Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
26-12-2023
26 december 2023 - Wezemaal
De wandeling. Ik heb het hier al eerder vermeld: wandelnetwerken mogen er natuurlijk zijn, maar voor echte documentatie gaat er niets boven een degelijk wandelboek of een wandelfiche, met zo mogelijk geologische, historische, culturele informatie. Soms worden beide zelfs gecombineerd: bij Lannoo verscheen in 2012 De mooiste natuurwandelingen, blijkbaar gebaseerd op de programmareeks Vlaanderen vakantieland van de VRT. Enhiervonden we voor Wezemaal de Wijngaardbergroute, eerder bewegwijzerd met de bekende rode zeshoeken, maar nu dus gewoon opgenomen in het Hagelandse wandelnetwerk. Eerdere ervaringen hadden ons geleerd dat je eigenlijk altijd wel terechtkomt op de Wijngaardberg, maar dat het vaak moeilijk is om op het voorziene, dus door de wandelbeschrijving aangegeven route te blijven. De paaltjes van het wandelnetwerk waren dan ook een Godsgeschenk: 6 - 604 - 62 - 63 - 65 - 74 - 64 - 61 - 605 - 6. Punt 6 ligt bij het bezoekerscentrum van de Hagelandse wijn, op het Wezemaalplein. Als je het kaartje bekijkt zie je dat dit voor ons niet het beginpunt was, want wij begonnen aan de kerk of eigenlijk aan de bushalte Vleugtweg. Als je daar uitstapt (en weer instapt), stap je 7.83 km. (Maar wij verkozen een busloze reis en dus moesten we nog twee keer 900 m van en naar de treinhalte Wezemaal toevoegen. Overigens zijn er in 2024 en 2025omvangrijke werkenvoorzien, in het kader van de ondertunneling van de spoorweg ter hoogte van de overweg.) De wandeling zelf is een juweeltje: kort, pittig en grillig. Je loopt voor 72% over echte trage wegen, al kom je af en toe nog wel eens een auto tegen, wat meteen verklaart waarom de modderige wegen er nog wat slechter bij liggen dan nodig, al blijft het allemaal best doenbaar. Het wandelnetwerk is vrij goed bewegwijzerd, al bij al moesten we maar één keer twijfelen en gokten we meteen ook juist. Hetkaartje en de gpxkunnen ongetwijfeld voor ondersteuning zorgen. Wie denkt om hier een rustige, vlakke tocht te vinden, is er aan voor de moeite: de ontwerpers hebben gekozen voor een traject met een vijftal afdalingen of klimpartijen, zelfs met trappen. Wij quoteerden 17/20.
Met trappen overwonnen we meest uitgesproken hoogteverschillen.
Een mooie holle weg bracht ons dan weer naar een lager niveau.
Het weer. In vergelijking met de vorige dagen mooi, al waren er altijd wel wat (middelhoge, hoge) wolken in de buurt. Winderig.
De stafkaarten. 24/5-6 Haacht (2020) - 24/7-8 Aarschot (2020) - bij het verschijnen van deze kaartreeks werd naar vereenvoudiging gestreefd en dat gaat duidelijk ten koste van volledigheid en duidelijkheid, zeker waar vele voet- en veldwegen elkaar kruisen zoals hier op de Wijngaardberg.
Hoe we er geraakten. Zoals eerder geschreven is de aangewezen halte Wezemaal Vleugtweg van buslijn 335 Leuven - Aarschot. Uit Leuven ben je dan al snel een half uur onderweg, met de trein duurt het 7 minuten. We kwamen en gingen dus met de trein, ondanks de extra stapafstand. Wezemaal wordt met 3 treinen per uur wonderlijk goed bediend en dus is er altijd wel een aansluiting in Leuven, dat we met de IC Quiévrain - Liège-Guillemins rechtstreeks uit Halle konden bereiken.
Een beetje geschiedenis. Toen we op de trein terug stonden te wachten, verbaasden we ons over het aantal medereizigers in Wezemaal (LWZ): een 15-tal, veelal gezinnen met kinderen. Dat hoefde eigenlijk niet te verbazen: tijdens de Kerstvakantie is Leuven ongetwijfeld een attractiepool voor dergelijke gelegenheidsreizigers. Met 3 treinen per uur kan Wezemaal overigens moeilijk klagen over de bediening. Dat is ooit wel anders geweest. Aan de vooravond van IC-IR 1984 was die bediening op zijn minst merkwaardig: richting Aarschot stopten de treinen om 12:59 - 16:49 - 17:22 - 17:29 - 17:54 - 18:02 - 18:16 - 18:43 - 19:11 - 23:13. Richting Leuven was het nog poverder gesteld: 6:52 en 7:25, met ook nog treinen om 6:36 en 6:59 die Leuven links lieten liggen en via lijnen 53 en 27 naar Brussel reden.
Met de komst van IC-IR op 03.06.1984 ging de bediening nog achteruit: P-treinen naar Aarschot waren er om 5:36 en 6:35, naar Leuven om 5:36, 6:35 en 7:35.
Op 24.05.1998 werd IC-IR 98 ingevoerd: Wezemaal kreeg meteen een uurdienst, met de L-treinen Leuven - Antwerpen-Centraal, aangevuld met enkele P-treinen. naar Leuven kon je van 4:52 tot 23:38, naar Aarschot van 4:28 tot 22:22.
De volgende verbetering kwam er op 11.12.2005, toen ook de L-treinen Leuven - Hasselt in Aarschot stopten. Met een 20/40 verdeling was de toestand wel niet ideaal.
Op 14.06.2015 werd het aantal treinen op 3 per uur gebracht, toen ook de IC-treinen Leuven - Antwerpen-Centraal stopten.
Het is dus niet te verwonderen dat Wezemaal succes heeft: volgens de laatste tellingen zijn er per weekdag 616 instappende reizigers.
De verbinding.
Halle - Leuven
1708
09:26 10:07
+2
76052 (NK) - 73078 (NK)
M7
controle: N
Leuven - Wezemaal
2460
10:13 10:20
stipt
431 (FHS)
mr80 - Break
controle: N
-
Wezemaal - Leuven
2483
13:39 13:46
stipt
387 (FHS)
mr80 - Break
controle: N
Leuven - Halle
1735
13:53 14:34
stipt
76087 (NK) - 73105 (NK)
M7
controle: J
En wat we beleefden. Zal het verbazen als ik zeg, dat er nauwelijks iets te melden is? In eerste klas hebben we nauwelijks medereizigers en alle treinen rijden stipt of met een kleine vertraging. De samenstelling van IC 1735 is weer wat overschat, maar omdat er niets over omgeroepen wordt, vermoed ik dat de fout bij het inbrengen van de samenstelling zit, niet bij het vormen van de trein.
De treinlectuur. Marnix PEETERS, Oogje, Het kleine meisje uit de Lange Tafelstraat. Lionel SHRIVER, We moeten het even over Kevin hebben.
Acht van de twaalf juryleden van het terroristenproces zoeken (gratis) psychologische bijstand. Als men de volgende keer de jury nu eens samenstelde met horrorfilmfanaten, die zouden tegen een stootje moeten kunnen. Eventjes een bezoekje aan een gespecialiseerde filmzaal en het dozijn is zo gevonden.
Uitgedrukt… 'ne kaljn, mv. kaljes: onnozelaar.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. Niet langer dan van 2005 geleden verscheen Op stap in Vlaams-Brabant Noord-Dijleland. Twintig wandelingen moesten de toerist lokken naar een gebied ten oosten van Brussel dat nog tot de Groene Gordel behoorde. Wij kozen de Dijlevalleiwandeling in Haacht. Ondertussen is een uitgebreid wandelnetwerk uitgerold en de zeshoekige bordjes zijn weggehaald met een grondigheid die de ernst bij het plaatsen en vooral het onderhouden van de bewegwijzering destijds overstijgt. We doen het dus zonder bewegwijzering, maar met de bijkomende informatie die je in het boekje aantreft en op de wandelnetwerken moet missen: over de Sint-Adriaanskapel, de Schonenberghoeve, het natuurreservaat Hooiberg, de Valvekenshoeve, de Dijle en de Oude Hansbrug.
Deze brug is zo recent dat ze zelfs niet voorkomt op de kaart van het NGI. Ik heb het gesignaleerd en het moet gezegd: veelal wordt daar gevolg aan gegeven.
Het weer. Somber, betrokken, grijs en fris, ook door de matige wind.
De stafkaarten. 24/5-6 Haacht (2020)
Hoe we er geraakten. Zoals altijd hadden we de dagen voor de tocht een strak plannetje uitgewerkt met een reisweg via Mechelen. Een brand besliste er anders over. De vroege ochtendpaniek sloeg al snel om, want we konden evengoed via Leuven reizen, veel verschil maakte het allemaal niet. Heimelijk hoopten we er ook op dat we snel na de trein zouden kunnen overstappen op een bus die ons naar de halte Haacht Don Bosco zou brengen, maar dat was ijdele hoop. We konden net zo goed het beginpunt van de wandeling (de Sint-Adriaanskapel) te voet opzoeken, wat wel twee keer een half uur extra stappen inhield langs weinig aangename drukke wegen. Het gebeurt niet zo vaak dat we zo veel extra moeten stappen, maar de enkele schoolbussen die Sint-Adriaans bedienen, brachten geen oplossing. Voor een keer heb ik de lange, onaangename aanlooproute niet ophet kaartje aangebracht. Wie opziet tegen extra kilometers, is het best af met de halte Haacht Don Bosco. De wandeling zelf is 9 à 10 km lang, de TWQ bedraagt 46%: het pad langs de Dijle zorgt voor de hoofdmoot aan trage wegen. Om het verhaal af te ronden: we reisden via Leuven (niet met de rechtstreekse 1708, want die was afgeschaft), stapten over in Brussel-Zuid en namen in Leuven de L-trein naar Sint-Niklaas.
Een beetje geschiedenis. Haacht is altijd een soort knooppunt geweest van OV (tegenwoordig zou men van een hoppinpunt spreken, haha) met een spoorlijn en enkele tramlijnen. Ongetwijfeld was Brussel - Haacht de belangrijkste tramlijn: in stapjes geopend bereikte de tram Haacht station in 1890, Haacht Dorp in 1901. Ze werd ook nog verlengd tot Keerbergen in 1949. Haacht station werd in 1924 uit Brussel al elektrisch bereikt. De gedeelten station - dorp en dorp - Keerbergen zouden pas na WO II geëlektrificeerd worden. In 1960 (grotendeels al in 1958, eigenlijk) werd de reizigersdienst verbust. Een tweede tramlijn verbond Haacht met Aarschot en Tienen vanaf 1901. In 1953 hield men het ook hier voor bekeken. Alle informatie over de spoorlijn 53 vind jehier. Een van de opmerkelijkste treinen die ooit Haacht bedienden, was Z 2216 met de volgende dienstregling: Brussel Zuid 15:51 - Brussel-Centraal 15:54/15:55 - Brussel-Noord 15:58/16:02 - Schaarbeek 16:05/16:07 - Haren (Noord) 16:13 - Vilvoorde 16:16 - Hever (Hofstade) 16:25 - Boortmeerbeek 16:29 - Haacht 16:33 - Wespelaar-Tildonk 16:36 - Wijgmaal 16:42 - Leuven 16:46/16:53 en verder als stoptrein naar Hasselt (weliswaar zonder stop in Wezemaal), waar hij aankwam om 17:52. Het is een van die treinen die een trouw publiek aantrekken (denk nu aan de Dampoort-Express), van pendelaars en treinliefhebbers die de kans kregen om baanvakken te verkennen die anders niet bereikbaar waren. Toen de trein geschrapt werd, stuitte dat dan ook op veel woede en onbegrip, maar het mocht niet baten.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3207
09:02 09:15
+8
76007 (FML) - 73098 (FML)
M7
controle: N
Brussel-Zuid - Leuven
0408
09:28 09:57
+7
1802 (FSD) - 11804 (FSD)
I11
controle: N
Leuven - Haacht
2760
10:06 10:21
stipt
809 (GCR)
mr75 vierledig
controle: N
-
Haacht - Leuven
2783
13:38 13:53
+10
815 (GCR)
mr75 vierledig
controle: N
Leuven - Brussel-Noord
3637
14:08 14:36
stipt
516 (FHS)
mr96 Deense neus
controle: J
Brussel-Noord - Halle
1586
14:42 15:02
+2
08142 (FML)
mr08 Desiro
controle: J
En wat we beleefden. Het was dus echt schrikken vanmorgen en in de gauwte werden alternatieven opgezocht; ik stak voor alle veiligheid mijn afgedrukte versie van het spoorboekje in mijn rugzak, dat van vorig jaar wel te verstaan, want dat van 10 december 2023 is pas beschikbaar half januari 2024. Zoals altijd hoopten we nog mee te mogen met S 1557 van 8:57, maar treinen zijn altijd stipt als ze dat niet moeten zijn en dus is het wachten op IC 3207 van 9:02. De beperkingen van het seniorenbiljet, nietwaar, al wegen deze niet op tegen het voordelige tarief. Niet dat die enkele minuten het verschil zullen uitmaken, maar de S-trein is nu eenmaal wat minder druk dan de IC, die uit 4 M7 bestaat. Die zitten inderdaad goed vol, ook in eerste klas. Vroeger bestond deze IC uit 2 breaks en het valt me altijd weer op dat 4 M7 eigenlijk geen extra capaciteit bieden. De trein vertrekt met 1 minuut vertraging in Halle, maar nog voor Vorst-Zuid rijden we trager dan normaal en voor Brussel-Zuid staan we zelfs helemaal stil. Vroeger grapte ik dat dit de halte Zennebrug was, want het gebeurde/gebeurt zelden dat een trein die over lijn 96A komt zonder problemen in Brussel-Zuid geraakt. We komen aan met 8 minuten. IC 408 lijkt wel op tijd te rijden: deze trein bestaat uit een mengeling van I11- en M6-rijtuigen; ergens moeten er beslissers zitten bij de NMBS die niet gespeend zijn van enige fantasie. Hoe het zit met de aerodynamica als je M6-rijtuigen in het midden van de trein achter een veel lager I11-rijtuig spant, is een open vraag. Ook met deze trein loopt het trouwens mis: we vertrekken met 7 minuten vertraging, ook al verschijnt de mededeling dat het instappen afgelopen is ongeveer op tijd. Dat wordt weer een spannend ritje, met 10 minuten overstap tijd in Leuven. Het blijft bij 7 minuten. Twee jongeren (studenten gezien hun bestemming?) hebben al dan niet verkeerd plaatsgenomen in eerste klas en het wordt ook een vervelende reis naar Leuven, met gasten die zichzelf de hele tijd uitlachen. Ik weet trouwens niet of dit een geijkte uitdrukking is, maar bij ons betekent het: lachen om te lachen, ook als er niet te lachen valt. Als we uitstappen geef ik toch maar een sneer: als u in eerste klas wil reizen, moet u het ook wat rustiger doen. Beleefd, hé, die u? Maar kom, we halen de aansluiting naar Haacht nog nipt. Zo komen we eigenlijk vroeger aan dan in onze oorspronkelijke planning.
De terugreis zou zo pal in de namiddag vlot moeten verlopen, maar dat is buiten de waard gerekend. De L-trein 2783 heeft al 3 minuten vertraging bij vertrek in Haacht (- en dat is niet het gevolg van de moeite die mijn vrouw heeft om in te stappen, "dankzij" de lage perrons en het gebrek aan houvast in het vierledig stel -), maar staat erg lang stil voor Leuven. We kunnen moeiteloos een gesprek afluisteren tussen 2 NMBS'ers: het woord controle komt minstens 10 keer voor in het gesprek. Ik vermoed dat controle een van die woorden is met een betekenisuitbreiding, zoals taalkundigen het noemen: het woord moet niet langer letterlijk genomen worden, maar heeft een uitgebreide betekenis gekregen, in dit geval "in de trein meereizen". Ik vermoed dat we hebben gewacht tot een soort locomotieventrein (met een I11 in het midden) gepasseerd is. Voor ons betekent dat 10 minuten vertraging én een gemiste aansluiting met IC 435. Het wordt dus IC 3637 via de Luchthaven. En zoals ik de vorige keer al schreef: ze bestaan nog vriendelijke, actieve tbg's. Ook in de aansluitende trein (S 1586). Twee dames proberen het met de tbg op een akkoordje te gooien: één heeft een eersteklasabonnement, de andere niet. Ze hebben elkaar zogezegd al jaren niet meer gezien, maar dat zal wel de smoes van de dag zijn. Ze mag voor één keer blijven zitten. Ik kan het niet laten: als ik gewoon het hele jaar tweedeklasbiljetten zou kopen en toch in eerste ga zitten, zou ik honderden euro's per jaar besparen. De tbg is verstandig genoeg om hier niet op in te gaan. Die met het tweedeklasbiljet wel: ze vindt dat we een dik pensioen moeten hebben om eerste klas te betalen. Tja, we hebben alle twee ons leven lang fulltime gewerkt en dat we ook al ons hele leven een tweede auto uitsparen helpt ook. Maar waar moeit ze zich eigenlijk mee? De vertraging beperkt zich tot 2 minuten bij aankomst in Halle, tegenwoordig is dat een succes. Overigens zal er kort nadien iemand onder een trein sukkelen in de NZV. Het kan weer niet op. En ongetwijfeld ook de volgende dagen voor de gebruikers van lijn 25…
De treinlectuur. Marnix PEETERS, Oogje, Het kleine meisje uit de Lange Tafelstraat. Lionel SHRIVER, We moeten het even over Kevin hebben.
Vandaag start een campagne om geweld tegen leden van hulpdiensten als brandweerlui en ambulanciers aan de kaak te stellen. Is het niet godgeklaagd dat er hominiden rondlopen met de hersenen van een amoebe waarvoor geld aan een campagne moet gespendeerd worden? De campagne zou trouwens gerust uitgebreid mogen worden tot uniformdragers als politie, trein- en buspersoneel.
Uitgedrukt… Die moet je niet in je karre hebben: die kun je maar beter vermijden, niet meevragen, je kunt maar beter niet met hem/haar te maken hebben.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
14 december 2023 Luchtbal - Borsbeek (Via Brabantica)
De wandeling. Toegegeven, als je een Via Compostela volgt kom je als rechtgeaard wandelaar (hopelijk niet als overtuigd pelgrim) in de helft van de gevallen bedrogen uit. Vandaag staat er eigenlijk een soort stadswandeling op het programma, langs de Via Brabantica, van Luchtbal tot Borsbeek. Dit is echt niet ons ding en het stukje Rivierenhof kan enkele kilometers langs de Turnhoutsebaan echt niet doen vergeten. De wandeling is 14.3 km lang, de TWQ bedraagt 13%, veel te weinig dus. Voor de rest vertoont dit deeltraject alle kwalen van veel Compostelaroutes in Vlaanderen: veel asfalt of beton, ontbrekende bewegwijzering en op de koop toe ook nog varianten in de stad en tegenspraak tussen kaartje en tekst. Nee, we werden echt niet bekoord en quoteerden dan ook 4/20. De enige reden waarom we toch koppig dergelijke trajecten blijven stappen is de volledigheid en de hoop dat het de volgende keer (veel) beter wordt. Samengevat: ondanks bewegwijzering (?) en topogids met kaartjes moet je dit niet opvatten als een wandelroute, wel als een deeltje van de lange weg naar Compostela voor de bedevaarder, die wel voor een gesloten Sint-Jacobskerk komt te staan…Kaartenfoto's.
Het Groot Schijn aan de grens van stad en Rivierenhof.
In afwachting van Kerstmis. (Borsbeek)
Het weer. Erg somber (zie de foto's), maar het begon pas te (mot)regenen toen we op de bus stonden te wachten.
De stafkaarten. 15/3-4 Antwerpen (2018)
Hoe we er geraakten. De heenreis was makkelijk, met een overstap op een rechtstreekse IC naar Luchtbal, de terugreis was nauwelijks moeilijker, met een bus die om de twintig minuten rijdt tussen Borsbeek en Berchem en dan opnieuw 2 treinen naar Halle.
Een beetje geschiedenis. Het centrum van Borsbeek werd oorspronkelijk niet bediend: de tramlijn Antwerpen - Broechem reed ten noorden van de dorpskern. In de dienstregeling van de jaren 1930 wordt voor Borsbeek de halte Fort 2 vermeld: de tram volgde inderdaad de huidige N116. De tram reed van 1889 tot 1958; het gedeelte Antwerpen - Broechem - Lier werd geëlektrificeerd in 1930.Volgens Wikipediazou het lijnnumer 42 al in die periode ingevoerd zijn. Feit is dat de latere buslijn ook dit nummer droeg. In de gekende stijl van de Antwerpse NMVB-groep werd een ingewikkelde tabel ingevoerd: Antwerpen - Wommelgem - Broechem - Emblem - Lier en Zandhoven - Herentals. In feite had de bus eindbestemmingen in Wommelgem, Broechem, Lier en Zandhoven.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3408
09:20 09:30
+3
834 (GCR)
mr75 vierledig
controle: N
Brussel-Zuid - Antwerpen-Luchtbal
2008
09:49 10:43
+3
1903 (NK) - 61030 (FCL)
M6
controle: J
-
Borsbeek - Berchem
[20]
14:44 14:59
+3
ab2233
VDL Bus& Coach Citea SLE
Zurenborg
Antwerpen-Berchem - Brussel-Noord
3136
15:11 15:52
stipt
08193 (FSR)
mr08 Desiro
controle: N
Brussel-Noord - Halle
1937
16:01 16:23
+1
1905 (NK) - 61043 (FCL)
M6
controle: N
En wat we beleefden. IC3408 rijdt vandaag zoals voorzien met 2 vierledige stellen. Bijna één keer per week valt een stel uit en dan is dit geen aangename trein meer. Voor Brussel-Zuid lopen we drie minuten vertraging op. De IC naar Essen lijkt stipt te zullen rijden en dat lukt ook… tot Mechelen, waar we 5 minuten vertraging oplopen. En ja, ze bestaan nog, de joviale, vriendelijke, plichtbewuste treinbegeleiders die je ticket controleren. Ze ging zelfs twee keer door haar trein, één keer na Mechelen en één keer na Antwerpen-Centraal.
De bus van lijn 20 rijdt lange tijd stipt maar met zicht op het station van Antwerpen-Berchem lopen we toch 3 minuten vertraging op. Ontwaarden of iets tonen lijkt beneden de waardigheid van zo goed als alle Antwerpenaars. Ik vraag me af of je nog van een aansluiting bus/trein kunt spreken als je ziet hoe ver de ingang van het station van de halte aan busperron 15 ligt.Maar we halen de trein zonder problemen. Het is een zogenaamd trage IC, bestaande uit 2 desiro's. Dat hij traag is, heeft duidelijk minder te maken met enkele bijkomende stilstanden (t.o.v. de "snelle" IC's) dan wel met de ruime rijtijden. Nog even de IC naar Tournai nemen en we komen aan in Halle, voor een keer tevreden over de treinreis, maar een stuk minder over de wandeltocht.
De treinlectuur. Dorothy L. SAYERS, Murder must advertise. Sayers is ondertussen voor de overgrote meerderheid een illustere onbekende geworden en toch mag ze zonder problemen plaats nemen naast o.a. een grote naam als Agatha Christie. Ze is ook de meest literaire van alle grote detectiveschrijvers van de 20ste eeuw, lang voor het begrip literaire thriller een waardeloos cliché werd. Lionel SHRIVER, We moeten het even over Kevin hebben.
In Rough diamonds hebben ze het probleem van de Nederlandsonkundige Vlaamse acteurs op een drastische maar efficiënte manier opgelost: ze laten ze gewoon Jiddisch praten, dan hoor je de onderliggende West-Vlaamse, Brabantse en andere Kempische accenten niet (zo erg) meer.
Uitgedrukt… Op den boef: zonder veel nadenken, zonder rekening te houden met het uiteindelijke resultaat. Iets op den boef doen.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. De gemeente Lasne gaf in samenwerking met het NGI een wandelkaart uit met 210 km bewegwijzerde wandelingen. Dat is een erg handige aanvulling op de herwaardering van de voetwegen met wegwijzers over het hele grondgebied van de gemeente. Ons oog viel op wandeling 2 uit Ohain Moulin d'Ohain, al is van die molen niet zo heel veel te merken als je trouw de soms ontbrekende bewegwijzering volgt. Je kunt maar beter goed uit je doppen kijken endit kaartje zal daarbij voor de nodige steun zorgen. Het werd een korte (7.2km) maar erg pittige wandeling, die voor 33% over goed begaanbare voetwegen loopt; die voetwegen zijn dikwijls steile overbruggingen tussen andere wegen: sterk dalen en stijgen zijn dan ook nooit ver weg. Voeg aan die voetwegen nog enkele kilometers kasseiwegen (niet meegeteld in het TWQ) toe en je kunt veronderstellen dat dit een rustige wandeling werd zonder al te veel hinder van het wegverkeer.
Halte-uitrusting.
De Lasne, bijrivier van de Dijle. In het Nederlands heet hij de Laan.
Het weer. Zwaar en later volledig bewolkt: de voorspelde regenzone nadert inderdaad, maar we konden het tot thuis droog houden. Wel fris!
De stafkaarten. 39/3-4 Waterloo (2021)
Hoe we er geraakten. Buslijn 39 Waterloo - Louvain-la-Neuve is de enige die het centrum van Ohain bedient. De NMBS staakt vandaag en dat we uitsluitend gebruik maken van bussen van de TEC mag je gerust beschouwen als een opgestoken middelvinger ter attentie van de vakbonden. Vroeger, toen ik nog de illusie had dat het OV de oplossing was voor de verkeersproblemen, kon ik me daar nog stevig over opwinden, omdat elke actie weer tot reizigersverlies leidde. Tegenwoordig laat het me eerder koud, omdat we de vakbonden allang niet meer nodig hebben om de boel in het honderd te laten lopen. Van Halle naar Braine-l'Alleud rijdt er op weekdagen elk uur een bus van lijn 114, maar lijn 39 wordt kariger bediend. Dat er een gat zit van meer dan 3 uur in de voormiddag, beperkt onze mogelijkheden aanzienlijk. We kunnen in deze periode van het jaar moeilijk anders dan op de middag vertrekken. Terugkeren schept trouwens minder problemen.
Een beetje geschiedenis. Ohain is een van die dorpen die nooit heeft kunnen genieten van een trein- of tramverbinding, al betekende dat meestal wel dat die gemeenten vanaf de jaren 1930 een busverbinding kregen. Voor Ohain is dat niet anders, alhoewel het een hele tijd zal duren voor het centrum (met de huidige halte Place Communale) bediend zal worden. Ten noorden van het centrum kwamen de bussen wel bij een kruispunt (Messager) dat ook vandaag nog bediend wordt door lijn 558, die we al herkennen in 1934 (tabel 280) en 1938 en 1948 (tabel 39). In de loop van de jaren 1950 verandert er niet zo veel: dat is wel het moment waarop tabel 558 opduikt, nummer dat tot nog niet zo lang geleden ook als lijnnummer gebruikt werd. In 1957 verschijnt ook een schooldienst, een circulaire lijn van Braine-l’Alleud via Ohain, Genval (of Rixensart) terug naar Ohain en Braine-l’Alleud. in de jaren 1960 brengt men alle varianten samen in één tabel: 558-559-560, maar het centrum krijgt niet meer dan een marktdienst naar Wavre, op woensdagvoormiddag. Dat bleef vele jaren een zo goed als onveranderde toestand, tot net voor de eeuwwisseling de TEC begon te experimenteren met de zogenaamde Rapidobussen, de voorlopers van de huidige expressbussen. Ohain kwam op het traject van de Rapidobus 3 die Waterloo met Ottignies verbond via Braine-l’Alleud. Het was een Rapidobus en het hele traject telde maar 13 halten. Meer dan een functionele lijn was het eigenlijk niet: ochtend- en avondspits en een rit op woensdagmiddag, daar moesten we het mee stellen. Louvain-la-Neuve werd niet eens aangedaan. Toch (of misschien zoals te verwachten was) bleek deze rapidobus geen succes: hij werd vervangen door een lijn 39 (zie de jaren 1940 en 1950, maar dat zal wel toeval zijn…). De buslijn werd verlengd tot Louvain-la-Neuve en het aantal halten werd net niet verdrievoudigd. Uiteraard had dat ook invloed op de rittijd: tussen Waterloo en Ottignies ging die van 46 naar 61 minuten. En van een functionele bediening stapte men over op een toch wat beter gestoffeerde dienstregeling die het ons nu mogelijk maakt om deze buslijn te gebruiken voor een van onze kortere wandelingen.
En wat we beleefden. De ruime omgeving van Halle ligt al maanden in het vizier van Fibernet, zoals de rest van Vlaanderen, en omleidingen van buslijnen zijn hier dan ook de regel geworden. Tot voor kort moest lijn 114 een omleiding volgen in de richting Braine-l'Alleud, nu is de situatie al een tijdje omgekeerd. Er zit wat meer volk op dan gewoonlijk, want donderdag is marktdag in Halle. Wij nemen de bus trouwens niet aan het station van Halle, maar na een wandeling van een klein half uur, kunnen we de bus nemen aan de halte Van de Velde. Prachtige naam die dateert uit de oerhistorie, toen hier nog een herberg lag met die naam. De rit verloopt vlot en dus hebben we wel erg veel aansluitingstijd in Braine-l'Alleud. Dat geeft ons ruimschoots de tijd om de boterhammetjes aan te spreken en op verkenning te gaan, want de haltes van de TEC liggen hier aan beide zijden van de spoorlijn. Perron 1 tot 9 aan de zijde waar de bussen al langer vertrekken, enkele bijkomende perrons aan de andere zijde, bereikbaar via de doorgang onder de sporen. Perron 4 is goed voor bussen uit en naar Waterloo. Een jongedame wil weten of ze de W moet nemen om in Waterloo te geraken; vermoedelijk neemt ze op niet-stakingsdagen de trein en is ze nu wat onwennig op zoek naar een alternatief. Eenmaal in de bus probeer ik de rit te volgen op de dienstregeling die ik thuis heb afgedrukt, maar de TEC-BW heeft de gewoonte om de haltenamen in het grijs te zetten op de halteborden. Dus schakel ik voor de zekerheid de app van de TEC in, maar na een tijdje raakt die geblokkeerd: leve het digitalisme! Papier brengt dus eens te meer de redding. Aan de halte Place Communale zien we dat de halte hier ook op een erg duidelijke manier wordt aangeduid: ik heb er foto's van gemaakt. Het systeem met de aanduiding van de wachttijd is wel buiten dienst.
Voor de terugrit zijn we nog net op tijd voor de bus van 14.43. Het is een gelede bus met halteaanduiding binnenin maar die hebben we nu niet echt nodig: we rijden immers mee tot het station van Braine-l'Alleud. We hebben opnieuw 38 minuten overstaptijd. Voor de bierliefhebbers: de Nord-Expres rechtover het station heeft een ongelooflijke bierkaart. Maar we kunnen dus mee met de 114 van 15.38 die toch ook weer aardig bezet is. Deze keer moeten we wel een omleiding volgen en samen met wat files onderweg leidt dat toch tot 10 minuten vertraging. We zouden opnieuw te voet naar huis kunnen trekken - dus nog een half uurtje stappen - maar we maken er een specialleke van door over te stappen op lijn 155, aan de halte Nijvelsesteenweg. Die rijdt gelukkig want de laatste tijd vallen de bussen hier vanaf de namiddag als vliegen. Gisteren nog waren er zo een zevental bussen van lijn 155 geschrapt: de Lijn kan zich nog altijd verstoppen achter een gebrek aan chauffeurs, maar van een chauffeur weet ik dat vooral het gebrek aan bruikbare bussen aan de basis ligt van de wel erg onbetrouwbare dienst.
De treinlectuur. Dorothy L. SAYERS, Murder must advertise. Uit 1933 al, ik kocht het boekje voor 60 BEF. Hoofdfiguur is Lord Peter Wimsey, die als hobby misdaden oplost. In die tijd was de hoofdcommissaris nog een man van enige leeftijd, geen vrouw zoals later (in de jaren 2000) of zwarte vrouw (zoals nu).
Goed nieuws uit het onderwijs: de jongste resultaten van PISA zijn zo slecht, dat het bijna niet meer slechter kan worden, zeggen sommige experten. Ook goed nieuws voor wie helemaal blut is: de bankrekening staat zo laag dat het alleen maar beter kan worden. Of: het gaat zo slecht met de betrouwbaarheid van NMBS en De Lijn, dat het alleen maar opwaarts kan gaan…
Uitgedrukt… Van tijd te zot, van tijd te bot. Of hoe je wisselende stemmingen ook zonder psychiatrische geheimtaal kunt vatten. (Van tijd betekent soms.)
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.