De wandeling. We stappen vandaag een tweede schuifje van de GR Uilenspiegel en wel van Oostburg, waar we de vorige keer stopten, tot Watervliet, bij de groep huizen aan de grens die Mollekot genoemd wordt. Dat is dus een 17 km lange tocht die grotendeels over Nederlands grondgebied loopt, op honderd meter op het einde en de kilometers die pal op de grens lopen, na. We herontdekten dit erg vlakke Zeeland waar de boerderijen zuinig gezaaid liggen en waar de stilte alleen verbroken wordt door het kenmerkende schreeuwen van watervogels die zich hier bijzonder goed thuis voelen. En dat laatste is te begrijpen. De TWQ ligt op 51%, achteraf bekeken minder dan gedacht, want een flink deel van de tocht loopt over bijna kaarsrechte onverharde veldwegen of door natuurgebied, waar de paadjes bijzonder goed onderhouden zijn. Het enige minpunt is de bewegwijzering die best wat minder spaarzaam zou mogen zijn.
|
|
De nadruk ligt echt wel op water, in brede en minder brede sloten, in plassen en vijvers. Zelfs de wegen aan de voet van de dijk doen aan (te veel) water denken.
Meer foto's vind je hier.
Het weer. Van thuis tot Sluis soms dichte mist, maar dan komt de zon er snel door en wordt het een onvervalste, heldere lentedag. Warm, bovendien. De stafkaarten. De Nederlandse topografische kaart 54A (op 1:25.000) Oostburg en de Belgische kaarten 5/8 Z Sint-Margriete en 6/5 Z Watervliet of de pas verschenen kaart 5/8-6/5 Watervliet op 1:25.000. Hoe we er geraakten. Oostburg wordt elk uur bediend door de internationale buslijn 42 Brugge - Breskens; Brugge bereiken per trein is makkelijk en dus zijn er weinig problemen voor de heenreis. En eigenlijk is ook de terugreis eenvoudig: de belbus van het Meetjesland (195) brengt ons van Watervliet Mollekot naar het station van Eeklo. Eeklo - Halle is ook niet meteen een moeilijke verbinding. Wel moeilijk is het om voor deze verbinding een seniorenbiljet te kopen: de alternatieve terugreis is afgeschaft. Een oplossing zat erin om met bus 58 hetzij naar Brugge hetzij naar Gent te reizen, maar erg aantrekkelijk is dit allemaal niet. En dus wordt het een RailPass, wat ons bovendien toelaat om voor 9:00 te vertrekken. Zo zie je maar hoe die domme maatregel om de alternatieve terugreis onmogelijk te maken er uiteindelijk toe leidt dat reizigers toch de horden pendelaars vervoegen. Een beetje geschiedenis. Het stukje Watervliet dat we vandaag als eindpunt gekozen hebben, moest wachten op de komst van de belbus voor het door het OV ontsloten werd. Dat was op 01.06.1997. Luidens een artikel in Het Nieuwsblad zou dit de eerste belbus van Vlaanderen geweest zijn, maar daar heb ik ernstige twijfels bij. In 2002 vervoerde deze bus 18.500 reizigers, wat neerkomt op 50 per dag. Hoeveel het er vandaag nog zijn, weet ik niet: de Vlaamse regering heeft enkele goedgemikte vuistslagen uitgedeeld, wat de teloorgang van de belbus wel eens zou kunnen inluiden. In 1891 werd de tramlijn Eeklo - Watervliet (Veldzicht) ingehuldigd en wil Veldzicht nu net het punt zijn waar onze GR vandaag de huidige N456 kruist. Pal op de grens werd dan aangesloten op de tramlijn naar Breskens en Vlissingen van de SBM, de Stoomtram Breskens - Maldegem. In 1923 kwam daar ter hoogte van het Hoogkasteel (zo een kilometer voor de grens) nog een aansluiting naar Waterland-Oudeman bij. De tram verdween hier in 1948. Uit de spoorboekjes blijkt dat de kilometer tussen Hoogkasteel en Veldzicht al rond 1935 zou opgeheven zijn, maar de referentiewerken houden het op 1948. Intrigerend… De dienst werd verder uitgemaakt door 3 buslijnen, één uit Gent en twee uit Eeklo ( eerst private busdienst) die later in de treinboekjes verschijnen als 250, 251 en 252 (aanvullende busdiensten). In de NMVB-reisgids van 22.05.1977 vind je lijn 250 Eeklo - Sint-Laureins - Sint-Margriete (via Balgerhoeke), 251 Eeklo - Watervliet - Waterland-Oudeman (via Bentille en Sint-Jan-in-Eremo) en 252 Gent- Watervliet (via Wondelgem, Evergem, Sleidinge, Lembeke en Kaprijke.) Deze lijnstructuur illustreert mooi hoe moeilijk het is om al deze woonkernen op een eenvoudige en overzichtelijke manier te bedienen. Tegenwoordig zijn dat grosso modo de lijnen 57 (Gent - Watervliet Hoogkasteel) en 63 (Eeklo - Watervliet - Sint-Jan-in-Eremo). Terwijl ik een en ander opzocht vond ik op de website van De Lijn ook nog een hoogst interessant document (klik op wensnet Neptunus). Ook interessant is deze blog, waarin gewag wordt gemaakt van een tweede tramlijn uit Eeklo via Balgerhoeke naar Sint-Laureins, die er evenwel nooit gekomen is.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid |
3757 |
07:39 07:56 |
+8 |
08191 |
mr08 Desiro |
controle: N |
Brussel-Zuid - Brugge |
0529 |
08:08 09:02 |
stipt |
1885 - 11810 |
I11 |
controle: J |
Brugge - Oostburg |
[42] |
09:48 10:48 |
+1 |
ab2166 |
VDL Bus&Coach Citea SLE |
Brugge |
- |
|
|
|
|
|
|
Watervliet - Eeklo |
[195] |
15:20 |
stipt |
ab2221-27 |
EVM Sprinter II |
Ferry Cars |
Eeklo - Gent-Sint-Pieters |
0786 |
15:17 15:51 |
+4 |
4156 |
mw41 |
controle: J |
Gent-Sint-Pieters - Brussel-Zuid |
2815 |
16:00 16:31 |
+2 |
1824 - 61026 |
M6 |
controle: J |
Brussel-Zuid - Halle |
8574 |
16:42 16:53 |
+9 |
2124 - 58023 |
M4 |
controle: N |
En wat we beleefden. De app van de NMBS heeft er de brui aan gegeven (leve het papieren spoorboekje!) en dus wordt het allemaal wat improvisatie van het moment. Dat wordt het trouwens meer en meer: vroeger had ik altijd een bepaalde treinverbinding voor ogen en daar erg veel van afwijken, deden we niet. Tegenwoordig nemen we gewoon wat er komt: door de toegenomen frequenties en de soms snelle opeenvolging van treinen is dat een stuk gemakkelijker geworden. Zo komen we eigenlijk naar het station voor de 1556 van 7:58, maar we houden ook rekening met de 3206 van 8:03 en de 7741 van 7:54, waarmee we allemaal vlot de 2829 van 8:29 in Brussel-Zuid zouden moeten halen. Maar niet alleen met de app loopt het vandaag verkeerd: de 7741 heeft 11 minuten bij aankomst in Brussel-Zuid, de 1556 10 en de 3206 zelfs 14. Met die laatste zouden we dus de 2829 niet gehaald hebben! Dat zou nochtans de trein geweest zijn die een functionerende app zou hebben aangeraden. Om een lang verhaal kort te maken: we nemen nog de 3757 met 8 minuten vertraging - vertraging die niet zal veranderen tot Brussel-Zuid - en dat leidt ertoe dat we zelfs nog meekunnen met de 529 naar Oostende, wat dan weer voor erg veel tijd in Brugge zorgt.
De 3757 rijdt dus met vertraging en ik weet niet of de typische geur van hete olie die te ruiken is als de trein Halle binnenrijdt daar iets mee te maken heeft. Vroeger wees zo iets op een vastgelopen rem; ik weet niet of dat tegenwoordig met de hi-techstellen ook nog het geval is. Erg gerust zijn we er dus niet in, maar we stappen toch maar in. De aansluitende IC529 heeft een vrij stipte rit achter de rug en vertrekt uit Brussel-Zuid met niet meer dan 2 minuutjes vertraging. Ondanks de bijwijlen - prachtig woord, toch? - dichte mist en de werken in de buurt van Oostkamp verloopt de rit stipt.
In Brugge hebben we meer dan 3 kwartier tijd - ook met de 2829 zouden we trouwens moeiteloos onze aansluitende bus gehaald hebben. De bus van lijn 42 die aankomt lijkt niet terug te zullen rijden - de vorige keer was dat ook niet het geval - maar deze keer blijft de bus en wisselen de chauffeurs. Na de gewone plichtplegingen rijdt de eerste chauffeur met een wagentje van De Lijn weg, richting stelplaats, vermoedelijk. Een eengemaakt tarief Brugge - Breskens lijkt nog een wensdroom: met onze Mobib kunnen we tot Sluis (Ridderstraat). Voor het stukje Sluis - Oostburg moet je dan een erg dure verlenging kopen - zie vorige keer - maar gelukkig heeft zoonlief voor OV-chipkaarten gezorgd waarmee we keurig kunnen in- en uitchecken. Dat scheelt een slok pils op een borrel klare. Net voor ons eindpunt (Ledelplein) wacht de bus bij de halte Ziekenhuis, waar alle bussen aansluiting op elkaar geven.
Voor de terugreis hebben we dus een belbus besteld: de basisroute van deze GR loopt niet naar Watervliet en dus stoppen we bij het Mollekot. Blijkbaar is het nu weer mogelijk om zich min of meer een idee te vormen van de mogelijkheden met de belbus; de planner van De Lijn geeft een bus om 15:45 aan. De juffrouw van de centrale houdt het op 15:20, wat ons wat minder reserve onderweg zal geven. Verdwalen kan dan noodlottig worden, maar we wagen het er toch maar op. Het busje komt trouwens krek tegelijk met ons aan de halte… om 14:50. De chauffeur polst even of wij de reizigers zijn die met hem mee willen en dat klopt natuurlijk. Voor een keer hoor je ons niet klagen over een bus die te vroeg rijdt, want we rekenen er nu op dat we een uur vroeger dan voorzien de trein kunnen nemen. Het wordt een rustige rit in een aangenaam belbusje, met een chauffeur die ons laat genieten van het Meetjesland en die blijkbaar ook nog weet om hoe laat de treinen in Eeklo vertrekken.
De twee motorwagens staan klaar op perron 1, terwijl het jonge volkje zich opmaakt voor het weekend. De rit verloopt vlot tot net voor Gent-Sint-Pieters, waar de normale haperingen voor 4 minuten vertraging zorgen. Dat er ook nog een koppeling - van korte duur - plaatsvindt helpt de zaak niet echt, maar we komen op perron 10 aan, zodat de overstap naar de IC 2815 op perron 9 als vanzelf loopt. Ondanks een volledige stilstand voor Brussel-Zuid blijft de vertraging van deze trein op 2 minuten hangen. Dat we een uur vroeger dan voorzien op weg naar huis zijn, heeft als aangenaam neveneffect dat we nog eens met de 8574 naar Geraardsbergen kunnen sporen. Het lijkt hier vanavond echter niet vlotter te gaan dan vanmorgen; de IC's 1737 (Quiévrain) en 3437 (Binche) en de S 3687 (Braine-le-Comte) rijden allemaal met om en bij het kwartier vertraging en het mag een wonder heten dat we met niet meer dan 2 minuten vertraging kunnen vertrekken. Al snel zal de hoop op een vlotte rit ijdel blijken te zijn: we komen in Halle aan met 9 minuten vertraging. Of moeten we nu eigenlijk dankzij die vroege belbus zeggen: een uur vroeger dan voorzien?
De treinlectuur. Stefan POPA, De verovering van Vlaanderen. De klucht van de Groot-Nederlandse gedachte, gerijpt in de geest van een halfgekke Amsterdammer, Alco van Puffelen. Gelukkig komt hij op het einde tot de vaststelling dat de verschillen tussen Vlaanderen en Nederland te groot zijn. Jos PIERREUX, Niets erger dan spijt.
Een scheutje oprisping. Go! wil artificiële intelligentie inschakelen om het leerproces van de leerlingen te personaliseren. Het niveau automatisch verlagen zodat iedereen kan slagen, kom.
Een verkneukelinkske. Volgend weekend viert Halle carnaval: drie nachten wallebakken tot in de vroegste uurtjes. Hopelijk raakt het bioritme van de feestvierders niet verstoord door de invoering van het zomeruur in de nacht van zaterdag op zondag.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
|