De weersverwachtingen waren
duidelijk: maandag zou een opperbeste wandeldag worden, maar nee, die dag
zullen het alleen de ACOD-stakers zijn die van het mooie herfstweer kunnen genieten.
De rest van de week ziet er niet goed uit, en dus besluiten we om nog maar eens
op een zondag te stappen. Dat betekent natuurlijk wel dat er een wat minder
goede dienstverlening is - maar kom, we zullen het wel redden, met 2
overstappen i.p.v. 1.
Mocht ik een goed tekenaar
zijn, dan zou ik nu een cartoon tekenen, met een vermolmde boom, met hier en
daar nog een groen takje. Op een wat dikkere, dode tak zit Digneffe duchtig te
zagen (in alle betekenissen) aan de tak waarop hij zelf zit. De tak wordt ondersteund
door mannetjes in rode pakjes, van wie
de hersenen langs indoctrinale weg zijn weggenomen. In de stam zie je het
gepijnigde gelaat van Marc de Scheemaecker en enkele reizigers, en tegen de
stam staat een lid (!) van OVS te pissen. Spijtig genoeg is mijn tekentalent
nooit tot bloei gekomen.
We hebben voor een pad in
Zandbergen gekozen, toegewijd aan Jan de Cooman. Je volgt 2 lussen, de eerste
met de nadruk op De Cooman zelf, de tweede met het accent op wat hem lang
geleden ook aangesproken heeft: typische landschappen met boerderijen,
populieren en wilgen, beekjes en Dender. De eerste lus is wandeltechnisch dan
ook eerder zwak, maar leerrijk, in de tweede worden alle registers
opengetrokken en landschappelijk is het dan plots volop genieten. De wandeling
is niet bewegwijzerd, maar ik veronderstel dat het boekje nog altijd te koop is
bij de toeristische dienst van Oost-Vlaanderen of Geraardsbergen. Die laatste
(of de stad Ninove?) zou wel eens dringend werk moeten maken van het nochtans
onontbeerlijke paadje dat naar de Sint-Lambertuskapel leidt. In het boekje
lezen we: Het pad is smal en enige
aandacht is nodig, ... maar dat is een eufemisme voor: trek maar een dikke
broek aan, als je niet verneteld wil worden van onder tot boven. De TWQ
bedraagt 41 %, de tocht 10 km lang.
De verplaatsing:
Halle - Edingen 1934 13:31 13:41
+ 3 (2148 - 58063)
Edingen - Geraardsbergen 3134
14:03 14:22 stipt (986)
Geraardsbergen - Zandbergen
1785 14:34 14:44 stipt (223)
Zandbergen - Denderleeuw 1788
17:44 18:02 stipt (634)
Denderleeuw - Brussel-Zuid
3517 18:13 18:34 +3 (568)
Brussel-Zuid - Halle 3739
18:57 19:06 stipt (307)
De commentaar:
Zandbergen is naar onze
maatstaven een dichtbije bestemming, maar meteen is ook duidelijk hoe stroef
het gebruik van het openbaar vervoer kan zijn: 3 treinen om pakweg 40 km af te
leggen, voor een bestemming die in vogelvlucht misschien 25 km ver is. Het is
natuurlijk zondag; op weekdagen zouden we het met een (slechte) aansluiting
minder kunnen doen, en we hadden ook de bus van lijn 153 kunnen nemen tot
Ninove, maar dan waren we daar weer aangewezen geweest op hetzelfde L-treintje
met een slechte aansluiting erbovenop.
Op naar Edingen dus: de IC's
Schaarbeek - Moeskroen waren tot voor een paar jaar op zaterdag en zondag een
toonbeeld van betrouwbaarheid, lees stiptheid, maar dat is de voorbije maanden
wel even anders. Maar vandaag lijkt het vrij goed te lopen. We vertrekken met 1
minuut vertraging. Tot Saintes zal de reis op tegenspoor verlopen, want ter
hoogte van het vroegere Beert-Bellingen wordt de overweg (15) vernieuwd. Dankzij
het bochtige tracé van lijn 94 kan ik zien hoe we voor Saintes dubbel geel
krijgen: wat onbegrijpelijk, en daardoor lopen we Edingen binnen met 3 minuten
vertraging. Drie zwarten kruipen over de sporen, wat hen met de verhoging van
perron 1 niet gemakkelijk gemaakt wordt. Stationspersoneel is niet te
bespeuren: dat komt alleen een vijftal minuten later buiten om een sigaretje te
roken.
Sinds jaar en dag worden we
hier tijdens weekends opgezadeld met veel te lange aansluitingen: geen wonder
dat de reizigersaantallen in stations van lijn 123 tijdens weekends maar een
fractie van die tijdens de week bedragen. Dat staat wel garant voor een rustige
reis. We worden voor het eerst gecontroleerd, al wordt een stempel afgedrukt
met een treinnummer van een trein of 2 geleden. Stel dat je ooit moet bewijzen
dat je deze trein genomen hebt.
In Geraardsbergen is er toch
een goede aansluiting naar de L-trein naar Aalst: de bezetting van deze trein
is gelukkig wat beter. En we bereiken Zandbergen zonder problemen. Het
stationnetje van Zandbergen staat rustig verder te verkrotten. Eigenlijk zou
men dergelijke gebouwen uit de handen van de NMBS (welke dochter dan ook)
moeten nemen, en ze onder de bevoegdheid van een culturele dienst brengen.
Voor de terugreis hebben we
ervoor geopteerd om de lus via Denderleeuw en Brussel rond te maken. Het is een
gemoderniseerd stel dat ons naar Denderleeuw brengt - ook in dit stel is de
stof van de snel verkleurde paarse zetels nu vervangen door het grijze
M6-stofje. De eerste studenten zijn al op pad: deze duiven moeten vandaag voor
22:00 vallen, en ik vermoed dat je maar beter wat marge kunt inbouwen.
In Denderleeuw moeten we de IC
naar Lokeren nemen, maar die heeft vertraging, en dus rijden hij en de IR naar
de Luchthaven broederlijk samen binnen, op de sporen 4 en 3. De IC bestaat uit
één break, waarvan eerste klasse vol zit, ja vol. Met een zo goed als lege IR
ernaast is onze keuze snel gemaakt: snel naar de IR, al zal onze aanvankelijk
geplande aansluiting in Brussel-Zuid zo in het water vallen. We stappen vooraan
in, zodat we ook de hele break in ogenschouw kunnen nemen. Eerste klasse zit
inderdaad vol, maar achteraan zijn zeker nog 60 vrije plaatsen in tweede te vinden:
weer een TBG die te vroeg beginnen staken is.
We vertrekken met 3 minuten
vertraging, en die zullen we houden tot Brussel-Zuid. Onderweg zien we nog dat
de TBG de luchthaventoeslag aanmaakt voor 2 reizigers die zich van geen kwaad
bewust waren. In Liedekerke zijn het nu 3 witten die achter de trein door de
sporen oversteken; vroeg of laat mondt zo iets uit in spektakel.
Niet de L naar Braine-le-Comte
wordt het dus, wel de IR naar Quiévrain, die uit 2 breaks bestaat. We delen het
coupé met een koppel en met een gezin dat duchtig aan het uitdokteren is hoe
zoonlief op school moet geraken. We vertrekken met bijna 2 minuten vertraging
in Brussel-Zuid, maar voor het eerst sinds lang halen we Halle zonder afremmen
onderweg: en dan zijn die breaks performant genoeg om het traject op een goeie
7 minuten af te leggen.
Wij komen 12 minuten later dan
voorzien (met de L-trein) in Halle aan; ik stel me de vraag of we ook niet wat
grijs gereden hebben. Hebben we eigenlijk de reis niet onderbroken in
Denderleeuw, vermits we daar de voorziene aansluiting hebben laten rijden? Ik
ben ervan overtuigd dat geen enkele TBG dit zo meteen zou kunnen uitvlooien,
maar stel nu dat we met de IR onderweg een uur vertraging hadden opgelopen. Zou
een overijverige buroticus/burotica van de klantendienst dan de terugbetaling
kunnen weigeren, misschien ook wel willen weigeren, omdat we niet de eerste
trein genomen hebben? En zou het vol zitten van eerste klasse als argument
aanvaard worden? En zouden wij kunnen bewijzen dat eerste vol zat? En wil de
NMBS echt nog meer volk op zijn weekendtreinen door de mensen met een kaart 50
% als alternatief het weekendbiljet aan te smeren? En wanneer wordt er nog eens
gestaakt? Vragen, vragen, vragen
Foto's van de wandeling: http://s62.photobucket.com/albums/h98/overweg13/wandelingen/zandbergen/
|