Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
07-09-2009
7 september 2009 (Ligneuville)
Af en toe
bouwen we ook bewuste wat kortere wandelingen in. De ervaring leert dat dit
vaak ook tochten zijn die best meevallen. Vandaag is onze keuze gevallen op een
wandeling uit "Groot Wandelboek Ardennen" van Julien van Remoortere,
en wel in Ligneuville, mooie deelgemeente van Malmedy. Ze kreeg als titel
"Wandelen langs de Boven-Amblève", maar van de Amblève valt er niet
zo veel te zien. Toch is het een mooi traject, o.a. langs het gezellige Pont,
deels door golvende weiden, deels langs imposante naaldbossen. De wandeling is
net geen 9 km lang, en een groot gedeelte verloopt over verharde wegen. Dat
verklaart de lage TWQ van 16 %.Het landschap en vandaag ook het mooie
nazomerweer maken dat echter ruimschoots goed.
We waren ruimschoots op tijd om de IR van 9:19 te nemen,
maar die werd aangekondigd met 8 minuten vertraging. De hele ochtendspits moet
trouwens een puinhoop geweest zijn: dat kon ik thuis al vaststellen op
railtime, maar ook in de nasleep van de spits rijden nog veel treinen met
vertraging. Het werd dus toch de CR van 9:23 waar we voor gekomen waren. Wijnrood
treinstel 239 hangt vooraan, en we installeren ons in de knusse zetels van
toen.
Ook in Brussel-Zuid kleuren de schermen nog rood, vooral de
eerste "bladzijde", maar met de IC naar Eupen lijkt het voorlopig nog
los te lopen. In Brussel-Zuid vertrekken we met 2 minuten vertraging, maar in
Brussel-Centraal zijn dat er al 5, en in Brussel-Noord 7. Deze trein moet wel
erg snel door de NZV, en als er dan nog wat treinen in vertraging in de weg
zitten, is dit het resultaat. Maar zoals meestal kan deze vertraging
geleidelijk afgebouwd worden: Leuven 6/5 - Liège-G. 3/1 - Verviers-C. 0
(ondanks een vertragingszone tussen Chênée en Olne). Ik heb altijd de indruk
dat deze treinen in de richting Liège meer tijd nodig hebben (dus minder snel
vertraging inlopen) dan in de andere. Maar dat kan eigenlijk toch alleen maar
een indruk zijn? In Leuven en Liège worden de aansluitingen in de trein
omgeroepen. Wat gebeurt er eigenlijk als de trein vertraging heeft? Want
sommige van de aansluitende treinen vertrekken dan ongetwijfeld zonder op
aansluiting te wachten.
Tussen Brussel en Leuven nemen NMBS'ers in onze onmiddellijke
buurt plaats. De oudste beperkt zich tot korte, beleefde antwoordjes, de
jongste vertelt het hele verhaal van zijn bouw: lening, problemen met de
architect, met Ruimtelijke Ordening, enfin, met alles en nog wat. Wie weet
hoezeer ik me betrokken voelde bij mijn eigen bouw, zo'n dertig jaar geleden,
kan het enthousiasme begrijpen waarmee ik dit bijna eindeloze gesprek kan
volgen. Gelukkig is het niet zo moeilijk om uit de klanken af te leiden dat de
rust vanaf Leuven zal terugkeren.
In Verviers staat een handvol bussen zoals vanouds te
wachten. Een achttal minuten voor vertrek mogen we ook instappen. Volgens de
dienstregeling zouden we over moeten stappen in Malmedy, maar de chauffeur verzekert
ons dat hij doorrijdt naar Reuland. Dat kun je anders niet afleiden uit zijn
lijnfilm, die nog altijd Verviers Gare aanduidt. Even voor het vertrek wordt de
film dan toch in de juiste positie gedraaid. In Malmedy rijden we nog even
langs de Jost Garage, die vlakbij de oude spoorlijn ligt. De chauffeur pikt er
een order op om in de namiddag een groep jongeren te vervoeren. De rit van
Verviers naar Ligneuville duurt meer dan een uur, maar echt vervelend is ze
nooit. Dat merk je ook aan een Zwitserse
passagier die het traject nauwkeurig volgt. Aan de bloeddoorlopen ogen te zien,
is de uitdrukking "zo zat als een Zwitser" niet uit de lucht komen
vallen, al zal het zwaartepunt van zijn esbattement wel op de vorige dag
gelegen hebben.
De terugrit 's avonds is wat ingewikkelder. Voor ons is het
trouwens de eerste kennismaking met een nieuwe regeling, die o.a. overstappen
voorziet in the middle of nowhere,
bij de halte Malmedy Route de Wavreumont. Lijnen 395 en 294 geven daar in
theorie een erg goede aansluiting, maar wat dat in de praktijk geeft, heb ik
nog niet kunnen ondervinden.
Tot mijn verbazing komt de bus in Ligneuville aanrijden met
als film Verviers Gare. Toch maar even vragen. We moeten wel degelijk
overstappen aan de eerder vermelde halte, maar we kunnen rustig in de bus
blijven tot we daar aankomen. Als ik het allemaal juist bekeken heb, betekent
dat een stilstand van 27 minuten in Malmedy Gare. Maar ook nu rijden we
tussendoor naar de Jost Garage. We krijgen er ook waar voor ons geld: de
chauffeur sluit de hele bus hermetisch af, dakvensters inbegrepen, en haalt dan
een soort mobiele carwash uit de garage. Drijfnat rijdt de bus terug naar de
halte Malmedy Gare. Hij is er blijkbaar vrij gerust in dat we de aansluitende
bus halen, want hij vertrekt 3 minuten te laat. Maar beide bussen komen
inderdaad tegelijkertijd aan rijden, en we kunnen opgelucht ademhalen. De
aansluiting bestaat niet alleen in theorie, ze werkt ook in de praktijk. Dat
heb ik trouwens ook gemerkt aan een aantal reizigers dat instapt op weg naar de
overstaphalte. De chauffeur van de firma Gohy & Cie is van het stipte type.
We vertrekken dan wel met 2 minuten vertraging, maar die zijn snel ingelopen,
en dan valt het op hoe de chauffeur bijna op de minuut nauwkeurig volgens de
dienstregeling blijft rijden. De omstandigheden zijn hier dan ook volledig
anders dan op vele Vlaamse (en Waalse) lijnen.
Van Verviers naar Brussel wordt het een van de rustigste
ritten sinds lang: een goed lopende I11 (kan soms wel eens anders zijn) en
alleen rustige medepassagiers, nauwelijks reizigers die het traject al
wandelend willen afleggen. Alleen de S.I.V. heeft kuren. Hij wil ons per se op
de mouw spelden dat we in Brussel-Centraal aankomen, lang voor
Liège-Guillemins. Een TBG probeert het euvel te herstellen, en dat lukt ook
even, net voor Leuven, maar daarna wordt het weer Brussel-Centraal.
Op dit uur rijdt een van beide CR's naar Braine-le-Comte al
niet meer, en dus wordt het een aansluiting van 23 minuten met de CR naar
Geraardsbergen. De trein bestaat uit 4 stellen, die blijkbaar morgenvroeg de
terugweg naar Dendermonde zullen aanvatten. Even lijkt het erop dat we onder de
brug van Lot opnieuw afremmen, maar de TB trekt meteen weer op: misschien is
het sein toch nog net op tijd groen gesprongen. Steven (DH) had me trouwens al
gewezen op de grijze ramen van Block 7 in Halle, en ik begin nu ook te
vermoeden dat die dicht is, en dat de schuld dus niet langer in Halle ligt.
Daar moest ik alleen even naar een sein stappen, om te merken dat Steven gelijk
had: uit de lettertjes en de cijfertjes kun je afleiden dat de seinen nu
bediend worden vanuit Block 1. Zeggen dat 20 jaar geleden het station van Halle
nog 2 seinhuizen had, waarvan Block 8 ongetwijfeld het mooiste was, met zicht
op sporen, bareel en kanaal, en op al de mensen die aan de voet van het
seinhuis stonden te wachten tot de bareel eens openging. Het kan verkeren