De wandeling. Net toen we deze tocht voor vandaag gepland hadden, las ik op de site van het Compostelagenootschap dat er in april, nu dus, een nieuwe versie uitkomt van de topogids van de Via Monastica. Wij waren ondertussen al ten zuiden van Geel beland en zouden nu naar Tongerlo stappen. Maar we lieten ons niet afschrikken door de eventuele wijzigingen en dat bleek achteraf ook niet nodig: het hele, iets meer dan 14 km lange traject, leek alleszins ter plaatse niet aangepast. Tenzij die kleine aanpassing, zeg maar duidelijke verbetering die we zelf hebben aangebracht door de Zandstraat net iets vroeger te verlaten, aldus een aardig stukje onverhard langs de Grote Nete meepikkend, zoals ook de GR dat doet, trouwens. Met het kaartje kun je niet missen - als je je alleen op de bewegwijzering zou baseren, zou je wel eens het spoor bijster kunnen raken. De vorige etappes langs de Via Monastica konden ons niet echt bekoren, maar dit stukje is duidelijk van betere kwaliteit, met een TWQ van 43%. Zeker de veldwegen tussen de Grote Nete en allerhande vijvers mogen er zijn. Tegen het einde toe verwatert (!) het wel wat, naarmate je in de bebouwing van Tongerlo terechtkomt. Maar ja, een Via Monastica moet ook af en toe langs een abdij passeren. We quoteerden 15/20.
Wandeltechnisch is het deel langs de Grote Nete ongetwijfeld het hoogtepunt.
De toegangspoort tot de Abdij van Tongerlo.
Meer foto’s.
Het weer. Eerst weinig cirrus, daarna wat meer altocumulus, maar die kunnen het kader alleen maar aantrekkelijker maken. Met 10° een ideale staptemperatuur. De stafkaarten. 16/7-8 Geel (2016) - 17/5-6 Balen (2017). Hoe we er geraakten. De vorige keer lag ons eindpunt bij de halte Geel Lissenvijveren die wordt elk uur bediend door bus 299 Geel - Hasselt. Bus 299 zouden we kunnen nemen in Hasselt, Diest of Geel, maar het laatste station biedt ongetwijfeld de snelste verbinding. Voor de terugreis kiezen we lijn 540 Westerlo - Herentals. Er zijn wat mogelijkheden met een overstap in Westerlo, maar Herentals lijkt betrouwbaarder en bovendien is die domme maatregel die een alternatieve terugreis onmogelijk heeft gemaakt, nog altijd van toepassing. Terugkeren uit Herentals met een seniorenbiljet Halle - Geel kan dus wel, uit Aarschot kan dat niet. Een beetje geschiedenis. Het zal tot 1907 duren voor Tongerlo een trambediening krijgt: op dat ogenblik wordt de bestaande lijn uit Brasschaat en Brecht verlengd tot Westerlo. Ten zuiden van Tongerlo volgde deze tramlijn wat tegenwoordig de Guldensporenlaan is maar wat toen nog een eigen bedding was, ten noorden volgde de tram de weg: de Langstraat. Deze tramlijn had opvallend veel aansluitingspunten, in de eerste plaats met andere tramlijnen maar ook met het spoorwegnet. Dat mocht allemaal niet baten: de lijn sneuvelde al in 1950. In het tweede spoorboekje van 1949 kon je trouwens al lezen dat er voortaan een autobus zou rijden en dat je de affiches moest raadplegen. Volgens de Rail Atlas Vicinal zou de tram tussen Herentals en Westerlo nog gereden hebben tot 1950, terwijl het deel boven Herentals al gesloten werd in 1949. De sluitingsdatum 1950 wordt trouwens ook vermeld in De buurtspoorwegen in de Provincie Antwerpen, van Jos Neyens. In het spoorboekje van 8.10.1950 vinden we dan wel een dienstregeling terug, zij het een voorlopige, met 9 busritten (op vrijdag 10). Met de bussen kwamen ook de varianten.
Er werd geen lijnnummer vermeld, al is het mogelijk dat dit wel al gebruikt werd. Ik vind het lijnnummer 54 pas jaren later terug. Eind jaren 80 vinden we zelfs een tweede lijnnummer: 54 voor 2 varianten (Westerlo - Herentals via Voortkapel en Westerlo - Herentals via Oevel) en 54B (Tongerlo Dreef Abdij - Westerlo - Olen). Het huidige nummer 540 verschijnt in 2006. Een jaar later komen ook de nummers 541 en 543 in gebruik - 541 voor de bediening van Geel Bell, 543 als schooldienst). Met de basisbereikbaarheid verschenen ook 2 belbussen 944 en 946.
De verbinding.
Halle - Herentals |
3408 |
09:20 10:36 |
+7 |
822 (GCR) |
mr75 vierledig |
controle: J |
Herentals - Geel |
4310 |
10:43 10:54 |
+5 |
4171 (FHS) |
mw41 |
controle: N |
Geel - Geel |
[299] |
11:05 11:19 |
-3 |
ab2107 |
VDL Bus&Coach Citea SLE |
Hasselt De Crutzen |
- |
|
|
|
|
|
|
Tongerlo - Herentals |
[540] |
15:44 16:09 |
+2 |
ab2035 |
VDL Bus&Coach Citea SLE |
Westerlo |
Herentals - Halle |
3438 |
16:23 17:41 |
+8 |
1924 (NK) - 61043 (FCL) |
M6 |
controle: J |
En wat we beleefden. Vlot kun je de heenreis niet noemen: IC 3408 staat stil in Ruisbroek (om van lijn 96N naar lijn 96 te gaan), voor Brussel-Zuid (classics op radio één), voor Brussel-Centraal (ook al bijna een classic), voor Schaarbeek. Hoewel de trein dus perfect op tijd vertrekt in Halle, zien we de vertraging vervaarlijk groeien, tot 10 minuten in Vilvoorde. Dat zou moeten “volstaan” om de aansluiting in Herentals met de IC naar Hamont de mist te zien ingaan. Maar we hebben geluk, in onze trein zit een tb die ook een deel van de 4310 moet overnemen en een tbg die ook al met de 4310 mee moet. Of de 4310 in normale omstandigheden zou wachten, weten we niet, maar nu krijgen we voorrang vanaf Lier en dus komt de aansluiting niet in het gedrang. We komen aan in Herentals met 7 minuten vertraging en de IC naar Hamont volgt, met 6 minuten vertraging. In de 4310 komt al snel een tbg aan het woord die op een verfrissende manier communiceert, zelfs zijn eigen voornaam. We komen met 5 minuten aan in Geel, waar de voetgangerstunnel nu de route naar het busstation via de overweg serieus inkort.
De bus van lijn 299 vertrekt precies op tijd. Er is wel een omleiding, die voor een keer geen verlenging van de reisweg inhoudt, maar een inkorting. Opvallend: op het scherm in de bus wordt de vervangingshalte vermeld, niet de reguliere.
Bus 540 komt met een kleine vertraging aan de halte Tongerlo Dreef Abdij; hij zal die 2 minuten vertraging ook houden tot Herentals. Blijkbaar is er een probleem met de achterste deur, die een alarm aanstuurt.
Ook IC 3438, die ons rechtstreeks naar Halle zal brengen, rijdt met een kleine vertraging. In Vilvoorde is die ingelopen en zelfs in Brussel-Noord vertrekken we nog met amper één minuutje vertraging. Maar daar komen er al snel 5 bij tot Brussel-Centraal, waar een gigantische groep jongeren instapt. Ik vraag me toch af hoe ze het klaarspelen: ik heb destijds tientallen groepsreizen georganiseerd en tegen het einde aan was dat zo moeilijk geworden dat ik het zo goed als opgaf. Zeker tijdens de spits was het bijna onmogelijk om het groepstarief vast te krijgen. In Halle blijkt deze trein trouwens meer dan vol te zitten, ook vooraan - de jongeren moeten allemaal achteraan zitten. Tussen Brussel-Zuid en Vorst-Zuid staan we weer zo goed als stil, blijkbaar om naar lijn 96N over te gaan. En ja hoor, ze zijn er weer de grijs- of zwartrijders die vinden dat ze heerlijk in eerste klasse mogen komen zitten. We hebben al controle gekregen voor Brussel en dat is blijkbaar genoeg. Ik vraag me meer en meer af hoeveel we jaarlijks zouden kunnen besparen als we ook gewoon systematisch met een tweedeklasbiljet in eerste zouden gaan zitten. Die enkele keer dat we dan een klasverhoging moeten betalen zouden we erbij moeten nemen. Maar er is een ander probleem: wij behoren nog tot de generatie die zich zou schamen als we zouden moeten verhuizen…
De treinlectuur. Karl MAY, Winnetoe bij de Bedoeïenen. Heerlijk jeugdsentiment en een goed verhaal, dat de link legt tussen Old Shatterhand en Kara Ben Nemsi, de twee alter ego’s van Karl May. Julian BARNES, Het enige verhaal.
Als er afsluitingen langs de Zenne geplaatst moeten worden, moet men er misschien ook eens aan denken om wat stevige afweer te voorzien voor beroepsvoetballers die sportcentra binnenrijden…
Uitgedrukt… Het punt van Judas. Dat is het getal 13. Het is nu eenmaal de Goede Week.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
|