Hoe het komt dat je dat buikje maar niet kwijtraakt
Al een tijdje flink aan het sporten, wortels aan het kauwen in plaats van chocolade tussendoor, maar nog geen millimeter kwijtgeraakt? Frustratie alom. Maar er is hoop: deze 6 onverwachte oorzaken kunnen ervoor zorgen dat je geen buikvet verliest, en de oplossing ervoor is vaak heel simpel.
1. Tekort aan magnesium
Ons lichaam heeft magnesium nodig voor meer dan 300 (!) chemische reacties, waaronder je hartritme regelmatig houden en je bloedsuikerspiegel regelen. Maar magnesium kan ook een rol spelen bij gewichtsverlies. Een studie in the Journal of Nutrition uit 2013 bracht de opname van veel magnesium in verband met gewichtsverlies, en een andere Engelse studie concludeerde dat voldoende magnesium helpt tegen een opgeblazen gevoel.
Oplossing: zet genoeg groene bladgroenten, bonen en noten op het menu om de juiste dosis magnesium binnen te krijgen, zo'n 310 à 320 mg per dag.
2. De foute training
De meeste mensen kiezen voor stabiele cardiotrainingen zoals joggen of fietsen om af te vallen. Het probleem daarbij is dat die aanvankelijk wel voor gewichtsverlies zullen zorgen, maar je metabolisme went er al snel aan. Om echt een strakker buikje te krijgen, zal je cardiotraining moeten afwisselen met krachttraining. Ook HITT, wat staat voor high-intensity interval training, is efficiënt om vet te verbranden. Daarbij gaat je hartslag de hoogte in terwijl je spieroefeningen doet.
Oplossing: je kan van elke cardio workout zoals zwemmen, lopen of fietsen en HITT maken, door korte sprintjes of spurtjes in te bouwen. Ook kan je de normale cardiotraining aanvullen met een paar stevige spieroefeningen.
3. Te weinig slaap
Er zijn genoeg studies die aantonen dat slaaptekort op lange termijn invloed kan hebben op je gewicht. Wie te weinig slaapt, zal meer calorieën consumeren de volgende dag, wat op termijn voor gewichtstoename zorgt.
Oplossing: heel simpel, zorg ervoor dat je genoeg uurtjes onder de wol kruipt en uitgerust bent. Ga voor die 7 à 8 uur per nacht, mijd laptops en smartphones in de slaapkamer en eet ook niks zwaars meer vlak voor het slapengaan.
4. Je blijft frisdrank drinken
Frisdrank die barst van de suiker en lege calorieën is sowieso een no go om af te vallen, maar zelfs de suikervrije versies kunnen je dieet in war sturen. Omdat je lichaam nog altijd naar "echte" suiker snakt, is die drang naar zoet niet gestild door een suikervrije versie van een frisdrank. Met als gevolg dat je dat zoet en die calorieën toch nog elders gaat zoeken. Voedingsdeskundigen waarschuwen er ook voor dat light frisdranken insuline kunnen triggeren, waardoor je lichaam zich in 'vetopslag-modus' zet en je dus bij komt.
Oplossing: stop deze vicieuze cirkel door alle zoete drankjes in te ruilen voor water of ongezoeten thee. Koffie kan ook, maar let op met suiker en calorierijke extraatjes.
5. Te veel zout
Ook al eens een opgeblazen gevoel gehad na een zoute maaltijd? Dat zit niet in je hoofd. Te veel zout zorgt ervoor dat je lichaam meer vocht vasthoudt, vandaar dat opgeblazen gevoel.
Oplossing: zelfs als je niet te kwistig bent met het zoutvaatje, krijg je al meer dan voldoende zout binnen door producten uit blik, kazen, kant-en-klaarmaaltijden enzovoort. Skip het zout dus zo veel mogelijk in de keuken en vervang door andere kruiden om gerechten op smaak te brengen.
6. Alcohol
Het spijt ons dit te moeten zeggen, maar verschillende studies wijzen erop dat alcohol drinken je hongergevoel aanwakkert. Daarnaast zijn er bepaalde types alcohol die specifiek in verband worden gebracht met buikvet. Een studie uit 2013 in Denemarken suggereert een link tussen bier drinken en buikvet, terwijl een Duitse studie een link vond tussen consumptie van alcohol gedurende het hele leven en buikvet bij 160.000 vrouwen.
De oplossing: een glas wijn of bier op zijn tijd kan geen kwaad, maar overdrijf niet. Probeer ook zoete cocktails en gemixte drankjes met suikerrijke dranken te mijden. Het goede nieuws? Je hoeft alcohol niet helemaal af te zweren. Een studie uit 2010 ontdekte dat vrouwen met een normaal gewicht die gematigd alcohol consumeren, minder verzwaarden en een kleinere kans hadden op het ontwikkelen van obesitas dan geheelonthouders. De studie spreidde zich uit over 13 jaar. (br.hln)
|
