Mensen met spinnenangst overschatten grootte van spinnen
"Zó groot was ze, ik zweer het!", roepen geschrokken spinnenhaters uit als ze hun heldhaftige ontmoeting met de beestjes omschrijven. Met duimen en wijsvingers geven ze vervolgens een gigantische diameter aan. Neem die maar met een stevige korrel zout, want een Israëlisch experiment toonde aan dat mensen met spinnenangst de beestjes groter inschatten dan ze in werkelijkheid zijn.
In een experiment waarover wordt bericht in het wetenschappelijk tijdschrift Biological Psychology, werd een groep proefpersonen opgedeeld in mensen met angst voor spinnen en mensen die er niet bang voor zijn. Beide groepen kregen foto's te zien van spinnen, vogels en vlinders, waarbij ze moesten aangeven hoe vervelend ze het vonden om ernaar te kijken. Achteraf kregen ze de vraag om zonder foto aan te geven hoe groot het beest op de afbeelding ongeveer was.
Zowel de groep mensen met arachnafobia als de andere groep keek liever naar vlinders dan naar spinnen. Maar het waren enkel de proefpersonen met een angst voor spinnen die achteraf de grootte van de achtpotige beestjes overschatten.
"Ons onderzoek toont aan hoe de perceptie van grootte beïnvloed kan worden door emoties. Ieder van ons ziet de wereld op een unieke en andere manier," zegt onderzoeker Tali Leibovich. De volgende keer dat je een gat in de lucht springt bij het aanschouwen van zo'n harig, achtpotig monstertje, troost jezelf dan dat het ding waarschijnlijk niet zo groot is als jij denkt. Om maar te zwijgen over hoe groot jij wel niet lijkt in de (8!) ogen van dat spinnetje. (br.hln)
|