. Men weet
nog altijd dat het in principe verkeerd is, maar niet hier en nu, niet voor mij.
Excuses zijn er genoeg. Een ervan is: niemand zal het weten.
En als niemand het weet, dan is er niets aan de hand, er kunnen geen negatieve
gevolgen zijn voor de dader, alleen positieve: het onmiddellijk gewin of
plezier. Het probleem is echter dat niets geheim blijft. Die psychiater kan
jarenlang zijn zin doen met zijn patiënten, in een reeks van min of meer vreemde,
ongezonde relaties, zonder dat iemand er iets van zegt, zelfs niet de vele
mensen die ervan op de hoogte waren: de patiënten zelf en hun naasten, collegas,
medewerkers, ondergeschikten. De man leefde in de waan dat hij ongestraft zijn
gang kon gaan, terwijl hij perfect goed wist dat wat hij deed helemaal fout
was. Maar hij achtte zich onschendbaar, en dan mag plots alles, denken we.
Een ander excuus: het is toch zo erg niet Denk aan de
ex-bisschop van Brugge, die zijn misbruik met zijn neefje omschreef als een
relatietje. Wat is dat nou voor ergs, elkaar een beetje betasten en eens laten
klaarkomen? Het gebeurt toch voortdurend, overal? Het mag niet, dat is waar,
maar zo vreselijk is dat nu toch ook weer niet! Men minimaliseert de feiten,
die op zichzelf inderdaad misschien niet wereldschokkend zijn en zo schuift men
de schuld van zich af. Men vindt dat men toch ook wel een klein beetje misbruik
mag maken van de situatie, wanneer die zich voordoet. Niemand is immers zonder
zonde. Het weer hetzelfde: het mag niet, akkoord, maar hier en nu doen we het
toch maar. Ook de gevolgen voor de slachtoffers minimaliseert men weg.
Nog een ander excuus is: het hoger belang. Dat zien we bij
de SS: mensen ombrengen mag niet, maar de joden zijn verantwoordelijk voor
alles wat er verkeerd is in de wereld, dat heeft de Staat zelf beslist. En dus
moeten ze uitgeroeid worden; dat is een vreselijke taak, maar iemand moet ze
doen. Of de Taliban: een meisje van veertien mag je niet doden, maar dit meisje
had zich schuldig gemaakt aan de zwaarste overtredingen van de goddelijke wet
en volgens die wet moest ze gedood worden.
Zo zien we dus dat het niet voldoende is dat we weten dat
iets verkeerd is om het ook te laten. De verleiding zal er altijd zijn om de
wetten te overtreden in het eigen voordeel, of wat men op dat moment als zijn voordeel
ziet.
Wij leven allemaal op de rand van die dunne lijn die goed en
kwaad scheidt. Wij voelen zeer goed aan wanneer we iets doen dat kwaad is,
groot of klein. Wanneer we twijfelen, kunnen we te rade gaan bij de wet, de
gebruiken, bij goede vrienden of betrouwbare raadgevers. Meestal moeten we
alleen maar in het eigen hart kijken, of in de ogen van de mensen die we onheus
behandelen.
De jongste jaren komt de kwestie van de vrije wil van de mens
weer ter sprake, vooral in de context van misdaden die men begaat. Zoals ik
hier al eerder schreef en ook hierboven aanhaalde, zijn er overduidelijke gevallen
van mensen die niet verantwoordelijk zijn voor hun daden, vroeger noemde men
dat zwakzinnigen; vandaag zal men wel politiek correcte eufemismen verzinnen,
maar daarmee hoef ik me niet in te laten, de lezer weet wat ik bedoel.
Sommigen stellen nu dat wij, gezonde mensen, in alles wat wij
doen bepaald zijn door onze voorgeschiedenis: onze genen, of liever: die van
onze ouders en voorouders; onze opvoeding in het gezin en op school, onze
omgeving, het dorp, de streek, het land, het werelddeel, de tijd waarin we
leven, onze vrienden en vijanden. Wij zijn alleen maar het resultaat van al die
factoren. Met andere woorden: we kunnen er niet aan doen.
Op enkele nauwkeurig te bepalen uitzonderingen na is dat
onzin. Het is alsof men de persoon ziet als een onbeschreven blad of een leeg
vat, waarop de invloeden van buitenaf dan vrij spel hebben. Maar dat is niet
zo. Elke mens beschikt over een stel hersenen en wij kunnen die ook gebruiken,
elk op zijn of haar manier, maar altijd voldoende om te kunnen spreken van een
waarachtige individuele verantwoordelijkheid van elke mens. Met andere woorden:
wij weten bijna steeds feilloos of we iets doen dat eigenlijk niet kan. Wij verwerken
de invloeden die wij inderdaad sinds onze geboorte ondergaan, zoals we ook de
genetische invloeden niet zonder meer overnemen, maar er een eigen, unieke
combinatie van maken die niet zomaar bepaald wordt door de genen van onze
voorouders. Wij zijn geen passieve slachtoffers van de omgevingsfactoren, maar gaan
daar actief mee om in het maken van de ontelbare keuzes die zich elke dag
opdringen, grote en kleine. Binnen de wetmatigheden die er ongetwijfeld zijn,
is er een enorme variatie van oorzaak en gevolg mogelijk, zoals blijkt uit het
feit dat het gedrag van een mens zo goed als helemaal onvoorspelbaar is op elk
moment.
Maar zelfs indien men zou aannemen dat de beïnvloeding,
genetisch of anders, veel aanzienlijker zou zijn dan men nu heeft kunnen
vaststellen, dan nog blijft men als fysiek persoon volledig verantwoordelijk
voor alles wat men doet. Het is die psychiater die zich heeft schuldig gemaakt
aan ongeoorloofde relaties met zijn patiënten, niet iemand anders. Hij is de verantwoordelijke,
zoals hij nu is als persoon, ook als hij spijt heeft (wat we nog niet vernomen
hebben), ook als de patiënten (misschien) ook (min of meer) vrij hebben
meegewerkt, ook als vaststaat dat intieme relaties in de psychiatrie en in de
hele verzorgingswereld vaak voorkomen en als een beroepsrisico kunnen beschouwd
worden. Hij zal dan ook vervolgd worden en zijn straf moeten ondergaan, tenzij
kan aangetoond worden dat hij totaal niet toerekeningsvatbaar was en is.
Wanneer men bewust wetten (in de algemene betekenis van het
woord) overtreedt, is men schuldig. Wanneer men de medemens niet als een evenwaardig,
vrij en moreel en fysiek onaantastbaar persoon behandelt, is men eveneens
schuldig, wat de wet ook zegt en wie het ook weet en wie het ook verzwijgt. Dat
is de zware opgave waar wij elke dag voor staan. Wie begint met het
vergoelijken van een kleine misstap, loopt het gevaar binnen de kortste keren
alle normen te ontkennen. Vroeg of laat loopt dat slecht af; eerst voor de
slachtoffers, uiteindelijk ook voor de dader.
Categorie:levensbeschouwing Tags:maatschappij
02-10-2012
Lees- en gespreksdag in Werchter
Spinoza lezen in
Vlaanderen
Lees- en gespreksdag voor Spinoza-vrienden in Vlaanderen
Werchter, 17 oktober
2012, 10 tot 16 uur.
Samen met enkele andere sympathisanten van Spinoza in Vlaanderen hebben we het idee
opgevat om een (eerste?) dag te besteden aan het lezen en bespreken van een
Spinoza-tekst, meer bepaald de Appendix
bij het eerste hoofdstuk van de Ethica.
Wij noemen het met opzet geen studiedag; het is de bedoeling om van het samen lezen
en praten te genieten, niet om in slaap te vallen bij langdurige geleerde
uiteenzettingen, noch om verhitte discussies te voeren over de mogelijke
plaatsing van een kommapunt.
We beginnen om 10 uur met de kennismaking met de deelnemers
bij een kop koffie of thee. Rond 10.30 uur start de eerste lezing, met de
nodige onderbrekingen voor tussenkomsten. Rond 12 uur ronden we af en drinken
we een aperitiefje.
Voor het middagmaal wachten we nog even af wat we doen tot
we het aantal en de wensen ter zake van de deelnemers kennen: broodmaaltijd,
restaurantbezoek, koud buffet
De tweede lezing begint rond 14 uur en loopt tot ongeveer
15.45 uur, ook weer met de nodige onderbrekingen. We sluiten af met koffie,
thee of iets krachtiger.
De bijeenkomst vindt plaats ten huize van Karel
en Lut Dhuyvetters- De Rudder, Hogeweg 78, 3118 Werchter. Daar is ruimte voor
een tiental deelnemers.
Deelname is gratis. Voor koffie, thee, frisdrank naar
believen en aperitief vragen we een bijdrage van 5 euro per persoon. Het
middagmaal betaalt iedereen zelf; indien er een gezamenlijke maaltijd of buffet
georganiseerd wordt, delen we de kosten van die spijs en drank.
Aanmelding via mail of telefonisch bij Karel, graag zo
spoedig mogelijk om evidente praktische redenen. We sluiten de aanmelding definitief
af op 15 oktober 2012. Tegen die dag verwachten we ook de betaling van de
deelname in de kosten van 5 euro per persoon op rekening BE70 9796 5587 7225.
Iedereen brengt zijn eigen tekst van de Appendix mee.