Supplementen: welke zijn nutteloos en welke het investeren waard?
Van kruidentheeën en vitaminen tot visolie, je kan het zo gek niet bedenken of er bestaat een supplement van. Heel wat mensen slikken de producten - die meestal ook nog eens erg duur zijn - ook al is er vaak nauwelijks wetenschappelijk bewijs dat ze iets uithalen. Baat het niet, dan schaadt het niet, hoor ik je denken? Helaas: vaak zijn er nevenwerkingen en soms zijn die ook echt nefast voor de gezondheid.
De NY Times ging op onderzoek uit en onderzocht het nut van de vaakst voorkomende supplementen. En die delen we ook graag met jullie:
Multivitaminen Je kent ze wel, de typische vitaminen- en mineralenpillen waarmee je de dagelijks aangeraden hoeveelheid met één pilletje inneemt. De wetenschap is het er na lang onderzoek echter over eens: als je een gezonde volwassene bent zonder gekende tekorten, geef je je geld beter aan andere dingen uit. Er is geen enkel bewijs dat ze beschermen tegen chronische ziekten, kanker of hartproblemen. Met een gevarieerd en gebalanceerd dieet kom je een heel stuk verder.
Vitamine D en calcium Deze is daar wel een uitzondering op. De medische wereld vermoedt dat de meeste volwassenen kampen met een tekort op vitamine D, omdat we te weinig buiten in de zon lopen. Omdat ons lichaam het zonder deze vitamine moeilijk heeft om fosfor en calcium op te nemen - beiden nodig om je botten sterk te houden - , kan een supplement nemen wel nodig zijn. Om zeker te zijn van je zaak ga je beter bij de huisarts langs voor een bloedtest. Die zal je dan vertellen of je extra vitamine D en eventueel calcium moet bijnemen.
Calciumsupplementen neem je echter beter niet zonder doktersvoorschrift. Een teveel aan calcium zou immers het risico op nierstenen en misschien ook hartziekten verhogen. Eet in plaats daarvan liever voldoende producten met calcium erin, zoals yoghurt en groene bladgroenten.
Vitamine B12 Bij volwassenen ouder dan 50 wordt de kans groter dat ze een tekort krijgen aan vitamine B12, wat helpt bij spierfuncties en de gezondheid van je hersenen. Je haalt dit voornamelijk uit dierlijke producten met proteïnen, maar als de zuurtegraad van de maag daalt, neem je die moeilijk op. Een bloedtest zal je ook hier vertellen of je wat moet bijnemen.
Visolie De laatste jaren is visolie een heel populair supplement, waarbij vooral gehoopt wordt dat het hartziekten en cognitieve problemen tegengaat. Een studie uit 2013 bij meer dan 12.000 patiënten leert ons echter dat visolie weinig teweegbrengt in het lichaam, én dat ze de kans op prostaatkanker misschien verhogen. Twee keer per week wat vette vis eten is dan een betere optie.
Magnesium Dit mineraal kan je halen uit voedsel als spinazie, noten, groeten en volkorenproducten, maar wie problemen heeft met zijn darmen of nieren, kan een tekort oplopen. Daarbij zou het ook helpen bij spierkrampen en constipatie. Daartegenover staan dan weer bijwerkingen als diarree en problemen met andere medicatie. Even langsgaan bij de dokter dus.
Kurkuma Een heel recent supplement dat aan aandacht wint: het kruid kurkuma. In de Indische keuken is het schering en inslag, maar in Azië wordt het ook gebruikt als antioxidant en het zou beschermen tegen kanker en ontstekingen. Daar werd echter maar weinig onderzoek naar gevoerd, dus raden artsen aan om het gewoon met mate in de keuken te gebruiken.
Glucosamine/ Chondroïtine Deze twee worden vaak geroemd als een uitstekend hulpmiddel tegen artrosepijn, maar onderzoeken konden geen voordeel vinden naast het placebo-effect.
Vitamine E/Selenium Beiden worden aangeraden om het risico op prostaatkanker te verminderen. Helaas: in een recent onderzoek bleken de proefpersonen die vitamine E namen net meer prostaatproblemen te ontwikkelen, en had de groep met selenium meer kans op diabetes. (br.hln)
|