Groenten en fruit bewaren: dat doe je zo
Als we in de zomer naar de winkel gaan, laten we ons al snel verleiden door al dat sappige fruit en die lekkere groenten, die we massaal meenemen. Het lijkt een gezonde reflex, maar toch hou je je beter wat in. Want denk eens goed na: hoeveel van die groenten en fruit moet je uiteindelijk wegsmijten, omdat ze rot zijn? Niet te veel meenemen is dus de boodschap, net als een juiste bewaarmethode.Ook dat laatste is niet zo eenvoudig, dus zetten we een aantal tips op een rijtje.
In de eerste plaats moet je vooraf goed nadenken welke groenten en fruit je deze week zult gebruiken. Als je het moeilijk vindt om vooraf te plannen, is het beter om meerdere keren per week naar de winkel te gaan.
Dat zorgt er bovendien ook voor dat je erg verse producten kunt krijgen. Een andere tactiek is zoeken naar een lokale groente- en fruitboer in je omgeving. Normaal gezien kan je daar producten kopen die pas de dag ervoor geplukt zijn, terwijl ze in een supermarkt al een stuk ouder zijn.
Als je thuis komt met je aankopen, dan moet je ze natuurlijk ook zelf juist bewaren. Het is in de eerste plaats erg belangrijk om ze zo lang mogelijk in hun geheel te houden: verwijder geen stengels of blaadjes en was de groenten en het fruit niet voor je ze effectief gaat opeten. Als je merkt dat er een rot of beschimmeld stuk tussen zit, moet je het onmiddellijk wegsmijten. Een slechte appel zal de rest ook verpesten.
Fruit dat gevoelig is aan koude, bewaar je buiten de frigo. Denk maar aan abrikozen, avocado's, bananen, kiwi's, mango's en meloenen. Al de rest mag in de koelkast, die afhankelijk van de plaats verschillende temperatuurzones heeft. Bessen, citrusvruchten, maïs en erwten mogen meer naar voren, waar het warmer is.
Appels, kersen en druiven kunnen overal, omdat die minder gevoelig zijn voor schade door de kou. Zorg er wel voor dat je al het fruit weghoudt van bladgroenten, want die horen (in een plastieken zak) in de onderste groentelade, samen met artisjokken, asperges, bieten, broccoli, kool en wortelen.
Ajuinen: bewaar je in een papieren zak of in een netje, zodat er wat lucht aan kan. Zet de uien op een koele en droge plaats, bijvoorbeeld in een kast. Bewaar ze niet bij aardappelen, want die doen elkaar sneller rotten.
Appels: tijdens de zomer horen die thuis in de koelkast. Tijdens de herfst mogen ze gewoon op het aanrecht bewaard worden, omdat ze dan vers geplukt zijn.
Asperges: bewaar je rechtopstaand in de koelkast. Hou de toppen droog, maar zet de uiteinden in een beetje water.
Avocado's: bewaar je niet in de frigo, tenzij ze gesneden zijn. Anders zal de koude ze vanbinnen zwart maken.
Bananen: bewaar je buiten de koelkast, maar ver weg van andere groenten en fruit. Bananen zorgen er immers voor dat die sneller rijpen.
Bosbessen: soms krijgen bosbessen een wit laagje, maar dat is geen probleem, want dat is een natuurlijke beschermer. Je bewaart de bessen best in een vochtbestendig potje, dan kan je ze tot vijf dagen vers houden.
Maïs: hoort in groentelade in de koelkast, gehuld in een plastieken zak. Doe dat onmiddellijk nadat je ze gekocht hebt.
Meloenen: laat je best rijpen op kamertemperatuur gedurende twee tot vier dagen. Eens je de meloen begint te ruiken, zal hij ook wat zachter zijn aan het niet-stamuiteinde. Als dat het geval is, is de meloen klaar om op te eten. Maar als jij er dan nog geen zin in hebt, kan je hem in de koelkast leggen. Daar blijft hij zo'n 10 dagen goed. Haal je meloen wel een half uurtje voor het eten uit de koelkast, want fruit smaakt beter op kamertemperatuur.
Perziken en nectarines: moeten stevig zijn als je ze koopt en bewaard worden op kamertemperatuur. Als ze rijp beginnen te worden, leg je ze in de koelkast, waar je ze dan nog drie dagen kan bewaren.
Sperziebonen: moeten een mooie kleur hebben, zacht aanvoelen en stevig zijn. Je bewaart ze ongewassen in een plastieken zak in de groentelade.
Tomaten: bewaar je met de stengel naar beneden op het aanrecht. Ze rijpen aan de andere kant, dus als ze daarop liggen, worden ze sneller zacht. Leg ze zeker niet in de koelkast.
Wortels: moeten helder oranje zijn en zonder barstjes. Voor je ze in de frigo legt, haal je er de groene stengels af. Als je ze in een plastieken zak in je groentelade bewaart, kan je ze ongeveer twee weken houden. (br.hln)