De 'kooimensen' in het rijke Hong Kong
Duizenden Chinezen moeten het in Hong Kong qua huisvesting stellen met een kooi van twee meter bij anderhalve meter.
Huizenprijzen in één van de rijkste steden ter wereld zijn torenhoog. De
minst fortuinlijken kunnen zich geen woning veroorloven en wonen in
huizen die zijn volgestouwd met ijzeren kooien, die voor 125 euro per
maand verhuurd worden.
De kooien, vaak tot twintig in één kamer,
werden in de jaren vijftig van de vorige eeuw geïnstalleerd als
onderkomen voor migranten die in de bouw kwamen werken.
Hong
Kong, de stad met meer Louis Vuitton-winkels dan Parijs, telt naar
schatting honderdduizend mensen die in dergelijke erbarmelijke
omstandigheden leven. Het gaat vooral om bejaarden en mentaal
gehandicapten, maar ook jonge steuntrekkers die uit de boot vielen,
belanden in de kooien. Sommigen wonen al tientallen jaren in hun kooi.
Toiletten en sanitaire voorzieningen zijn gemeenschappelijk, de meeste
appartementen hebben geen keuken, waardoor de bewoners hun schamele
inkomen moeten besteden aan meeneemmaaltijden.
De 'kooienhuizen'
zijn al decennialang een smet op het blazoen van de welvarende stad,
maar door de economische crisis raken ze opnieuw overbevolkt. Een van de
kooibewoners getuigt aan de Asia Times Online. "In de kooien is het
altijd nog warmer dan buiten, soms kan ik niet slapen voor vijf uur 's
morgens. Het krioelt hier ook van de kakkerlakken, hagedissen, luizen en
ratten. Soms ben ik bang dat kakkerlakken 's nachts in mijn oren zullen
kruipen". (br.hln)
|