We hebben nog één wandeling ten zuiden van
Samber en Maas op het programma staan en dan geven we dit mooie stuk vaderland
opnieuw in de wrede klauwen van Vlaamse en 'Ollandse jagers. We combineren drie
wandelingen uit de wandelkaart Barvaux-Bomal-Durbuy-Grandhan-Wéris
(NGI in samenwerking met Maison du Tourisme "Pays d'Ourthe et Aisne")
tot een lusje van 9 km. Vertrekpunt is Fronville, dat nog net bereikbaar is met
de TEC, de wandelingen zijn de nummers 26 - 27 - 28, resp. La Passerelle, Rahet en Monteuville. De hoofdrol wordt gespeeld
door de Ourthe, die we tot twee maal toe oversteken langs voetbrugjes, en dat
alles in een prachtig kader met uitgebreide vergezichten in een erg
aantrekkelijk deel van de Famenne, en met 2 bijzonder rustige dorpen (Fronville
en Deulin) in een bescheiden bijrol. De TWQ bedraagt 70 %, en we genieten van
een van die legendarische nazomerdagen, met veel zon en erg aangename
temperaturen. Onnodig te zeggen dat dit een eerste herfstige voltreffer is
geworden.
Foto's vind je hier.
Hoe
moeten we er geraken?
Eigenlijk dachten we oorspronkelijk uit
Melreux-Hotton te voet naar Fronville te stappen, meer dan 2 km langs een
onaangename hoofdweg, en dat vooral omdat de 3 lijnen die Fronville bedienen
(11/5, 12/1 en 162a/3) weinig bruikbaar zouden kunnen zijn: dergelijke lange,
ingewikkelde lijnnummers wijzen immers vaak op school- of marktdiensten. Maar bij
nadere beschouwing leek het toch mogelijk om met deze lijnen Fronville Église
te bereiken. Niet dat de dienstregelingen veel soeps zijn. Ik vraag me zelfs af
of de gebruikte lijnen niet de kroon spannen als het gaat om totaal onzinnige
en onbruikbare openbare busverbindingen, waar de TEC-NL een patent lijkt op te
hebben. Lijn 162a/3 is een variant de vervangingslijn 162a, die hier een wat
onwaarschijnlijke kronkelverbinding tussen Marloie en Melreux uitmaakt. Er
rijdt welgeteld 1 bus per dag, en op woensdag niet eens in beide richtingen. Lijn
11/5 rijdt alleen op schooldagen, maar dan kun je je weer de vraag stellen wat
de rol is van een rit halfweg de namiddag, op een ogenblik dat de scholiertjes
en hun meesters nog volop aan het zwoegen zijn. Wat illustreren deze beide
dienstregelingen mooi de angst van de TEC om al te veel aanpassingen aan hun
diensten aan te brengen: bang als ze zijn dat een systeem dat absoluut niet
functioneert, vervangen moet worden door een systeem dat evenmin werkt, en dat
dus gedoemd is om te verdwijnen. Een complete tabula rasa lijkt de enige
oplossing te zijn, liefst met wat (veel) extra centjes, maar voorlopig blijft
de opgeruimde tafel vaak leeg achter
Hoe
geraakten we er?
Halle - Brussel-Zuid 3706 07:45
07:55 stipt 1850 - 61049
Brussel-Zuid - Marloie 2108 08:33 10:16 stipt 1360 - 61011
Marloie - Fronville [162a/3]11:00 11:27 +4 ab4562
Fronville - Melreux [11/5] 14:26
14:30 -3 ab4564
Mlreux-Hotton - Liège-G. 5585 14:41 15:38 +6 628
Liège-Guillemins - Brussel-Noord 0538 16:00
16:54 +2 1924 - 11816
Brussel-Noord - Halle 3687 17:03
17:30 +5 08045
ab4562 en ab4564, allebei Jonckheere
Transit 2000, vermoedelijk van stelplaats Manhay, omdat doorgereden wordt op
lijn11 naar Manhay - maar zeker ben ik absoluut niet
En
wat beleefden we?
Vandaag is er een kabeldiefstal geweest tussen
Roux en Marchienne-au-Pont (het hoeven niet altijd boze rangeerders uit de
buurt te zijn die de boel platleggen), maar wij rijden naar Brussel-Zuid alsof
het spitsuur afgeschaft is. We komen dan ook stipt aan in Brussel-Zuid, waar de
vele rode meldingen op de infoschermen ons meteen weer bij de realiteit brengen.
Toch lijkt het lot ons vandaag gunstig
gezind te zijn: de 2108 komt amper 3 minuten te vroeg aan het perron, en toch
vertrekken we maar met 1 minuut vertraging. Het gaat zelfs bijzonder vlot door
de NZV, maar net buiten Brussel-Noord loopt het fout: in Brussel-Schuman
klokken we af op +7. Maar het kan nog erger: in Brussel-Luxemburg staan we
naast de 3907, die ons deze keer onderweg niet zal ophouden: we gaan hem
voorbij en komen ei zo na stipt in Ottignies aan. Wel sneu voor al die
reizigers tussen Etterbeek en Ottignies die in dat laatste station op een
vlotte overstap op de IC gerekend hadden. Zelf zitten we voor één keer boven in
de dubbeldekker: we zien nog net hoe een viertal Chinezen (of Japanners) met
veel koffers voor het benedendek kiezen, en de rust is ook iets waard. De rest
van de rit verloopt als een fluitje van een cent. Het enkelsporige vak tussen
Namur en Ciney is nu opgeschoven voorbij Naninne, en dat maakt dat we Ciney binnenrijden
over een van die schotse en scheve wissels in een bocht tegen de toegelaten
snelheid van 20 km/u. Zelfs dat veroorzaakt geen vertraging. We hebben voor een
keer een ruime overstap in Marloie, en net dan rijdt de trein prachtig op tijd.
Het stationsbuffet van Marloie is een
doorgedreven sixties- of seventiesoefening in groen en oranje. Niet meteen mijn
ding, maar de ijle atmosfeer wordt hier wat opgeleukt door de nog aanwezige
ramen van nog een vroeger tijdperk. En de koffie smaakt lekker.
Tussen Marloie en Marche heeft de bus
van lijn 162a/3 nog wat reizigers mee. Het allegaartje van buslijnen tussen het
overstapstation en Marche-en-Famenne maakt dat klanten hier een best bruikbare
busverbinding aangeboden krijgen. Maar voorbij Marche is het rijk voor ons
alleen.
Voor de terugrit gebruiken we dus een
bus van 11/5, die hier op dat moment een heen-en-weertje maakt tussen Melreux
en Noiseux. Dergelijke rit is in mijn ogen al even zinloos als die van de
voormiddag, maar wij kunnen er toch maar mooi mee naar Melreux. Onderweg zal
blijken dat het alternatief met de benenwagen (cliché, ik weet het) inderdaad
weinig interessant zou geweest zijn.
L5585 bestaat uit 2 klassieke stellen; dat
is duidelijk berekend op de terugrit uit Liège-Guillemins, tijdens de spits.
Van stel 628 is de hele wand tussen bagageruimte en platform eerste klasse
volgekliederd met onleesbare hiërogliefen. Sorry, geen hiërogliefen, want die
droegen tenminste nog een boodschap. Deze met een vette, brede viltstift
aangebrachte tekens hebben maar een doel: tonen hoezeer de auteur wel het
schijt heeft aan de hele (spoorweg)maatschappij. En zeggen dat de wc vlak bij
ligt. Het wordt één van die ritten zonder tbg; soms komt van heel ver het
schrille geluid van zijn fluitje aangewaaid, maar met meneer of mevrouw zelf
zullen we geen kennis kunnen maken. Bijna een uur in een stoptrein met instappende
reizigers zonder controle. Geen controle, geen toepassing van de reglementering
van het maakloon en meer van die dingen: de tbg's boren hun eigen werkgever
elke dag een klein fortuin door de neus. Helemaal vooraan in deze trein blijft
het erg rustig. In Méry krijgen we het gezelschap van een zwaar verkouden
wandelaar. En wij maar denken dat wandelen gezond is. En nog dit: onderweg
vallen ons gele mistbakens op. Ik weet niet waarom sommige mistbakens geel
zouden zijn, maar ik waag een gokje: na Godinne is het duidelijk dat
aankondigingsseinen anders aangekondigd moeten worden dan hoofdseinen, en dat
geel valt wonderwel samen met het geel van de ronde bordjes die het
aankondigingssein identificeren. Heb ik het juist, specialisten en professionals?
De trein rijdt de hele weg met om en bij de
6 minuten vertraging. Hopen op een snelle overstap op een van onze
voorkeurstreinen (de echte direct Liège - Brussel van 16:41) is een ijdele
activiteit, die we al snel opgeven. Het wordt dus nog maar eens de IC naar
Oostende. We kiezen voor het eerste eersteklasrijtuig, want in het tweede
zullen zo meteen opnieuw Oost-Aziaten opduiken - neen, niet die van vanmorgen -
maar op het platform is het onaangenaam warm en in de reizigersruimte blijkt de
airco het begeven te hebben. We zullen de reis dus toch maar in het gezelschap
van de Chinezen maken, en achteraf bekeken valt het nog best mee.
Deze tbg controleert wel. Van de jongeman
rechts van ons krijgt hij een warrig verhaal, over een nog niet ingevulde kaart
en een aan de andere tbg gevraagde klasverhoging. De tbg zal er zijn collega
over aanspreken, en maakt tussendoor nog een biljet voor de reiziger uit Méry,
wat dus eigenlijk al in de stoptrein had moeten gebeuren. Even later komt een
Duitstalige tbg zich bij de jongeman nestelen. Kijk, ik kan best begrijpen dat
je een kennis of maat een reisje in eerste klasse gunt, maar als je bovendien
ook nog toelaat dat hij zijn lijntje op de campuskaart blanco laat, dan vind ik
het toch allemaal een brug te ver.
We komen 7 minuten te vroeg aan in Leuven -
is de tb een roker? De tbg's alleszins. Het hele gedrag rond roken is in de
voorbije decennia grondig gewijzigd, soms zelfs op een wat absurde manier. In
de jaren 1950 en 1960 (en misschien zelfs later) werden chef-gardes beboet als
ze op het perron in uniform rookten, vandaag staan ze rustig keuvelend op het
perron, en als een of andere reiziger dan toch om wat extra zekerheid vraagt,
krijgt die prompt de dampen van 2 rokers in de neusgaten geblazen.
De IR naar Quévy heeft vertraging, maar we
besparen ons de perronswissel en opteren voor de L-trein naar Braine-le-Comte.
Ontsnappen aan desiro's is er niet meer bij. In Brussel-Centraal stapt een
clochardachtig type in, die naar Brussel-Zuid moet. Gelukkig duurt dat ritje
niet lang, want hij verspreidt een niet zo frisse odeur. In Lot worden we
ingehaald door de 3738 naar Quévy in vertraging. Zelf doet ons treinpersoneel gewaardeerde
pogingen om de zes minuten vertraging waarmee we in Brussel-Noord vertrokken te
doen krimpen, maar de kans is nu wel erg groot dat we achter de IR Halle zullen
binnenrijden. Maar de schade blijft beperkt: 5 minuten vertraging worden ons
deel, maar al bij al is onze dag schitterend verlopen.
|