De wandeling. Bij het NGI gaf men een wandelkaart uit met 25 bewegwijzerde wandelingen in Esneux en Anthisnes. Wij kozen vandaag de korte wandeling uit Esneux met de naam Tige de Fontin. Tige betekent heuvelkam of -rug en dat zullen we geweten hebben want uit Esneux wordt het een vrij, lange matige klim tot Fontin, niet meer dan een gehuchtje rond een kerk. Daarna volgt een vrij steile afdaling die je terugbrengt naar de Ourthe, zoals je kunt zien op het kaartje. Met een zestal km is het een van de kortste wandelingen van onze jaarplanning, maar zoals wel vaker zijn deze korte wandelingen ook krachtig. Eenmaal uit Esneux (via een reeks kuitenbijtende trappen) kom je terecht in een landschap met glooiende weiden en twee keer ook een stukje bos. Dat laatste stukje (parallel met de Ruisseau d'Évieux) was trouwens min of meer afgesloten: bij de ingang van het bos stond een opzijgeschoven nadar en dus dachten we dat de doorgang vrij was, maar bij de uitgang stond wel degelijk een nadar die aan duidelijkheid weinig te wensen liet. Onderweg kun je trouwens zien hoe het sterk dalende beekje hier en daar serieus tekeer was gegaan tijdens de zomerse zondvloed. Vermoedelijk is de weg afgesloten omdat hier en daar een boom nogal onstabiel lijkt en in deze tijden wordt de wandelaar dan niet op zijn eigen verantwoordelijkheid gewezen - wat normaal zou zijn - maar probeert men vooral te vermijden dat de eventueel door een vallende boom getroffen stapper naar de rechtbank stapt, als hem dat nog lukt. Het is wel even opletten met de bewegwijzering, die trouwens erg goed is als je er rekening mee houdt dat hetzelfde symbooltje gebruikt wordt voor nog 2 andere wandelingen uit Esneux. Op de precaire splitsingen staan wel duidelijke borden en zolang je Tige de Fontin volgt, kan het niet verkeerd lopen. Zeker niet met dit kaartje.
Het kasteel van Avionpuits is het hoogtepunt, zelfs bijna letterlijk, van onze korte uitstap. Foto's kunnen verklaren waarom we de wandeling bedachten met een riante 16/20. Doen dus!
Het weer. Licht bewolkt en winderig.
De stafkaarten. 49/2N Esneux.
Hoe we er geraakten. Vermoedelijk huiveren sommigen als je zegt dat je 3 treinen heen en 3 terug nodig hebt, maar al bij al is dat helemaal geen probleem, zeker nu Esneux zelfs 2 keer per uur bediend wordt uit Liège, zij het zeer slecht gespreid. Een beetje geschiedenis. Er zijn weinig baanvakken waarop in de loop van de geschiedenis zo veel haltes gesloten zijn als het deel van lijn 43 tussen Angleur en Rivage, maar goedgelegen stations als Esneux en Poulseur hebben moeiteloos overleefd: die lagen dan ook optimaal t.o.v. de stads- of dorpskern. Esneux ligt vlak bij de Tunnel d'Esneux, die 612 m lang is. meer Luikwaarts ligt de halte Hony, op 1.1 km van Esneux, zodat je echt de indruk krijgt dat alleen de tunnel beide stopplaatsen van elkaar scheidt. Mooie anekdote: halfweg de jaren 1970 zonden BRT en KRO de reeks Centraal Station uit, met de spoorwegpolitie in de hoofdrol. In een van de afleveringen zie je een goederentrein die door het nachtelijke Hony rijdt, toen vermoedelijk niets speciaals, maar als in een van de wagons een vrouwenbeen uitsteekt boven de vracht, zit daar natuurlijk een opdracht in voor Romain de Coninck die een van de hoofdrollen speelde.
Belangrijke momenten voor Esneux in de voorbije 40 jaar waren de invoering van het beruchte IC-IR-plan (waarbij met de grove borstel door de haltes van de lijnen 43 en 42 werd gegaan) en de elektrificatie van lijn 43 (naar Marloie) in 1993. Onderstaand overzicht geeft hopelijk een goed beeld van de manier waarop Esneux in de loop van de jaren bediend werd. Ik beperkte me tot de treinen uit Liège.
Vanaf de overweg krijg je dit mooie beeld van de Tunnel d'Esneux. Het blauwe bord HON kondigt de halte Hony aan.
De laatste dienstregeling voor 1984 toont een onregelmatig bedieningspatroon met omnibussen en semi-directe treinen naar Jemelle of Gouvy. Op weekdagen waren er treinen van 6:11 tot 23:08, op zaterdag sloot men een uurtje vroeger (22:06) en op zondag was de amplitude al gekrompen tot 7:54 - 20:24.
Met de komst van IC-IR kwam er wel een overzichtelijke bediening: om de 2 uur reed een L-trein naar Jemelle (amplitude 6:37 - 22:37), alle dagen van de week. Op weekdagen reden er ook nog 3 P-treinen (pas uitgevonden!), 1 in de ochtend en 2 in de namiddag. Dat de bediening op zaterdag en zondag nauwelijks afweek van de weekdienst kan op het eerste gezicht positief lijken, maar het is ook een gevolg van de starheid van het IC-IR-plan, dat berucht werd om de manier waarop zelden rekening werd gehouden met forensen en scholieren. Het zou soms jaren duren voor correcties werden aangebracht. Op 23.05.1993 werd de elektrificatie van lijn 43 ingehuldigd. Aan de 2-uur-dienst werd niet geraakt. De amplitude wijzigde licht, door de verschuivingen in de rittijd die door de elektrificatie mogelijk werden gemaakt: 6:35 - 22:42, alle dagen van de week.Echte vooruitgang kwam er dan ook pas 16 jaar later toen lijn 43 een uurdienst kreeg, alleen op weekdagen, wel te verstaan. Op weekdagen liep de dienst van 5:34 tot 22:52, op zaterdag en zondag begon men er 's morgens een uurtje later aan.Recent (13.12.2020) besloot men ook de IC naar Luxemburg in Esneux te laten stoppen. De amplitude valt dan wel terug op 6:22 - 22:34, maar dit is onmiskenbaar een stevige vooruitgang.
Spijtig genoeg zitten IC naar Luxemburg en L naar Marloie erg dicht op elkaar; op zaterdag en zondag is de toestand zo mogelijk nog erger omdat beide treinen maar om de 2 uur rijden en allebei alleen op de pare uren.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid |
1709 |
10:26 10:35 |
+1 |
323 |
mr80 Break |
controle: N |
Brussel-Zuid - Liège-Guillemins |
509 |
10:55 11:59 |
stipt |
1872 - 73024 |
M7 |
controle: J |
Liège-Guillemins - Esneux |
5312 |
12:07 12:22 |
stipt |
08514 |
mr08 Desiro |
controle: J |
- |
|
|
|
|
|
|
Esneux - Liège-Guillemins |
5585 |
14:23 14:43 |
stipt |
08545 |
mr08 Desiro |
controle: J |
Liège-Guillemins - Brussel-Noord |
537 |
15:01 15:50 |
stipt |
1820 - 11806 |
I11 |
controle: J |
Brussel-Noord - Halle |
1937 |
16:01 16:23 |
+4 |
1878 - 61001 |
M6 |
controle: J |
En wat we beleefden. Het zijn niet de treinen die voor problemen zorgen, wel de app van de NMBS: ik probeer seniorenbiljetten Halle - Esneux te kopen, maar bij de betaling loopt het fout. Er verschijnt een melding dat het 10 minuten kan duren voor de betaling effectief uitgevoerd wordt. Mijn gedacht! Vijftien uur later lijkt de app nog altijd in een eindeloze loop terechtgekomen, de QR-code zal wel nooit meer verschijnen. We krijgen trouwens 5 keer controle en de reacties van de tbg's maken duidelijk dat het geen eenmalig verschijnsel is. Het gaat van een wegwerpgebaar tot een gelaten mededeling dat het wel vaker voorkomt. En wie nog snel een biljet wil kopen als de tbg verschijnt, weze gewaarschuwd: op de app is wel degelijk af te lezen hoe laat de betaling is geïnitieerd, in ons geval om 9:38! Ik heb vandaag met de klantendienst gebeld en de vriendelijke juffrouw aan de andere kant van de lijn heeft me verzekerd dat mij geen blaam treft maar dat het wel degelijk een gekend probleem is. Ze geeft me de raad om de volgende keer meteen de klantendienst te bellen en dat zal ik desgevallend dus zeker doen.
Met de treinen zit het wel snor: de IC naar Liège-Guillemins die we later zullen inhalen met de IC naar Eupen heeft een minimale vertraging en bestaat uit 2 breaks waarop malloten hun artistieke onkunde hebben botgevierd. Dan ziet de IC naar Eupen er nog wat frisser uit alhoewel de witte kleur toch echt wel vuil lijkt aan te trekken. Van de 2 Desiro's op spoor 5 in Liège-Guillemins blijft een achter. In Esneux stappen eigenlijk verrassend veel reizigers uit; ik vermoed spijtig genoeg dat dit ten koste gaat van de bezetting van de snel volgende L-trein.
Voor de terugreis nemen we trouwens de L-trein die wat meer overstaptijd geeft in Liège-Guillemins. Tot onze verrassing bestaat IC 537 uit I11-rijtuigen (en mogelijk één I10-rijtuig) en niet uit de verwachte combinatie met M7-rijtuigen. Mij niet gelaten, die I11 ben ik pas na langere tijd enigszins gaan appreciëren en met de M7 kan het ook nog wel een tijdje duren voor ik die echt goed vind. Een gezin met 2 kinderen zit gelukkig aan het andere uiteinde van het rijtuig; zoals verwacht zitten ze abusievelijk (?) in eerste. De tbg vraagt hen te verhuizen en even lijken ze dat ook te zullen doen, maar als de tbg weg is, gaan ze gewoon opnieuw zitten. Twee andere reizigers maken even later ook hun opwachting: ze zijn ook uit eerste klasse gestuurd, maar schuiven gewoon een rijtuig op, naar "ons" eersteklasrijtuig.
IC 1937 ondergaat het gewone gesukkel van de NZV-verbinding, wat de vertraging in Halle verklaart. Even hebben we in Brussel-Noord getwijfeld om de S naar Braine-le-Comte te nemen, maar die zullen we tussen Lot en Buizingen over lijn 96E inhalen. In Brussel-Zuid stapt een groep scholieren op: 20 reizigers die allemaal net de deur van eerste klas uitkiezen en dan in een lange rij naar het volgende rijtuig doorschuiven. Hoe kun je toch die aantrekkingskracht van de deuren van eersteklas verklaren? Ik mag er trouwens niet aan denken dat ik destijds als begeleider mijn groep of klas door de verkeerde deur zou hebben laten instappen.
De treinlectuur. Hisham MATAR, De terugkeer. Na jaren omzwervingen en gevangenschap naar het Libië dat eindelijk bevrijd is geraakt van Khadaffi. Zou verplichte lectuur moeten zijn voor dat knulletje dat op een van de rijtuigen van IC 1937 geschreven heeft dat het onschuldige CST gelijk is aan de totalitaire staat, waar je onschuldig 21 jaar lang in eenzaamheid en duisternis kan worden opgesloten, ook al om de anderen niet te besmetten met je revolutionaire ideeën. William Makepeace THACKERAY, De kermis der ijdelheid.
De Lijn slaat het enkeltje met 25% op. De brave burger betaalt mee voor de zwartrijders…
Uitgedrukt… Zoeken naar een naald in een hooiberg. Tja, zijn er eigenlijk nog wel hooibergen? Ik stel voor om de uitdrukking te vervangen door zoeken naar een NMBS-rijtuig zonder (sporen van) graffiti…
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
|