Enrique Granados is vijf dagen de protagonist in Nederland-Radio 4-programma Componist van de week
Nationale kleuring Hoewel
men aan de muziek van veel componisten van de generatie van Enrique
Granados (1867-1916) heel dikwijls kon beluisteren in welke contreien
zij hun oorsprong hebben, maar tevens de invloeden van hun dagelijks
leven hebben verwerkt, is het niet altijd even gerechtvaardigd de term
nationalistische muziek te gebruiken, vooral aangezien het adjectief
een zeer nare bijsmaak heeft. Maar nationaal getint is en blijft, ook
meer dan negen decennia na zijn heengaan diens muziek. Veelal is er
tijdens het fin de siècle, toen dit genre hoogtij vierde, vanuit gegaan
dat dergelijke composities het beste konden worden uitgevoerd door
landgenoten, is dat geen wet van Spanjaarden en Portugezen. Immers, de
frisse kijk van buitenaf kan soms ook een heel weldadige uitwerking
hebben doordat deze nieuwe perspectieven kan bieden. Enrique
Granados vervult de komende week, van maadag 14 tot en met vrijdag 18
januari, elke avond tussen 19:30 uur en 20:00 uur, de rol van Componist van de week in het gelijknamige programma dat Noor Kamerbeek samenstelt voor de Vara, om via Radio 4 te worden uitgezonden.
Dertien verschillende composities worden, deels of in hun geheel,
gedurende die in totaal tweeënhalf uur radiotijd voorgesteld. De
heldere tussentekste, uitgesproken de uitzonderlijk fraaie en aangename
stem van Peter Bree, nemen nooit veel tijd in beslag. De exacte
programmagegevens zijn te vinden op de website van Radio 4. __________ Afbeeldingen: 1. Componist Enrique Granados. 2. Radio presentator Peter Bree.
Ein deutsches Requiem en ander werk onder John Eliot Gardiner maandag en dinsdag op BBC Radio 3
Op maandag 14 en dinsdag 15 januari kunt u John Eliot Gardiner en zijn versie van Ein deutsches Requiem
van Johannes Brahms nogmaals horen als u beide avonden BBC Radio 3
inschakelt om 20:00 uur Nederlandse tijd. Voorafgaande aan het Brahms
Requiem, waarover u in deze kolommen meer
heeft kunnen lezen. Behalve de naam van het ensemble, en dat kunnen we
hier en nu alsnog vermelden, aangezien de BBC meer informatie heeft
verschaft dan de NPS verleden week. De uitvoerenden zijn het Monteverdi Choir en het Orchestre Revolutionnaire et Romantique.
Het concert duurt tot 21:45 uur, en dat geeft al aan dat er meer zal
worden gespeeld dan alleen deze Brahms-compositie. Het concert opent
eveneens met een werk van Johannes Brahms Begräbnisgesang uit 1858. Daarna klinkt van Heinrich Schütz (1585-1672) Wie lieblich sind deine Wohnungen, gevolgd door de Cantate nr. 60 O Ewigkeit, du Donnerwort uit 1723 van Johann Sebastian Bach (1685-1750). __________ Afbeelding: Heinrich Schütz, hier geschilderd omstreeks 1660. Portret van Christoph Spetner (ca.1617-1699).
Amerikaans verkiezingscircus helder en adequaat verklaard door Nederlander Frans Verhagen in recentelijk verschenen, overzichtelijk boek
De Amerikaanse verkiezingen uitgelegd Met de voorverkiezingen ―
die uiteindelijk, na vele tussenstappen, zullen moeten leiden tot de
installatie van een nieuwe president van de Verenigde Staten ―
momenteel in het dagelijkse vizier van de diverse publiciteitsmedia
wordt weer eens duidelijk dat het belang ervan heel wat verder strekt
dan alleen het werelddeel waar zich dat gebeuren afspeelt. Zo meldt Het Parool
van heden dat Bill Richardson, de vierde op de ranglijst van de
Democratische presidentskandidaten, vandaag bekend zal maken dat hij
zich zal terugtrekken. De meeste Nederlanders zullen nog nooit van de
man hebben gehoord, maar voor het geval ze meer over hem en zijn status
willen weten, is het een goede zaak om het pas verschenen ABC van de Amerikaanse verkiezingen,
door Frans Verhagen aan te schaffen. Die heeft alles wat ook maar op
enigerlei wijze met dit thema te maken heeft op een relatief lange, in
overzichtelijke hoofdstukken verdeelde, rij gezet, waarin hij een
antwoord biedt op heel veel eventuele vragen, die mogelijk
geïnteresseerden in onze contreien zouden kunnen stellen, behalve
uiteraard die éne vraag, welke het meest brandend is: Wie wordt die
volgende president?
Diverse serieuze kandidaten Een
adequaat antwoord kan daarop, althans in dit stadium niet worden
gegeven, aangezien er nog zoveel kan gebeuren dat (opnieuw) voor een
onverwachte wending kan zorgen, en waardoor elke redelijke analyse
buitenspel wordt gezet. Immers, nog maar een paar dagen geleden zag het
er relatief slecht uit voor Hillary Clinton, maar inmiddels heeft ze,
na New Hampshire, felicitaties van haar hardste Democratische
mededinger, Barack Obama, in ontvangst kunnen nemen. Dat laatste viel
ook te lezen in de (werk)dagelijkse mail van Lenthe Kriq,
waarin een bijzonder woord, of onalledaagse uitdrukking, extra aandacht
krijgt en wordt verklaard met de etymologische oorsprong. Het begrip caucus
was op donderdag 10 januari aan de orde en werd summier verklaard. Wie
daarover echter meer wil weten, kan er twee hele paginas over lezen in
Verhagens nieuwe boek.
Onmisbare gids Dat
250 paginas tellende boek is overzichtelijk en vooral aangenaam
leesbaar; het weet steeds de aandacht te boeien en wordt nergens saai,
droog of oninteressant, ondanks de talrijke, in het kader
van het thema onvermijdelijke, opsommingen. Die status is te danken aan
de nuchterheid van de schrijver, die nu voor de tiende keer de
Amerikaanse (voor)verkiezingen van nabij volgt, en dus aardig door de
wol gekleurd mag worden verondersteld. En daarbij komt dat deze
verkiezingsronde in Amerika de achtste is die hij als journalist
verslaat. Hij moet dus zeer wel in staat zijn hoofd- en bijzaken te
scheiden. Op het achterdeel van het boek wordt Frans Verhagen zelfs een
politiek junkie genoemd, waarmee degenen die zijn boeken en artikelen
lezen hopelijk hun voordeel kunnen doen. Zestig procent van zijn
nieuwste boek wordt ingenomen door het letterlijke ABC ― van Abortus
tot Zipper problem ― waarin we alle begrippen, welke een directe link
naar deze verkiezingen hebben, verklaard en wel, kunnen vinden met
verwijzingen en nuttige associaties, die het soms bizarre verleden van
onder meer tweeënveertig aan Bush jr. voorafgaande presidenten niet uit
de weg gaan, en waarin en passent ook nog een paar honderd jaar
VS-geschiedenis die in deze context van belang zou kunnen zijn, uit de
doeken wordt gedaan.
De kunst van het relativeren Voorafgaande aan het omvangrijke ABC vinden we, na een kort inleidend woord, een verhelderend essay, getiteld De beste wint nooit, maar het systeem is zo gek nog niet, waaruit de titel voor het gehele boek is gelicht.
Sterk relativerend met de vereiste journalistieke afstand, zou je ook
kunnen zeggen weet Frans Verhagen de vinger op diverse wonde plekken
te leggen zonder daarbij alle eventuele interessante kindertjes met
veel badwater in een oceaan van pijnlijke vooroordelen te laten
ondergaan. Ook begrijpt deze Nederlander dat velen bij ons het maar een
dwaze vertoning vinden, al die circusoptredens en dito gedragingen,
welke toch maar door meerderjarigen de wereld in worden gezonden. Dat
het daarbij niet altijd even volwassen toegaat, zal Frans Verhagen in
een ruimere context hebben meegemaakt dan de momentopnamen, waarmee
allen, die zo ver van de plaats der delicten verwijderd zijn, het
moeten doen. Hij is immers degene, die er met de neus bovenop heeft
gezeten iets waarom menigeen hem zal benijden. Tegelijkertijd zullen
er voldoende anderen zijn die een dergelijke beker vol Yanken-dwaasheid
graag aan zich voorbij zullen laten gaan. In het hoofdstuk De klas van 2008: een sterkte-zwakte analyse
worden alle kandidaten kort en krachtig voorgesteld en hun zwakke
plekken naar voren gehaald, evenals hun sterke punten. Overlappingen in
die beide categorieën zijn daarbij geen zeldzaamheid.
Eventuele struikelblokken Heel kort gaat Frans Verhagen in op het tijdschema van de thans lopende voorverkiezingen, en hij duidt die aan met het begrip hindernisbaan.
In het kader van de uitzinnig vermoeiende hordenloop die zulke
voorverkiezing zijn, valt een beter begrip dat tegelijkertijd de relativering binnen het gebeuren hoog houdt, nauweljks te bedenken. Dat het desondanks tevens een uitputtingsslag voor alle kandidaten zal worden, mag als voor de hand liggend, en daarom bekend, worden verondersteld. Vervolgens
laat Verhagen nog even alle 43 presidenten tot nu toe de revue
passeren, met saillante, en soms wie zal het verbazen, die inmiddels
weet dat het zipper problem bij tijd en wijle 'zelfs' in de politiek een niet geringe rol speelt pikante details. Het
laatste hoofdstuk van het nog tien maanden heel actief te koesteren
boek, dat ook daarna nog steeds opnieuw als naslagwerk kan dienen een
betere aanbeveling kan ik even niet verzinnen , somt alle
presidentsverkiezingen vanaf 1788 op, noemt de partij in kwestie, het
aantal kiesmannen en, als het van toepassing is, eveneens het aantal en
het percentage van de behaalde stemmen. De beste wint nooit
is een aangenaam boek dat het gemakkelijk kan opnemen tegen zo menig
politieke thriller die in een dikke duim is ontstaan, hetgeen maar weer
eens bewijst dat de meeste verzinsels het moeten afleggen tegen de
dagelijkse realiteit. Op een paar orthografische kleinigheden na pijl
in plaats van peil, alsmede inconsequent gespelde woorden valt er op
deze grote prestatie van Frans Verhagen niets aan te merken. Ook al kun
je met hem verschillen van ening met betrekking tot de inhoud van zijn
laatste zin, die gaat over de historische plek voor Bush junior. ___________
Frans Verhagen: De beste wint nooit Het ABC van de Amerikaanse verkiezingen. 256 pag., paperback; Nieuw Amsterdam Uitgevers, Amsterdam, 2007. ISBN 978 90 468 0260 1. Prijs 12,95. ____________ Afbeeldingen 1. Voorplat van het actuele boek van Frans Verhagen. 2. Hillary Rodham Clinton (officieel portret): serieuze kandidate voor het presidentschap van de VS. 3. Barack Obama, Clintons meest nadrukkelijke uitdager binnen het eigen, Democratische kamp. 4. Rudolph Giuliani, voormalige (107de) burgemeester van New York, thans een serieuze Republikeins presidentskandidaat. 5. John McCain (officieel portret): de grootste uitdager van Hillary Clinton binnen het Republikeinse kamp. 6. Frans Verhagen, auteur van het actuele ABC. (Foto: Herman Wouters.)
Ein Deutsches Requiem van Johannes Brahms in de versie van John Eliot Gardiner, maandagavond op Nederland 2
Opname van Zaterdag-Matinee
Maandag
7 januari in de late uren, tussen 23:40 uur in de avond en 00:40 uur in
de nacht is via Nederland 2, in het kader van de reeks NPS Klassiek uitvoering te zien van Ein Deutsches Requiem van
Johannes Brahms. Het betreft een opname, die de NPS heeft gerealiseerd
tijdens de Zaterdag-Matinee in het Concertgebouw te Amsterdam op 27
oktober 2007. Helaas heefde NPS nagelaten te vermelden welk ensemble
John Eliot Gardiner voor die gelegenheid heeft geleid. Wel meldt bij
voorbeeld de VPRO-Gids exact dezelfde tekst als op de website van
Nederland 2 over dat programma-onderdeel te vinden is: "Gardiner deed
onderzoek naar de instrumenten waaraan Brahms de voorkeur gaf en naar
de wijze waarop Brahms indertijd zijn orkesten samenstelde." Wij hadden
echter graag willen weten welk orkest Gardiner zo'n tien weken geleden
voor Brahms' troostcompositie heeft samengesteld, dan wel welk ensemble
hij, door anderen samengesteld, kreeg voorgezet.
Eerste van de grote koorwerken Ein Deutsches Requiem
is het eerste van de grote koorwerken, die Johannes Brahms heeft
gecomponeerd. In eerste instantie werd het idee ervoor hem ingegeven
door de dood van zijn vriend Robert Schumann in 1856. Vanaf 1857 werkte
Brahms er gestadig aan, maar door het overlijden van zijn moeder, in
1865, werd zijn inzet, dit werk tot een goed einde te brengen, nog
versterkt. Het begrip Requiem is enigszins misleidend, omdat
hier in het geheel geen sprake is van een kerkelijk-liturgische
compositie. Het is weliswaar niet de eerste keer dat er een dodenmis
werd gecomponeerd op een Duitse tekst, in plaats van op de Latijnse
tekst uit de rooms-katholieke dodenherdenking. Het werk is veel meer
een uiteenzetting met het fenomeen van de dood, vooral na sterk
persoonlijke belevenissen die daarop direct betrekking hebben.
Vergankelijkheid en hoop op de eeuwigheid worden tegenover elkaar
gesteld, evenals diepe droefheid enerzijds en troost anderzijds. Brahms
heeft geheel eigen, Duitse opvatting van de dood en het hiernamaals, en
heeft voor de muzikale uitbeelding daarvan de vorm van een koorcantate
gekozen en deze voorzien van Bijbelteksten naar eigen inzicht. De
verschillende onderdelen heeft hij zodanig samengevoegd dat er een
Noordduitse, protestantse opvatting van dood en wederopstanding uit
tevoorschijn gekomen is. Het jongste gericht van het Dies irae
staat niet meer centraal, hellepijn en vagevuur komen niet meer aan de
orde: de zielen van de overledenen hebben geen voorspraak van heiligen
meer nodig.
Dat
het menselijke aspect in verband met dood en eeuwigheid zon nadruk
heeft gekregen zonder dat daarbij onmiddellijk wordt verwezen naar de
gebruikelijke confessionele context, is er mede de oorzaak voor dat
het werk zon enorm effect heeft gesorteerd. Op dat punt had Brahms
zijn tijd wel mee: in de tweede helft van de negentiende eeuw waren de
banden met de kerkelijke dogmas die eeuwenlang opgeld hadden gedaan,
flink wat losser geworden en kwam de mens zelf steeds meer centraal te
staan.
De uitvoering van de eerste drie van de zeven delen van Ein Deutsches Requiem
had plaats op 1 december 1867 te Wenen. Deze werd koel ontvangen en dat
noopte Brahms tot enige herzieningen. Een paar maanden later, op Goede
Vrijdag 1868, kwam het in de Dom van Bremen tot een uitvoering van de
eerste vier en de laatste twee delen.
Daar
maakte het werk een zo overweldigende indruk dat het snel elders werd
uitgevoerd. Pas op 18 februari 1869 werd het in Leipzig voor het eerst
in zijn geheel gespeeld, onder leiding van Carl Reinecke, die vanaf
1860 dirigent van het Gewandhausorchester was.
Bij niet iedereen viel Brahms compositie even goed. De fervente
Wagnerianen wezen hem en zijn werk per definitie af. De Franse
schrijver Romain Rolland (1866-1944) onder meer auteur van een
befaamde Beethoven-biografie vond Brahms een belachelijk-overschatte
grootheid. De Iers-Engelse toneelschrijver George Bernard Shaw
(1856-1950), die in zijn jonge jaren muziekcriticus in Londen was,
beschouwde Brahms Requiem als een reclameartikel voor een
begrafenisonderneming.
(De
zeven Bijbelteksten die Brahms heeft gekozen, komen uit het Nieuwe
Testament, de Psalmen, de profeet Jesaja en uit twee apocriefe
Bijbelboeken: WijsheidvanSalomo, en Jezus Sirach. Om
de Nederlandse tekst daar zo goed mogelijk bij te laten aansluiten, is
gekozen voor de nieuwere vertaling van het Nederlands
Bijbelgenootschap. Geen van de protestantse edities bevatten de
apocriefen, maar de Willibrord-vertaling van de Katholieke
Bijbelstichting heeft die wel opgenomen. Daaruit hebben we de teksten
overgenomen, die Brahms van de Wijsheid van Salomo en van Jezus Sirach in zijn Requiem heeft gebruikt.) ___________ Afbeeldingen 1. John Eliot Gardiner in 1997. 2. Johannes Brahms, met handtekening. 3. George Bernard Shaw, kritisch recensent.
. . . met deze aura van nobele onschuld ' twintigste-eeuwse lyriek over engelen
Bodes van de hemel, en van dichters In
de dagen van weleer werden engelen als boden der goden in het
monotheïstische daarentegen van die ene God gezien. Tegenwoordig
bestaat er echter steeds meer een wereldse instelling jegens fenomenen,
die men niet direct begrijpt en/of kan verklaren, dan wel helemaal niet
kent. Derhalve worden engelen of die nu lief zijn en meegaand, dan
wel vertoornd of zelfs boosaardig door velen eerder als
booodschappers van dichters ervaren. Hans Stempel en Martin Ripkens,
auteurs van kinder- en tevens van jeugdboeken, en adviseurs van een
groot mediaconzern, hebben reeds enige anthologieën samengesteld, die
mit succes werden bekroond. In het onderhavige geval der 'hemelse
boodschappers' hebben de een anthologie in zeven hoofdstukken
samengesteld, die zich met het thema in de lyriek van de twintigste
eeuw bezighouden, en wel vooral in de Duitse literatuur, echter tevens
met enige gedichten, die uit andere talen in het Duits zijn vertaald.
De zeven verschillende hoofdstukken behandelen engelen in de context
van resp. toevlucht, toorn, afschied, tederheid, opgewektheid,
geschiedenis en van engelen in een vluchtig voorbijgaan.
Verrassend Dat
zich tussen al die bekende en nog bekendere dichters ook namen
bevinden, die niet onmiddellijk een heel scala aan boektitels, feiten
und fictie oproepen, kan nauwelijks verbazing weckken. Dat zich tussen
al die schrijvend werkzame lieden ook de internationaal hoog
gewardeerde pianist Alfred Brendel bevindt, ist een interessante en
zeer aangename verrassing. Kennelijk heeft deze musicus oren naar meer
dan 'alleen' noten. Hem gunnen wij dat maar al te graag. Het mooi vormgegeven boekje bevat bijdragen van 88 dichters von A bis W: Anna Achmatowa tot en met Gabriele Wohmann.
WENN DIE ENGEL KOMMEN
Wenn die Engel kommen erzählen sie gerne Geschichten etwas ungereimt freilich Engel lieben Unsinn informieren uns über Gott und die Schöpfung alles frei erfunden sehen aus wie Paradiesvögel oder junge Propheten oder schöne geflügelte Damen flatterhaft aber mit dieser Aura nobler Unschuld selbst wenn sie uns bedrängen uns mit ihren Flügeln zudecken den Himmel öffnen Müttern erscheinen sie als Putten werde geherzt und entfleuchen wieder Auf Denkmälern sitzend putzen sie sich wie die Schwalben
Alfred Brendel (geb. 1931) Uit: Störendes Lachen während des Jaworts Wien, München 1997 (Hanser Verlag) ____________
DER ENGEL IM WINTER
Ich aber traf ihn nachmittags im Wald. Ein Wunder das durch Buchenräume ging, So menschenfern, so stegend die Gestalt, Daß blaue Luft im Fittich sich verfing;
Das Antlitz schien ein reines, stilles Leid, Sehr sanft und silbrig rieselte das Haar, In großen Falten schritt das weiße Kleid. Er schaffte nichts, er sagte nichts; er war.
Und nichts an ihm, was schreckte, was verbot. Und dennoch: keines Sterbens Weggenoß, Daß meine Lippe, ob auch unbedroht, Erstaunten Ruf, die Frage stumm verschloß.
Ein Blatt entwehte an sein Gürtelband, Vergilbt und schon ein wenig krausgerollt; Er fing und trug es in der schmalen Hand Wie ein Geschenk aus Bronze und aus Gold.
Wer sah ihm zu? Das Eichhorn, rot am Ast, Und Rehe, die das Buschwerk schnell verlor. Und Erlen wanden schon im Abendglast Wie schwarze Schlangen züngelnd sich empor.
Er regte kaum die dünne Blätterschicht Mit weichem Fuß. Es hatte ewig Zeit. Und zog: wohin? In Stadt und Dörfer nicht. Er wallte außer aller Wirklichkeit.
Nicht unsre Not, nicht unser armes Glück, Nur keusche uhe barg sein Schwingenpaar. Ich folgte nach und stand und blieb zurück. Er brachte nichts, er sagte nichts; er war.
Getrud Kolmar (1894-1943) Uit: Gedichte
Der Engel neben dir Gedichte zwischen Himmel und Erde Herausgegeben und mit einem Nachwort von Hans Stempel und Martin Ripkens. 176 Seiten, Paperback, Originalausgabe. Deutscher Taschenbuch Verlag, München, december 2007; ISBN 978-3-423-13625-9. Prijs 8,50 (in de BRD en in Amsterdam bij Boekhandel Die Weisse Rose).
Afbeeldingen 1. Voorplat van de dtv-uitgave met gedichten over engelen. 2. De Pianist, eessayist und lyricus Alfred Brendel, die heden 77 jaar geworden is. De Foto werd enige decennia geleden genomen. 3. Die lyrische dichteres Gertrud Kolmar. Ze werd vermoedeljkh in Auschwitz omgebracht. 4.
Die beide auteurs van de anthologie, Hans Stempel en Martin Ripkens. De
Foto von Ursula Zeidler werd van de achterflap van het omslag van hun
boek Das Glück ist kein Haustier Eine Lebensreise (dtv 24227) overgenomen.
Der Mann im Strom, film naar de roman van Siegfried Lenz, aanstaande vrijdagavond op het eerste Duitse televisienet ARD/Das Erste
Roman-verfilming Vrijdag,
4 januari, is 23:30 uur 's avonds, als aanvangstijdstip gepland voor
de, als televisiefilm aangekondigde, omzetting in beelden van de roman
van Siegfried Lenz (1926), die in 1957 voor het eerst is uitgekomen.
Deze verfilming, met een lengte van anderhalf uur, van Lenz' thema
een 55 jaar oude bergingsinspecteur in de Hamburgse haven ziet zich
genoodzaakt zijn uiterlijk en zijn papieren aan te passen, waardoor hij
als redelijk jongere man weer als duiker aan de slag zou kunnen is in
2006 gerealiseerd door Nikolaus Stein von Kamienski voor het eerste
Duitse televisienet ARD/Das Erste, en werd eerder reeds uitgezonden op
15 maart 2006. Dat thema is in de halve eeuw volgend op de
verschijningsdatum van het boek steeds actueler geworden, ook buiten de
beroepen die als eerste een kerngezond, jong lichaam vereisen.
Jan Fedder als Hinrichs De
rol van de middelbare Hinrichs die wel degelijk enige last van
ouderdomskwalen begint te vertonen, oorsuizen en druk in de hartstreek,
doch deze niet tot zijn bewustzijnsniveau wil laten doordringen,
evenmin als de beklemming die hij ondergaat in diepere wateren wordt
gespeeld door de zelf 52 jaar oude Jan Fedder, die vele (vooral Noord-)Duitsers kennen als de politieman met grote mond en klein hartje, in de serie Großstadtrevier, en als plattelandsman in de Neues aus Büttenwarder.
Hoewel hij in die laatstgenoemde rollen wel eens wat opgelegd pandoer
presenteert, is zijn inleving in de figuur van Hinrichs uit Siegfried
Lenz' roman, en de omzetting daarvan, zeer geloofwaardig en van een
weldadige ingetogenheid. Naast Jan Fedder die in het werkelijke
leven vegetariër is, zo'n 50 sigaretten per dag rookt, en zich
daarnaast onder meer bekommert om kinderen met aids spelen Lea
Draeger en Moritz Grove. Deze roman van Siegfried Lenz is in 1958
reeds verfilmd, toen door Eugen York, met de zo populaire Hans Albers.
Ook die film duurde anderhalf uur. __________ NB: Meer over Siegfried Lenz en zijn werk is later deze week op de zustersite Tempel der Letteren te vinden. ____________ Afbeeldingen 1. Omslag van de eerste pocket-editie uit 1963 (toen dtv 102; thans dtv 19124)
van Siegfried Lenz' roman. Hier met het gehele omslagonwerp van de
recentelijk gestorven, Zwitserse illustrator Celestino Piatti. Zie
daartoe de beschrijving van de afbeeldingen in het verjaardagsartikel
over de schrijfster Angelika Schrobsdorff in Tempel der Letteren. 2. Jan Fedder als Hinrichs in de film Der Mann im Strom.
Zaterdag 29 december is de dag van de filmklassiekers op de beeldbuis, van Nederland 2, via Canvas, tot en met BBC 2
Het
lijkt wel of de diverse zenders het hebben afgesproken: een dag van de
filmklassieker, maar het is waarschijnlijker dat het met de tijd van
het jaar te maken heeft. Zaterdag 29 december worden er maar liefst
vier filmklassiekers uitgezonden, en gelukkig allemaal op zenders, die
niet met nasynchronisatie komen aanzetten.
Chaplins Modern Times op Nederland 2 Het begint om half drie in de middag op Nederland 2 met Modern Times
uit 1936 van en met Charles Chaplin (1889-1977). Deze film duurt
anderhalf uur. Het is een inmiddels klassiek verhaal en een klassieke
film over de steeds voortschrijdende industrialisering in de
twintigste eeuw, met alle machtsverhoudingen tussen werkgevers en
werknemers en de daaraan gekoppelde elementen, die heden ten dage in
een enorme uitvergroting via camera's veel meer registereren dan alleen
de handel en wandel van het personeel in een bedrijf. De bekendste en
ongetwijfeld meest voorgestelde scène uit die film in de vorm van een
(al dan niet grote) foto is het moment waarop Chaplin als sleutelende
onderhoudsarbeider tussen de raderen van een grote machine bekneld
dreigt te raken. Kan de voorstelling van de feitelijke werksituatie en
de daaraan onverbrekelijk verbonden structuren niet alleen de op meer
en meer macht beluste werkgever, maar tevens die van het machinepark;
iets dat we vandaag de dag in extreme uitvergroting meer en meer
ondergaan nog representatiever worden uitgebeeld? Naast Chaplin
spelen Paulette Goddard (1910-1990; heette in werkelijkheid Marion
Pauline Levy) en Stanley J. Sanford (1894-1961), die al eerder met
Chaplin had gewerkt.
Canvas zendt Casablanca uit Het tweede Nederlandstalige Belgische televisienet Canvas zendt eveneens een klassieker uit, waarvan de laatste zin tot de categorie gevleugelde woorden is gaan behoren: Casablanca uit 1942, van Michael Curtis. Met Citizen Kane van Orson Welles strijdt deze
film (passief) om de kwalificatie "beste film aller tijden", een
zinloos gebeuren: beide films zullen nog lang tot de categorie "beste
van het witte doek" blijven behoren. Casablanca werd
onthaald op drie Oscars. Gezien de omstandigheden waaronder de rolprent
werd gerealiseerd, verwachtte helemaal niemand dat deze een succes zou
kunnen worden. Naast Humphrey Bogart (1899-1957) spelen Ingrid Bergman
(1915-1982) en Paul Henreid (1908-1992).
Klassieker van ander kaliber Een klassieker van geheel andere structuur en uitwerking is The Graduate
uit 1967, van Mike Nichols. Dustin Hoffman, Anne Bancroft (1931-2005),
Katherine Ross en Murray Hamilton (1923-1986) spelen daarin de vier voornaamste personages. Deze rolprent werd al
snel een cultfilm, omdat deze zich inhoudelijk afzette tegen de toen
heersende moraal van grote delen van mensen, de ouders moesten
verbeelden, maar daar in het kader van hun zware frustraties, niet in
de laatste plaats op seksueel gebied heel ernstig faalden. Dustin
Hoffman bracht het
met deze film tot de status van internationale ster. Hij wist de
onervarenheid van een jongeman, die als een blok valt voor de charmes
van een 'oudere' vrouw goed over te brengen, en hele volksstammen
konden zich heel gemakkelijk met de sitautie, en het daaraan gekoppelde
verlangen van intimiteit met een rijper wezen, identificeren. De muziek
is bij velen over de hele wereld blijven hangen in het repertoire van
de in die dagen zeer populaire duo (Paul) Simon and (Art) Garfunkel. De
film duurt een uur en drie kwartier en wordt tegenwoordig geschikt
geacht voor kijkers vanaf zes jaar. Eigenlijk is het al zaterdag als de
film begint, maar in de programmering staat deze op vrijdag. Het
begintijdstip is gepland om 00:20 uur, en als einde staat 01:50 uur;
dat is niet de lengte van 105 minuten die in de gegevens van de
filmografie staat.
Philip Marlowe Private Eye Sedert Edward Dmytryk (1908-1999) in 1944 de Amerikaanse film Murder, my sweet
heeft uitgebracht, is het hoofdpersonage, de privé-detective Philip
Marlowe, uit de boeken van thriller-schrijver Raymond Chandler
(1888-1959) door diverse beroemde filmacteurs voor het voetlicht
gebracht. In deze rolprent naar Chandlers boek Farewell, my lovely
heeft de tot dan toe smartlappenzanger Dick Powell (1904-1963) het tot
Holywood-acteur weten te brengen, een carrière-onslag die groter niet
had kunnen zijn, gezien de successen die zouden volgen. Later zou hij
nog een eigen show krijgen met internationale vermaardheid. Zoals
dat in de vervolgens als 'hard-boiled' gekarakteriseerde verhalen van
Chandler, en dienovereenkomstig in de verfilmingen daarvan nu eenmaal
gebeurt, gaat het altijd weer om een mysterie met veel geweld en
aantrekkelijke vrouwen. Verder blinkt Dmytryks vertolking van Chandlers
roman uit door een als 'hallucinogeen' omschreven scène, die zijn
weerga niet kende totdat Alfred Hitchcock zich meer en meer in
Hollywood ging profileren. BBC 2 zendt deze film uit in de nacht van zaterdag 29 op zondag 30 december, tussen 03:05 uur en 04:45 uur.
____________ Afbeeldingen
1. Filmposter voor Modern Times. 2. Paulette Goddard.
3. Paul Henreid en Humphrey Bogart in Casablanca.
4. Dustin Hoffman en Anne Bancroft in flagranti.
5. Filmposter voor The Graduate.
6. Bovenste helft van de Penguin-paperback-versie (groene Crime-serie) van Raymond Chandlers boek Farewell, my lovely, dat ten grondslag heeft gelegen aan de film Murder, my sweet. 7. Regissseur Edward Dmytryk.
Richard Strauss: 'Vier letzte Lieder' en 'Tod und Verklärung' zaterdagmiddag met mijmeringen rond de dood in het programma 'Aladdin' op Klara-Radio
Op zaterdag 29 december kunt u in het muziekprogramma Aladdin, dat tussen 13:10 uur en 15:05 uur wordt gepresenteerd door de Begische, Nederlandstalige radiozender Klara, naar twee composities van Richard Strauss: de Vier letzte Lieder, welke aanleiding hebben gevormd voor een mijmering over de dood. Tevens zal van dezelfde componist Tod und Verklärung worden
uitgezonden, en verder werken van Richard Wagner, Franz Schubert en
Orlando di Lasso. Op de website van Rond1900.nl, in het fin de siècle
magaine All art is quite useless, heb ik een uitgebreid artikel opgenomen over die laatste Strauss-liederen, onder de titel De dood als contrapunt.
Voor meer informatie, dwarsverbindingen en een beeld van de tijd,
alsmede de invloeden die hebben geleid tot deze wonderbaarlijke
compositie, verwijs ik u dan ook graag naar mijn bijdrage op die website. _______________ De tekening van Richard Strauss is van Jarko Aikens, Groningen 1984, en is afkomstig uit het archief van Heinz Wallisch.
Buster Keatons slapstick 'The Blacksmith' uit 1922 woensdagochtend op Arte-televisie
Woensdagochtend tussen 09:30 uur en 10:00 uur kunt u op Arte-televisie kijken naar de slapstickThe Blacksmith De Hoefsmid
uit 1922 van en met Buster Keaton. Co-regisseur is Malcolm St. Clair.
Deze beide heren hebben samen tevens het draaiboek geschreven. De film,
die op 21 juli 1922 voor het eerst werd vertoond, valt in de categorie
Silent Movies met intertitles
tussentitels in witte letters op een zwarte ondergrond. De film heeft
een lengte van 25 minuten, en werd geproduceerd door Joseph M. Schenck.
Voor de cinematografie tekende Elgin Lessley. Drie
rollen telt de prent: de smid wordt vertolkt door Joe Roberts, Buster
Keaton die in werkelijkheid de voornamen Joseph Frank droeg is de
assistent van de smid, en de vrouw met het paard krijgt, bij elke
vertoning opnieuw, gestalte in Virginia Fox.
De Duitse schrijfster Angelika Schrobsdorff blinkt uit in fijnzinnigheid en een groot observatievermogen ' Vandaag is ze tachtig jaar geworden
Jauchzet, frohlocket! Angelika
Schrobsdorff, de fijnzinnige, veelzijdige Duitse schrijfster wordt
vandaag tachtig jaar, en haar uitgever Deutscher Taschenbuch Verlag,
heeft de pers daar tijdig opmerkzaam op gemaakt, en als uitgever zie je
vanzelfsprekend althans in de meeste gevallen niets liever dan dat
er veel aandacht aan zo'n bijzondere gebeurtenis wordt besteed,
aangezien dat bijna altijd eveneens, in ieder geval enige, extra
aandacht voor de boeken van de auteur in kwestie genereert. Voorzover
dat de romans, verhalen, herinneringen en overpeinzingen van Angelika
Schrobsdorff betreft, valt daar niets tegenin te brengen, aangezien al
deze zijn geschreven met een vakmanschap dat meer inhoudt dan alleen
het in de juiste volgorde zetten van de benodigde woorden om een
aanvaardbare of interessante zin te creëren. Deze auteur is er,
decennialang, in geslaagd de meerwaarde, die tussen de regels van het
door haar geschrevene te vinden is, op hetzelfde niveau te houden en de
ironie en kritiek daarin zodanig te doseren dat er steeds opnieuw een
verrassend resultaat uitgekomen is.
Voor een zeer uitgebreid artikel met details over haar boeken verwijs ik u naar mijn artikel op de Nederlandse website Tempel der Letteren (één van de twaalf thema-afsplitsingen van de oorspronkelijke Cultuurtempel).
Karel du Jardin, Amsterdam kunstschilder uit de Gouden Eeuw met een exposite in het Rijksmuseum, Amsterdam en een nieuw, tweetalig, groot prachtboek
Gevierd penseelkunstenaar De
Nederlandse schilder Karel du Jardin (1626-1678) was één der meest
veelzijdige kunstenaars van zijn tijd, die middein de Gouden Eeuw lag.
Onder zijn penseelstreken kwamen niet alleen toestanden en
gebeurtenissen uit de geschiedenis bijna letterlijk tot leven,
hetzelfde geldt voor de personages, die hij heeft geportretteerd,
meestal in opdracht van de adel van die dagen. En laten we vooral niet
zijn adembenemende landschappen in Italiaanse stijl vergeten, die lang
op het netvlies van de beschouwer blijven 'nawerken'. Daaraan moet
worden toegevoegd dat hij uitzonderlijke thema's 'oppakte' voor
uitbeelding, welke tot op dat moment niet in aanmerking waren gekomen
voor uitbeelding, en al zeker niet in het kader van de tot dan toe
bekende Nederlandse schilderkunst.
Tentoonstelling en nieuw boek Sedert de opening van de expositie van schilderijen van Karel du Jardin, op 14 december, in het Rijksmuseum te Amsterdam (tot medio maart volgend jaar), is er een uitzonderlijk fraai boek van de persen gerold dat ons
in de tweetalige tekst (Nederlands en Engels) niet alleen, in kort maar
helder bestek, inzicht verschaft in de diverse fasen van zijn leven,
maar ons tevens laat zien welke schitterende werken in de bovengenoemde
disciplines deze Nederlandse kunstenaar wiens naam toch niet
bestorven ligt in de mond van veel liefhebbers van vaderlandse
schilderkunst, en daarmee voorziet deze uitgave eveneens in een leemte
aan ons cultuurbezit heeft toegevoegd. Gelukkig bevindt één van de
grootste collecties met schilderijen, die zijn signatuur dragen, zich
in het Rijksmuseum te Amsterdam. Het voortreffelijk geschreven en tot
in de puntjes verzorgde boek is een coproductie van dat
cultuurinstituut in samenwerking met Nieuw Amsterdam Uitgevers.
Du Jardins leven Het
levensverhaal van deze voor de geschiedenis van de schilderkunst van
ons land zo belangrijke kunstenaar wordt op de achterzijde van het boek
zo mooi omschreven met de Engelse uitdrukking "from rags to riches".
Karel du Jardin werd geboren in één van de zijstraten van de
Amsterdamse binnenstad in een relatief armelijk gezin, maar hij slaagde
er met zijn kunst in zich op te werken totdat hij zich in één der
vooraanstaande grachtenpanden op de Keizersgracht kon vestigen. Hij
onderhield contacten met tal van uitzonderlijke persoonlijkheden, zoals
de 'zeeheld' Michiel de Ruyter, wiens portret hij in 1669 heeft
gerealiseerd: een staaltje vakmanschap van het hoogst denkbare niveau. De
goede man hield ook van reizen, en bezocht in dat kader Frankrijk en
Italië. Tijdens zijn laatste reis naar dat land, kwam hij uiteindelijk
terecht in Venetië, waar hij werd overvallen door koorts, maar zich
desondanks heeft overgegeven aan een zeer overvloedig maal, en dat is
hem noodlottig geworden. Hij overleed aan de gevolgen van
voedselvergiftiging. __________ Jennifer Kilian: Karel du Jardin, 1626-1678. 80 pag., 24,5 x 28,5 cm; rijk geïllustreerd. Amsterdam, Rijksmuseum en Nieuw Amsterdam, Uitgevers, 2007. ISBN 978-90-868-9030-9. ____________ Afbeeldingen 1. Voorplat van het onlangs verschenen boek over Karel du Jardin. 2. Portret van een man, 1650, perkament, 9,4 x 8 cm. (Preussischer Kulturbesitz, Staatliche Museen, Kupferstichkabinett, Berlin.)
Sergej Prokofjevs opera 'Oorlog en Vrede' zaterdagavond rechtstreeks vanuit de Metropolitan Opera in New York via Klara en BBC Radio 3
Radio-uitzending De Russische componist Sergej Prokofjev (1891-1953) heeft in 1941 de lijvige roman Oorlog en Vrede (1865-69)
van Lev Nikolajevitsj Tolstoj ter hand genomen en daarvan, in
samenwerking met Marina Mendelssohn, een libretto gemaakt voor een
opera, die hij in 1941 heeft gerealiseerd in dertien
lyrisch-dramatische scènes en een koorepiloog. Zowel de Belgische
radiozendgemachtigde Klara (voor Klassiek Radio), alsook BBC Radio
zenden deze opera uit op het moment dat deze als matinee in de New
Yorkse Metropolitan Opera wordt gegeven en dat is vanaf 18:00 uur onze tijd door het koor en orkest van dit
instituut, onder leiding van de ook in ons land zeer bekende Russische
dirigent Valery Gergiev. Solistische medewerking zal worden verleend door onder meer Marina Poplavaskaya, Natasha Rostova en Ekaterina Semenchuk.
Grootse epiek De
grandioze epiek van graaf Tolstoj (1828-1910) heeft diverse bewerkers
geïnspireerd tot hoorspelen, toneelbewerkingen en, vanzelfsprekend,
verfilmingen, waaronder die in Hollywood, waarin de werkelijkheid van
het boek op grote schaal geweld is aangedaan, en alles van een
honigzoete strooplading werd voorzien. Audrey Hepburn, Henry Fonda en Mel Ferrer
speelden in deze
productie, met een speelduur van 200 minuten de belangrijkste rollen. Later, in 1966/67 heeft de Russische regisseur
Sergej Bondartsjoek (1920-1994) zich in de Sovjetunie heel wat meer moeite getroost
zo liet hij machines enorme hoeveelheden sneeuw maken, aangezien de
opnamen vooral buiten de wintermaanden werden gerealiseerd de
werkelijkheid te benaderen. Het is een lange film geworden, en een
tijdlang is de onverkorte versie inclusief de pauzes negen uur
bioscoopverblijf in diverse arthouse-bioscopen van ons land vertoond.Tegenwoordig is deze versie op 5 dvd's alom verkrijgbaar. Zeer binnenkort is er op de televisie een nieuwe verfilming te zien, en kort daaraan voorafgaand zullen we mogelijkerwijs op deze, maar in ieder geval op onze zustersite Tempel der Filmkunst aan die nieuwe productie aandacht schenken, tevens met wat meer achtergronden over het boek en zijn schrijver. ____________ Afbeeldingen 1. Sergej Prokofjev, tekening in Oostindische inkt van Jarko Aikens, Groningen, 1985. Collectie Heinz Wallisch. 2. Lev Nikolajevitsj Tolstoj, portret uit 1887 door Ilja Rjèpin (1844-1930).
Gustav Mahlers Eerste Symfonie op Neerlands Radio 4 in KRO's 'Middagconcert'
Middagconcert Op donderdag december kunt in de middag via de Nederlandse zender Radio 4 luisteren naar de veelvuldig gespeelde Eerste Symfonie, bijgenaamd Titan,
van Gustav Mahler, uitgevoerd door het Concertgebouworkest onder leiding
van Mariss Jansons. Dit opus wordt voorafgegaan door Beethovens
Achtste, en vult daarmee de eerste, symfonische helft van het programma
Middagconcert van de KRO, dat
tussen 13:03 uur en 16:02 uur de ether ingeslingerd wordt. Deze helft
bestaat uit concerten van series, zoals die zijn gegeven door de
radio-orkesten en het Concertgebouworkest, alsmede door ensembles met
een bijzondere reputatie, uit andere landen. Deze Mahler-uitvoering
via de radio betreft een opname, die verleden jaar op 17 november werd
gerealiseerd tijdens een concert in de Grote Zaal van het Concertgebouw
in de hoofdstad. Voor een uitgebreid artikel met een
achtergrondverhaal over de componist, het ontstaan en bijzonderheden
over deze symfonie, alsmede een technische toelichting, zij verwezen
naar mijn bijdrage op de site All art is quite useless van Rond1900.nl. Deze is verschenen op woensdag 23 augusus 2006 en is getiteld: Natuurliefde als katharsis Mahlers Eerste als zelfanalyse. __________ Afbeelding: Gustav Mahler, een karikatuur uit 1908, te New York vervaardigd door de tenor Enrico Caruso.
'Mythische dieren' deze week in vijf afleveringen op ARTE-televisie
Voorafgegaan
op maandag, respectievelijk dinsdag, door de Arend en het Paard, is
woensdag de KAT aan de beurt in de programmareeks, die de Duits-Franse
cultuurzender Arte deze week
's middags tussen 16:50 uur en 17:35 uur uitzendt. Donderdag volgt het
Schaap, en de goede verstaander zal vermoeden dat diens kleding tot
vrijdag blijft liggen als we in deze filmreeks een optreden van de Wolf
mogen verwachten. Dat zo'n dier niet alleen veel begrijpt als je
maar op de juiste wijze communiceert, is talloze malen gebleken, en
kennelijk had Pluim door dat de jonge componist Thorkil Wolvendans in
de herfst van 2001 een pianocompositie over Pluim heeft gerealiseerd.
Van de eerste noot die de jongen op het klavier heeft aangeslagen tot
de laatste, heeft Pluim in een voor hem aangename houding op diens
schoot gelegen. Het stuk kreeg de titel Pluim op de overloop, en heeft in beperkte kring veel lof geoogst.
Film op Arte Sedert
mensenheugenisheeft de ka.t....ot de verbeeldingen vn allerlei
verschillende volkeren gesproken. Was dit dier bij de Egyptenaren nog
heilig, in andere culturen werd het gezien als afgezant van Satan, en
daaruit volgend ziet men in tal van afbeeldingen uit die bewuste sferen
boze heksen met een kat op de schouder, en is de magische werking ten
detrimente van dit mysterieuze wezen ook voor de tovenaars die
boosaardige plannen hebben, niet weg te denken.Dikwijls ook is de
kat beschouwd als de incarnatie der vrouwelijkheid; vandaar dat nog
altijd veel mensen het over dikke en anderszins welgedane dieren, die
op drie kiolometer afstand herkenbaar als van de mannelijke kunne zijn,
toch hebben als zij (waar tegenover het verschijnsel Hond met het
element der mannelijkheid wordt geïdentificeerd en dientengevolge met
Hij wordt bedacht
Herhaling De film op Arte, die door regisseuse Annette Scheurich eerder dit jaar voor de Mitteldeutsche Rundfunk werd gerealiseerd, zal door dezelfde zender worden herhaald op tweede kerstdag, volgende week woensdag, tussen 17:45 uur en 18:30 uur.
Afbeeldingen
1. Kater Pluim (1978-2003) in 2001 's avonds laat na een inspectietocht
van zijn grootgrondbezit. Pluim was toen al 23 jaar. De foto is genomen
door een groot bewonderaar van Kater Pluim, de jonge musicus Thorkil
Wolvendans.
2. Kater Ramses op zijn favoriete plek: op de theetafel, naast een zilveren Boeddha-beeld.
Televisieportret uit 1996 van de Vlaamse dichter Paul van Ostaijen, deze week nog driemaal op Nederlands themakanaal Geschiedenis TV
Poëzie als woordkunst Heden, maandag 17 december, heeft het Nederlandse televisie-themakanaal Geschiedenis TV een
portret uitgezonden, dat in 1996 werd gerealiseerd over de Vlaamse
dichter Paul van Ostaijen (1896-1928). Hij heeft niet alleen naam
gemaakt als deels experimenteel dichter, maar nog meer als één der
meest invloedrijke taalvernieuwers, die de Nederlandstalige literatuur
heeft voortgebracht. Gelukkig wordt dit portret nog deze week
driemaal herhaald: de eerste keer op dinsdagmiddag om 17:26 uur, in de
nacht van woensdag op donderdag vanaf 01:26 uur, en ten slotte op
vrijdag om 21:26 uur. Het portret van deze dichter draagt de titel Poëzie is woordkunst, en heeft een lengte van ongeveer drie kwartier.
Thomas Mann-verfilming uit 1953 van de roman 'Königliche Hoheit' in de nacht van maandag 17 op dinsdag 18 december op het eerste Duitse net
In
de nacht van maandag 17 op dinsdag 18 december kunt u, als u dat zou
willen, getuige zijn van de uitzending van een Duitse speelfilm uit
1953, van de allround cineast, producent en scenartist Harald Braun
(1901-1960), getiteld Königliche Hoheit,
naar de gelijknamige roman uit 1909 van de Nobelprijswinnaar voor
Literatuur (1929) Thomas Mann(1875-1955). De film wordt via het eerste
Duitse televisienet uitgezonden tussen 00:50 uur en 02:35 uur. Deze
rolprent wordt geafficheerd als romantische komedie, waarin een
redelijk behoudende, Duitse troonopvolger zijn hart verliest aan de
dochter van een Amerikaanse industrieel en een relatie met haar begint. Drie
hoofdfiguren uit de Duitse filmwereld van de jaren vijftig vertolken de
hoofdrollen: als eerste Ruth Leuwerik, die vooral bekendheid heeft
gekregen in de films rond de familie Trapp, een verhaal dat we een
decennium later terugvinden in de musical The sound of music. Naast haar treden Dieter Borsche en Rudolf Fernau op. Harald
Braun heeft meer dan veertig films op zijn naam staan, hetzij als
regisseur, als producent of scenarist, dan wel in een combinatie van
deze hoedanigheden. Een jaar voor zijn overlijden heeft hij nog als
co-scenarist en regisseur aan de omvangrijke, tweedelige verfilming van
Thomas Manns Buddenbrooks gewerkt. Zie daartoe ons artikel op de webiste All art is quite useless van Rond1900.nl, verschenen op zondag 7 januari 2007. __________ Afbeelding: Titelpagina van de roman Königliche Hoheit van Thomas Mann.
Zwijgende film uit 1928, van Franse cineast Jean Renoir, naar een kort sprookje van Hans Christian Andersen
Cultuurzender Arte presenteert Het kleine meisje met de zwavelstokjes
luidt de titel van een zeer kort verhaal van Hans Christian Andersen,
dat in de gehele verzameling van diens sprookjes slechts anderhalve
pagina in beslag neemt, althans in het relatief grote boekformaat van
de Nederlandse vertaling, die in 1960 bij uitgeverij Gaade in Zeist van
de persen is gerold. De Fransman Jean Renoir (1894-1979), auteur van onder meer een bografie over zijn vader [1],
was gehuwd met de actrice Catherine Hessling (1900-1979), die in enkele
van zijn films optrad. Zo heeft zij ook de titelrol in de zwijgende
film, die Renoir in 1928 heeft gerealiseerd op basis van het
Andersen-sprookje, en heeft deze rolprent de titel La petite marchande d'allumettes meegegeven. Voor de film, die volgens sommige gegevens een duur van 39 minuten heeft, meldt de Duits-Franse cultuurzender Arte dat de lengte 32 minuten bedraagt.
Jean Renoir De tweede zoon van de schilder Pierre-Auguste Renoir kwam kort
voor het begin van de herfst in 1894 in de Parijse wijk Montmartre ter
wereld. Nadat was gebleken dat hij niet tot de allereerste categorie
van studiehoofden behoorde, ging hij als achttienjarige maar bij het
korps dragonders. Twee jaar later werd hij soldaat en vanaf 1916 diende
hij bij de Franse luchtmacht. Gedurende die oorlogsjaren is hij aan
zijn been gewond geraakte, waardoor hij de rest van zijn leven bleef
kreupelen. Hij ging toen werken als pottenbakker. In 1920 trad hij
in het huwelijk met één van de modellen van zijn vader, Andrée
Heuchling, die zich als filmactrice Catherine Hessling ging noemen.Toen
een jaar later Erich von Stroheims film Folies de femmes was
uitgekomen, nam Renoir het besluit in diens voetsporen te treden. Van
de erfenis van papa, die in 1919 was overleden, heeft Jean Renoir zijn
eigen productiemaatschappij kunnen bekostigen, en vanaf 1924 werden
zijn eerstelingen, alle zwijgende films, in het openbaar vertoond. Zijn
eerste film van redelijke lengte, was La Fille de l'Eau, waarin zijn wederhelft de hoofdrol heeft vertolkt, en een andere rol door Renoirs oudere broer
Pierre werd gespeeld. Het werd niet bepaald een succes, maar daardoor
liet de maker zich niet uit het veld slaan en reeds twee jaar later
presenteerde hij Nana, naar de roman van Émile Zola (1840-1902).
Andersen-verfilming In
de loop der jaren heeft Renoir zich verder ontwikkeld als regisseur,
scenarioschrijver, acteur en producent. In 1928 volgde de
Andersen-verfilming van Het kleine meisje met de zwavelstokjes,
een film die tegenwoordig onder meer in de categorie Fantasie wordt
aangeprezen. Het is een rolprent, die in samenwerking met Jean Tedesco
is gerealiseerd. Deze twee werden geassisteerd door Claude Heymann en
Simone Hamiguet. Het scenario is van Renoir zelf, die de vertellingen
van de befaamde Deense sprookjesschrijver Andersen. Voor passende,
synchroon lopende muziek hebben Manuel Rosenthal en Michael Grant
gezorgd. Het evocatieve camerawerk van Jean Bachelet is nog altijd
fascinerend. Naast mevrouw Renoir (Catherine Hessling) spelen Jean Storm, Manuel Raaby en Aimée Tedesco (die Amy Wells werd genoemd).
Uitzending en Herhalingen De
film zal worden uitgezonden op disdag 18 december op Arte, tussen 23:55
uur en 00:30 uur.Arte zal dezelfde film daarna, tussen 24 en 31
december, nog driemaal herhalen, op verschillende dagen en steeds
andere tijdstippen. Allereerst op maandag 24 december om 09:55 uur, op
donderdag 27 december om 11:20 uur en tenslotte op Oudejaarsdag, 31
december, om 14:00 uur. ____________
[1]
De biografie van de cineast over zijn vader de schilder is ook in het
Nederlands verschenen in de reeks Grote Beer (nr. 11) van uitgeverij
Bruna (1964), onder de korte, krachtige titel Renoir mijn vader. ____________ Afbeeldingen 1. De Deense sprookjesschrijver Hans Christian Andersen. 2. De Franse cineast en filmproducent, scenarist en acteur Jean Renoir. 3. Beeld uit de zwijgende film uit 1928: La petite marchande d'allumettes. 4. Foto uit dezelfde film.
Tranentrekkers overheersen het televisiescherm in de tweede decemberhelft
Beeldbuiskitsch en dito redelijks In
de tweede helft van de maand december halen de meeste nationale en niet
te vergeten de buitenlandse televisiestations als vanouds tal van
tranentrekkers uit de mottenballen om toch vooral de kijkers een
overmaat aan, doorgaans dubieuze, emotie voor te schotelen. Soms
bestaat het beeldmateriaal uit films, die zijn vervaardigd op bekende,
en soms ook wel kwalitatief hoogwaardige klassieken, zoals Oliver Twist en A Christmas Carol beide gebaseerd op verhalen van Charles Dickens (1812-1870). Maar vanzelfsprekend is ook Little Lord Fauntleroy
van de partij, naar de roman van de, van oorsprong Amerikaanse, Frances
Hodgson-Burnett (1849-1924), die in haar dagen grote bekendheid genoot
als toneelschrijfster en auteur van kinderboeken, zoals The Secret Garden. Het verhaal over de kleine lord werd voor het eerst in afleveringen gepubliceerd in het tijdschrift St. Nicholas Magazine in 1885. En
de kerstperiode zou de beeldbuiskersttijd niet zijn als er niet
eveneens één of meer van de talrijke Dumas-verfilmingen, zoals De drie musketiers,
voor het kijkersnetvlies zou worden opgegraven, en hetzelfde geldt voor
sprookjesfilms, gebaseerd op de klassieken van Andersen, de gebroeders
Grimm en Ludwig Bechstein. Aangezien die vaak op één van de Duitse
netten worden vertoond, verdient het aanbeveling eerst maar eens te
kijken van welke origine deze films zijn, aangezien er heel dikwijls
sprake is van nasynchronisatie, en dat zorgt snel voor een al te
overladen maag. Maar ook moderne sprookjes worden u voorgeschoteld in
de vorm van bewegende beelden met en over mensen, die lange tijd soms
wel een halve eeuw een winkel of restaurant hebben geëxploiteerd en
dan net vóór de kerstdagen te horen krijgen dat ze hun zaak snel zullen
moeten verlaten. Net voor het einde van de film is er dan toch weer
iets waardoor men, hoe dan ook, de toekomst weer met moed, beleid en
trouw tegemoet kan zien. Af en toe zit daar wel iets komisch
ingebakken, maar heel dikwijls is er alleen sprake van de meest
vreselijke gruwelkitsch, die zelfs niet bijdraagt tot enige
ontspanning, maar in het gunstigst geval kromtrekkende tenen en
wapperende oorlelletjes als gevolg van zoveel ergernis. Om
verder maar niet te veel te zeggen over de films, die als thema de door
onverwachte gebeurtenissen onderbroken of definitief bedorven, dan wel
eventueel een humoristische wending nemende kerstplannen. Dat kan
overigens ook aardige producten opleveren, en dus geldt ook daar: lees
even goed waar de film over gaat en blijf kritisch afstandelijk. Positieve uitzondering per definitie op all eventuele tijdrovende onzin-films vormt Andersens sprookje Het meisje met de zwavelstokjes,
in de versie uit 1928 van de Franse filmer Jean Renoir (inderdaad, zoon
van de wereldvermaarde schilder). Zie daartoe ons artikel op de site
Tempel der Filmkunst, eveneens van zondag 16 december 2007. ____________ Afbeeldingen 1. De Engelse meesterverteller Charles Dickens. 2. De Amerikaanse schrijfster Frances Hodgson-Burnett. 3. De Deense sprookjesschrijver Hans Christian Andersen (1805-1875).
'De dood in Venetië' van Visconti, naar Thomas Mann, wordt uitgezonden via Canvas
Eros en Thanatos Liefde en dood In
de nacht van zaterdag 16 op zondag 17 december presenteert de
Nederlandstalige televisiezender België 2, tegenwoordig bekend onder de
naam Canvas, in principe tussen 23:15 uur en 01:25 uur de speelfilm Death in Venice (met tussen haken de Italiaanse titel Morte a Venezia) en
daarmee wordt bedoeld de speelfilm die de Italiaanse grootmeester van
het witte doek, Luchino Visconti (1906-1976) die ook Hertog van
Modrone is in 1971 met een internationale bezetting heeft gemaakt
naar aanleiding van de novelle uit 1912, Der Tod in Venedig [1],
van de Nobelprijswinnaar voor Literatuur van 1929, Thomas Mann
(1875-1955). De hoofdrol wordt vertolkt door de Britse acteur Dirk
Bogarde [2] die Gustav von Aschenbach uitbeeldt, bijgestaan door Björn Andrésen [3] , die de rol van de jonge Tadzio voor zijn rekening neemt, en Sylvana Mangano [4] een van Visconti's favoriete actrices, die de moeder van Tadzio speelt.
Oorspronkelijke versie Hoewel
het in dit geval om een versie met Nederlandse ondertitels gaat bij
waarlijk culturele films bieden zelfs Arte en de BBC dikwijls
ondertitelde films aan in plaats van die extreem weerzinwekkende, en
niet zelden letterlijk onpasselijk makende (en dus ook heel
nadrukkelijk te mijden) nagesynchroniseerde versies, is er toch nog
sprake van enige nasynchronisatie, doordat Visconti zijn
'acteursmateriaal' uit verschillende landen heeft gehaald, waar de
bijbehorende talen wel een blokkade hebben gevormd voor een eenheid. De
film is voorzien van stereofonisch geluid en wordt in breedbeeld
uitgezonden. De
muziek is van Gustav Mahler, die in de filmversie in wezen ook model
staat voor professor Gustav von Aschenbach, al heeft Thomas Mann het in
zijn novelle niet over een componist maar over een vooraanstaande
schrijver van bloemlezingen voor schoolgebruik, die kort tevoren is
onderscheiden en daarom dat von voor zijn naam heeft. Voor het
overige kan deze film gelden als een van de al te weinige geslaagde
verfilmingen van een oorspronkelijke tekst. Ondanks de beroepswijziging
die de protagonist heeft ondergaan, is de sfeer grotendeels gelijk aan
die van Thomas Mann en slaagt de gekozen muziek erin een diversiteit
aan emoties bij de kijker los te maken. Visconti heeft een welswaar
zeer erotisch geladen, maar nadrukkelijk activerend meesterwerk kunnen
realiseren, mede dankzij het schitterende camerawerk van Pasquale de
Santis. De themamuziek is het Adagietto
uit de Vijfde Symfonie van Gustav Mahler, die als gevolg van deze film
enorm populair is geworden, en door de verschillende geluidsdragers
(toen nog grammofoonplaten) producerende firma's vanzelfsprekend ook
met Death in Venice op de hoes en in de reclames werd aangekondigd. __________
[1] op zaterdag 21 april is op de fin de siècle-website All art is quite useless van Rond 1900.nl ook nog een bijdrage opgenomen over de adaptatie van dit boek voor een opera door de Engelse componist Benjamin Britten.
[2]
Dirk Bogarde (1921-1999), die in werkelijkheid Derek Jules Gaspard
Ulric Niven van den Bogaerde heette, onthulde bij de presentatie van
zijn eerste roman, A Gentle Occupation, in 1980 in ons land dat hij zelfs nog Nederlandse achtergronden heeft in de familienaam Van den Boogaerde.
[3]
Björn Johann Andrésen is niet alleen acteur, maar tevens musicus. Hij
werd in 1955 in Stockholm geboren, had weliswaar al in 1970 in een film
gespeeld, maar werd over de hele wereld bekend, zo niet beroemd, door
zijn optreden als Tadzio in Visconti's film, een jaar later. Voor deze
acteur heeft het vertolken van een sterk homo-erotisch beladen rol
flink wat negagtieve gevolgen gehad, en het odium van homoseksualiteit
alsof het in een normaal functionerende wereld een odium zou mogen
zijn heeft hem lang vervolgd,
ondanks zijn leven met vrouw en dochter. Iemand die een moordenaar
speelt, wordt nimmer door de roddel- en lasterbladen en door
andersoortige monsters zonder waarde achtervolgd met de vraag of hij in
het werkelijke leven ook een moordenaar is, en geen van de vertolkers
van heteroseksuele rollen wordt geteisterd met vragen over eventuele
heteroseksualiteit in het ware leven. Dat waren, zijn en blijven de
uitwassen van de Perversie van het (niet kunnen) Denken.
[4]
Sylvana Mangano, in 1930 geboren te Rome, stierf in 1989 te Madrid.
Naast haar rollen in films van Visconti vertolkte ze eveneens een
vooraanstaande rol in Teorema (1968) van Pier Paolo Pasolini (1922-1968). Haar debuut maakte ze in 1945 in Le jugement dernier, doch haar doorbraak kwam in 1949 met Riso amaro (Bittere rijst). ____________ Afbeeldingen 1. Luchino Visconti, de Italiaanse regisseur van De dood in Venetië. 2. Gustav Mahler, tekening van Jarko Aikens, Groningen, 1986. Collectie Heinz Wallisch. 3. De schrijver van de oorspronkelijke novelle uit 1912, Thomas Mann. 4. Björn Andrésen als Tadzio in de film De dood in Venetië.
Dürrenmatt-verfilming van misdaadverhaal, zaterdag 15 december op Duitsland 1 (ARD/Das Eeste)
Friedrich Dürrenmatt Vrijwel
gelijktijdig worden twee vermaarde boeken van vooraanstaande
twintigste-eeuwse, Duitstalige auteurs op zaterdag 15 december 's
avonds via de beeldbuis uitgezonden. Als eerste, te beginnen om 22:55
uur op het eerste Duitse net, ARD/Das Erste, de verfilming van een idee
van de Zwitserse auteur van veel vermaarde toneelstukken Friedrich
Dürrenmatt (1921-1990) onder de titel Es geschah am hellichten Tag.
De film, die we, als geheel Duitse productie krijgen voorgeschoteld, is
in 1997 opgenomen. Al eerder, in 1958, was dit boek als Zwitsers-Duitse
filmproductie door regisseur Ladislao Vajda, in samenwerking met Hans
Jacoby en de schrijver, gerealiseerd, met in de hoofdrollen Gerd Fröbe
(1913-1988) en de 'nare Duitser' Heinz Rühmann (1902-1994). In de
recentere film spelen Joachim Król, Heino Ferch en Barbara Rudnik. Dürrenmatts vertelling, respectievelijk roman, Das Versprechen met als ondertitel Requiem auf den Kriminalroman pakt de draad van het draaiboek op, maar de schrijver heeft het einde van het verhaal veranderd. Dat boek dateert van 1958 [1], en is in ook in het Nederlands vertaald door Vic. Salling als Het gebeurde op klaarlichte dag, en als onderdeel van de Dürrenmatt-Detective-Omnibus verschenen
in de Bruna-pocketreeks Zwarte Beertjes. Op boekenmarkten kom je die
drie-in-een uitgave nog regelmatig tegen voor prijzen vanaf één euro,
een enkele keer zelfs voor de helft daarvan. ___________ [1] In 1985 heeft Dürrenmatt er nog een Weiterentwicklung op gerealiseerd, welke in twee afleveringen, op 2 en 28 augustus 1985 door de Neue Zürcher Zeitung is gepubiceerd. __________ Friedrich Dürrenmatt Das Versprechen. Roman. Deutscher Taschenbuch Verlag, München. dtv 1390.