Op woensdag fietsen we meestal, al kan dat wel eens afwijken. Maar vandaag waren Peter en ikzelf weer op pad. Het doel van onze trip was Thorn - ook wel eens het witte stadje genoemd - juist over de grens ten noorden van Kessenich. 
Omwille van de warmte, waren we vroeg vertrokken. Te vroeg zelfs, toen we in Thorn aankwamen waren de terrassen nog niet geopend en tot 10u00 wachten, dat wilden we niet. Uiteraard was dat spijtig, je kunt daar gezellig zitten met 'n drankje en 'n hapje. Maar, we maken dat nog eens goed deze zomer. 
We waren vertrokken via Rekem en de Zuid-Willemsvaart om later rechts af te slaan naar de Maas. Maaseik en Aldeneik waren al vlug binnen handbereik, verder reden we nog door Ophoven en Kessenich. En ja, in Thorn liepen we binnen iets voor 9u30. 
De terugweg namen we via Wurfeld naar de koelte onder de bomen van het oud kolenspoor om vervolgens terug aan de Zuid-Willemsvaart uit te komen. In Lanklaar was het links af naar hotel Beau Séjour. Daar zijn we gestopt voor wat suikers en 'n hapje. We bestelden 2 koffie - 2 cola - 2 broodjes kaas (er was nog geen vlaai) en betaalden - jullie lezen het goed - 9,00 euro. 
Maar voor we Beau Séjour bereikten, trok toch wel ene hele speciale stoet aan ons voorbij ergens in Kinrooi. Minstens 'n 40-tal personen die naar de velden trokken om rode bessen oftewel aalbessen te gaan plukken. Het waren allemaal personen van vreemde origine. 
Verder op onze terugweg kwamen we nog in St. Barbara Eisden, langs het oud spoorwegstation van Eisden en de Salamander in Maasmechelen. Aan het OPZ Rekem verkoos Peter rechtstreeks huiswaarts te keren, hij had nog 'n afspraak, ikzelf bolde nog eens de Bessemerberg op richting Zutendaal. Op weg naar Gellik, ging mijn laatste boterham er aan. En de warmte, zul je zeggen. Geen probleem, op de fiets en wat wind tegen, was dat best te doen. 
En thuis na die heerlijke douche, nog even naar de Bib om mijn boeken terug te brengen en anderen in de plaats te ontlenen. Hiermee ben ik weer enkele weken zoet. 









|