Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
27-01-2017
26 januari 2017 - Walhain
De wandeling. De Waals-Brabantse gemeente Walhain heeft een keurig gepresenteerd mapje uitgegeven met 10 wandelingen, vertrekkende uit een van de dorpskernen: Balades à Walhain. Ons oog - geholpen door het toeval eigenlijk - viel op een 11 km lange tocht vanuit kerngemeente Walhain-Saint-Paul, genaamd La balade de la drève Chèvequeue. Achteraf bleek dat niet meteen een balade des gens heureux geweest te zijn. Walhain en ruime omgeving moeten in de jaren 1970 getroffen zijn geweest door een ruilverkaveling oude stijl en dat resulteerde altijd in een kaalslag waarvan een landschap zich nooit meer helemaal kan herstellen. De TWQ was dan ook snel berekend: 0 %. Bovendien hebben de ontwerpers geen enkele moeite gedaan om de schaars overgebleven voetwegen in het parcours op te nemen. Het is dus een en al beton in een agrarisch saai landschap; zelfs het laagje sneeuw verandert hier weinig aan. De Drève Chèvequeue geeft dan wel zijn naam aan deze tocht, maar blijft een stuk dat zo mogelijk nog zwakker is dan de rest: vrij druk verkeer over een betonweg met aan beide zijden een indrukwekkende bomenrij; gelukkig ligt er voor fietsers en wandelaars een pad dat door die bomen veilig afgescheiden is van het wegverkeer. Het kaartje vind jehier, de foto'shier.
De Drève Chèvequeue geeft zijn naam aan de wandeling. Gelukkig is er het fiets- en voetpad en is deze foto autovrij.
We naderen Walhain.
Het weer. Helder en koud.
De stafkaarten. 40/5N Mont-Saint-Guibert - 40/6N Walhain
Hoe we er geraakten. Walhain-Saint-Paul wordt bediend door 4 buslijnen (24-25-30-34) maar veel structuur zit er niet in die bediening. Overstappunten met die lijnen liggen in Gembloux, Chastre en zelfs Mont-Saint-Guibert, maar wij kiezen voor een reisweg via Louvain-la-Neuve, want de aansluitingen in Chastre en Mont-Saint-Guibert zijn niet veel zaaks en de lijn uit Gembloux bedient op schaarse, voor ons niet zo geschikte momenten Walhain. Zelfs om in Louvain-la-Neuve te geraken hebben we nog de keuze tussen trein en snelbus (uit Etterbeek). Te veel mogelijkheden om een echt overzicht te krijgen en dus gaan we voor de eenvoudigste oplossing.
Een beetje geschiedenis. Wie zich de moeite getroost omdit kaartje(als onderdeel van een ruimere bijdrage) te raadplegen, zal ongetwijfeld meer inzicht krijgen in wat ik in deze bijdrage schrijf. Het gaat met name over twee tramlijnen die allebei min of meer in NNO-elijke richting liepen, één uit Chastre en één uit Gembloux en die samenkwamen in Sart-Risbart. Zoals meestal is er niet zo heel veel terug van te vinden: beide tramlijnen kwamen in dienst bij het begin van de 20ste eeuw, maar werden al snel na WO II geschrapt, in 1950 voor de lijn uit Chastre. De lijn uit Gembloux trok het nog tot 1958. Het is eigenaardig genoeg van de lijn uit Chastre, die ons vertrekpunt Walhain-Saint-Paul niet bedient, dat we vandaag nog sporen (lichte uitgravingen en dito ophogingen, maar vooral een rij populieren die het vroeger tracé van de tram door het veld perfect aangeven) terugvinden. Het ging in beide gevallen inderdaad om erg landelijke lijnen, die zich door veld en weide een weg zochten van dorp naar dorp. De lijn uit Gembloux bediende wel achterdoor het centrum van Walhain-Saint-Paul, maar we kruisten op geen enkel moment de vroegere bedding, tenzij dan met de bus, ongeveer ter hoogte van de huidige bushalte Rue Boscaille. Toch is het op die laatste lijn dat ik me vandaag wil concentreren: ze werd geopend in 1902 en gesloten in 1958. In het spoorboekje van 1908 vinden we onder tabel 232 Gembloux - Sart-Risbart - Dongelberg - Jodoigne aan. Op één na worden alle ritten beperkt van Gembloux tot Sart-Risbart, waar kan worden overgestapt richting Chastre (en verder tot in de buurt van Charleroi toe) en Jodoigne. Later zullen de meeste ritten doorrijden tot Dongelberg, met bijna altijd aansluitingen binnen de minuut naar Jodoigne. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat we in 1949 onder het nummer 538 een tabel Sart-Risbart - Chastre - Mellet en onder het nummer 539 een tabel Jodoigne - Dongelberg - Sart-Risbart - Gembloux zien opduiken. Duidelijk is dat een en ander geheroriënteerd werd in het voordeel van een verbinding Jodoigne - Gembloux. Maar toch is het einde nakend: in het spoorboekje van 30 september 1956 staat bij de ondertussen in 611 vernummerde tabel dat die geldig blijft tot aan de autobusexploitatie. In het boekje van 2 juni 1957 staat al een gemengde tabel met AB en AR, al wordt Walhain voorlopig alleen bediend door de goeie ouwe autorails. Op 1 juni 1958 is het dan helemaal afgelopen met de tram. Het tabelnummer zal het bijzonder lang uithouden. In de loop van de jaren zeventig en tachtig zien we ook lijnnummers in de tabellen opduiken: daaruit leren we dat Walhain-Saint-Paul bediend wordt door de lijnen 25 en 25, 24 en 24 en 30 en 30. Op de huidige lijn 34 is het wachten tot de bouw van Louvain-la-Neuve en de aanpassing van het busnet daaraan. Want daar ligt de oorsprong van de huidige lijn 34, die we vandaag gebruikten. Van zondagdiensten is er al lang geen sprake meer, en alleen de lijnen 34 Chastre - LLN en 25 Gembloux - Jodoigne hebben nog een beperkte zaterdagdienst.
Een rij populieren geeft duidelijk de vroegere trambedding Chastre - Jodoigne aan, tussen Perbais en de N4.
De verbinding.
Halle - Etterbeek
3559
09:14 09:38
+3
939
mr86 sprinter
controle: N
Etterbeek - Louvain-la-Neuve
3959
09:46 10:20
stipt
08063
mr08 desiro
controle: J
Louvain-la-Neuve - Walhain
[34]
10:40 11:18
-4
ab6212
Mercedes Citaro G
Chastre
Walhain - Louvain-la-Neuve
[34]
15:06 15:43
+1
ab6212
Mercedes Citaro G
Chastre
Louvain-la-Neuve - Ottignies
5686
16:01 16:09
stipt
ab08008
mr08 desiro
controle: N
Ottignies - Brussel-Luxemburg
2436
16:14 16:35
stipt
2740 - 51034
M4
controle: N
Brussel-Luxemburg - Halle
3387
16:45 17:13
+2
925
mr86 sprinter
controle: J
En wat we beleefden. Onze eerste trein staat bijna een half uur op zijn vertrek te wachten op perron 1 in Halle en blijkbaar bestaat er een bepaalde voorkeur om via eerste klas naar het nabijgelegen toilet te gaan. En dat duikbrillen of sprinters geen automatische binnendeuren hebben, zullen we geweten hebben. Ik vraag me af of de energiekosten opwegen tegen de installatie van automatische deuren? Zeker als we nog eens een koude winterperiode hebben die meer is dan een prik. Voor de rest valt er weinig te vertellen: in Brussel-Luxemburg staat een defecte trein en misschien is dat de reden waarom we tijd verliezen tussen Boondaal en Etterbeek, maar eigenlijk is het weinig waarschijnlijk: op dit uur van de dag kan een van de zes perrons in Brussel-Luxemburg wel wat langer bezet blijven zonder een echt nefaste invloed op het treinverkeer. De IC naar Dinant rijdt met een vijftal minuten vertraging, en dus zal onze S8 ongetwijfeld ook wat vertraging oplopen. Ik vraag me trouwens af waarom men deze semi-directe trein ook S8 noemt, zoals de stoptrein die wel alle halten bedient, maar dan weer beperkt is tot Ottignies. Een tijdje geleden zag ik trouwens dat men S81 gebruikte. Dat zou alleszins een stuk duidelijker zijn. De treinbegeleider beperkt zich tot sluiten en fluiten, maar deze keer heeft hij daar wel een goede reden voor. Een TICO-ploeg reist met deze trein mee. Twee vrouwelijke treinbegeleiders maken de dienst uit: zijn dat dan tickets, tickettes, tiquettes of ook gewoon tico's? Ze hebben maar met één reiziger last gehad: die had plaatsgenomen in eerste klasse omdat er geen zitplaats was in tweede. Dagelijkse kost is niet alleen een smakelijk programma van Jeroen Meus. Maar tegen dat we in Louvain-la-Neuve aankomen, is de vertraging van 5 minuten in Etterbeek al weggewerkt. We krijgen trouwens ook nog eens controle tussen Ottignies en Louvain-la-Neuve.
De weg naar het busstation staat bijzonder goed aangeduid: voor ons is het de eerste keer dat we hier overstappen. Het busstation is een soort eilandje waar auto's strikt geweerd worden, net zoals op de looproute van treinstation naar busstation. Lijn 34 naar Chastre wordt uitgevoerd met een gelede bus, die nauwelijks een plaatsje vindt tussen de lange, maar niet-gelede Rapido 4 en de barelen. Lijn 34 is echt geen snelle lijn: ze maakt een ruime boog van dorp naar dorp, maar toch rijden er nogal wat klanten mee: een twintigtal in totaal en dat zal ook bij de terugreis het geval zijn. Bij de halte Nil-Saint-Vincent Pierreux pauzeert de chauffeur een tweetal minuten, om dan weer stipt te vertrekken. Op de oorlogsfoto die genomen werd van de 6 vakbondsmilitanten n.a.v. de stakingsactie van enkele dagen voordien in Leerbeek, staan er minstens drie die zo goed als altijd te vroeg rijden, en daarmee bedoel ik dan 6 minuten of meer. Misschien is dat wel de oorzaak van de heetlopende remmen van de Iveco's: hun brutale rijstijl.
Voor de terugreis komt dezelfde bus aan rijden. Deze bus rijdt een bijna vlekkeloos parcours langs dorpen met rustieke namen als Sart-lez-Walhain, Tourinnes-Saint-Lambert, Lérinnes, Nil-Saint-Vincent, Corbais en Mont-Saint-Guibert.
De S8 die ons naar Ottignies brengt voert veel schooljeugd mee. Maar van een vechtpartij zoals in Ninove of Lembeek blijven we verstoken. In Ottignies hebben we een prima aansluiting met IC 2436 die een klein uur later als P-trein naar Tournai door Halle zal stormen, maar die ons alleen maar goed uitkomt om ons naar Brussel-Luxemburg te brengen. De dag voordien was deze trein nog over zijn hele rit (Liège - Tournai) afgeschaft geweest, maar vandaag verloopt alles naar behoren. Blijft alleen nog de S5 naar Halle en Geraardsbergen. De treinbegeleider is enthousiast over onze artisanale wandelstokken. Als we uitgestapt zijn in Halle zien we dat het toch voor veel reizigers wel zin heeft om deze trein door te laten rijden naar Edingen en Geraardsbergen.
De treinlectuur. Wolfgang HERRNDORF, Tschick. Het saaie leven van de veertienjarige Maik Klingenberg verandert grondig als hij met zijn nieuwe klasgenoot Tschick in een gestolen Lada Niva op avontuur trekt. Marcel MÖRING, Het grote verlangen.
Een scheutje oprisping. Het cryptogram in de weekendkrant van De Standaard, is dat om te lachen of zo? Sinds Denksport de leverancier daarvan is geworden, ligt het peil wel bijzonder laag. Een cryptogram moet het hebben van verrassing, aha-erlebnis, spitsvondigheid. Als dezelfde omschrijvingen altijd weer terugkomen, is er weinig pret te beleven. Die van Karel Vereertbruggen in dS weekblad is echt om te lachen, maar ook inventief, speels, verrassend en spitsvondig. Het bewijs dat je voor kwaliteit niet bij Denksport en De Puzzelaar moet zijn. In geen geval. Leve de artisanale puzzelmaker!
De wandeling. In 1992 verscheen bij de uitgeverij Snoeck-Ducaju & Zoon een bijzonder interessante Groene wandelgids voor de omgeving van Brussel. In totaal 27 luswandelingen en 3 wandelingen in lijn bieden inspiratie voor wie wil stappen in een ruime regio rond Brussel. Wat het boekje in die tijd uniek maakte, was de aandacht voor het natuurlijk ruim beschikbare openbaar vervoer. Onze wandeling van vandaag begint en eindigt dan ook aan de NMBS-halte van Mollem, en brengt ons van Sleeuwhagen, via de Paddenbroeken in de buurt van het Kartelobos. Met een TWQ van 4 % scoort de tocht bijzonder laag: het is dan ook een betonwandeling, waarvan amper 300 m over een onverharde weg loopt. De 7 à 8 km voeren ons langs een aantal gerestaureerde pachthoeven, die nu vaak door meerdere gezinnen bewoond worden. En voor de rest lopen we over soms relatief drukke wegen door veld en weiden. Het korte stukje onverharde weg vraagt enige behendigheid van de wandelaar, want mountainbikers en vierwielige ondingen zijn hem duidelijk voor geweest.
In de omgeving van de Paddenbroeken, met gelijknamige hoeve, is het het mooist, ook al omdat de zon er daar even doorkomt. Meer foto's vind je hier. En wie een kaartje zoekt, komt hieraan zijn trekken.
Het weer. Zwaar bewolkt, bij een temperatuur van 2 à 3 graden. Rustig.
De stafkaarten. 23/6Z Wolvertem - 23/5Z Moorsel
Hoe we er geraakten. Met veel treinen tussen Halle en Brussel en een halfuurdienst tussen Brussel en Mollem stelt er zich niet echt een probleem.
Een beetje geschiedenis. Mollem is een van de onbewaakte halten langs spoorlijn 60 Jette - Dendermonde. De perrons liggen ingebed tussen twee overwegen, de nummers 19 en 20. Die moeten ongeveer 270 m van elkaar liggen, want dat is ook de officiële lengte van de perrons, al is het perron van spoor 2 1 metertje langer. Dat is overigens een hele lengte als je niet precies weet waar je trein zal stoppen. Gelukkig kennen we de betekenis van de bordjes die ten behoeve van de treinbestuurders aan de voet van de perrons zijn aangebracht. Wat extra informatie zou hier niet misstaan. Mollem ligt op 12.8 km van Jette, op 14.4 km van Dendermonde. De bediening van deze halte kan model staan voor de bediening van enkele andere minder belangrijke halten op deze en andere lijnen. Vanaf 1972 werd volgens een uurcadans gereden, met uiteraard bijkomende treinen in de spits. Voordien was er een bediening die niet volgens een bepaald stramien verliep. Als de lijn in 1981 elektrisch wordt uitgebaat, verschijnt op lijn 60 voor het eerst een bediening die het nog erg lang uit zal houden, met een stoptrein en een semi-directe trein. Die laatste stopte uiteraard niet in Mollem. Dat was eigenlijk al vooruitlopen op de invoering van IC-IR in 1984, die voor Mollem eerder een verslechtering dan een verbetering betekende, vooral door het snoeien in de spitsuurtreinen buiten de cadans. In 2006 werd dan een treindienst ingevoerd onder de naam CR: het betrof een verbinding Geraardsbergen - Edingen - Brussel - Dendermonde. In 2009 werden zelfs nog 2 bijkomende CR's ingevoerd, weliswaar zonder stop in Mollem. Een van deze CR's overleefde trouwens een besparingsronde niet. In 2014 werd de dienst ingevoerd die eigenlijk ook vandaag nog van toepassing is, met over langere afstand gekoppelde stoptreindiensten, die men ondertussen S-diensten is gaan noemen: dat zijn de S3-verbinding Oudenaarde - Brussel-NZV - Dendermonde en de S10-verbinding Aalst - Brussel-NZV - Brussel-West - Dendermonde. Voor Mollem komt dat neer op een bijna perfecte halfuurdienst.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3661
12:11 12:27
+2
08077
mr08 desiro
controle: J
Brussel-Zuid - Mollem
2261
12:37 13:07
stipt
08113
mr08 desiro
controle: J
-
Mollem - Brussel-Noord
2286
14:53 15:13
+22
08157
mr08 desiro
controle: J
Brussel-Noord - Halle
1587
15:42 16:02
+7
08045
mr08 desiro
controle: N
En wat we beleefden. Gezien de mogelijkheden rekenen we op een aansluiting van 7 minuten in Brussel-Zuid, tussen de IC naar Turnhout en de S naar Dendermonde. Maar we raken vlot in Halle, en dus kunnen we nog mee met de S2 naar Leuven. Even is het schrikken als we net voor Brussel-Zuid bruusk afremmen, maar even later zet de trein zich opnieuw in beweging. Niemand overboord dus. De S3 naar Dendermonde is de rust zelve, al zitten niet minder dan 3 reizigers (1+2) in eerste klasse met een tweedeklasbiljet. De tbg bloost zowaar als hij er hen op wijst. Je kunt het ze ook niet kwalijk nemen. De verschillen met tweede klasse zijn alleen voor ingewijden herkenbaar. Maar we komen op tijd in Mollem aan, waar één van de weinige voordelen van de Desiro's tot uiting komt: in combinatie met hoge perrons zoals in Mollem zijn dit handige treinen.
Voor de terugrit hebben we eigenlijk op een S10 gerekend, langs Brussel-West en lijn 28, een door ons nu niet bepaald gefrequenteerde lijn. Maar als we rond 14:55 in Mollem aankomen, zien we nog reizigers op het perron richting Brussel staan. Blijkt dat de S3 van 14:53 flink wat vertraging heeft. 21 minuten is nu eenmaal niet niks, in Brussel-Noord tekenen we zelfs al 22 minuten op. We krijgen controle van een TICO-ploeg, die het blijkbaar al aan de stok gehad heeft met een reiziger die ons ook al opgevallen was. IC 3237 is een haalbare kaart is, want die zit noodzakelijkerwijs net achter ons. De S10 heeft men trouwens op spoor 1 gezet, om de IC niet al te sterk te hinderen. Op spoor 2 doet zich echter plots een kleine migratie voort: gehaaide reizigers zien al van ver dat er maar één break aan komt rijden, en in een visioen zien we op elkaar getaste reizigers. Daar passen we voor, en we zoeken dus S6 naar Geraardsbergen op, onze vierde desiro vandaag! Maar die is wel opgewassen tegen zijn taak, al zal hij ook het slachtoffer worden van de vertraging van onze 2261. Want die heeft de 3237 gehinderd en die hindert nu de 1587: in Vorst-Zuid staan we stil om de 3237 voor te laten, en dat leidt uiteindelijk tot 7 minuten vertraging bij aankomst in Halle. Het is een magere troost dat we eigenlijk nog tien minuten vroeger dan voorzien in Halle aankomen; onmiskenbaar draait het hele NMBS-raderwerk weer stroever en stroever. En laat ons eerlijk zijn: van de keiharde wintertoestanden die men vorige week nog voorspelde, is nauwelijks iets in huis gekomen. Dat merken we aan de verse modder die nog aan onze wandelbottines kleeft.
Desiro 08113 heeft ons net als S3 2261 naar Mollem gebracht. De trein komt van Oudenaarde en rijdt naar Dendermonde.
Terwijl we onze garelen en andere parafernalia monteren, komt uit de andere richting break 343 als IC 3235 Sint-Niklaas - Brussel - Kortrijk aangestormd.
De treinlectuur. Toon KORTOOMS, De kleine emigratie. Ja, ik lust af en toe nog wel wat van de zo verguisde heimatliteratuur, dat terugkeren naar een tijd die je zelf net niet meer gekend, maar wel vermoed hebt. Weinig complexe verhalen met personages van vlees en bloed die hen net boven de dagdagelijkse werkelijkheid uit tillen, ze blijven de moeite waard. Marcel MÖRING, Het grote verlangen.
Een scheutje oprisping. Vande Lanotte maakt zich druk over de stormvoorspellingen van de vorige week. Gelukkig zijn begrotingen altijd wel tot cijfers na de komma correct.
En een vleugje blijdschap.
De blog van Steven is terug: http://www.opdetrein.be/. En geloof me, hij is nog altijd de moeite waard!
De wandeling. De wandeling van vandaag draagt de tautologische naam Hagen en heggen in Pikhakendonk. We hebben ze aangetroffen in een wat ouder werkje, dat ondertussen grondig werd aangepakt: onze wandeling was nog ruim 9 km lang, het huidige Pikhakendonkpad moet het stellen met 5 km. Onze tocht voerde ons een drietal km langs de altijd mooie Dijle (hier in de buurt toch), en daarna door een afwisselend nat landbouw- en bosgebied, voor 64 % over niet-verharde wegen. Het werd een erg aangename tocht, waarin alleen het centrum van Hever even probeerde om de tocht een wat minder natuurlijk karakter aan te meten. Maar niet getreurd: na een kort, wat minder interessant traject werden de bucolische registers weer voluit opengetrokken. Foto's en kaartje op de stilaan vertrouwde plekken.
In de omgeving van Boortmeerbeek volgden we enkele mooie, aansluitende paadjes.
Bijna kaarsrechte landweg in de buurt van Pikhakendonk.
Het weer. Licht bewolkt, fris en rustig. Toen we vertrokken was alle ijzel van de vorige nacht nog niet opgeruimd.
De stafkaarten. 24/5N Haacht
Hoe we er geraakten. Buslijn 681 Mechelen - Zaventem bedient Rijmenam één keer per uur - tijdens de spits zelfs om het half uur. Op het eerste gezicht hadden we dus de keuze tussen een reisweg langs Mechelen en één langs de Luchthaven, maar de vermaledijde diabolotoeslag, die je ook moet betalen als je gewoon van trein op bus (of omgekeerd) moet overstappen, laat ons maar één optie: via Mechelen.
Een beetje geschiedenis. Het zou tot 1909 duren voor Rijmenam een tramverbinding kreeg met Mechelen. Deze lijn liep even ten noorden van het kleine dorpshart; 6 ritten kwamen uit Mechelen, 6 reden er terug naartoe; alleen op zaterdag was er nog een extra vroege rit uit Tremelo (met vertrek daar om 4:00 - marktkramers moesten vroeg uit de veren!). In 1938 werd de lijn geëlektrificeerd, wat tot een sterk uitgebreide bediening leidde, maar in 1957 werd de reizigersdienst alweer opgedoekt. Van de tramlijn zijn nog restanten onder de vorm van al dan niet verharde wegen terug te vinden op de stafkaart: de naam Stationsplein wordt zelfs nog altijd gebruikt, en verderop liggen de Kiekshamlei en de Rijmenamsebaan, die ooit deel uitmaakten van het tramtracé. De bussen werden ondergebracht in tabel 670 - wanneer het lijnnummer 53 werd ingevoerd, kon ik niet achterhalen. Eigenaardig genoeg staat de huidige lijn 681 (een Vlaams-Brabantse lijn) naar Zaventem Cargo vandaag in voor de basisbediening van het dorp Rijmenam. Van de oorspronkelijke Antwerpse lijn blijft alleen een resem schooldiensten over. En belbus 931 mag voorlopig nog Heist-op-den-Berg en ruime omgeving bedienen.
De verbinding.
Halle - Mechelen
3410
11:21 12:01
+2
1884 - 61057
M6
controle: J
Mechelen - Rijmenam
[681]
12:35 12:56
+1
ab3313-66
VDL Bus & Coach Citea SLE
A. de Voeght & Co
-
Rijmenam - Mechelen
[681]
16:03 16:25
+9
ab3032-53
Van Hool New A360H
Intratours
Mechelen - Halle
3438
16:59 17:39
+2
2731 - 58037
M4
controle: N
En wat we beleefden. Veel verwacht je niet te beleven op een vakantiedag zonder stevig winterweer. Alleen voor Vilvoorde staan we langere tijd stil (+4). Je zou denken dat dit te maken heeft met de overgang van lijn 25 naar lijn 27, en als een trein ons kruist, komen we inderdaad ook weer in beweging, maar… we blijven op lijn 25. Waar was die stop dan wel voor nodig? Want eenmaal Vilvoorde voorbij gaat het wel bijzonder vlot naar Mechelen; er zit duidelijk geen S1 voor ons.
Bus 681 wordt geteisterd door omleggingen: de website vermeldt er 6 of 7. Vooral in Elewijt en Perk loopt het de spuigaten uit, zo sterk dat zelfs het nieuws van Ring-TV gehaald wordt. Erger is dat Rijmenam Kerk ook ontbreekt in het ritschema, wegens de jaarmarkt van 14 november… Informatie op tijd aanbrengen is een essentiële vereiste voor goede info, maar ze ook op tijd weer verwijderen, is een tweede. Ik vraag voor alle zekerheid toch maar eens aan de chauffeur of hij langs Rijmenam Kerk rijdt; het komt erop neer dat er daar geen probleem is; vermoedelijk denkt hij erbij: op zowat alle andere plaatsen wel. Mechelen-Nekkerspoel wordt niet bediend in de richting Zaventem. Voor de rest verloopt de rit zonder problemen.
In afwachting van onze terugrit is het even gezellig toeven in het Bleekhofje, dat weliswaar zo goed als volledig vol zit. Maar na een kort intermezzo aan de toog komen er toch twee plaatsen vrij. Een tiental mannen en een dozijn vrouwen maken deel uit van het klantenbestand. Het doet allemaal wat denken aan een parochiekerk van voor Vaticanum II. De mannen zitten gezellig aan de linkerkant te keuvelen bij struise pinten Tongerlo, aan de rechterkant zitten de besjes bij voornamelijk warme dranken het kienspel te beoefenen. De kranigste kondigt met militaire dreun de lottogetallen aan, alleen onderbroken als het kroesje met de inzetten de tafel rondgaat. Overigens blijkt dat mannen en vrouwen niet samen op stap zijn. En voor één keer zijn het de mannen die als eerste vertrekken.
Voor de terugrit rekenen we op een aansluiting van 9 minuten in Mechelen. In de realiteit worden dergelijke aansluitingen nog zelden gerealiseerd, al verkondigt men al 40 jaar dat dringend werk moet worden gemaakt van goede aansluitingen. De elektronische planners blijven doen alsof hun neus bloedt, en suggereren dus weinig haalbare aansluitingen. Er is zowaar echte realtime-info over deze bus, maar die voorspelt weinig goeds: de bus rijdt al met 7 minuten vertraging; de heenrit leerde ons dat er weinig reserve zit in de rittijd. We komen inderdaad met zo een 9 minuten vertraging in Mechelen aan: we zien nog net de 3137 met zijn stel M5-rijtuigen in beweging komen. De lagevloerbus maakt dat je vooraan op sommige plaatsen nog net niet de indruk hebt dat je in een kelderverdieping zit. Andere zitplaatsen benader je dan wel best met een laddertje. Wat men de voorbije jaren allemaal al heeft uitgehaald om die (zie Contador: zero zero zero...) rolstoelen in de bussen te krijgen, grenst stilaan aan het belachelijke. Het voornaamste gevolg is dat instappen - op het moment dat de bus stilstaat - gemakkelijker geworden is, maar dat gaan zitten - op het moment dat de bus rijdt - vele keren hachelijker geworden is. Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat er hier meer verliezers dan winnaars zijn.
Gelukkig voor ons krijgen we nu wel uitzicht op een overstapvrije verbinding, met de 3438, een langs stel M4-rijtuigen. In Brussel-Noord hoor ik de 1738 aankondigen - met vertraging. Die zou nog wel eens in de weg kunnen rijden van onze 3438, maar blijkbaar is de vertraging net groot genoeg om onze IC tot Halle (en verder) voor de 1738 te steken. Zo blijft onze vertraging beperkt tot 2 minuten, en kunnen we dus met enige tevredenheid stellen dat de eerste twee ritten van ons nieuwe treinjaar stipt verliepen.
Overigens was de terugval van de stiptheid in 2016 ook uit onze 242 ritten af te leiden: in 2015 reed nog 89.3 % van de treinen met een vertraging van minder dan 6 minuten, in 2016 is dat cijfer afgegleden naar 86.4 %. (De bussen doen het trouwens nog slechter: daar reed maar 85 % op tijd en hun betrouwbaarheid wordt nog groter als je weet dat ook nog eens een niet onaanzienlijk getal van de bussen (veel) te vroeg rijdt - en ik heb het hier echt niet over 2 of 3 minuten.)
De treinlectuur. John FOWLES, The Magus. Uiteindelijk draait het allemaal om een erg vernuftige wraak- en louteringsoperatie, waaruit het hoofdpersonage Nicholas als een beter mens en minnaar te voorschijn zou moeten komen. Zou, want het slot blijft duister, al heb ik het gevoel dat het toch eerder goed dan slecht afloopt met de liefde tussen Nicholas en Alison. Lees het boek vooral niet als een liefdesverhaal. Thomas HARDY, Ver weg van het stadsgewoel.
Een scheutje oprisping. CD&V wil de pedagogische tik verbieden. Er zal meer nodig zijn om de volgende rammeling te ontlopen.