|
Quos Deus perdere vult, prius dementat.
Als je sommigen bezig hoort en ziet, dan denkt een mens weleens: hoe is het mogelijk!? Is iemand als Donald Trump nog wel bij zijn verstand? Zelfs als veel, bijna alles wat we van hem zien louter theater is, kan men toch moeilijk ontkennen dat zijn gedrag verre van normaal is, en dat is een ongepast eufemisme. Als het om een gewone burger zou gaan, zouden we daarbij niet te lang blijven stilstaan: zoals mijn Vader zaliger zei: Ons Heer moet zijn getal hebben, it takes all sorts of people. Maar de president van Amerika, een van de belangrijkste figuren in de wereld?
Dezelfde gedachte kwam spontaan bij me op bij de zoveelste oorlogszuchtige uitspraken van Mark Rutte, secretaris-generaal van de NATO. In tegenstelling met Trump, die altijd al een buitenissige figuur was, zou je van Rutte denken dat het geen idioot kan zijn: een goede academische opleiding, een begaafd muzikant, een ervaren bedrijfsleider, een succesvol politicus, veertien jaar lang minister-president van Nederland. Maar zelfs als men aanvaardt dat de topman van de NATO niet veel anders kan dan zich afzetten tegen de ‘vijanden’ waartegen de alliantie tenslotte opgericht werd, blijkt toch onmiskenbaar dat Rutte meent wat hij zegt, en zich niet louter pro forma inleeft in de rol die hij na zijn verkiezingsnederlaag toebedeeld gekregen heeft van zijn collega-staatshoofden. Zeker, wat Poetin uitspookt, vooral in Oekraïne, maar ook daarbuiten, is zonder enige twijfel kwaadaardig en levensgevaarlijk. Maar de reactie daarop van Rutte, van ministers van defensie (of van oorlog, zoals Trump zegt), van de legertop in alle landen, en zelfs van de meeste politici, is althans in mijn aanvoelen, eveneens levensgevaarlijk. De beste manier om met gestoorde mensen omgaan is niet de confrontatie, en nog minder even gestoord gedrag. Uit de beide Wereldoorlogen en ook uit de Koude Oorlog zouden we moeten geleerd hebben dat een bewapeningswedloop niet van aard is om de oorlog te vermijden, maar veeleer om die te doen losbarsten.
Ooit zat ik op de trein in Duitsland, en op een of andere manier kwam in het compartiment een gesprek op gang, waaraan ik in mijn heel gebrekkig Duits naar best vermogen deelnam, over de Tweede Wereldoorlog. Een oude man die als frontsoldaat had meegevochten, keek daarnaar meewarig terug. Wat me vooral trof, en altijd is bijgebleven, is deze uitspraak van hem: je staat tegenover elkaar met een wapen in de hand; als je zelf niet schiet, word je neergeschoten, dus schiet je.
Dat is waarom mensen elkaar uitmoorden in oorlogen: ze zijn door hun politieke en militaire leiders in een situatie gebracht waar het een kwestie is van doden of gedood worden, van doden om te overleven. De echte verantwoordelijken voor de miljoenen slachtoffers zijn, op psychopathische uitzonderingen na, uitsluitend de politieke en militaire leiders.
Waarom die leiders die zware verantwoordelijkheid om op grote schaal mensen te doden toch steeds weer op zich nemen, is voor mij werkelijk onbegrijpelijk, zodat ik geneigd ben te denken dat ze wel degelijk gestoord zijn, gek, waanzinnig. Kan men iets anders denken van Stalin, Hitler, Tojo, Franco, Pol Pot, Mao, Kim Il-sung, om slechts die te noemen? En moeten we niet hetzelfde denken van een aantal figuren die met hen de strijd aangebonden hebben, en niet minder slachtoffers gemaakt hebben?
Onze treffende Latijnse spreuk bevestigt dat: als de goden iemand in het verderf willen storten, maken ze die eerst waanzinnig. Anders gezegd: je moet wel gek zijn om jezelf in het ongeluk te storten. Uiteindelijk is dat ook wat er gebeurt bij zelfdoding. En zeker bij Hitler is het duidelijk dat zijn waanzin hem te gronde gericht heeft, terwijl dictators veeleer uitzonderlijk een vreedzaam einde gekend hebben, zoals Franco.
Maar er is meer. De waanzin van dictators brengt niet alleen henzelf tot een gewelddadig einde, maar talloze anderen, militairen en burgers. Je moet geen genie zijn om dat in te zien. Als de geschiedenis ons iets heeft geleerd, dan wel dit: wie met het zwaard omgaat, zal door het zwaard vergaan (Mt. 26:52). Oorlogen lossen niets op, ze bereiken nooit hun doel, ze veroorzaken alleen onnoemelijk veel leed, miljoenen doden, en onafzienbare materiële schade.
Ik weiger dan ook om me aan te sluiten bij al diegenen die vandaag stellen dat ons antwoord op de al dan niet reële buitenlandse militaire bedreiging erin moet bestaan dat wij nog veel meer miljarden gaan uitgeven aan bewapening, die niet gericht is op defensie, dus zelfverdediging, maar op open strijd op het slagveld en in de lucht, en zelfs op preemptive strikes, preventieve aanvallen, zoals die van Hitler op Polen, en die van Japan op de USA.
Ik ben het evenmin eens met het opleggen van sancties aan ‘vijanden’, aangezien die onmogelijk af te dwingen zijn en op grote schaal omzeild worden, door beide partijen.
Het enige juiste antwoord is overleg, ook als dat moeilijk verloopt, onophoudelijk en niet-aflatend overleggen op alle mogelijke manieren. Zolang mensen met elkaar kunnen praten, is nog niet alles verloren. Waar mensen spreken, zwijgen de wapens.
Ook in ons land zwijgen nu mensen en politici, en laten en doen ze de wapens spreken. Laten we onze stem verheffen en pleiten voor overleg, voor het te laat is en oorlogsstokers zoals de infame Mark Rutte gelijk krijgen met hun self fulfilling prophecies.
De goden brengen weliswaar meestal dictators gewelddadig om die ze eerst in de waanzin gestort hebben, maar niet zonder dat die zelf eerst op grote schaal anderen gewelddadig omgebracht hebben.
Categorie:samenleving
|