Eugène Henri Paul Gauguin (Parijs, 7 juni 1848 Atuona op de Marquesaseilanden, 9 mei 1903) was een Frans postimpressionistisch kunstschilder.
Levensloop
Na zijn opleiding in Orléans bracht Gauguin zes jaar door in de koopvaardij, en later in de Franse marine. Bij terugkomst in Frankrijk in 1870 werd hij assistent bij een beursmakelaar. Via zijn baas, Gustave Arosa, een succesvol zakenman en kunstverzamelaar, leerde Gauguin het werk van de impressionisten kennen.
Gauguin huwde in november 1873 met de Deense Mette Sophie Gad, bij wie hij vijf kinderen kreeg. Hij werd een succesvolle beursmakelaar, en werd tevens kunstverzamelaar en, zoals nu te zien is, zeer verdienstelijk amateurschilder, die in impressionistische stijl werkte.
Madame Gauguin in Evening Dress (1884)
In 1882 stortte de beurs in en raakte Gauguin zijn baan kwijt. Tegen 1884 verhuisde Gauguin met zijn familie naar Kopenhagen, waar hij minder succes had in een loopbaan als vertegenwoordiger van een Franse textielfabrikant. Hij wilde echter liever fulltime gaan schilderen en keerde daarom in 1885 terug naar Parijs, na het mislukken van een tentoonstelling van zijn werk in Denemarken. Hij kon zijn vrouw en kinderen niet behoorlijk onderhouden, zodat zijn vrouw terugging naar haar familie.
Gauguin woonde, op initiatief van Theo van Gogh, de broer van Vincent, twee maanden samen met Vincent van Gogh, in Arles om te schilderen en van elkaar te leren. Het werd geen gelukkige periode. Gauguin kreeg depressieve buien en deed een zelfmoordpoging. Uit de brieven van Van Gogh - die Gauguin financieel steunde - blijkt dat ze voortdurend ruzie hadden. Op een moment was Gauguin zo geschrokken van het gedrag van zijn huisgenoot, die hem tijdens een avondwandeling achtervolgde, dat hij een nacht in een hotel doorbracht. De volgende ochtend had Van Gogh een deel van zijn oor afgesneden. Daarop werd Van Gogh in een gesticht opgenomen en vertrok Gauguin uit Arles. Duitse wetenschappers beweren echter, na een langdurig onderzoek, dat Gauguin het oor van Van Gogh met een zwaard afhakte, na een ruzie. Ze zouden er zelf voor gekozen hebben om de toedracht geheim te houden. Gauguin deed dit om vervolging te voorkomen.
Tahitian Women on the Beach (1891)
Er zijn schilderijen van Gauguin en Van Gogh die eruit zien alsof ze met dezelfde verf geschilderd zijn. Ze maakten ook portretten van elkaar. In 1886 kwamen Gauguin, Émile Bernard en Paul Sérusier naar Pont-Aven. Zij richtten er de School van Pont-Aven op. In 1891 vertrok Gauguin naar de tropen om te ontsnappen uit de Europese beschaving, en aan alles wat kunstmatig en conventioneel was. Hij had hierbij het beeld van de edele wilden voor ogen (zoals beschreven door Jean-Jacques Rousseau) en wilde zich afzetten tegen de burgerlijke maatschappij. Wellicht heeft echter ook een rol gespeeld dat hij in Frankrijk als kunstenaar weinig erkenning kreeg. Hij verbleef op Frans-Polynesië (eerst Tahiti en later de Marquesaseilanden), waarvandaan hij nog slechts éénmaal Frankrijk zou bezoeken. Hij leefde hier samen met Paou'óura, bij wie hij een zoon Emile kreeg, geboren in 1899.
Paul Gauguin stierf op 54-jarige leeftijd in 1903, ziek van syfilis en hartaanvallen. Hij ligt begraven op het kerkhof in Atuona, Hiva Oa, Marquesaseilanden.
Schilderstijl
De werken van Gauguin behoren tot het postimpressionisme. Zijn werk loopt vooruit op het ongebruikelijke kleurgebruik van de fauvisten en de expressionisten.
Sommigen menen dat het werk van Gauguin vooruit loopt op het symbolisme. De kunst van de impressionisten bevredigde Gauguin niet, omdat hij vooral het onzichtbare wilde weergeven, de stemming en gevoelens achter het beeld. Naast olieverfschilderijen maakte Gauguin ook veel grafisch werk, zoals houtsneden, waarvan de wildheid, de directheid hem aansprak.
Na zich eerst aangesloten te hebben bij de impressionisten, begon Gauguin tijdens zijn periode in Bretagne een eigen stijl te ontwikkelen. Hij schilderde daar de vrouwen in klederdracht in een zeer verstilde en geconcentreerde stijl, die vooral de rust en de eenvoud van het boerenleven weer schijnt te geven.
Zijn eigen stijl in die periode duidt Gauguin aan met het cloisonnisme, een woord dat is afgeleid van de middeleeuwse techniek van het emailleren, het cloissoné, waarbij de vlakjes emaille van elkaar gescheiden worden door metalen randjes. Rond vrijwel alle figuren uit deze tijd, en ook meestal in de latere schilderijen, tot het eind van zijn leven, staan donkere randen geschilderd.
In de periode in Bretagne schildert Gauguin ook religieuze taferelen, onder andere het doek Het visioen na de preek of Jacob de engel uit 1888. Dit schilderij laat een combinatie zien van biddende Bretonse vrouwen met hun witte mutsen en Jacob die stevig door de engel wordt vastgegrepen, dit alles op een uitermate gedurfde knalrode achtergrond, met tussen de vrouwen en de engel een stevige boom, schuin over het doek.
Het visioen na de preek
Na zijn vertrek naar de tropen bereikt Gauguin de toppen van zijn kunstenaarschap, al blijkt hij ook een vechtersbaas en een amokmaker. Het prachtige kleurgebruik, de indringende blikken van de Polynesische vrouwen, die gewillig voor hem poseerden, en de geheimzinnige titels van de schilderijen zijn voor de liefhebber van het werk van Gauguin een waar genoegen.
Reacties op bericht (0)
Gastenboek
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek